LadyStardust schreef:
Traagzame passen zette hij vooruit, het kamp rondom zich in zich opgenomen, puur om zijn licht heimwee gerust te stellen. Hij was terug. Nooit had hij erge last van heimwee, het nooit gevoeld door het gebrek aan een thuisbasis. Schepen waren zijn thuis. Eilanden waar hij soms een aantal nachten op doorbracht behoorden hier ook toe. En toch, ondanks alle ontkenende gedachten was het prettig om terug te zijn in het kamp.
De deur kraakte bij het openen, het gepiep van de schanieren kwam ergerlijk bij hem binnen. Niet meteen kwam hij aan bij het kantoor van mr. D, hiervoor nog een deur moeten passeren, waar hij eerst een op klopte. 'Come in.' Hoorde hij een bekende stem mompelen, en toch verstaanbaar genoeg voor Davey om het te verstaan. Davey duwde de deur open en meteen werd hij bekeken door de god. 'Davey! My boy, take a seat.' Enthousiast bracht hij het naar buiten, zijn hand gebarend naar de stoel tegenover zijn bureau, waarop Davey plaats nam. 'I heard you need a new ship, because I'm assuming the last one got destroyed again.' Davey knikte even. 'Poseidon?' Een lach liet de jongen horen, onderwijl hij zijn hoofd schudde. 'Oh no, let me tell you.' Ook mr. D lachte even, onderwijl hij hem liet spreken. 'So here I was, crew and all, just chilling on this island for a while, because why not. So one of my crew members does something stupid and Zeus gets mad, like, furious. So the next day we set sail, ready to get back home or to whatever island we can find. And this fucker-' Mr. D onderbrak hem, wat ergens begrijpelijk was. 'Be respectfull, Davey.' Davey kon echter alleen met zijn ogen rollen. 'So this god sends lightning right into my ship. The whole thing explodes, my entire crew is dead. I am left clinging to a piece of wood, trying to comprehend what just happened, when he sends a gust of wind, sending me straight into the ocean. I, ofcourse, am a little angry myself, only to be distracted by Charybdis. Who even created that thing?' Hij was even stil, aangehoord hoe mr. D zat te lachen. 'Probably Zeus.' Werd hem toen verteld. 'Or Poseidon, it is a sea monster after all.' Voegde de god er nog aan toe. 'I figured.' Mompelde Davey wat chagrijnig.
'So that thing eats my piece of wood, letting me to cling onto a rock that stuck out above the water. A few hours later, I get my piece of wood back, so I paddle the hell out of there. I don't know how long it was, but I washed up on the shore of an island. The king gave me a ship and a crew and they brought me back here.' Mr. D leek sprakeloos, Davey knikte even. 'I'll get you a new ship.' Een glimlach vertoonde Davey. 'Thanks.' En daarmee stond hij op, richting de deur gelopen, nadat hij gedag had gezegd.
Slenterend liep hij richting zijn cabin. Het hele kamp moest hij door, ondanks zijn gebrek aan energie. Hier en daar begroette hij wat kampers, onderwijl hij zijn naam op sommige komenten hoorde. Ze hadden door dat zijn terugkomst bijzonder was. Hij was immers vaak weg, maar als hij er was had hij veel te vertellen. Ditmaal had hij er geen zin in, hij zal wel wat verhalen vertellen tijdens het eten. Eindelijk arriveerde hij bij de cabins. Vanuit zijn ooghoek zag hij Melanthi op het dak van, wat hij verwachtte, Artemis' cabin zitten. Even stond hij stil, vragend gekeken naar hoe ze op het dak gekomen was, vooraleer hij zich realiseerde dat de cabin verschilde van de anderen qua dak. Hij liep weer verder, naar zijn eigen cabin. Indrukwekkend was het niet. Geheel van hout gemaakt, nog kleinder dan de rest van de cabins. De deur duwde hij open, waarna hij even zuchtte. Het was een rommel binnen, wat het altijd was. Spullen die hij had meegebracht van zijn reizen stonden overal, het bijna laten leken op de kapiteinshut van een schip. Veel meubulir was er ook niet. Een hangmat, bank, kast en bureau met stoel stonden er, verder waren het planken aan de muur en wapens die er rondgeslingerd lagen. Davey liet zich vallen op de bank, zijn ogen even gesloten.