Heehoi! Vandaag ga ik jullie wat meer uitleg geven over de geschiedenis en de tradities van Pasen.
Met Pasen viert men de herrijzenis van Jezus. Jezus stierf op een vrijdag aan de kruisdood en wilde zo de zonden van heel de wereld op zich nemen, om met Pasen, drie dagen na zijn dood, te herrijzen. Christenen vieren dit feest omdat ze geloven dat de dood niet het einde is, wat Jezus hen voordeed. Pasen was oorspronkelijk een heidens lentefeest waarbij men de lente, wat symbool staat voor nieuw leven en licht, verwelkomde en hoopte de duisternis of de winter uit te bannen. De naam Pasen komt van het Arabische Passah, wat blijdschap voor de terugkeer van het licht betekent. Pasen valt altijd op een zondag en, specifieker, de eerste zondag na de eerste volle maan na het begin van de lente.
We hebben verschillende tradities rond Pasen. We kennen het paasvuur, de paaseieren en de paashaas. Het paasvuur is afkomstig uit een oude traditie van de Romeinen: de lentevuren. Deze werden aangestoken om de winter uit te bannen en de lente welkom te heten. We zoeken paaseieren omdat een ei al sinds de prehistorie het symbool is van de nieuwe levenskracht, het begin van alles, net als de lente. Tegenwoordig gaan kinderen op Pasen paaseieren zoeken in de tuin, het huis… Ook hebben we een paashaas die deze eieren komt brengen. Er is een paashaas en geen paaskonijn omdat het konijn nauwelijks bekend was in de middeleeuwen, in tegenstelling tot de haas. Hazen stonden bekend om hun groot voortplantingsvermogen en zo wordt het verband met Pasen snel gelegd. Ook vonden de Romeinen dat de haas een veel waakzamer en vruchtbaarder dier was dan het konijn.
De Romeinen hielden rond Pasen lentefeesten. Deze lentefeesten hadden twee bedoelingen; de eerste was de levenskracht van de natuur opwekken en de tweede bedoeling was de winter uitbannen. Ze werden gehouden ter ere van de god Mars van 1 tot 24 maart. Mars is de god van de oorlog en de vruchtbaarheid van de grond. - Op 1 maart werd er een lauriertak aan de deur van de Vestaalse maagden gehangen. Een lauriertak is het embleem van de god Apollo, wat natuurlijke kracht betekent. - Op 22 maart kapte men een pijnboom aan de tempel van Cybele. - Op 23 maart blaasde men tijdens het Tubilustrium op een tubae om de doden te herdenken. Het Tubilustrium was het aan Mars geweide zuiveringsritueel van de trompetten die men bij offers gebruikte. Dit was op 23 maart en 23 mei. Bij die van maart deden 12 hoge priesters krijgsdansen ter ere van Mars. - Op 24 maart was het de dag van het bloed waarbij de priesters een snede in hun arm maakten. Tijdens heel deze periode dansten de priesters door de stad met schilden van Mars.
Ook belangrijk bij de lentefeesten van de Romeinen was de cultus van Attis en Cybele. Hiervoor werden enkele rituelen en feesten gehouden.
De mythe van Attis en Cybele gaat als volgt: Cybele, een vruchtbaarheidsgodin, werd bijna verkracht door de oppergod Zeus en met dat bijna bedoelen we dat zijn zaad op de grond viel. Toch werd Cybele zwanger en het kind in haar buik was een monster. Toen dat monster gecastreerd werd, groeide er uit het bloed van dat monster een boom. Een meisje at op een dag de vruchten van die boom en werd zo zwanger van het monster. Ze beviel van Attis. Toen Cybele, zijn grootmoeder dus, hem tegenkwam, werd ze verliefd op Attis. Attis werd in het voorjaar gedood door een wild zwijn en herrees in de vorm van een pijnboom. Gelukkig voor hem duurde dat maar drie dagen. Zo kunnen we verwijzen naar de herrijzenis van Jezus. Een andere mythe vertelt dat Attis werd afgewezen door Cybele. Uit verdriet castreerde hij zich onder een pijnboom, waardoor hij de aarde bevruchtte en onder een andere vegetatie opnieuw geboren werd. Hier kunnen we opnieuw terugverwijzen naar de herrijzenis.