Het universum (het heelal) is heel erg groot. Zo groot zelfs dat er onderscheid valt te maken tussen het zichtbare heelal en het theoretische heelal. Het zichtbare heelal is het deel waarvan het licht ons heeft kunnen bereiken, we kunnen dat deel dus waarnemen. Maar daarachter ligt mogelijk meer, want licht kun je op een gegeven moment niet meer waarnemen. Neem bijvoorbeeld een zwakke zaklamp, die kun je na enkele meters niet (goed) meer zien. Wat er achter het zichtbare heelal ligt weten we niet precies en noemen we daarom het theoretische heelal.
Hoe oud het universum is weten we inmiddels, namelijk 13,7 miljard jaar. Hoe het is ontstaan is nog steeds een raadsel, oerknal, zwart gat, er zijn een heleboel theorieën.
~ ~ ~
Het universum is opgedeeld in superclusters, waarin zich sterrenstelsels bevinden. Tussen de superclusters liggen superholtes, waarin weinig tot geen sterrenstelsels liggen. Een sterrenstelsel is een grote verzameling sterren die relatief dicht bij elkaar liggen. In die sterrenstelsels bevinden zich planetenstelsels en soms een zonnestelsel.
Een planetenstelsel is een verzameling van hemellichamen (dat zijn bijvoorbeeld manen, sterren, (exo)planeten, etc.), waaronder minimaal twee planeten, die door de zwaartekracht van een ster bij elkaar worden gehouden. Een zonnestelsel is hetzelfde, maar dan is de ster die de hemellichamen bij elkaar houden een gele dwerg (een lichtgevende ster, zoals bijvoorbeeld de zon).
Om er een beetje een beeld van te krijgen (klik op onderstaand plaatje voor de volledige grootte): En dan moet je nagaan dat er steeds een stuk ingezoomd wordt. Bij het zichtbare heelal, is één zon puntje een supercluster.
De melkweg is ons sterrenstelsel, eerder werden andere sterrenstelsels ook aangegeven als melkwegstelsels. Er ontstond natuurlijk verwarring tussen ons melkwegstelsel en andere melkwegstelsels, dus daarom wordt er tegenwoordig vaak het woord sterrenstelsel gebruikt voor andere melkwegstelsels.
~ ~ ~
Ons zonnestelsel bevindt zich in de melkweg. Om onze zon draaien 8 planeten, namelijk: Mercurius, Venus, Aarde, Mars, Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus. Daarnaast is er nog een dwergplaneet, genaamd Pluto.
Ons zonnestelsel was tot en met 1992 het enige stelsel bekend met planeten. In 1992 werd het Upsilion Andromedae-stelsel ontdekt. Het stelsel bestaat uit een dubbelster (twee sterren die om een gemeenschappelijk zwaartepunt heen bewegen) en vier planeten.
Ook staat op deze pagina nog een filmpje om misschien wat beter te bevatten hoe groot alles is.