Hier komen de laatste 3 forum topics
te staan waarop je hebt gereageerd.
+ Plaats shout
Bluesweater
Het is bijna december !!!!!!
0 | 0 | 0 | 0
0%
Om mee te kunnen praten op het forum dien je ingelogd te zijn.Nog geen account? Klik hier om een gratis account aan te maken.

> Sluiten
Helper
13 van de 24 sterren behaald

Forum

ORPG, gedichten en schrijvers < Virtual Popstar Eerste | Vorige | Pagina: | Volgende | Laatste
ORPG | Apostasy and Cerdenda
Account verwijderd




Toen hij zijn armen naar haar uitstak, liet ze zich op het bed zakken en kroop ze opnieuw in zijn armen. Zijn armen waren altijd veilig. In zijn armen was er nooit iets aan de hand, was ze altijd in volledige rust. Ze wist niet of hij dat met haar deed of dat dat gevoel vanuit haarzelf kwam. Het maakte haar ook niet uit, het gevoel was het hoe dan ook waard. In zijn armen hoefde ze niet na te denken over alles wat er fout ging. Ze hoefde niet te denken aan de dingen die haar op dat moment dwars zaten. In zijn armen bestond dat allemaal niet. Ze wist echter dat dat nooit voor lange duur was. Er kwam een tijd waarop ze dingen moesten doen, ze hadden zo hun verplichtingen. Hij was er voor de mensen die problemen hadden met hun gave, hij stelde ze gerust. En zij? Zij deed eigenlijk niks. Ze wilde het wel, maar ze hadden nog altijd geen taak voor haar. Zij kon geen mensen helpen. Iedereen hier had een handige gave, iedereen behalve zij. Zij kon geen mensen rustig maken, zij kon geen mensen genezen, zij kon geen mensen opvrolijken. Nee, zij kon alleen maar levens beëindigen. En toch accepteerden ze haar, hielden ze van haar. Ze kon hen niet helpen, maar toch hielpen zij haar wel. Ze vond het mooi, het was zo anders dan Apostasy. Daar had ze altijd moeten vechten, daar had ze er altijd alleen voor gestaan. Leya was bij haar, maar de vrouw kon haar niet redden daar. Ze kon niet laten zien dat ze iets om haar gaf. Met elkaar slapen was één ding, maar om elkaar geven was een heel ander ding. Liefde viel niet te tolereren. Ze had het gehaat.
'Misschien ziet Leya wel in dat het leven hier beter is. Je moet haar niet direct opgeven.' haar blik gleed naar Dane. Ze schudde haar hoofd, dat was Leya niet. Leya zou niet toegeven aan haar zwakte, Cerdenda zou nooit een optie voor haar zijn. Hoe graag Leya ook bij haar wilde zijn, ze zou nooit toegeven aan haar eigen zwakte. Maar Dane kon dat niet weten. Ze liet haar vingers even door zijn vrolijke krullen gaan en kwam toen overeind, waarna een zucht over haar lippen gleed. Ze moest haar gewone leven weer oppakken. Ze moest doen alsof gisteren nooit gebeurd was. Gelukkig was ze niet, maar ze had wel vrede met het leven dat ze momenteel had. Leya had dat verstoord, ze wilde meer dan ze nu had. Maar het zou nooit mogelijk zijn, niet in deze wereld. Dane liet haar gaan en klom uit haar bed. Hij raakte even haar wang aan voor hij haar vieze kleren pakte en knipoogde.
'Ik zal vandaag je kleren wel wassen.' zei hij, voor hij haar tent verliet. Dane wilde haar graag helpen. Soms uitte hij dat een beetje stom, maar ze wist het wel. Ze glimlachte even. Haar maag bromde en opnieuw gleed een zucht over haar lippen. Ze verliet haar tent en ging op weg naar Loraine. Ze vond het nu bijna vervelend dat de vrouw dezelfde naam had als de vriendin van Leya, maar ze wilde zich niet laten kennen.
Anoniem
Landelijke ster



Nadat Lorraine het vonnis had uitgesproken was Leya zonder nog iets te zeggen omgedraaid en de tent uit gelopen. Ze wist niet waar ze heen kon gaan, ze kende zat mensen hier maar het was niet zo dat ze echt met hen wilde praten nu. Ook betwijfelde ze of zij wel met haar wilde praten, zij was gevlucht en had hun achtergelaten. Ze besloot dus maar om naar haar tent te gaan en te kijken hoe die er bij lag. 
Terwijl ze over het terrein heen liep, voelde ze de ogen in haar rug. Het leek wel of iedereen stopte waarmee ze bezig waren om haar even aan te storen. Ook hoorde ze gefluister. Ze keek niemand aan maar hield haar hoog omhoog totdat ze bij haar tent aan kwam, of wat er nog van over was. Haar tent was helemaal kapot, er waren grote stukken gewoon helemaal weggeblazen. Haar spullen lagen overal. Ze voelde de woede weer opborrelen. Zo lagen de andere tenten er niet bij. De meeste tenten waren wel kapot maar lang niet zo kapot als haar tent was. Er was haast niks meer van over. Ze begon haar spullen op te rapen. Ze had nooit echt veel spullen gehad maar dat wat ze had was haar erg kostbaar. Snel zocht ze naar de kist waar alle herinneringen aan haar moeder inzaten. Ze kon de kist nergens vinden en de stress sloeg toe. Vol frustratie haalde ze haar handen door haar haar. Ze moest die kist vinden, het was alles wat ze nog van haar moeder had. 
Opeens hoorde Leya achter zich wat gelach. Ze draaide zich om en keek recht in het gezicht van Kate. Ze keek haar met een brede glimlach aan. Het was een ziekelijke glimlach. Eigenlijk hadden Leya en Kate altijd al een hekel aan elkaar gehad. Ze paste gewoon totaal niet bij elkaar. Kate was veel te zelfingenomen en ze was achterbaks. Je kon haar nooit vertrouwen. En vertrouwen was nou net iets wat Leya wel belangrijk achtte. 
"Wat is er Leya? Ben je je tent kwijt?" lachte Kate. Leya kon haar lach wel van haar gezicht afrukken. Woedend liep ze op de blonde vrouw af. Leya was een hele kop groter maar dat zou niet betekenen dat Kate zich geïntimideerd zou voelen. "Wat heb je met mijn tent gedaan?" riep ze woedend. Ze boorde haar ogen in de blauwe ogen van Kate. "Vertel op blondie." Kate grijnsde breed en snoof. "Alleen maar wat een vluchteling verdient," zei ze vervolgens.
Op dat moment brak Leya, ze verloor haar kalmte volledig. Haar zicht werd een soort rode waas. In één beweging had ze Kate gevloerd en lag ze bovenop de blonde vrouw. Ze drukte haar met haar lichaam tegen de grond. "Neem die woorden terug heks," riep ze. Om hen heen kwamen steeds meer mensen staan, ze wilde het voorval wel eens goed bekijken, zo waren ze hier in Apostasy. De mensen begonnen te roepen. "Kate, Kate, Kate" riepen ze. Het was een irritante chant die Leya voor een paar seconde even afleidde. Waardoor Kate onder haar uit kon kruipen en Leya vervolgens een trap tegen haar hoofd aan gaf. Meteen werd Leya's zich wazig maar ze bezweek niet. Snel stond ze op en deelde ze de volgende trap uit. Deze kwam in Kate's maag uit waardoor Kate ineen kromp en op de grond zakte. Daarbij stopte Leya echter niet. Ze was zo woedend, woedend omdat ze Celeste nooit meer kon zien, woedend omdat Lorraine haar had veroordeeld, woedend omdat ze haar moeder's kist kwijt was en woedend omdat Kate haar had uitgedaagd. 
Account verwijderd




Ze wist niet waarom een naam haar plotseling zo kon irriteren. Irriteerde de naam haar nu echt alleen omdat Leya's nieuwe vriendin dezelfde naam droeg? Was dat reden genoeg om geïrriteerd te raken? Op sommige punten had Leya misschien gelijk, misschien was ze soms wel zwak. Een zucht gleed over haar lippen voor ze zich bij de oudere vrouw voegde. Ze had Loraine altijd gemogen. De vrouw was de oudste en dus de wijste in het kamp. Onbewust bestudeerde ze de vrouw, op zoek naar een teken van pijn. De vrouw kon geraakt zijn, maar leek dat niet te zijn. Als ze dat geweest was, had Oliver haar zeker genezen. Oliver en Loraine waren veel samen, zij had zich een soort van benoemd tot zijn moeder. Loraine was een tweede moeder voor iedereen hier, maar ze was nog net iets meer voor Oliver. Waarschijnlijk was de oude vrouw de enige die wist van zijn problemen. Oliver praatte er niet over, maar ze had wel eens gezien dat Loraine begrijpend naar hem gekeken had en dat ze vervolgens apart gingen zitten om te praten. Soms wilde ze hem ernaar vragen, maar dan bedacht ze zich dat hij het haar wel zou vertellen als hij daar zelf aan toe was.
'Goedemorgen Celeste. Heb je Dane nog gezien? Hij maakte zich erg veel zorgen over je toen hij je nergens kon vinden. Ben je er een beetje goed vanaf gekomen?' vroeg Loraine met een vriendelijke glimlach op haar gezicht. Ze schepte wat dingen voor haar op terwijl ze praatte.
'Ja, ik heb Dane nog gezien. Ik ben er zonder kleerscheuren vanaf gekomen. Hoe deed hij het gisterenavond?' vroeg ze. Ze nam het bord van Loraine aan en begon aan een broodje. Ze bakten het brood zelf hier, maar het bleef vaak even liggen en werd snel oud. Desondanks was ze erg blij met het eten dat ze kreeg.
'Ik geloof dat hij twee kogels gevangen heeft. Oliver heeft hem direct genezen en hij heeft toen de leiding genomen over het repareren van de tenten. Jouw ten was natuurlijk de eerste.' een kleine glimlach verscheen op haar gezicht. Dane had haar echter niet verteld dat hij geraakt was. Daar zou ze hem eens op aanspreken. Ze bedankte Loraine voor het eten en ging er toen vandoor. Loraine was nog altijd de oude, ze was nog altijd vriendelijk en lief. Het was niet eerlijk dat haar naam het lastiger voor haar maakte. Ze kon zich niet eens meer herinneren hoe de Lorraine uit Apostasy eruit zag. Toen zij weggegaan was, was Lorraine nog niets. Ze had geen status, geen belangrijke taak. Nu was dat overduidelijk wel zo. Ze vroeg zich af of dat Leya zo aantrok, macht en status. Zij zou het de vrouw nooit kunnen bieden. In Cerdenda hielp iedereen mee, iedereen was even belangrijk. De een was populairder dan de ander, maar een bepaalde status was er niet. En macht was er al helemaal niet.
Anoniem
Landelijke ster



Van het ene op het andere moment was Leya aan het inslaan op het gezicht van Kate. Kate's gezicht begon te bloeden en ze raakte vrijwel meteen bewusteloos. Leya had dit echter allemaal niet in de gaten. Ze kon gewoon niet meer stoppen, al de woede die ze had ingehouden kwam er in één keer uit. Het was alsof ze niks anders meer voor ogen had dan wraak en moord. Ze was de ultieme moordmachine geworden en niets hield haar meer tegen.
Totdat Leya van Kate werd afgehaald. Ze voelde meerdere handen die haar vasthielden. Met alle kracht probeerde ze zich los te rukken maar het lukte niet, er waren zeker 4 mensen die haar vasthielden. Ze begon te schreeuwen uit woeden, uit frustratie. Ze schreeuwde geen woorden, geen zinnen, het waren enkel alleen krijsen. Vreselijke krijsen die je kippenvel gaven.
Opeens verscheen Lorraine voor haar en toen werd haar beeld zwart.  
Toen Leya haar ogen opendeed lag ze in Lorraine's tent, ze herkende de binnenkant van de tent uit duizenden. De vele spullen die Lorraine had liggen en het heerlijke bed waar alleen leiders op mochten slapen. Ondanks dat ze in het heerlijke bed lag, voelde ze zich vreselijk. Haar hoofd bonkte vreselijk en haar knokkels deden pijn. Ook haar knieën broos aan. Ze kon zich weinig herinneren van wat er was gebeurd en hoe ze hier terecht was gekomen. Ze kon zich alleen nog herinneren hoe ze haar vernielde tent aantrof en ze kon het aanzicht van Lorraine's gezicht nog herinneren. Het was allemaal heel vaag en wazig dus ze kon er nog steeds weinig uit op maken. 
Ze wist wel dat ze hier niet kon blijven, er zou vast een reden zijn waarom ze hier was en dat wilde ze uit zoeken. Het kostte haar veel moeite om het bed uit te komen maar het lukte wel. Haar hele lichaam deed zeer maar ze negeerde de pijn, zoals ze dat altijd deed. Ze kreunde even van de pijn toen er een steek door haar rug heen ging. 
Op dat moment kwam Lorraine binnen. De roodharige vrouw liep meteen op Leya af om haar te ondersteunen. "Doe rustig Leya," zei ze. Haar stem klonk bezorgd, iets wat Leya maar niet kon plaatsen. Lorraine uitte zelden echt haar bezorgdheid voor Leya dus dit was een apart geval. "Ik red mezelf echt wel," zei Leya vervolgens. Lorraine kneep haar ogen tot spleetjes en ging met haar armen over elkaar tegenover Leya staan. "Ja dat was te zien," De bezorgdheid uit haar stem was volledig verdwenen. "Waarom ben ik hier Lorraine? Wat is er gebeurd?" Lorraine keek Leya doordringend aan. "Je hebt Kate vermoordt."
Account verwijderd




Tijdsprong

Ze was te impulsief, ze wist dat ze dat was. Ze kon chaotisch, impulsief en overgevoelig zijn. Vandaag was zo'n dag. Ze wist niet precies wanneer ze besloten had dat ze het niet meer voor elkaar kreeg, maar ze kreeg het niet meer uit haar hoofd. Het voelde bijna alsof haar tatoeage opnieuw toesloeg, ze had moeite met het concentreren op andere dingen. Toen ze Dane verteld had dat ze Leya op wilde zoeken, had hij haar voor gek verklaard. Dat was ze misschien ook wel. Toch kreeg ze het niet meer uit haar hoofd, ze moest Leya zien. Ze had maanden zonder de vrouw gedaan en ze had zich maandenlang ook prima gevoeld, maar die tijd was voorbij. Het was alsof ze afgekickt was, maar toch nog een shot gekregen had en nu echt niet meer zonder kon. Ze droomde zelfs over Leya. Niemand zou haar tegenhouden, zo waren ze in Cerdenda niet, maar ze verklaarden haar wel voor gek. Als ze niet meer terug kwam, wisten ze in elk geval waar ze haar einde gevonden had. Ze was nooit bang geweest voor het einde.
'Maak ze af als ze iets proberen.' Dane glimlachte breed naar haar, maar ze kon de zorgen op zijn gezicht zien. Ze had afscheid van Leya genomen, maar zo voelde het niet. Ze raakte Dane's schouder kort aan voor ze hem verliet. Ze zou wel terugkomen. Dane hoefde zich geen zorgen te maken, ze zou wel beschermd worden.
Toen ze zich tussen de twee kampen bevond, ging ze zitten. Het stukje bos dat zich tussen de kampen bevond, was rustig en vredig. Ze ging zitten en sloot haar ogen. Als ze wilde dat het beest naar buiten kwam, kon ze niet anders dan pijn lijden. Ze dacht aan alle vreselijke dingen die haar aangedaan waren. Alle dingen waar ze een hekel had. Ze dacht aan de moorden die ze gepleegd had, het gehuil van kinderen toen ze hun ouders dood aantroffen. En het deed pijn. De tranen leken zich een weg naar buiten te branden en haar rug maakte het bijna onmogelijk voor haar om rechtop te blijven zitten. Toch stopte ze niet. Ze dacht aan de keren dat iemand gesmeekt had haar te sparen, de keren dat zij daar niet naar geluisterd had. Ze dacht zo veel, dat de pijn in haar rug zijn hoogtepunt bereikte en het enorme wezen zich van haar losmaakte. Met een luide brul kwam het overeind. En met hem, kwam zij ook overeind. De pijn verdween zodra het haar lichaam verlaten had. Ze begon direct te lopen, het beest volgde haar op de voet. Het torende boven haar uit, maar zij werd er niet bang van. Zij was een deel van hem en hij was een deel van haar. Samen waren zij een geheel, maar apart niet. Ze hadden elkaar nodig. Toen ze de rand bereikte, twijfelde ze even. Ze stond op het punt haar oude kamp binnen te vallen, op zoek naar Leya. Mensen zouden het niet op prijs stellen, misschien Leya ook niet. En misschien was dat ook wel precies wat ze nodig had, misschien had ze het nodig dat Leya haar liet zien dat ze niets van haar wilde. Misschien wilde ze wel dat haar hoop vertrapt werd. Misschien wilde ze gewoon door met haar leven zonder te hoeven twijfelen hoe het met Leya zou zijn.
Anoniem
Landelijke ster



Met moeite had Leya haar status weer terug kunnen krijgen. Het was een moeilijke klus geweest, ze had veel gevechten aan moeten gaan en veel aanslagen moeten plannen. En dan had ze ook nog 40 zweepslagen moeten ondergaan. Haar straf was verhoogd toen bleek dat ze Kate had vermoordt. Normaal gesproken was het niet tegen de regels om iemand uit je eigen kamp te vermoorden, maar dat geldt alleen in een uitgedaagd één op één gevecht. Het gevecht dat Kate en Leya hadden gehad was een wraak gevecht en dan was het moorden strafbaar. Eigenlijk had Leya's straf hoger moeten zijn, dat wist zij ook wel. Maar het was Lorraine die haar straf had verlaagd. Vele mensen, vrienden van Kate vooral, waren woedend. Het was zelfs bijna zo ver gekomen dat er een nieuwe electie zou komen, een nieuwe leider. Maar gelukkig had Lorraine zich daar uit kunnen redden en had ze de volledige macht weer in handen.
Al deze problemen van de afgelopen weken waren niet gebeurd als Leya niet was gevlucht voor haar prioriteiten. Dan had ze niet opnieuw moeten beginnen met het verwerven van haar status. Dan had ze niet de hele tijd met dat zeurende gevoel in haar maag rondgelopen, dat gevoel dat haar vertelde dat ze zwak was. Ze twijfelde nooit echt aan haar sterke maar deze laatste paar weken waren een ander verhaal geweest. Het was lastig om haar eigen zwakte niet te herkennen, maar ze deed er alles aan om die zwakte te elimineren. Alleen dan zou ze ooit volledige macht kunnen krijgen over Apostasy. Maar daarvoor zou ze eerst Lorraine moeten verslaan. En dat zou om verschillende redenen nog wel eens lastig worden. Het was namelijk een traditie dat de nieuwe leider de oude leider in een combat moest uitdagen, dit zou een gevecht zijn tot één van de twee zou sterven. 
Leya zuchtte en rekte zich uit waarna ze een blik wierp op de slapende roodharige vrouw die naast haar lag. Onwillekeurig verscheen er een kleine glimlach op haar gezicht. Het was raar hoe vredig Lorraine er bij lag wanneer ze sliep, ze zag er bijna gelukkig uit. 
Met haar vingertoppen streelde ze Lorraine's blote rug totdat Lorraine haar ogen opende en zich naar haar toe draaide. "Goedemorgen," fluisterde zachtjes. Ochtenden zoals deze waren kostbaar, ze konden zelden samen wakker worden, het zou veel te veel opvallen voor de rest van het kamp. Maar deze ochtend was een ander verhaal. Gisteren was er een groot feest geweest, iedereen had het naar zijn zin gehad, zelfs Leya. Het was erg laat geworden dus iedereen zou nog tot laat in de middag in zijn bed blijven liggen. Dus hadden Leya en Lorraine even de tijd voor hunzelf. "Goedemorgen," fluisterde ze terug. 
Account verwijderd




Het was rustig in Apostasy, opvallend rustig. Misschien was het geen slimme zet om nu te komen, nu iedereen nog in bed lag. Ze had geen idee waar Leya sliep en ze had niemand waar ze het aan kon vragen. Een geïrriteerde zucht gleed over haar lippen. Ze ging tegen een boom zitten en haalde een hand door haar haren, misschien moest ze wachten tot er wat mensen wakker zouden worden. Ze sloot haar ogen, het beest zakte naast haar neer en zij leunde tegen het beest aan. Het beest was warm en zacht. Ze voelde zich altijd veilig als hij bij haar was, ze wist dat er niets zou kunnen gebeuren. Het was warm en veilig en het duurde niet lang voor ze in slaap viel.
Toen ze wakker werd, hoorde ze mensen praten. Wat gedesoriënteerd keek ze om zich heen, tot ze besefte waar ze was. Direct kwam ze overeind. Het beest volgde haar bijvoorbeeld direct. Ze begon te lopen, haar idee was niet veranderd. Ze wilde Leya zien. Haar hart moest vertrapt worden, haar hoop gebroken. Ze kon niet verder als Leya niet voor eens en altijd duidelijk maakte dat ze nooit iets zouden zijn. Nu had ze hoop, hoe stom ook. 
Deze keer stopte ze niet bij de rand. Ze liep het kamp binnen zonder iemand aan te kijken. Het beest liep achter haar, torende boven haar uit. Ze kon de blikken in haar rug voelen branden, maar ze gaf er niet om. Vroeg of laat zouden ze wel iemand sturen om haar te stoppen, dan kon ze eisen dat ze Leya wilde spreken. Dat moment kwam maar al te snel. En natuurlijk was het niemand anders dan Lorraine. Ze had de vrouw nooit eerder gezien, maar uit verhalen kon ze opmaken hoe ze eruit zag. Bovendien zag ze de kleine vlammetjes uit haar vingers glijden. Toch glimlachte ze. Dit was de vrouw waar Leya tegenwoordig mee was. Ze bekeek de vrouw, ze kon zien wat Leya in haar zag. De vrouw kwam sterk over. Ze leek meedogenloos en angst was nergens te bekennen.
'Je weet dat jij hier niet meer welkom ben, Celeste.' vertelde de vrouw haar met een ijzige kalmte. Ze stopte met lopen. Lorraine leek boos, maar ze sprak kalm. 
'Ik kom hier niet om met jou te praten. Ik wens Leya te spreken.' zei ze simpelweg. Daar leek Lorraine niet blij mee te zijn. Ze kon bijna het vuur in haar ogen zien. Toen de vrouw vooruit stapte, was het genoeg geweest. Nog geen seconde later lag de roodharige vrouw op de grond, het beest bovenop haar. Ze kon zijn moordzucht voelen. Hij deed het niet, zij wilde niet dat de vrouw aan haar einde kwam. Diverse mensen hadden zich om hen heen verzameld. Lorraine was geen opgever. Ze kon voelen dat Lorraine haar best deed het beest weg te branden, maar elke keer dat ze bijna onder het beest uit kwam, sprong hij er opnieuw bovenop.
'Goed, dus je wilt het niet makkelijk maken.' mompelde ze. Ze richtte haar aandacht op de mensen die naar hen keken. 'Als jullie je geliefde leider willen behouden, zou ik toch maar heel gauw Leya halen.' vervolgde ze. Mensen begonnen te mompelen, maar ze zag niemand aanstalten maken. Het beest duwde zijn poot tegen Lorraine's nek, waardoor ze het wel heel erg moeilijk kreeg met ademhalen. Dat was niet haar probleem.
Anoniem
Landelijke ster



Met een kus hadden de twee van elkaar afscheid genomen. Zodra Lorraine Leya's tent uit was, was Leya weer op het bed gaan zitten. Ze haalde een hand door haar haar en zuchtte. Het zou altijd hetzelfde gaan met Lorraine en ze wist niet of dat ze dit zo nog wel zo lang kon volhouden. Al dat neppe gedoe en die afstand wanneer ze in het openbaar waren en dan al de aanrakingen wanneer ze alleen waren. Het was frustrerend en verwarrend, ze zou er nooit aan kunnen wennen. Lorraine zou nooit haar geluk kunnen zijn. Het was vreemd hoe ze sinds de wederontmoeting met Celeste vaker aan het begrip geluk dacht. 
Op het eerste moment leek het net of het ze zichzelf verbeeldde. Ze dacht dat ze Celeste hoorde en Lorraine. Opeens hoorde ze een grom en een bons. Dat gaf de doorslag en meteen rende Leya haar tent uit om het tafereel wat zich buiten afspeelde, te bekijken.
Eerst kon ze haar eigen ogen niet geloven. Midden op het plein van het kamp lag Lorraine, gevloerd, verstikt door niemand minder dan het beest van Celeste. Het aanzicht van de vrouw deed Leya duizelen. Ze had haar in geen weken meer gezien, het was net alsof ze uit haar droom was gestapt. Nu zag ze er alleen sterker uit dan ze haar ooit eerder gezien had. Leya's hart begon sneller te kloppen en de adrenaline schoot door haar lijf toen ze Celeste's bevel hoorde. Ze beval om háár te zien, om háár te spreken. Haar hersens konden het allemaal moeilijk bevatten alleen haar lichaam wist wat haar te doen stond. Ze rende op het tafereel af en ging tegenover het beest staan die Lorraine nog steeds op de grond aan het drukken was. Lorraine's gezicht werd bijna even rood als haar haar door het gebrek aan zuurstof. "Stop Celeste!" riep ze plotseling. "Ik ben hier, laat haar gaan." 
Account verwijderd




Het zou zo gemakkelijk zijn om er een einde aan te maken. Eén gedachte en het zou allemaal voorbij zijn. Apostasy zou geen leider meer hebben en in de chaos zouden steeds meer mensen naar Cerdenda overstappen. Het was zo gemakkelijk, maar ze deed het niet. Ze kon het niet. Hoe graag ze ook een einde maakte aan Lorraine, ze kon het niet. Leya gaf om de vrouw die momenteel vocht voor adem, maar net genoeg adem kon halen om bij bewustzijn te blijven. Het was een vreselijk gevoel, dat wist ze wel. Toch verdiende de vrouw het. Ze had onschuldige mensen vermoord, ze stuurde een heel leger aan op haar vreselijke missies, ze kende geen medeleven en ze had wat zij zo graag wilde, Leya. Ze kreeg het niet meer uit haar hoofd. Ze kon niet meer eten en slapen, ze kon niets meer nu ze hoop had. Ze had er een hekel aan. Ze wilde dat het eindigde, ze wilde geen seconde meer verspillen aan haar gedachten over Leya. Het dreef haar tot waanzin. Dat ze hier stond, bewees dat. Want hier stond ze dan, midden in Apostasy, de leider te verstikken. Ze was kwaad, hoewel ze niet wist waarom. Mensen keken toe, maar niemand greep in. Ze leken wel verstijfd door de plotselinge ontwikkeling in hun kamp. De grote leider was toch minder sterk dan ze hadden gedacht. Of zij was een stuk sterker dan ze haar ingeschat hadden, dat kon ook. Ze had nooit ontkend dat ze sterk was, dat ze een hoop kon bereiken. Maar haar macht ging gepaard met pijn, veel pijn. Ze zou zo ver kunnen komen als ze geen last had van die pijn. Ze had er een hekel aan, maar niet vandaag. Vandaag was ze dankbaar, vandaag wilde ze de macht die ze bezat gebruiken.
Leya's geroep deed haar opkijken. Ze had haar niet aan zien komen. Het beest stapte weg, voegde zich weer bij haar. Haar blik gleed naar Lorraine, het was zielig om haar zo te zien liggen. Ze schrok zelf van die gedachte. Een deel van haar hoorde hier. En toch zou ze hier niet willen blijven, toch was Apostasy voor altijd verleden tijd voor haar. Het beest brulde luid toen iemand een stap naar haar toe zette, waardoor de man bijna achteruit deinsde.
'Wij moeten praten.' het was het enige wat ze zei. Ze gebaarde naar het bos, waarna ze begon te lopen. Ze deed niet de moeite om te kijken, ze wist zeker dat Leya haar zou volgen. Al was het maar om haar Lorraine te beschermen. Leya leek zo hard, maar dat was ze niet. Ze hoorde geroezemoes, maar ook daar keek ze niet voor om. Ze was hier niet om een indruk achter te laten. Ze liep het bos in. Ze liep gewoon door, ze wilde dieper het bos in. Ze wilde verder van het kamp vandaan raken. Pas toen ze al een hele tijd had gelopen, stopte ze.
Anoniem
Landelijke ster



Het beest had meteen gehoorzaamd en had Lorraine laten gaan. Lorraine's lichaam lag nog steeds slap op de grond, ze had haar ogen open maar ze zag er uit alsof ze bewusteloos was. Het eerste wat Leya deed was naar Lorraine toe rennen, ze knielde naast haar neer en nam haar gezicht in haar handen. Lorraine's gezicht was nog steeds rood en de vrouw bleef maar naar adem snakken. Leya had haar nog nooit zo gezien, zo hulpeloos, zo zwak. Het was alsof ze een andere vrouw voor zich had. "Kijk me aan Lorraine," beval ze de vrouw. Met moeite probeerde Lorraine haar ogen te focussen op die van Leya. De rode kleur trok langzaam weg uit Lorraine's gezicht maar er was nog steeds een pootafdruk zichtbaar in haar rood aangelopen nek. "Ga even recht op zitten." Langzaam hielp Leya haar overeind. "Je moet met haar meelopen," zei Lorraine, haar stem klonk alles behalve sterk. Ze had moeite met praten en bij elk woord zag je haar gezicht samentrekken van de pijn. "Ik moet helemaal niks," zei ze vervolgens waarna ze even om keek en zag hoe Celeste en het beest langzamerhand het bos in verdwenen. "Jawel Leya, ga nu, doe het voor Apostasy. Dat beest is dodelijk," fluisterde de roodharige vrouw. Leya schudde nee maar Lorraine gaf niet zo makkelijk op. "Ga achter haar aan, ik beveel het je als je leider." Hierop mocht en kon ze niet weigeren, dus stond ze op. 
Iedereen in het kamp had hun met grote ogen aangekeken, nu zou het misschien wel duidelijk geweest zijn wat Lorraine en zij altijd al verborgen hadden. Ze hoopte dat niemand het door zou hebben maar ze vreesde ervoor. Ook vreesde ze voor Celeste, waarom ze hier was en waarom ze zo'n hoge nood had om met haar te praten. Het zou Leya's status alleen maar op een slechte manier beïnvloeden en dat nu ze net weer omhoog geklommen was.
Met een diepe zucht hief ze haar hoofd en rende ze achter het beest en Celeste aan, het bos in. 
Ze had de twee al vrij snel bereikt en stond nu oog in oog met Celeste. Ze zag er vermoeid maar sterk uit, het was duidelijk dat Celeste een reden had om haar te spreken en haar kamp binnen te vallen. Leya kende haar maar al te goed, ze had zo haar impulsiviteit maar ze wist wel wat ze wilde. Dat had ze ook eigenlijk altijd zo aan haar bewonderd, dat was de sterkte in haar. 
Leya schraapte haar keel en liep toen dichter naar Celeste toe. Nog steeds zou zij de sterkste moeten zijn van de twee en ze kon het niet tolereren dat ze zomaar haar kamp binnen had gevallen. Het had honderden risico's meegebracht, niet alleen voor Celeste maar ook voor Leya. "Wat bezielt je Celeste?" vroeg ze. Haar stem klonk gevoelloos maar duidelijk. 
Account verwijderd




Het voelde vreemd om zo veel macht uit te oefenen op iemand. Ze had het vroeger zo vaak gedaan, maar nu voelde het onwennig. Ze hield niet van het gevoel van macht. Ze hield ook niet van de doodsangsten die mensen lieten zien zodra het beest hen te grazen nam. Ze kon hun angst bijna zelf voelen en het voelde vreselijk. En toch vond ze het nu niet vervelend, niet nu het Lorraine was waar het om ging. Op Lorraine oefende ze graag macht uit. Ze wist niet of dat dat kwam doordat het de leider van Apostasy was en zij het toonbeeld van macht moest zijn of dat het kwam omdat ze met Leya was. Wat het ook was, ze zou Lorraine met alle liefde een toontje lager laten zingen. Ze had het recht niet om onschuldige mensen van hun leven te beroven. Ze had het recht niet om een compleet leger van mensen met een gave op dorpen af te sturen. Ze had het recht niet om 's ochtends naast Leya wakker te worden. Ze had altijd gedacht dat ze niet jaloers of bezitterig was, maar haar daden en gevoelens leken vandaag anders te bewijzen. Als het om Leya ging, was ze wel bezitterig. Of misschien kwam dat doordat ze Leya niet had, maar het wel wilde. 
Ze keek naar Leya, waarna een frons op haar gezicht kwam. Wat bezielde haar? Ze wist het niet. Ze was impulsief geweest, ze had het niet doordacht en waarschijnlijk had ze het helemaal verkeerd aangepakt. Maar wat haar bezielde, dat wist ze niet. Ze staarde naar Leya. Het beest liet hen achter, het zou zoeken naar eventuele pottenkijkers. Ze zou Leya niks kunnen vertellen als iemand van Apostasy meekeek of luisterde, dat zou haar status vergallen. Leya moest teruggaan en ze zou doen alsof ze geen andere keuze had. Misschien had ze Leya moeten bedreigen, dat was geloofwaardiger geweest.
'Vertel me dat je me haat. Vertel me dat ik zwak ben en dat je nooit, maar dan ook echt nooit, bij mij zou kunnen zijn. Dat je blij bent met Lorraine, dat je een hekel hebt aan Cerdenda en dat je nooit iets om mij gegeven hebt. Ik kan niet verder zo, Ley. Ik kan niet eten en niet slapen en ik kan aan niemand anders denken. Het moet stoppen.' alles kwam er in één keer uit. Het was wat ze nodig had om verder te kunnen. Ze keek naar Leya. Ze kon niet verder als haar hart niet vertrapt was en haar hoop verloren. En dus besloot ze het bonter te maken, besloot ze dat haar hart nog harder de grond ingetrapt moest worden. Nog geen twee seconden later had ze haar vingers om Leya's gezicht gesloten en drukte ze haar eigen lippen tegen de hare. 
Anoniem
Landelijke ster



Alles kwam als een stortvloed binnen. Het was als een waas, een droom die zich voor haar ontvouwde. Het kon allemaal onmogelijk echt zijn. Het kon niet zo zijn dat Celeste háár kwam opzoeken omdat ze niet zonder haar kon leven. Het kon niet zo zijn dat ze wilde dat ze haar hart zou vertrappen om rust te vinden. Leya zou veel kunnen maar ze kon Celeste geen pijn doen, ze kon haar hart niet vertrappen. Ze kon haar de rust niet geven die zo graag wilde. 
Al die tijd had ze gedacht dat Celeste allang over haar heen was, dat ze allang een leven had opgebouwd met Dane. Ze dacht dat ze niet goed voor Celeste was. Ze had een slechte invloed op haar, daarom was ze ook naar Cerdenda gevlucht. Anders zou ze wel bij Leya zijn gebleven. Dus had ze er geen reden voor om nog aan Celeste te denken. Ze had de hoop en de moed van hun toekomst samen al opgegeven toen ze die laatste nacht afscheid hadden genomen. Ze had haar rust gevonden en had genoegen genomen met wat ze had. Het was lastig, dat zou ze nooit ontkennen maar het was wel mogelijk geweest. Misschien kwam het wel doordat ze zo gericht was op het terug krijgen van haar oude status, omdat ze zo gericht was op het herstellen van haar relatie met Lorraine, dat ze dacht dat ze Celeste kon vergeten. 
En toch, achter in haar ziel, in het kleinste hoekje van haar hersenen, in haar hart, wist ze dat ze die vrouw nooit kon vergeten. Ze droomde elke nacht over haar, wanneer ze nou wel of niet met Lorraine sliep, het was nooit anders. En elke keer zag ze weer haar gedaante in het maanlicht voor zich, die langzaam verdween. Elke droom was een nachtmerrie geweest want keer op keer had Celeste haar weer verlaten. 
Nu, nu was alles anders. Ze had sinds wat leek wel een eeuw geleden, niet zo dicht bij Celeste gestaan. Nu kon ze haar zoete geur ruiken, ze rook altijd naar rozemarijn en lavendel. Maar daar bleef het niet bij. Nu had ze zelfs haar lippen op die van haar gedrukt. Het was zo lang geleden en ze had hier zo vaak over gedroomd dat haar lichaam niet wist wat er te doen stond. Het kwam als een aangename verrassing en het voelde alsof ze eindelijk weer thuis kwam. 
Haar handen zochten hun weg om Celeste's lichaam heen, om haar nog dichter tegen zich aan te drukken. Leya was bijna een kop langer maar dat was ze gewend. Heel voorzichtig zoende ze haar terug maar de passie in haar lijf voelde ze vloeien. Ze leefde weer. 
Account verwijderd




Ze wachtte tot Leya deed waar zij zo naar verlangde. Ze had rust gehad. Ze was blij geweest. Gelukkig niet, maar blij in elk geval wel. En toen was Leya weer op komen dagen en had ze alle rust die ze in die maanden gevonden had weer meegenomen. Ze wilde niet alleen dat Leya er een einde aan maakte, nee, ze had het nodig. Ze had de afwijzing en het verdriet dat daarbij zou komen nodig. Hoe kon ze ooit voor een ander vallen als Leya nog altijd in haar achterhoofd spookte. Misschien was dat de reden dat ze nooit voor Dane gevallen was, hoe leuk ze hem ook vond. Ze kon ook op mannen vallen, dat was nooit een probleem geweest. Dane had alles wat ze nodig had en waarschijnlijk nog veel meer, maar toch lukte het haar niet. De man was vriendelijk, geduldig en hij zag er leuk uit, maar toch wilde het haar gewoon niet lukken. Misschien was dat omdat Leya altijd in haar achterhoofd bleef spoken. 
Leya deed het niet. Ze vertrapte haar hart niet, ze vernietigde haar hoop niet. Sterker nog, ze maakte het alleen maar erger. En ze vond het niet erg. Ondanks dat ze wist dat ze waarschijnlijk een domme beslissing maakte door er in mee te gaan. Leya en zij waren geen goede combinatie. Ze zouden nooit openlijk samen kunnen zijn. Ze wist dat het pijn zou doen en toch wilde ze niks anders dan bij Leya zijn. Terwijl ze haar armen om haar heen voelde glijden, liet zij haar eigen armen om haar hals glijden. Leya trok haar dichter naar zich toe, maar dat nam niet weg dat zij precies hetzelfde deed. 
Ze wilde Leya niet laten gaan, ze wilde niet dat ze terugkeerde naar Apostasy. Ze wilde niet dat ze terugkeerde naar Lorraine. De vrouw die ze zonet bijna vermoord had. De vrouw die met Leya sliep. Leya zou haar niet in haar armen moeten sluiten, ze zou haar handen om haar nek moeten sluiten. Ze zou kwaad moeten zijn omdat ze een einde had willen maken aan de vrouw met wie ze was. En toch was ze dat niet. Misschien was ze inderdaad niet echt samen met Lorraine. Ze hield niet van de vrouw. Maar uiteindelijk was het Leya waar ze het over hadden, ze kon zich niet herinneren dat Leya ooit van iemand gehouden had. Zelfs van haar had ze niet gehouden. Misschien zou ze het ooit wel doen. Ze kon het alleen maar hopen. 
Anoniem
Landelijke ster



Het kon haar allemaal niet lang genoeg duren. Alles in haar lichaam zei dat dit het beste voor haar was, dat het zo hoorde. En toch wist ze in haar achterhoofd dat het nooit zo goed kon zijn als nu. Daarom wilde ze dat dit moment voor eeuwig zou duren, dat ze nooit meer terug hoefde naar Apostasy, naar Lorraine. Dat er een wereld was alleen voor haar en Celeste. Dat ze samen konden zijn, gelukkig konden zijn. Ze wist dat het onmogelijk was maar deze kus gaf haar de hoop, de drijfkracht om daar te voor gaan zorgen. Voor het eerst in haar hele leven voelde ze een andere drijfkracht dan haat en macht. De haat in haar hart maakte plaats voor iets anders, iets wat ze niet kon benoemen. Het enige wat ze er wel van wist was dat het haar bevrijding was. Het voelde als een verlossing als een ontlading. Het was een gelukzalig gevoel waar ze zich voor altijd in wilde wanen. 
Langzamerhand groeide haar kussen uit tot gepassioneerde kussen. Ze kuste Celeste alsof ze geen adem kon krijgen en Celeste haar lucht was. Haar handen omsloten haar lichaam om haar nog dichter tegen zich aan te drukken als dat al mogelijk was. Ze kon deze vrouw niet laten gaan, geen enkele vezel in haar lichaam wilde haar loslaten. Haar hoofd tolde en haar hart ging te keer, ze genoot ervan. Ze genoot van de rush die Celeste haar gaf, ze wilde niemand anders meer. Er was ook niemand anders. Er bestond niks anders. Er bestond alleen hen, met zijn tweeën in een gepassioneerde omhelzing alsof ze samen één waren. 
Nu leek alles zeker, ze kon niet gelukkig worden zonder Celeste. Ze kon niet gelukkig worden met Lorraine. Het was geen optie. Maar als ze met Celeste zou zijn, kon ze ook niet in Apostasy blijven. Ze zou haar levensdoel niet kunnen nastreven, ze zou geen wraak meer kunnen nemen op de mensen, geen macht meer kunnen winnen. Dus dat zou betekenen dat ze haar levensdoel moest bijzetten. Misschien zouden Celeste en zij wel samen kunnen leven in de bossen, niet behorend bij een van de kampen maar behorend aan enkel alleen henzelf. Misschien, misschien, misschien. 
Account verwijderd




Het was misschien wel de stomste beslissing die ze konden maken. Voor haar niet, maar wel voor Leya. Er was niemand die het zou zien, daar zorgde ze wel voor, maar Leya zou het nooit ongezien kunnen houden. Leya kon haar nooit hebben en zij kon Leya nooit hebben. Nooit. 
Terwijl hun kussen uitgroeide tot zo veel meer dan ze hadden moeten zijn, kon ze het nog niet aan om zich los te maken vaan haar. Ze wilde Leya. Ze had haar altijd gewild. Het was haar diepste verlangen en het was er een waar ze nooit werk van kon maken. Ze moest het nog diep wegstoppen. Ze moest nog harder haar best doen. Terwijl ze zich dat bedacht, liet ze Leya gaan. Ze struikelde bijna uit haar armen en nam een paar passen afstand. Leya kon dit haar niet aan doen. Ze was tot zo veel in staat geweest om hier te komen, maar nu voelde ze zich machteloos. Ze keek naar Leya, maar ze wist niet wat ze moest zeggen. Hier was ze niet op voorbereid. Ze had daadwerkelijk gedacht dat Leya het kon eindigen, maar dat had ze niet gedaan. En momenteel voelde ze meer hoop dan ze ooit eerder gevoeld had. 
'Lorraine vermoordt me de volgende keer dat ze me ziet.' het was niet echt een opmerking voor Leya. Ze kon paniek voelen opborrelen, hoe kon ze zo stom zijn? Van alle mensen die ze had kunnen bedreigen, had ze nota bene de leider van het hele kamp gepakt. Lorraine zou haar afmaken als ze haar ooit nog eens zag. Ze haalde een hand door haar haren en schudde haar hoofd.
'Ik had nooit moeten komen.' kreunde ze. Niet alleen had ze Apostasy tegen zich gekeerd, maar ook had ze meer hoop dan ze gehad had voor ze hier gekomen was. Als ze al dacht dat het moeilijk was voor haar om te leven voor vandaag, was het nu helemaal onmogelijk. Hoe kon ze nu nog teruggaan naar het leven dat ze had? Ze kon niet hier leven met Leya, ze kon niet daar leven zonder Leya. Het frustreerde haar. En het frustreerde het beest ook. Het brulde luid. Het was niet eens dichtbij, maar de brul was niet te missen. Ze staarde naar de grond. Ze zou moeten vertrekken, ze moest weg bij Leya en bij Apostasy. Misschien moest ze  maar voor altijd bij Dane blijven, misschien moest ze haarzelf dwingen van hem te houden en zou hij op een dag iets voor haar voelen. Het was de enige manier om van haar pijn af te komen. Het verscheurde haar. Ze voelde haar hart langzaam breken als ze dacht aan Leya. De vrouw die nu enkele stappen van haar verwijderd stond, maar toch zo ver weg leek.
Plaats een reactie
Reageer
Om nieuwe berichten te laden: ingeschakeld
Eerste | Vorige | Pagina: | Volgende | Laatste