René Descartes was een Franse filosoof en wiskundige. Hij is onder andere bekend door zijn uitspraak "Cogito Ergo Sum", maar daar gaan we het later over hebben. Deze filosoof was namelijk een rationalist die overal aan twijfelde, zelfs aan zijn zintuigen. Dat is natuurlijk compleet het tegenovergestelde van een empirist. Kort gezegd geloven empiristen dat de kennis voortkomt uit ervaring en waarneming. Dit is het punt waar onze filosoof van vandaag zo over struikelde. Want, kunnen wij onze zintuigen eigenlijk wel vertrouwen?
Dit is waar de "kwade demon" theorie van Descartes komt aanzetten. Descartes bedacht zich namelijk het volgende: "Wat nu als ik dénk dat ik alles kan zien, maar dat er een demon is die mij laat denken dat ik alles kan zien?". Hiermee bedoelde hij te zeggen dat wij niet op onze zintuigen kunnen vertrouwen. Zijn de dingen wel echt zoals wijd enken dat zij zijn? Een variant op deze theorie is de "brain in a vat"-theorie. Dit is eigenlijk een moderne versie van de kwade demon, waar de demon vervangen is door een kwade professor die jouw brein in een vat gevangen houdt en jou ondertussen dingen laat zien en voelen zonder dat je ze daadwerkelijk ziet en voelt.
Nu pas komen wij aan bij de meest bekende uitspraak van Descartes. Want, als wij eigenlijk niets zeker kunnen weten, wat weten wij dan? Uiteindelijk bracht dit Descartes tot de uitspraak "Cogito Ergo Sum", ofwel, "Ik denk, dus ik ben". Hij concludeerde dat zolang hij kon denken, hij dus een geweten had en dus wel moest bestaan.
Weer genoeg filosofie voor vandaag! Als jullie meer filosofische artikelen willen, laat het dan weten in de reacties.