|
Blog
|
Schrijfwedstrijd Ronde 1 |
DE OPDRACHT De wereld bestaat uit tegenstellingen. Denk aan dag en nacht, warm en koud, jong en oud. Je hoeft er maar even over na te denken en er schieten je al gauw heel wat tegenstellingen te binnen. Omdat er dan ook zoveel bestaan, is dit ook dé perfecte eerste opdracht! Je raadt het al: het is de bedoeling dat je één tegenstelling naar keuze kiest en dit als een leidraad in je stukje verwerkt. Probeer origineel te zijn, er zijn genoeg tegenstellingen en we laten je ook vrij om te kiezen, zodat we geen 65 dezelfde tegenstellingen verwerkt zien worden. Denk dus even goed na over een tegenstelling en hoe je deze wilt verwerken. Het moet duidelijk zijn dat er een tegenstelling in je stukje voorkomt, het is niet de bedoeling dat je hele stukje bijvoorbeeld over een meisje op school gaat en ze in één zin bijvoorbeeld aan het verschil tussen zonlicht en maanlicht denkt. Je tegenstelling moet een centrale plaats hebben in je stukje en steeds te herkennen zijn. MIJN STUKJE Nadat ze het niet kon verkroppen geen gelijk te hebben en het daardoor ook niet mooi ingepakt in zilverkleurig papier met een strikje rond van me kreeg, riep ze me toe dat ik het probleem was. ‘Rot op, jij bent het probleem!’ Ik wilde dat ze gelijk had, dat ik het probleem was. Dan kon ik worden opgelost. Opgelost als een pijnstiller in water. Gezelschap gehouden door duizenden belletjes met het idee dat iemand beter van me zou worden. Ik ben een probleem dat er van droomt andere problemen op te lossen, een remedie voor hoofdpijn te zijn. En eigenlijk was dat wat ik deed. Haar zorgen verdwenen omdat het probleem niet langer bij haarzelf lag, maar bij mij. Het was een leugenachtige projectie die haar gelukkig maakte. Haar hoofd werd lichter terwijl ik stilletjes via de afvoer verdween. Zij had mij gecreëerd en twintig jaar later eigenhandig kapot gemaakt. Ik dacht dat het altijd zo zou zijn, dat ik de oplossing was, zo lang ik er maar in slaagde mezelf volledig weg te cijferen. Tot op het moment dat ik ontdekte dat sommige problemen groter worden, zelfs wanneer ze behandeld worden. Omdat pijnstillers niet altijd de oplossing zijn. Het is niet dat ik niet geprobeerd heb, ik heb nog voorgesteld een deel van mezelf aan hem te geven. Maar volgens mensen die er zeven jaar voor gestudeerd hebben, is het onmogelijk leven met een halve maag. Ik had hen kunnen vertellen dat ik nog minder in staat ben te leven zonder hem, dat ik mezelf elke avond in slaap huilde omdat ik het idee niet aankon dat hij er binnenkort niet meer zou zijn. Dat niets erger is dan dit en dat ik liever nooit meer at dan hem te verliezen zonder proberen helemaal op te lossen. Er was te weinig water en te veel probleem. Ik ben een pijnstiller die niet meer voldoet. Het probleem is groter geworden dan mijn kracht. Oplossen volstaat niet meer. Ik heb gesmeekt, gevochten, gehuild, proberen te zwemmen , maar hij is toch verdronken. Nu ben ik alleen nog een probleem. Ik slaag er niet meer in op te lossen. Ik voel iets wat ik nooit eerder kreeg: medelijden. Een leegte moet niet opgelost, maar opgevuld worden. Ik wil vergeten in de hoop dat ik na een tijd vanzelf ook vergeten word. Eigenlijk wil ik niets, behalve slapen, terug kunnen oplossen tussen het vuile water in de afvoer. |