Rye schreef:
Jermaine had in de duistere kamer lang gewacht. Het duurde lang, te lang naar zijn zin. De seconden tikten traag voorbij en het ging steeds langzamer. Verdomme, waar bleef die heks nu? Het was al erg genoeg dat zij een mens aan de heksengemeenschap hadden moeten opofferen als borg voor de vrede, maar daardoor moesten zij hier dus een heks in leven houden. Het onding moest levend blijven. Een grijns verscheen op zijn gezicht. Ach, hij kon haar wel levend houden, maar hij zou ervoor zorgen dat het kreng elke seconde van haar verblijf zou wensen dat ze dood was. En ze zou nooit doodgaan. Ze zouden haar helen en martelen, helen en martelen, helen en martelen en helen en martelen. Telkens maar weer. Non-stop. Weinig slaap, weinig eten, weinig water. Gewoon veel pijn. Hopelijk zou die pijn voor hem ook wat gerechtigheid brengen. Ooit zou hij haar redden uit de geniepige, scherpe nagels van die heksen. Vrede? Ha. De oorlog was nog altijd een feit, alleen nu uitgesteld.
Het moment waar hij al die tijd op had gewacht: ze brachten haar eindelijk binnen. Het was een afzichtelijk prachtig wezen, betoverend zoals elke andere heks. Daarom kon je hen nooit vertrouwen. Schijn bedriegt.
'Bind haar maar vast,' commandeerde Jermaine. Hij zelf stond op, zodat de heks in de stoel gezet kon worden en niet bepaald zachtaardig werd vastgebonden. Hij kraakte een paar botten in zijn handen en nek. Veel succes met overleven, kreng. Je zal het nodig hebben.
@TheBurrow