schreef:
Lu volgde Matt vanuit haar ooghoeken. Voor ze tijd had om te antwoorden - ook al wist ze niet wat te antwoorden, stond er iemand aan de deur. Fucking hell, haar hart bonsde bijna uit haar borstkas. Eerst uit angst dat Matt vijanden of vrienden had uitgenodigd - sowieso beiden slecht nieuws, dat wist ze uit ervaring, maar daarna na het horen van Carlo’s stem was het omdat al haar zintuigen overuren maakten.
Het maakte haar hoofd en haar hart gek van verlangen. Het verlangen om weg te kruipen in zijn armen en alle zorgen in de wereld te vergeten. Hun blikken kruisten heel eventjes voor Mattias zich tussen hen in wurmde. Ergerlijk, vond ze. Want ze wist dat dit problemen ging geven. Haantjesgedrag zag ze overal. In de club, thuis, haar exen, zelfs Jakub en Andrei onderling - en nu hier.
De spanning bouwde zich langzaam op. Lu bleef observeren vanop afstand. Met gekruiste armen voor haar borst, afwachtend, ongeduldig. Wijselijk zweeg ze, slim genoeg om voorlopig niet tussenbeiden te komen. Algauw escaleerde alles. Mattias lachte spottend, waarop Carlo zich een weg naar binnen drong.
Dat was het moment waarop Lu zich omdraaide omdat het haar werkelijk geen hol kon schelen. Ze had het moeten weten dat zelfs deftige mannen zoals Carlo, hun pik achterna liepen en om een vrouw zouden vechten. Terwijl het gestommel en gebrom achter haar bleef duren, trok ze een emmer weg onder het aanrecht om er ijskoud water in te laten stromen. Lu had een efficiënte manier van brandjes blussen tegenwoordig. Veilig voor haar én ze waren per direct afgekoeld. Daarom gooide Lu de volledige emmer recht over het tweetal dat tegen de muur aangeplakt stond.
“What the FUCK?!,” schreeuwde Lu daarna.
“The fucking Blaga’s? Do you want me dead? They own me, Matti, for gods sake!”
Lu duwde hen ondertussen uiteen.
“No one is going to jail. Back off,” siste ze daarna tegen Carlo.
Met haar beide handen duwde ze de driftkikkers uit elkaar.
“I’m taking my stuff. And I don’t want any of you moving. Got it?”
Lu liet haar blik over hen beiden glijden, ze stonden erbij als verzopen katten. Weliswaar twee knappe verzopen katten. Kwaad stormde ze weg om haar spullen te pakken en die richting Carlo te gooien.
“Move, don't bleed on my stuff will you.”
Haar haat tegenover de Blaga’s was groter dan al wat ze kon liefhebben. Voor geen goud in de wereld keerde ze terug naar dat hellegat. Iedereen met connecties was dood voor haar. Dat meende ze, zelfs tegenover Matt. Dit kon niet. Haar leven was het niet waard om op te geven voor hem. Hoe groot haar schuldgevoelens ook waren.
“And don’t you dare touching me,” zei Lu nog tegen Carlo, wijzend met haar vinger.
Niet dat ze echt wou dat hij haar niet aanraakte, gewoon om grenzen duidelijk te maken. Wat haar net met Matt overkwam, kon niet gebeuren met Carlo. Hem kon ze niet kwijtspelen, bij hem moest ze zich veilig voelen. Zo liet hij haar altijd voelen en dat wou ze graag zo houden.
"I'll be in touch with you. If I want to. Hope I'm not giving the wrong impression about that too," was het laatste wat ze zei tegen Mattias.
Daar mocht hij eens over nadenken. Al die tijd had ze zich triest, verdrietig, schuldig, gefrustreerd en nog zoveel meer gevoelen - nu voelde ze zich gewoon zo ongelofelijk kwaad.
@marlee