Varamyr schreef:
Een stilte viel voor, alweer, maar in tegenstelling tot gesprekken met anderen hinderde sereniteit haar totaal niet. Hij voelde totaal niet ongemakkelijk aan. Met Jack ervoer ze hem anders en ze hield ervan.
Alles verliep foutloos. Ze hadden hun koffie, voerden gesprekken met elkaar en momenteel tuurde in de verte naar de mensen die voorbijliepen. Het was het bemerken van zijn getril toen ze doorkreeg dat er iets loos was.
‘’Are you OK?’’ vroeg ze hem. Het waren eerst de bewegingen die ze in zich opnam voordat het steeds veranderend kleurenpatroon in zijn ogen haar opviel. Eerst bruin zoals Adoria ze kende en vervolgens weer zwart, de kleur die aangaf dat zijn gave op de voorgrond trad.
Ze wilde vragen wat zich bij hem voordeed, maar ze kon het niet hebben over zijn predispositie ten aanzien van zijn positie in de toverkunst. Mensen omsloten hen van alle kanten. Daarbij leek hij niet in staat te zien om überhaupt de situatie te verduidelijken. Er speelde zich een tafereel af waarbij haar involvement vermoedelijk niet veel bijdrage leverde aan zijn herstel; ze wist niet wat ze kon doen.
Enkel dat ze hem hier moest zien weg te krijgen en wel gauw. De onwetenden begonnen zich ermee te bemoeien.
Ze stond op, onderwijl ze zijn koffie meer naar zich toetrok. Ze wilde voorkomen dat hij de beker per ongeluk omsloeg en hij de hitte deels, al dan niet volledig over zich heen kreeg. Haar jas trok ze met haastige bewegingen aan. Opgejaagd door tijd, doch met het hoofd koel gehouden. Dit gebeurde haar vaker. Ze wist dan wel niet waar hij mee kampte, maar het was geen raadsel dat opgelost moest worden om te kunnen weten dat zijn pijn weer overging. Het was één van de vele nare gevolgen die een gave met zich meebracht.
‘’Do I need to call 991?’’ vroeg een vrouwenstem net toen ze op het punt stond hem omhoog te trekken.
Ze schudde haar hoofd. Voorzichtig pakte ze hem beet, hem daarmee geprobeerd te helpen op te hijsen van de stoel.
‘’No, it’s fine,’’ murmelde ze.
‘’Are you sure? He doesn’t look –‘’
‘’Didn’t I just tell you he’s fine?’’ Voor het eerst wierp ze de dame een blik toe. Een bijtende expressie. Haar beleefd- en bezorgdheid leidde haar af van wat ze moest doen. Het was aardig bedoeld, maar de vreemde vormde enkel een obstakel in de weg die ze aflopen moest.
De vrouw keek weg, al viel haar gebrek aan vertrouwen in de situatie van enkele meters nog te zien. In haar ooghoek hield ze Jack nog in de gaten, met in haar handen haar mobiele telefoon voor het geval dat.
Haar aandacht voor de vrouw verviel. ‘’I can tell it hurts, but I need you to get out of here as fast as you can. I’ll guard you on your way out. Do you think that you’re able to do that for me?’’