Hier komen de laatste 3 forum topics
te staan waarop je hebt gereageerd.
+ Plaats shout
Anoniem
Hey, everybody!
0 | 0 | 0 | 0
0%
Om mee te kunnen praten op het forum dien je ingelogd te zijn.Nog geen account? Klik hier om een gratis account aan te maken.

> Sluiten
Helper
18 van de 24 sterren behaald

Forum

ORPG, gedichten en schrijvers < Virtual Popstar Pagina: | Volgende | Laatste
ORPG || Met NightMary <3
District131
Straatmuzikant



Met @NightMary 

Ik: 


Juliette (Julia)

Jij:

Julian
NightMary
Popster



Julian
'Kun je niet blijven?' Door de manier waarop Sibyl haar woorden uitspreekt, ben ik er voor een moment heel zeker van dat ik dat zal doen. Ze sprak zo hoopvol, zo verlangend, alsof het alles beter maakt als ik niet zou gaan. De gevoelens die ze in mij losmaakt zijn anders dan ik normaal gesproken ervaar. Een deel van mij is haar dankbaar voor het feit dat ze me laat inzien dat ik me nog steeds zo kan voelen, maar het grootste deel wordt overgenomen door verbittering. Ze heeft ervoor gezorgd dat ik heel even geen leegte voelde, waardoor de impact daarvan nu alleen maar groter wordt. Niet omdat ik haar pijn wil doen, maar omdat het belangrijk is dat we in de realiteit blijven leven, hurk ik voor mijn zusje neer en kijk ik haar aan. 'Dat kan,' antwoord ik, 'als je het niet belangrijk vindt dat we vanavond warm zitten en te eten hebben.' Het gewicht van mijn woorden komen hard over haar heen. Dat kan ik zien wanneer ze haar ogen van me afwendt en als afscheid naar me knikt. Ik aarzel, maar breng dan toch mijn hand naar die van haar om te laten zien dat ik het waardeer dat ze haar broer liever bij zich heeft. Dan trek ik mijn hand terug en ga ik rechtop staan. 'Ik ben in de namiddag weer terug.' Ik slinger mijn pijlenkoker over mijn schouder, pak mijn boog vast en loop zonder nog naar haar om te kijken naar het bos.

@District131 
District131
Straatmuzikant



Juliette
Met een grote glimlach kijk ik naar buiten vanuit mijn koets. "U bent vast blij om straks weer thuis te zijn." Zegt Charlotte, mijn hofdame. Ik kijk op en knik. "Het was leuk om mijn neef te bezoeken en zijn nieuwe zoon voor de eerste keer te ontmoeten, maar ik heb iedereen zo gemist." Vertel ik. "Heb jij het niet gemist?" Vraag ik. Ze tuit ondeugend haar lippen waardoor er een grijns op mijn gezicht verschijnt. "Natuurlijk, maar ik had het erg naar mijn zin." Antwoord ze. Natuurlijk had ze het naar haar zin. De echtgenote van mijn neef haar broertje was ook op het hof in de week dat wij er waren en nadat Matilde voorgesteld werd klikte het meteen tussen de twee. Hoewel ze mij in de week hoorde bij te staan heb ik meerdere malen een oog dicht gedaan. Matilde is naast een hofdame een hele goede vriendin van mij en ik kon duidelijk zien dat ze het goed kon vinden met de jongeman die stapel verliefd bleek te zijn. "Hij komt binnenkort lang vertelde hij, hij wilt heel graag mijn vader ontmoeten." Mijn ogen worden groot als ze dat vertelt, ik wist hier helemaal niets van. Ik open mijn mond om haar te feliciteren, het is namelijk niet niks. Maar net voor ik haar kan feliciteren stopt de koets abrupt, ik vlieg voorover en stoot bijna mijn hoofd. Geschrokken kijk ik om mij heen, Matilda houdt haar vinger voor haar mond. Buiten de koets klinken luide geluiden van zwaarden die tegen elkaar aan slaan. "Als ik die deur open doe moet u rennen, niet omkijken gewoon rennen." Fluistert Matilda, ik begin te schudden met mijn hoofd. "W-wat gebeurt er?" Stotter ik. Ze pakt mijn schouders vast en kijkt me recht in mijn ogen aan. "Rennen, gewoon blijven rennen." Ik haal diep adem en knik. Voorzichtig doet ze de deur van de koets open en kijkt aan beide kanten. Ze trekt me de koets uit waardoor ik voor het eerst niet alleen de geluiden hoor maar ook echt de zwaardgevechten zie. In shock blijf ik staan. "Rennen, nu!" Roept Matilde, ik kijk op en zie hoe een gesluierde man op ons af komt rennen. Ik draai mij meteen om en begin te rennen. Ik ren het pad af en ren door de bomen het bos in. Zoals Matilde zei kijk ik niet om, bang voor wat ik zal zien als ik wel achterom zou kijken.

@NightMary 
  
NightMary
Popster



Julian
Met een knagend gevoel verplaats ik mezelf door het bos. Ik weet dat het niet eerlijk is om afstandelijk tegen mijn zusje te doen, maar het is beter zo. Makkelijker. Ik haal diep adem en laat me kalmeren door de geur van bladeren en aarde. Hoewel ik hier alleen ben, blijf ik toch op mijn hoede. Het zou niet de eerste keer zijn dat ik tuig tegenkom in het bos. Vroeger was ik daar nog bang voor, maar ik heb met die angst en onzekerheid om leren gaan. Dingen die erg leken, hebben naarmate de tijd verstrijkt steeds minder effect op me. Ik vraag me af of de dag ooit aanbreekt dat ik dat over mijn ouders kan denken. Ik schud de komende gedachten van me af en besluit me te focussen op wat me te doen staat, omdat ik me net zoals Sibyl moet realiseren dat dit de realiteit is en ik mijn best moet doen om mijn steentje bij te dragen. Bij de derde val die ik gisteren opgesteld had, vind ik een konijn. Het duurt niet lang voordat ik erachter kom dat het dier niet meer leeft. Ik maak zijn pootjes los en bind hem vast aan een touw, waarnaar ik het dier in een zak stop. Een konijn is niet genoeg om vanavond te kunnen eten. Ik maak de zak vast aan mijn riem en loop dieper het bos in. Ik heb geluk en kom al snel een hert tegen. Nadat ik mezelf op een beschutte plek gepositioneerd heb, pak ik een pijl uit mijn koker en span ik hem aan op de boog. Ik houd de pijl strak gericht en volg langzaam de beweging van het dier, terwijl ik rustig adem blijf halen. Nog een paar seconden en ik zou de pijl loslaten, in de hoop dat hij raak is.

@District131 
District131
Straatmuzikant



Juliette
Ik blijf maar rennen, ik durf niet te stoppen. Niet wanneer ik diep in het bos ben en ook niet wanneer mijn zij begint te steken. Ik wandel veel, dus beweging is geen probleem voor mij maar zolang heb ik nog nooit gerend. Ook al lijkt mijn lichaam mij te smeken om te stoppen hoor ik Matilde's stem in mijn hoofd: 'Rennen, gewoon rennen!' Mijn ogen beginnen op te wellen aan de gedachte aan Matilde. Zou ze ook gevlucht zijn? Kon ze ook weg rennen zoals ik, of hebben ze haar misschien wel gevangen genomen? Wie waren die mannen ook? Er is altijd gevaar voor bandieten, maar dit leken niet zomaar bandieten, deze mannen leken getraind in de manier van hoe ze vochten. Wie ze ook waren, ze waren niets goeds van plan, ik vrees voor Matilde haar leven en hoop maar dat ze ook weggevlucht is. Ik bijt op mijn lip als de pijn in mijn zij wel heel erg wordt, met moeite blijf ik door rennen. Maar op een gegeven moment beland ik verkeerd op mijn rechtervoet waardoor ik door mijn enkel ga en voorover val. De pijn in mijn zij, de pijn in mijn enkel, het hele gebeuren van net, alles bij elkaar wordt mij teveel waardoor ik mijzelf laat gaan. De tranen stromen over mijn wangen, snikkend veeg ik ze weg. En wanneer ik weer op wil staan duik ik toch snel weer terug op de grond. Ik hou uit schrik mijn adem in als ik iets in de verte zie bewegen. Opgelucht kan ik weer ademen als ik zie dat het een hert was en geen soldaat.

@NightMary 
NightMary
Popster



Julian
Als ik zou wegdenken dat we het vlees nodig hebben om in leven te blijven, vind ik jagen heel spannend. Het vereist concentratie en lege gedachten. Het enige waar ik aan denk is mijn ademhaling. Het enige dat ik doe is de pijl aanspannen en op het juiste moment loslaten. Mijn focus veranderd in een paar seconden vol spanning, waarin ik moet wachten totdat de pijl mijn prooi raakt, en eindigt in blijdschap en tevredenheid wanneer het doelwit is geraakt. Zelden mis ik een pijl. Dat zorgt ervoor dat ik geërgerd raak nu het deze keer wel het geval is. Op het moment dat ik de pijl loslaat schiet het dier door het bos heen. Snel leg ik een volgende pijl aan, maar het heeft al geen zin meer. Het hert is al buiten mijn bereik. Ik weet dat het geen zin heeft om er achteraan te gaan. Ik kan hem nooit meer inhalen. Mokkend kom ik overeind en loop ik een aantal meter vooruit om mijn pijl uit de boom te halen. Wat ging er fout? Ik bleef stil zitten en maakte geen geluid. Toch miste ik mijn pijl omdat het dier ergens van schrok. Mijn ergernis slaat om in irritatie wanneer ik de pijl uit de boom getrokken heb en zie dat hij bot is geworden. Onbruikbaar. Ik smijt het op de grond en zucht. Dan besluit ik verder te zoeken en weer in beweging te komen. Dit was een tegenslag, maar ik moet er niet in blijven hangen. Eerst loop ik rustig verder, maar ik verstijf wanneer ik in de verte beweging opmerk op de grond. Ik probeer me te concentreren en leg nog een pijl aan terwijl ik er langzaam naartoe loop. Hoe verder ik kom, hoe beter ik kan zien dat het geen dier is, maar een mens. Een meisje. Ik zet mezelf in het zicht terwijl ik de pijl aangespannen houd en kijk naar haar.

@District131
District131
Straatmuzikant



Juliette
Ik kijk toe hoe het hert een paar meter van me af weg rent, het is een prachtig dier. In elk ander geval zou het een mooi moment zijn, maar nu kan ik er maar weinig van genieten. Ik sta op en veeg mijn handen aan mijn jurk af, die al super vuil is geworden door de val. Ook zitten er een paar gaten in. Zonde, het was namelijk een mooi jurk die ik cadeau kreeg van mijn vader. Maar een paar gaten in een jurk vind ik niet erg als het rennen ervoor heeft gezorgd dat die soldaten mij niet meer zullen vinden. Ik kijk achterom en zie geen teken van de soldaten. Ik knijp mijn ogen wat samen en probeer nog een laatste keer naar een teken van beweging te zoeken. Maar ik zie en hoor niets. Een gevoel van hoop keert terug. Als ik misschien een dorpje vind of een boerderij tegenkom kan ik daar vast geholpen worden met terug keren naar het paleis. Als mijn vader hoort wat er is gebeurt zal het enkel een kwestie van tijd zijn voor hij de daders vind en hard zal optreden. Het enigste wat ik nu kan doen is zo ver mogelijk doorlopen, ik draai me om zodat ik verder kan lopen maar sta abrupt stil als ik oog in oog sta met een jongen. "Oh god." Mompel ik. "Asjeblieft doe me niets." Smeek ik. "Ik heb niks bij me, ik wil gewoon naar huis."  Maar dan zie ik de ringen om mijn vingers. "Hier wil je deze? Je mag ze hebben, ik moet hier gewoon weg." Zeg ik wanhopig en trek de ringen van mijn vingers af en hou ze voor hem. 

@NightMary 
NightMary
Popster



Julian
Met mijn pijl nog altijd aangespannen kijk ik naar het meisje, maar mijn greep verslapt wanneer ik de wanhopige blik in haar ogen zie. Ik richt mijn boog naar de grond en houd de pijl daar losjes omheen gespannen, voor het geval dat ik toch snel zal moeten handelen. Dan bekijk ik het meisje goed om in te schatten of ze een bedreiging kan zijn. Het zou niet de eerste keer zijn dat ik bijna in de val loop door rovers, maar ik voel dat het deze keer anders is. In haar ogen staat oprechte angst, iets dat niet zo gespeeld kan worden. Dit meisje is echt doodsbang dat haar iets zal overkomen. Maar waarom? Ik kijk naar haar jurk, die weliswaar beschadigd is, maar van goede kwaliteit lijkt te zijn. De ringen die ze aanbiedt om onbeschadigd te blijven zijn van grote waarde, dat is zelfs met het blote oog te zien. Toch denkt geen enkele vezel in mijn lichaam eraan ze aan te pakken. Ik krijg een vreemd gevoel bij de situatie, maar ik geloof haar dat ze gewoon naar huis wil, niets meer. Ze is duidelijk in nood en heeft hulp nodig. Maar is het aan mij om die te bieden? Ben ik wel in staat om die te bieden? Ik heb meer informatie nodig voordat ik een keuze maak. 'Waar kom je vandaan? Wat is er gebeurd?'

@District131 
District131
Straatmuzikant



Juliette
Wanneer hij niet reageert ben ik ervan overtuigd dat hij de pijl zal loslaten, uit angst sluit ik mijn ogen. Ik wacht op de pijl maar er gebeurt maar niks.  Als ik voorzichtig mijn ogen open zie ik dat hij de boog naar de grond heeft gericht. Verward kijk ik hem aan, vooral omdat hij het doet zonder de ringen aan te nemen. "I-Ik..." Ik probeer zijn vragen te beantwoorden maar ik ben te van streek om antwoord te geven. Ik verberg mijn gezicht in mijn handen en probeer rustig te worden. Als ik wat gekalmeerd ben kijk ik weer op naar de jongen. "Ik kwam terug van een lange reis, de hele reis verliep soepel maar opeens stopte we. En toen waren opeens allemaal mannen, geen idee wie het waren. Ik kon alleen hun ogen zien, voor de rest ware ze compleet bedekt. Nergens zag ik een teKen, een gilde, helemaal niets." Vertel ik. "Het waren niet zomaar rovers, deze mannen waren getraind. Oh god, als ik niet was weggerend was ik nu misschien dood." Ga ik verder. "Ik smeek je om mij te helpen, je hulp zal rijkelijk beloond worden. Goud, land, wat je ook maar wilt. Ik moet hier weg voordat ze mij vinden."Het was waar, mijn vader kan hard optreden maar ook rijkelijk belonen wanneer dat nodig is. Het is een rijke koning door de handel en bondgenoten, niets wat deze jongen zou vragen zou teveel kunnen zijn.

@NightMary 
 
NightMary
Popster



Julian
Door haar uitleg word ik zelf een beetje onrustig. Daarom kijk ik goed om me heen om te zien of er iemand is. Ze zegt dat ze aangevallen is en ik geloof haar. Deze reactie is namelijk onmogelijk om na te spelen. Mannen. Ze zei dat er ineens overal mannen waren. Ik kijk haar onderzoekend aan. Haar jurk is wat gehavend, maar het ziet ernaar uit dat het door het vluchten komt. Toch moet ik het zeker weten. 'Ben je.. onaangeroerd?' Het draait mijn maag om dat ik het moet vragen, maar ik weet dat ik haar op een andere manier zal moeten benaderen als dat wel zo is. Direct voel ik het gevoel van afschuw in me opkomen, dat ik vakkundig weg probeer te stoppen. Wat moet ik doen? Als het getrainde rovers zijn, kan ik me het beste maar nergens mee bemoeien. Straks komen ze op mijn familie af. Maar ik kan haar kreet om hulp niet afwijzen, omdat ik zijn stem in mijn hoofd hoor. Die van mijn vader. "Iemand in nood laat je niet achter, die help je." Ik weet niet wat ze precies uitkraamt over belonen, maar ik hoef het ook niet te weten op het moment. Ik verplaats mijn pijl en boog naar één hand en steek de ander uitnodigend richting haar uit. Niet voor haar om vast te pakken, maar om aan te geven dat we moeten vertrekken. 'Kom,' zeg ik. 'Als die mannen eraan dreigen te komen, kunnen we maar beter gaan.'
District131
Straatmuzikant



Juliette
"Ja, ze hebben mij niks kunnen doen."  Antwoord ik op zijn vraag als ik onaangeroerd ben. Pas wanneer ik het uitspreek besef ik mij hoeveel geluk ik wel niet had, als Matilde niet zo snel had gehandelt was ik er nu misschien niet meer. In het minst erge geval zou ik er nog wel zijn maar in een veel slechtere staat, het kunnen namelijk ook gijzelaars zijn. Het was bekend dat ik vandaag terug zou keren en hoewel de koets geen teken van koningschap had zoals de familieschild kon je door de vele soldaten goed zien dat er niet zomaar iemand in de koets zat. Er is ook een kans dat het huurlingen zijn, die zijn vaak het ergst maar je hoort er niet veel van, vaak juist omdat niemand het overleeft en ze zo te werk gaan dat er geen getuigen overblijven. Het idee bezorgt me de rillingen. Nog nooit heb ik mij zo onveilig gevoeld als nu. Het is wel eens voorgekomen dat een groepje bandieten iets probeerde, maar vaak werd het al snel opgelost door de soldaten. Ik knik als de jongen zegt dat we maar beter kunnen gaan in het geval dat de mannen er aan komen. "Hoe heet je?" Vraag ik. Geen idee als ik de jongen echt kan vertrouwen of als hij niet zo onschuldig is als hij lijkt, in beide gevallen is het handig om zijn naam te weten.

@NightMary 
NightMary
Popster



Julian
Ik knik wanneer ze zegt dat de mannen haar niets hebben kunnen doen. Toch lijkt het haar geen beter gevoel te geven, want ze lijkt nog steeds bang. Logisch. Wanneer ze mijn naam vraagt, geef ik niet direct antwoord. Het is duidelijk dat ze me niet probeert te beroven, maar toch ben ik terughoudend om een vreemde informatie over mezelf te geven. Daarom knik ik alleen naar haar om aan te geven dat we ons moeten verplaatsen. Ik draai mijn rug naar haar toe en zet alvast een stap vooruit, maar dan hoor ik de stem van mijn vader door mijn hoofd gaan. "Behandel een dame goed." Ik zucht in mezelf en draai me weer naar haar terug. 'Mijn naam is Julian,' zeg ik haar. 'Kan ik nu iets voor je doen?' Ik reik naar mijn veldfles, waar water in zit. 'Water?'
District131
Straatmuzikant



Juliette
Ik knik, Julian, een naam die ik wel kan onthouden. Jammer dat hij zijn volledige naam niet noemt, natuurlijk zou het ook niet gelijk betekenen als het echt zijn naam is maar tenminste is het iets waar ik mogelijk later iets mee kan. Ik kijk wantrouwend naar zijn veldfles als hij mij wat water aanbiedt. Kan ik het wel vertrouwen? Ik heb erg dorst van het rennen maar is het slim om water aan te nemen van een vreemde? Er kan van alles in zitten, misschien wel gif. Als hij niet zo onschuldig is als hij lijkt kan hij net zo goed 1 van die gesluierde mannen zijn, die mogelijkheid is er altijd natuurlijk. Misschien is dit wel een grote val. Ik schud de ideeën uit mijn hoofd. De dorst wint het van mijn alertheid. "Graag, dankje." Bedank ik hem en neem de fles aan. Gelijk begin ik te drinken, het gevoel van water in mijn droge keel voelt zo verkoelend. Doordat ik zo gehaast drink druipt het zo langs mijn mond op de grond. Als ik genoeg gedronken heb veeg ik mijn mond af. "Sorry." Zeg ik als ik zie dat ik het helemaal leeg heb gedronken. Mijn wangen gloeien uit schaamte, misschien wilde hij ook wat. 

@NightMary 
NightMary
Popster



Julian
Ik zie aan haar dat ze twijfelt of ze het water aan moet nemen, maar uiteindelijk neemt ze het aan. Wanneer ze alles opdrinkt en zich verontschuldigt, antwoord ik: 'Geen probleem. Laten we maar gaan.' Ik houd mijn hand uitgestoken om de veldfles weer aan te nemen, zodat ik hem vast kan maken aan mijn riem. Ik wacht totdat ze er klaar voor is om te gaan, maar van binnen voel ik me toch wat opgejaagd. Wat als die mannen achter ons aankomen en ons inhalen? We kunnen maar beter snel vertrekken. 
District131
Straatmuzikant



Juliette
Gelukkig vind hij het niet erg dat ik zijn water heb opgedronken. Als hij zijn hand uitsteekt kijk ik hem vragend aan, maar al snel begrijp ik dat hij zijn fles terug wil. Ik geef hem zijn fles terug en loop achter hem aan. Mijn ringen draai ik weer om mijn vingers. De ring om mijn middelvinger heeft aan de onderkant mijn familienaam in gegraveerd. Ik glimlach bij de gedachte aan mijn familie, het is een kwestie van tijd voor ik ze eindelijk weer zal zien. Ik bekijk de jongen en beslis dat hij niet veel ouder dan ik kan zijn, maar sterker is hij sowieso wel. "Woon je hier ver vandaan?" vraag ik.

@NightMary  
NightMary
Popster



Julian
Ik pak mijn waterfles van haar aan en stop hem goed weg. Terwijl we aan het lopen zijn, kijk ik naar haar. Ze lijkt veel aandacht te hebben voor haar ringen en hier zelfs troost uit te halen. 'Nee,' zeg ik als antwoord op haar vraag, 'het is niet ver.' Tijdens het lopen kijk ik onderzoekend naar het vreemde meisje. Ik besef me dat ze nu mijn naam weet, maar dat ik die niet van haar weet. Heel even denk ik eraan om het te vragen, maar dan bedenk ik me dat het misschien maar beter is als ik zo min mogelijk van haar weet. Ik voel me verplicht om haar te helpen, maar nadat ze weer bijgekomen is en op weg naar huis vertrekt, zal ik haar nooit meer zien. Wat maakt het dan nog uit hoe ze heet? Tijdens het lopen kijk ik oplettend om me heen, maar buiten ons is er niemand te bespeuren. Balen van dat hert. Ik had hem kunnen hebben, als hij niet geschrokken was van haar beweging. Ik probeer mijn zucht te onderdrukken, maar hij ontsnapt toch uit mijn mond.

@District131 
Plaats een reactie
Reageer
Om nieuwe berichten te laden: ingeschakeld
Pagina: | Volgende | Laatste