Thalas schreef:
'Ik weet niet hoe het met jullie zit, maar ik slaap vannacht niet in de regen.' De eerste paar uren was de regen leuk geweest, maar nu hij doorweekt en koud buiten stond, was het plezier wel vanaf. Ze konden niet allemaal overnachten in het schip waarmee ze aangekomen waren. Hij draaide het mes tussen zijn vingers terwijl hij naar de andere kant van het metalen schip liep. Van de parachutes konden ze wel een aantal tenten maken. Al gaf hij er weinig om wat de rest zou doen om de nacht door te komen. Zo lang Octavia en hij droog zaten, gaf hij er weinig om.
Eenmaal bij de parachutes aangekomen, begon hij het doek in stukken te snijden. Hij wuifde even naar een jongen als gebaar dat hij hem even moest komen helpen, waarna hij het laatste stuk los trok en de stukken parachute oprolde en onder zijn schouder vasthield.
'Wat ben je daarmee van plan?' vroeg de jongen hem, terwijl hij naar de parachute knikte. Het verbaasde hem dat niet iedereen bovenop de parachutes gesprongen was, het plan was vanzelfsprekend.
'Er is niet genoeg plek voor ons allemaal op het schip, van de parachutes kunnen we tenten maken.' Hij zei het luid genoeg voor anderen om het te horen. Geroezemoes begon al snel, waarna de een na de ander de parachutes naderde en hij de plek achterliet. Het was een zooitje ongeregeld. Hoewel ze hier nu al even waren, was iedereen nog steeds enthousiast op de aarde te zijn. Ze deden wat ze wilden, wanneer ze dat wilden. Vroeg of laat zou iemand op moeten staan als leider, en hij was zich er maar al te bewust van dat die taak waarschijnlijk op hem neer zou komen. Niet alleen omdat hij de oudste was en een pistool bij zich droeg, maar omdat hij de luidste ideeën had. Ideeën waarin hij gevolgd was. Mensen waren op zoek gegaan naar eten, drinken, en nu ook naar slaapplekken. Het was een zooitje ongeregeld, maar voor nu hadden ze eten, drinken en een plek om te slapen. Enkelen had hij ervan overtuigd hun polsband van hun pols te breken, snel hoopte hij daar iedereen van te overtuigen. Het was beter als de Ark hen hier niet zou volgen. Ze konden het prima aan zonder hen. Het was tijd voor een nieuwe generatie.
Hij keek even om zich heen en liep toen het bos in, op zoek naar hout dat hij kon gebruiken om de tent staande te houden. De lessen die ze op de Ark hadden gehad over de aarde waren toch nog ergens goed voor geweest, al had hij nooit verwacht er ooit iets mee te kunnen doen.