Tír na nÓg, in de Keltische taal Oudiers ook wel Tír Inna n-Oc genoemd, betekend letterlijk Land van de jeugd. Het is paradijselijk eiland wat volgens de Iers-Keltische mythologie in het verre westen van Ierland moet liggen. Volgens de legendes is dit eiland het thuis van de Sídhe. Het woord Sídhe wordt vaak vertaald naar feeën, elven of goden en zouden afstammen van het volk van de godin Danu, Tuatha Dé Danann.
Toegang Volgens de legendes kun je alleen via het water naar Tír na nÓg komen en zelfs dan is een deel van de route onderwater. In de legendes worden paarden gebruikt om van en naar het eiland te rijden, maar er is slechts één soort die het kan. De magische paarden van de Sídhe zelf. Door hun magie zijn de paarden in staat om over de golven te rijden. De legende zegt dat golven voor hen niet anders is dan de vaste grond. Er zijn verhalen die zeggen dat het pad over de zee Mag Mell heet. Dit pad staat ook wel bekend als het pad naar de onderwereld. In de legendes is het voor normale mensen niet mogelijk om het eiland te bezoeken. Alleen op uitnodiging en in het bijzijn van een Sídhe kan het eiland bezocht worden.
Het eiland zelf staat bekend als een prachtige plek vol natuur. De natuur staat vol met bloemrijke weides en beboste wildernis. Een eiland waar niemand oud lijkt te worden en ook geen oorlog blijkt te zijn. De vrouwen die op het eiland wonen worden beschreven als erg mooi en in sommige verhalen zijn het de enige bewoners. Om die reden hebben ze de neiging om het eiland te verlaten en op zoek te gaan naar mannen. In andere verhalen zijn er wel mannen, zoals een koning. Wat opvallend is aan het eiland is dat de tijd heel anders lijkt te gaan dan in onze wereld, waar een sterfelijke man voor zijn gevoel slechts drie jaar op het eiland verblijft, blijken er 300 jaar in onze wereld te zijn verstreken.
Oisín Oisín zijn naam betekend reekalf of jong hert. Volgens een verhaal was zijn moeder vervloekt door een druïde om in een hert te veranderen. Uiteindelijk werd ze gevonden door een jager, maar in plaats van gedood te worden, besloot de jager haar terug te veranderen. Hierna werd ze al snel zwanger, maar de Druïde vond haar weer en veranderde haar terug in een hert. Zeven jaar later vond de jager een jong kind dat bekend staat als Oisín.
Jaren later werd Oisín bezocht door een Sadhe genaamd Niamh Chinn Oir, die één van de dochters van de god van de zee Manannán mac Lir was. Door een profetie werd haar hoofd in een varkenskop veranderd. Niamh wist Oisín te overtuigen dat als hij met haar terug naar Tír na nÓg zou komen en met haar zou trouwen, de vloek zou kunnen breken. Oisín stemt hiermee in en gaat naar Tír na nÓg. Hier wordt hij uiteindelijk koning en krijgt meerdere kinderen genaamd Oscar, Plor na mBan en Finn.
Na zo’n drie jaar op het eiland te hebben doorgebracht, begint Oisín heimwee te krijgen naar de normale wereld en vraagt om het te mogen bezoeken. Niamh stemt in en geeft Oisín één van de magische paarden, samen met een waarschuwing. Oisín moet op het paard blijven en mag de grond buiten het eiland niet aanraken. Met die woorden verlaat Oisín het eiland. Eenmaal op het vaste land, ontdekt hij wat de woorden betekenen. In plaats dat er slechts drie jaar voorbij zijn gegaan zoals Oisín denkt, zijn er driehonderd jaar voorbij gegaan. Uiteindelijk breekt de singel, waardoor Oisín van het paard valt. Meteen zodra Oisín de grond raakt, beginnen de driehonderd jaar Oisín in te halen. Het paard waar Oisín op reed keert vervolgens terug naar Tír na nÓg, terwijl Oisín in zijn laatste momenten zijn verhaal aan Saint Patrick vertelt.