Varamyr schreef:
Hij hief zijn hoofd. De zon stond al hoog en forceerde verblindende gouden stralen door de vensterluiken, die op hun beurt de kamer met tentakels van licht penetreerde. Hij overschaduwde zijn zicht met zijn hand in een onnodige, instinctieve reflex die hij niet eerder van zich had weten af te schudden - het enige wat hij hoefde te doen, was zijn pupillen tot verticale spleten terug te brengen.
Hij bewoog zijn hoofd naar rechts en nam een oudere dame waar. Had hij -
In een fractie van een seconde trok hij het dekbed omhoog. Hij onderzocht zijn lichaam op gebrek aan kleren en achtergelaten sporen van een minnespel, maar kwam niets wankel tegen. Noah zuchtte van opluchting.
De dame laadde de lege ruimte van de kamer met haar zachte gelach. ‘No worries. We didn’t do such things,’ grinnikte ze. ‘I’m here to take care of your injuries.’
‘Injuries?’ Ondanks haar gewicht en klein postuur, bewoog de dame zich snel en sierlijk voort.
Hij rechtte zijn rug. Op datzelfde moment voelde hij een prikkeling langs zijn nek gaan, alsof een onzichtbaar, week schepsel de achterzijde van zijn hals in de armen had genomen en zijn haren had opgetild. Het was er koud in die kamer, ondanks de zon die buiten volop scheen.
‘Yes, that’s right. Injuries.’
Hij fronste. Hij wilde met zijn rechterhand het dekbed tot op zijn kin trekken, maar schrok van de pijn die de simpele bewegingen met zich meebrachten. Ook zijn borst deed immens veel pijn. De kou omklemde de centimerslange wond die net onder zijn schouderblad te treffen was, - en de minieme krachtsinpsanning die hij moest leveren om zijn hand op te halen, verergerde het lijden.
Hij haalde diep adem, keek naar zijn borst en hand en herinnerde zich weer de strijd die hij tweemaal had moeten leveren, om zijn vrijheid weer terug te krijgen.
‘What time is it?’ vroeg hij haar twijfelachtig.
‘It’s late afternoon.’
‘Late afternoon,’ herhaalde hij in zichzelf. ‘How many hours did I sleep?’
‘Hm, let me see.’ De vrouw keek bedenkelijk naar buiten. ‘Three hours, I dare to presume.’
Drie uur? In drie uur tijd konden de mensen op Levado doen wat zij met hem wilden doen. Die gedachte beangstigde hem, - zo erg zelfs dat hij, ondanks de pijn en het helingsproces, toch naar de rand van het bed bewoog.
Hij stond moeizaam op. Noah’s benen mankeerden niets, die waren heel, - op een paar schrammen en blauwe plekken na. Het waren echter de wond op zijn borst en de sneden en bloeduitstortingen in zijn gezicht, die hem in zijn snelheid hinderden. Het was alsof een wolf zijn klauwen diep in zijn gezicht had gezet, en daarbij zijn hele façade had opengehaald.
‘It’s not very wise of you to do the things that you’re doing, right now. You lost a lot of blood. I suggest you -‘
‘I thank you, Ma’m. I owe you a great debt,’ vertelde hij haar, ‘but I’m sure you can understand I no longer want to be in this place.’
‘I understand.’ De verpleegster verzette zich niet, al was aan haar stem te horen dat ze zijn optreden behoorlijk onbezonnen vond.
Hij liep naar buiten. Het medaillon, hangend aan een zilveren ketting, dobberde op en neer in het ritme van zijn lopen en sprankelde als kwik in de zonnestralen. Hij nam de glinsteringen van het harde edel metaal waar en trachtte zijn gedachten te weerhouden van het tiranniseren van zijn handelingen. Hij kreeg heel sterk de neiging om het sieraad van zijn lichaam te onttrekken. Doorgaans droeg hij het medaillon, waarop een wolvenkop stond afgebeeld, met trots. Die trots had echter plaatsgemaakt voor immense woede. Hij voelde zich verraden door zijn eigen volk.
Wind uit het naaldhout bracht de bladgeur naar hem toe.
Hij sloeg gade hoe een aantal kraaien tegen een heldere, met nevel bezaaide hemel bewogen. Ze vlogen in cirkels, streken toen plotseling neer en stegen nadien weer op, met hun vleugels wild fladderend in de lucht. Hij observeerde de groepering en berekende, rekening houdend met de warmte, de contouren van het land en de dichtheid van het bos, de afstand tot de vogels en de tijd die hij ervoor nodig had om die afstand te af te leggen.
‘Eight minutes,’ murmelde hij, zijn ogen tot spleetjes knijpend om het bos tot in de details te kunnen gewaarworden.
‘Noah, someone’s here for you.’
Hij plaatste de binnenzijde van zijn hand tegen zijn voorhoofd. Het warme hemellichaam en haar felle stralen schenen niet langer meer recht in zijn ogen en hielden op met hem te verblinden.
Hij draaide zich om en keek recht in het gezicht van een Sangedarku.
‘Good afternoon,’ zei hij met zware stem. ‘I’m Geralt of Sangedarku and I’m here -‘
‘Spare me the details.'
@Paran0id