Hier komen de laatste 3 forum topics
te staan waarop je hebt gereageerd.
+ Plaats shout
Mai
Check het forum voor gezelligheid!!
0 | 0 | 0 | 0
0%
Om mee te kunnen praten op het forum dien je ingelogd te zijn.Nog geen account? Klik hier om een gratis account aan te maken.

> Sluiten
Helper
16 van de 24 sterren behaald

Forum

ORPG, gedichten en schrijvers < Virtual Popstar Pagina: | Volgende | Laatste
RPG | The Caves Of Naduhn | Gesloten
SeventhHeaven
Wereldberoemd



Het verhaal:
In de grotten van Naduhn leeft een vreedzaam, maar afgezonderd volk. Ze verbouwen hun eten in de krater van een oude, droge vulkaan en hebben een heel stelsel aan grotten waar ze in wonen. Dat doen ze zo sinds het begin der tijden, toen de nucleaire oorlog bijna al het leven verwoestte. Ze zijn gevlucht naar Naduhn en leven daar een goed en veilig leven, onder een ogenschijnlijke uitgestorven vlakte. Maar het water, dat door de rotsen stroomt, raakt vervuild. Alle jonge leden van de stam krijgen de opdracht om een oplossing te bedenken voor het probleem. Wie een oplossing heeft wordt rijkelijk beloont, zo is de belofte. De personages besluiten samen te werken en de winst te delen. Maar het vinden van een oplossing is niet makkelijk. Er zijn een aantal opties: 1. Ze reizen de grot uit, wat niemand eerder deed, opzoek naar water. 2. Ze bedenken een manier om het water te zuiveren. 3. Ze zoeken een nieuwe waterbron, diep in de grot, waar de paden nog niet begaanbaar zijn en er geen routeborden staan in het gangenstelsel. 4. Anders. Misschien kunnen ze juist niet samen werken, lukt het niet, krijgen ze ruzie? Of gaat iemand met de buit ervandoor? We zullen het zien.

Notes:
- Broer/zus banden kun je eventueel onderling nog afspreken. Net als innige vriendschappen die al vóór het verhaal zijn ontstaan.
- We beginnen bij het moment dat 'de wijzen' oftewel de raad van ouderen, het volk bij elkaar roept. Ze sturen de jongeren aan om over dit plan na te denken, aangezien zij de toekomst van Naduhn zijn.

Meisjes 3/3
Belisária Chrislaine'Chris' Ribeiro -21 - 1, 3 ofwel 4

CheyenneEllis Mills
20 years
prefers option 3 (mixed with 2 if necessary)
Sister of Buchanan *Bucky*James Mills (HarryStyles)

Deirdre Cordelia Hawthorne ~ 20 ~ 2 als het echt niet anders kan 3


Jongens 3/3
Harald Gideon Benders | 22 | Gaat voor optie 1 of 3 | Beschrijving volgt

Buchanan *Bucky* James Mills
18 years
big fan of option 1
brother of Cheyenne Elis Mills (Kittenpainfull)

Benjamin (Ben) Noah Barrett // 22 // Optie 1 en 3 

-
Harald lag op zijn bed, gevuld met een grote zak stro en een kussen dat opgevuld was met oude stoffen. De hele middag had hij de gemeenschap geholpen met het oogsten van de tarwe. Hij genoot van het oogstveld. Het was de hoogste plek in de grot en de enige plek waar zonlicht binnenkwam. Zijn biologische moeder kwam er nooit, bang voor de verhalen over nucleaire stoffen die, na honderd jaar, nog in de lucht zouden dwarrelen. Ze was gek geweest, toen ze er nog was. Toen ze nog gek was. Harald sloot zijn ogen even, een kleine zucht ontglipte zijn lippen. Er was niet veel werk meer geweest, dus hij was eerder teruggegaan. Aan het eind van het oogstseizoen heerste er altijd een soort rust in de grotten, alsof iedereen bij wil komen van het harde werken en elkaar wat meer gunt. De gemeenschap kende geen geld, of uren. Ieder hielp zolang en zo goed als hij kon en werd daarmee beloond met eten, spullen of wat nodig was. Eigen bezit was relatief. Er heerste een vredelievende cultuur van ruilhandel en elkaar helpen. Harald spitste zijn oren. Hij hoorde iets. In de verte klonk  stem van de omroeper. Galmend in de gangen van de grotten. Harald ging in de deuropening staan van de kleine uitgehouwen kamer die zijn familie deelde. Hij trok zijn vest wat verder dicht en wreef even door zijn baard. "Nieuws! Nieuws! Verzamel in de hoofdgrot! Nieuws!" Tussen het geroep sloeg hij met een stok tegen de pannendeksels. "Nieuws! Groot nieuws!" Harald sprong op en liep de gang uit. Zijn buren stonden bij elkaar, pratend over wat er aan de hand zou kunnen zijn. "Een brand, misschien" "Dan roepen ze toch niet iedereen bij elkaar?" "Misschien zijn er nieuwe wetten." "Welnee, dan hadden we dat eerder ook wel gehoord." Ze kakelden door elkaar. "Ik denk dat we gewoon moeten gaan kijken, om te zien wat er aan de hand is. Excuseer, zou ik erlangs mogen? We worden verwacht." Hij glipte met ingehouden buik langs zijn ronde buurvrouw, die altijd stonk naar zweet. Met grote ferme passen stapte hij de grot door, met zijn ogen opzoek naar zijn broertje. Hij had eigenlijk niet gekeken of hij thuis was geweest. Hij was op bed gaan liggen, had het gordijn dicht gedaan en ging liggen. Maar nu er misschien een brand, of een ramp was, maakte hij zich toch zorgen. In zichzelf vloekte hij, dat hij niet eerst het huis was doorgelopen. Zijn vader en stiefmoeder waren aan het werk, dat wist hij zeker. Harald's eigen moeder had zichzelf in het klif gegooid, ze werd gek van de grotten, van de tragedie die hun familie had ondergaan. Harald was maar tot zijn tweede levensjaar bij haar geweest. De moeder van zijn broer was als een echte moeder. Zijn stiefmoeder werkte in de weverij en zijn vader was een steenhouwer, hij hakte kamers in grotten. Zijn vader was altijd moe, zijn armen deden altijd zeer en hij was altijd bedekt in stof als hij thuis kwam.
Kittenpainfull
Wereldberoemd



Het leek een normale dag te zijn, gewoon net zoals alle dagen in de grotten. Cheyenne deed weer haar best om onder taken uit te komen. Niet dat ze echt vaste taken had hier, dat weerhield haar vader er niet van om haar alsnog aan het werk te zetten. Iedereen hier hielp waar ze konden helpen en ook voor hoelang ze konden helpen. Je had dus niet echt vaste uren en ieder was vrij om te werken waar hij of zij wou. Niet dat ze hier ook maar het kleinste beetje motivatie voor had, vandaar deed ze dus haar best haar vader te ontlopen zodat ze geen gezeur hoefde aan te horen dat ze ergens moest helpen. Meestal als Cheyenne hielp dan was het in de keuken, eten voorbereiden of ervoor zorgen dat al het eten goed opgeborgen was. Dit was dus ook de reden dat Cheyenne grotendeels haar tijd besteedde in de gezamenlijke eetzaal, dan gaf ze haar vader de illusie dat ze in de buurt van de keuken was om daar te kunnen helpen. Haar dagen waren dus grotendeels besteed in de gezamenlijke eetzaal, ook als het absoluut geen tijd was om te eten en de zaal voor grotendeels leeg was, dan kon je Cheyenne er vinden. Het was eigenlijk van haar te verwachten dat ze niet wou helpen omdat ze wel iets beters te doen had of iets wat ze liever wou doen en dat ze daar dan druk mee bezig was in plaats van het helpen in de keuken. Dit was alleen niet het geval, ze spendeerde haar dagen in de eetzaal waar ze voor zich uit staarde, mensen lastig viel die hier ook gewoon rustig kwamen zitten en ze vond altijd iets wat haar bezighield wat voor haar leuker klonk dat het helpen van de maatschappij.
Dus ook op deze dag zat Cheyenne weer eens haar tijd te verspillen in de eetzaal. Op het moment zat ze aan een stoel, ze had haar benen op de tafel en lag onderuit zodat ze naar het plafond kon staren. Ze was erg diep in haar gedachten, over alles en nog wat en helemaal niks tegelijk. Het gewoonlijke eigenlijk. Voor even leek het rustig te zijn maar helaas voor Cheyenne werd haar rustige moment verstoord door een heleboel kabaal wat buiten de eetzaal plaatsvond. Het leek er op dat iedereen opgeroepen werd om zich bij de hoofdgrot te verzamelen. Zuchtend ging Cheyenne maar overeind zitten, twijfelend of ze wel echt zou gaan en of het wel echt zo belangrijk zou zijn of dat ze gewoon rustig kon achterblijven op de plek waar ze nu was. Na in stilte gestaard te hebben naar waar het kabaal vandaan kwam besloot ze haarzelf toch maar de stoel te halen en richting de hoofdgrot te gaan. Het leek er op dat haar nieuwsgierigheid toch te groot was. Zoiets als dit kwam eigenlijk nauwelijks voor, dus wat dan de reden was dat het nu wel gebeurde was zo goed als onbekend. Cheyenne liep van haar stoel naar de uitgang en vanaf daar maakte ze haar weg weer naar de hoofdgrot.
Er leken al aardig wat mensen verzameld te zijn, al was Cheyenne onbewust op zoek naar haar broertje, benieuwd of hij meer wist. Al was haar zoektocht naar de jongen niet super actief dus besloot ze plaats te nemen in een hoekje van de grot, een plek waar ze uitzicht had over de menigte die zich langzaam aan het vormen was. Groepjes stonden bij elkaar, iedereen druk in overleg over wat het zou kunnen zijn, wat de reden was dat ze hier moesten verzamelen. Het leek er op dat niemand enig idee had wat het kon zijn, al waren er genoeg mensen die een poging deden en gokte op verschillende ideeën, nog 1 meer onnozel als de ander als je het Cheyenne vroeg.
Dauntless
Wereldberoemd



"Hier Edith, deze basilicumthee zal zeker je bloeddruk wat naar beneden helpen. Ik raad aan zeker drie tassen per dag te drinken. Ik weet wat dokter Austen zei over oppassen met suiker, maar ik het toch een lepeltje honing toegevoegd." Ze zette de kop dampende thee neer naast de oude vrouw. Deirdre hielp al van jongs af aan mee in het geïmproviseerde ziekenhuis van hun gemeenschap. Ze hoopte op een dag tot dokter benoemd te kunnen worden, maar zo'n dingen waren hier geen zekerheid. Het was niet alsof je studeerde, een diploma behaalde en een job zocht. Nee, je hielp waar je kon, leerde al doende en misschien op een dag zou je worden ingezet voor het werk dat je reeds lange tijd zo had aangesproken. Het ziekenhuis was verspreid over twee grote grotten. Een voor ouderen en patiënten die permanente zorgen nodig hadden en een andere grot voor kleine ingrepen en operaties. Medische hulp toekennen was moeilijk gezien de beperkte middelen. Deirdre had verhalen gehoord over de toestellen en medicijnen van weleer. Sommige relieken van de eerste overlevers werden nog steeds gebruikt, enkele telescopen, wat bloeddrukmeters en ander medisch materiaal dat de tand des tijds had overleefd. Als geneesmiddel werd voornamelijk gebruik gemaakt van kruidenmengsels. Deirdre kon ondertussen vrij goed benoemen welke kruiden wat voor kwaliteiten hadden, al was ze nog vaak in de bibliotheek te vinden om boeken hierover te raadplegen. 
Ze was net aan het einde van haar eerste ronde toen het bericht tot verzamelen over de gangen schalden. De meeste mensen in deze grot waren niet meer goed te been. "Geen zorgen we brengen jullie van het nieuws op de hoogte zodra we meer weten." stelde Deirdre de persoon dichts bij haar in de buurt gerust. Het leven hier in de grotten was vreedzaam. Er gebeurde zelden iets nieuws of spannend en dat was een opluchting, een opluchting na al die jaren van oorlog, na al de bombardementen die haar voorouders hadden moeten doorstaan of zelfs aan ten onder waren gegaan. Een paar mensen van het personeel bleven stand-by, om te patiënten te kalmeren en klaar te staan voor mocht iemand plots iets overkomen. Deirdre friemelde nerveus met haar jurk. Ze had altijd moeite met verandering, met onbekende factoren in haar leven. Het zou vast wel meevallen, waarschijnlijk ging het over een evenement, een festiviteit of slechts iets algemeens van vrijwel geen belang.
Anoniem
Popster



Zoals gewoonlijk was Bucky te vinden in een van de wat kleinere grotten waar een groep vrouwen altijd de was leek te doen. Sinds Bucky vaak geen zin had om echt iets te doen hielp hij hier altijd. Kleding wassen en ophangen was namelijk niet iets wat veel energie kostte en het was ook helemaal geen moeite.  Het water dat ze hadden leek echter met de dag viezer te worden en de kleding werd er niet schoner op.  Bucky was dit nog helemaal niet opgevallen tot een van de vrouwen er over begonnen was.  Plots was het enige waar ze over aan het praten waren het water. Hoewel Bucky meestal druk mee praatte besloot hij dit keer maar stil te luisteren naar de vrouwen. Bucky wilde niet mee praten over een onderwerp waar hij vrijwel geen verstand van had want dan zou hij of dom lijken, of op een betweter, en hij wilde geen van beide zijn, al was hij ze toch vaak wel beide. De vrouwen leken echter vrij veel te weten over water, wat Bucky behoorlijk fijn vond sinds hij er op deze manier ook meer over leerde. Zo kon hij hier later meer over vertellen aan zijn vader en zijn zus. Zijn vader liet hem meestal maar praten. Hij was voor Bucky zijn gevoel niet meer heel spraakzaam sinds de dood van zijn vrouw, Bucky's moeder. Het enige waar hij nog veel over kon praten was werk en dat hij vond dat Bucky en Cheyenne moesten gaan werken.  Dit was nog een van de redenen dat hij hielp bij de was.  Soms dat hij er gewoon bij en soms hielp hij wel gewoon mee. Zo hoefde hij overdag zijn vader niet tegen te komen en te horen te krijgen dat hij aan het werk moest gaan en een deel moest nemen aan de maatschappij. 
Het horen van een akelig geluid en een luide stem weerhield de vrouwen gelijk van praten. Iedereen keek meteen op en Bucky was de eerste die uit de grot stond om te luisteren naar wat er aan de hand was.  Verzamelen in de hoofdgrot? Zijn nieuwsgierigheid nam de opperhand en hij begon meteen zijn weg te maken naar de hoofdgrot.  Hij was wel benieuwd naar wat er aan de hand is maar zijn nieuwsgierigheid werd met de meter meer veranderd in angst.  Om zich heen hoorde hij mensen praten over hoe er misschien ene ongeluk was geweest, over hoe er wellicht een brand was of wellicht wel een oorlog was begonnen. Het leek Bucky vrij onlogisch dat er een oorlog aan de gang was, hij was vrij zeker dat er geen anderen mensen meer waren om oorlog mee te maken. Tenzij het een oorlog tussen hun mensen was, maar ook dat leek hem onwaarschijnlijk. De mensen in de grotten leefde in vrede met elkaar, volgens hem dan. Al vrij snel kwam hij in de hoofdgrot aan  Hij liet zijn blik de grot, die inmiddels al aardig vol zat, scannen. Zijn blik viel vrij snel op zijn oudere zus waar hij gelijk naar toe liep. Met grote nieuwsgierigheid liep hij naar haar toe, hopend dat zij wellicht meer wist over de situatie, al was die mogelijkheid nihil. Eenmaal hij bij haar was zakte hij naast haar neer. Bijna gelijk trok hij zijn knieën op en sloeg hij zijn armen hier omheen. "Weet je wat er aan de hand is? Mensen denken een brand maar dat lijkt mij niet zo logisch," begon hij vrijwel gelijk.
Varamyr
Princess of Pop



De bar was een laag vertrek, opgetrokken uit oude planken die door de warmte donker waren geworden. Het hout zag eruit alsof het afkomstig was van de romp van een gestrand schip, bedolven onder familiefoto’s van vermoedelijk de eigenaar. Belisária zat voor de toog. Het was acht uur ’s avonds en de gasten stroomden binnen. Allen kende ze niet. The Angler’s Rest had ze nooit eerder betreden tot een halfuur geleden toen ze uit vertwijfeling een willekeurige richting opging.
''Herr Wilder is zeer inschikkelijk met u. Dat heb ik anders meegemaakt.''
Haar laatste Lucky Strike rokend wendde ze zich tot de gezette dame die de stoel naast haar bezet hield. Ze was vrouw Carpenter, de secretaris van de enige bibliotheek die hier in de onaardse gangen te vinden viel.
''Zo?'' Haar arm draaide ze weg van haar schouder. Geleidelijk blies ze rook uit.
''In de regel legt hij debutanten de meest verschrikkelijke dingen op. Verleden week zag ik Whittemore nog sukkelen met honderden boeken. Herr Wilder zei tegen hem dat hij voor een gehele reorganisatie omtrent de ordening van onze boeken moest zorgen en hij daar een dag de tijd voor had. U schijnt de sleutel gevonden te hebben.''
''Met charmes bereik je alles.''
De vrouw barstte uit in beleefd gelach. ''Allicht.''

‘’Daar zullen we de eerste, de beste gast van vandaag hebben! Goedenavond, Herr Knight!’’
De winterse sereniteit in de taveerne doofde. Zijn stem klonk hard, het gelach dat volgde eveneens. Een in zekere zin lust die een duur van enkele seconden niet volhouden kon toen de persoon in kwestie sprak.
‘’Er is groot nieuws. We worden verwacht in de hoofdgrot.’’ Hij stond in het licht, een schijnsel dat er niet was, maar er wel leek te zijn ter wille van de aandacht die hem gegeven werd. Gesprekken in de ruimte werden afgekapt, enkel en alleen om de vreemdeling te woord te kunnen staan. Nieuws? Welk nieuws? Er gebeurde nooit iets in dit vredelievende dorp.
Lusteloos nam ze de wijn tot zich.
''Groot nieuws? Heeft u enig idee waarover?''
''Helaas niet. Volgt u mij.''
De man verdween, anderen volgden hem. Zij ging hen pas na nadat de laatste man in de ruimte het pand verlaten had. Honderden meters gingen aan haar voorbij toen ze de hoofdgrond naderde. Een walm van zuur zweet en alcohol omarmde haar. Altijd al van gehouden, dacht ze. Ze nam een laatste trek van haar sigaret vooraleer hij een plek tussen besmeurde en half kapotte schoenen vond.
Ze wurmde zich door kind, vrouw en man om hem, Harald Gideon Benders, dan eindelijk, na eerst zo veel om zich heen te moeten hebben gekeken en tegen de verkeerde lijven te zijn aangelopen, aan te treffen op een van de voorste rijen. Bezweet, vies uitziend door de inspanning die hij vandaag geleverd had, stond hij erbij.
‘’Hard gewerkt op de oogstvelden, bespeur ik,’’ plaagde ze hem. ‘’Hoe gaat het met je?’’
SeventhHeaven
Wereldberoemd



Haralds ogen lichtten op toen hij Belisária zag. "Dag schoonheid. Het was fysiek zwaar, maar zo lang heb ik niet gewerkt. Hoewel je dat niet aan me kan ruiken", grapte hij. Zijn hand legde hij op haar onderrug, maar glipte even kort over haar billen om daar een aai over te geven. "Ik ben benieuwd wat ze te vertellen hebben", zei hij en wees naar het kleine podium met de spreekgestoelte. "Heb jij Ben gezien? Ik heb de hele zaal afgespeurd maar hij is nergens te vinden." Nog eens scande hij alle hoofden af, maar wist dat dit tevergeefs was. Ieder paar ogen had hij bekeken, maar geen één van die paren ogen waren zo helder als die van hem. Geen een gezicht zat zo onder de sproeten als Ben dat zat. Achter hem hoorde hij Bucky praten en Harald ergerde zich meteen aan zijn stem. "Weet je wat er aan de hand is? Mensen denken een brand maar dat lijkt mij niet zo logisch", tetterde de jongen. Harald keek geïrriteerd om. "Mensen denken zoveel. Misschien moeten we gewoon eens afwachten wat de wijzen te zeggen hebben, in plaats van dat roekeloze geroep. Vrolijk word ik niet van dat geblèr in m'n oor." Onbewust maakte Harald zich een beetje breder en ging hij rechter staan, om Bucky te imponeren. Het was een betweter. "Die kneus praat altijd voordat 'ie denkt", mopperde Harald tegen Belisária. (Jezus wat een lastige naam om tussendoor te typen, maar goed.) 
Het hoofd, Xarion, liep naar voren en stapte op de verhoogde spreekgestoelte. Er was geen microfoon, zoiets hadden ze niet meer, maar toen Xarion zijn hand hief, stomde het geroezemoes weg. Harald checkte nog een keer de ingangen van de hoofdgrot, maar inmiddels was de mensenmassa zo groot geworden, dat hij niet meer bij kon houden wie hij had gezien en wie niet. 
Harald probeerde zich de laatste keer te herinneren dat ze zo opgeroepen waren. Het was vaak in tijden van nood, als de voorraad voedsel flink was geslonken, er een ziekte verspreidde of als de stroom het een tijdje niet zou doen. Vaak was dat binnen een paar weken weer opgelost, dankzij het leiderschap van de wijzen en de samenwerking van de gemeenschap.
"Bewoners", begon Xarion traag, "het tij is gekeerd." Zijn lange witte baard kabbelde mee met zijn woorden. Even werd er gesmiespeld, maar toen Felton, de rechterhand van het hoofd, berispend kuchte werd het weer stil. "Lange tijd hebben wij kunnen profiteren van de onuitputtelijke waterbron, de rivier die door ons leefgebied stroomt." Instemmend geknik. "Helaas hebben wij vernomen dat de kwaliteit van het water dusdanig is verslechterd, dat het gevaarlijk wordt om het zo te drinken." In de grot bleef het nagenoeg doodstil. Op een enkeling na, hing iedereen aan de lippen van Xarion. Bang, bezorgd, om hun vloeibare schat. "We moeten een oplossing bedenken. Het water kan niet gedronken worden zolang het niet is gekookt en het niet gereinigd wordt. Om al dat water voor ons allen te koken, is gekkenwerk. Dat gaat niet. We zullen met andere ideeën moeten komen."
Er werd wat geroepen over water buiten de grotten maar daar wilden de wijzen niets van weten. "Stilte!" riep Felton. 
"Het lijkt mij verstandig om frisse, jonge geesten bijeen te roepen om te brainstormen over dit plan. Natuurlijk zijn ideeën van buitenaf ook welkom. Echter hebben wij, wijzen, uren gedacht over dit probleem. We zijn tot een aantal conclusies gekomen. Het idee om de grot uit te reizen en daar water te zoeken is gevaarlijk. We weten niet wat er zich na al die jaren buiten de grotten bevindt en de doorgangen zijn verschrikkelijk versperd."
Harald trok Bel dichter tegen zich aan, snoof haar geur op. Hij was bang voor het gebrek aan water. Hij voelde de dorst al branden in zijn keel. Hij zag de kinderen al smeken bij hun moeders om de laatste druppels drinkwater.
"Een andere mogelijkheid", vervolgde Xavier, "is om het water te zuiveren." Hij keek even schuldbewust de grot in. "Wij hebben nog geen idee hoe we dat kunnen doen, op grote schaal." Er werd hier en daar weer wat gekletst. "Weet jij iets van zuiveringen?", vroeg Harald aan Belisária. "De derde mogelijkheid, die we bedachten, is om een andere waterbron, dieper in de grot te vinden. Er zijn vermoedens dat ze er zijn, zeker weten doen we het niet. Dit is wederom geen makkelijke opgave",  zei Xarion. "Natuurlijk zijn er nog andere ideeën, waar wij niet opgekomen zijn", voegde hij daaraan toe. 
"Ons leek het verstandig om alvast zes namen te trekken uit de schaal met jongelieden die nog geen gezin hebben. Zij hebben de tijd en mogelijkheid om op pad te gaan, zonder hun kinderen en echtgenoten achter te laten. We hebben een lijst namen opgesteld, in de hoop dat de gekozenen uit deze groep het probleem voor de gemeenschap kan oplossen. Degene die de oplossing heeft, zal een ereburger zijn en later in de raad der wijzen komen. Wie faalt, blijft onderaan de ladder van de gemeenschap. Om jullie te motiveren bedacht Felton dat het goed zou zijn om jullie naar het Noordelijke deel van de grot te verbannen, waar jullie eens per week worden opgezocht met eten. Dat geldt voor zij die zonder idee komen. Zonder oplossing. Zes namen..." Zijn stem klonk als een vloek. Voor het eerst was Harald kwaad op Xarion. Hij raasde. Hoe konden ze dit eisen? Er werd nooit zo gedaan tegen familie, tegen stamleden.
Harald kneep in de hand van Belisária. De oude, rimpelige hand van Xarion greep in de schaal met briefjes. Hij trok er één. Felton pakte hem aan. Hij trok er nog een. En nog een. Zo ging het door tot Felton zes briefjes in zijn hand had. 
"Shit, dit is eng", fluisterde Harald in Bel's oor. 
En toen las Felton de zes namen voor.
Het was doodstil, met hier en daar een ijzige kreet. In Harald's hoofd voelde hij gebonk en lawaai. Oorverdovend lawaai. Hij moest de grotten uit, of juist verder erin. Hij moest bedenken hoe het water schoner werd. Hij moest dat in competitie doen, tegen zijn eigen vriendin en broertje. Tegen anderen, waar hij mee was opgegroeid. Hij zakte door zijn knieën en hapte naar lucht. "Niet mijn Bel. Niet mijn Ben. Ben! Waar is Ben?" Er ontstond paniek in de grot. Een kakafonie van stemmen. Harald hield Belisária vast, zo stevig als hij kon. 
Evenstar
Landelijke ster



Benjamin stond achterin tussen alle mensen toen alle briefjes getrokken werden. Zijn naam zat er tussen, die van zijn broer ook en de vriendin, Bel, ook. Hij kreeg een kleine glimlach om zijn lippen en een gevoel van trots bekroop hem. Hij werd op een missie gestuurd, hij uit alle jongemannen van zijn leeftijd, was uit die schaal met briefjes getrokken. De goden moesten grootste plannen voor hem hebben, of juist niet. 
Ben was pas halverwege de toespraak aangekomen, hij had weer eens met iemand gevochten in de boomgaard en was tijdens de oproep van alle mensen om naar de hoofdgrot te komen, eerst even naar huis gegaan om zijn bloedneus dicht te knijpen en schoon te maken, hetzelfde gold voor de scheur in zijn lip. Het goede nieuws was dat hij misschien weer even langs kon bij de mooie Deirdre. Het was niet dat hij daarom altijd in gevechtspartijen verwikkeld raakte, nee hij had gewoon een ontzettend kort lontje en mensen waren gewoon zo ontzettend irritant.. Hij had alleen niet gedacht dat het zo lang zou duren voor zijn bloedneus zou stoppen en had daardoor de helft van de toespraak gemist, maar de missie was duidelijk: zes mensen van jonge leeftijd, die fit waren en nog geen nakomelingen of getrouwd waren, zouden een plan moeten bedenken om water te vinden en degene die dat plan bedacht en er in slaagde het uit te voeren, zou voor altijd geprezen worden. 
Toen daalde er plots iets bij Benjamin. Als hij degene was die er in slaagde het plan succesvol te voltooien, en dat was waar hij vanuit ging, dan betekende dat dat Harald en Deirde en de anderen allemaal verbannen zouden worden en als waardeloos zouden worden gezien. Zoiets wilde hij niet voor zijn broer en het mooiste meisje wat er in deze grot rond liep.. Hij was niet verliefd op Deirde, zeker niet, ze was gewoon heel mooi en hij was graag in haar aanwezigheid. Ook als ze hem op zijn kop gaf als hij weer eens had gevochten.
In de grot brak langzaam de paniek uit toen de zes namen waren voorgelezen en Ben ging vlug op zoek naar zijn broer. 'Harald?' riep hij door de menigte, maar kon hem niet vinden. Toen zag hij Belisária en baande zich een weg tussen iedereen door naar haar toe, waar hij zijn broer op zijn knieën aan trof. 'Harald, sta op man! Straks vertrappen ze je.' Hij trok zijn broer overeind en legde zijn handen op zijn schouders. 'Ik heb de helft van de toespraak gemist, maar het is een eer om dit te mogen doen.' Hij keek hem indringend aan. 'Het komt wel goed, oké? We verzinnen wel wat, verman jezelf.' Het praten deed zeer aan zijn gescheurde lip en zijn gezicht vertrok een beetje. Die klootzak die gevlucht was zodra de oproep klonk, zou hij er nog wel van langs geven.. 
Dauntless
Wereldberoemd



De mensen rondom haar fluisterden druk over de mogelijke redenen van de bijeenkomst. Een brand, misoogsten, een epidemie. Deirdre hield vol dat het heus niet zo erg zou zijn, maar wie hield ze voor de gek. Voor een kleinigheid zou nooit iedereen zo dringend bijeen worden geroepen. Ze rechtte haar rug, haar grootte gaf haar het voordeel zonder al te veel moeite over het merendeel van de menigte te kunnen kijken, speurend naar bekende gezichten. Ze merkte Belisária op die hand in hand met haar vriend vooraan stond. Ze had Deirdre weleens over hem verteld, maar vaak had ze hem nog niet gezien doordat ze beiden veel werk hadden. Wat het ook was dat gemeld moest worden ze zouden zich er wel overheen zetten, het doorstaan. Ze waren een volk van doorzetters, vechters die zich redden met de middelen die ze tot hun beschikken hadden. Met een simpele opgestoken hand, maande Xarion de menigte tot stilte. Deirdre's gezichtsuitdrukking bleef kalm bij het horen van het nieuws, maar binnenin vierde paniek hevig tij. Geen water meer? Water was de basis van leven, de basis van hun bestaan. Ze hadden het nodig om planten te delen, medicijnen te maken, te drinken. Zonder water zouden ze allemaal sterven. Deirdre's uitgetekende toekomst werd plots geheel onzeker. Er ontstond commotie onder de menigte. Zeker onder de jongeren toen bekend werd gemaakt dat zes van hen de speciale eer kregen een oplossing voor dit probleem te zoeken. Een eer, dit was allesbehalve een eer. Het was een veel te zware last, ondraagbaar, haar ondergang. De grotten voelde niet langer aan als een veilige omgeving, maar een verstikkende kooi, stenen wanden die haar gevangen hielden. Haar naam die over Felton's lippen rolde, een mokerslag in haar gezicht. Hoe konden ze dit ooit van haar verwachten, hoe konden ze haar dit aandoen. Haar ademhaling trilde. De blikken van de mensen rondom haar richtten zich allen op haar. Ze werd opgenomen, gekeurd, dit was het meisje dat hen zou moeten redden of hen zou verdoemen. Ze draaide zich om, duwde enkele mensen aan de kant en baande zich een weg door de menigte. Ze wilde hier weg, weg uit deze grotten, maar dat was onmogelijk. Ze rende gang na gang, liet haar benen het werk doen zonder na te denken waar ze heen wilde. Een kleine holte, uit het zicht onttrokken. Ze verborg zichzelf, maakte zich zo klein mogelijk, probeerde haar adem onder controle te krijgen. Of ze het nu wilde of niet ze zou een oplossing moeten vinden en zichzelf moeten vermannen. Er was een heel volk dat op haar rekende.
Kittenpainfull
Wereldberoemd



Gelukkig voor Cheyenne hoefde ze haar broertje niet meer te zoeken, het had namelijk niet lang geduurd voordat de jongen haar gevonden had. Ook hij leek al aardig wat verhalen opgevangen te hebben van de mensen die allemaal een gok hadden gewaagd over wat er aan de hand was. Een brand leek toch wel iets waar de meeste mensen van uit gingen maar het was niet moeilijk voor Cheyenne om het eens te zijn met haar jongere broertje wanneer hij zei dat het hem niet logisch leek. Dit kon ze hem alleen niet vertellen, ze kon hem eigenlijk niet veel vertellen want voor ze ook maar de kans had om op zijn vraag te beantwoorden want het leek er op dat Harald haar voor was. Niet dat de jongen echt antwoord gaf op Bucky, eigenlijk gewoon niet. In plaats daarvan was Harald in de aanval gegaan tegen haar broertje. Dit was niet iets wat ze zou pikken, al begreep ze waar de jongen vandaan kwam. Zelf had ze ook wel eens momenten dat ze Bucky gewoon even niet kon hebben maar dat betekende niet dat ze Harald zomaar zo tegen haar broertje zou laten doen. Cheyenne maakte haarzelf al klaar om op te staan en naar de jongen toe te lopen. “Doe eens no-” Halverwege haar opstaan en halverwege haar zin werd Cheyenne al gestopt omdat de hoofd op het podium kwam lopen. Dit was dus niet het moment voor Cheyenne om op te komen voor haar broertje aangezien het tijd was om eindelijk achter te komen waar al dit gedoe om was. Cheyenne liet haarzelf weer op haar plek vallen en besloot dan toch maar op te letten op wat er gezegd zou worden. Toch had de actie van Harald ervoor gezorgt dat de irritatie hoog zat bij haar, die zou zeker niet zomaar weg gaan.
Met veel tegenzin luisterde Cheyenne naar de oproep. Het was zeker geen goed nieuws, het tegenovergestelde zelfs. Het leek er dus op dat het water niet in goede conditie was. Dit was erg vervelend natuurlijk maar toen Cheyenne dit eerste hoorde ging ze ervan uit dat er wel mensen waren die dit voor de bevolking zouden oplossen. Helaas voor Cheyenne leerde al snel dat dit niet het geval zou zijn, er zouden zes namen getrokken van jongelieden die met het probleem aan het werk moesten gaan. Eerst had ze hier nog geen paniek om, wat wou nou de kans dat haar naam getrokken of omgeroepen werd. Cheyenne leerde al snel dat het niet uitmaakte hoe groot of klein de kans was, ze was aan de beurt, haar naam werd omgeroepen en niet alleen Cheyenne was de pineut, ze hoorde ook de naam van haar broertje. “Dat is zo oneerlijk!” Bromde Cheyenne meteen uit. Hier was ze het zo niet mee eens, dit was niet bepaald iets waar ze aan mee wou werken maar veel keuze had ze dus niet. Cheyenne was natuurlijk niet de enige die hier niet aan mee wou doen, Harald leek ook niet blij met het horen van de namen. Zijn eigen zat er dan ook tussen maar daar hield het niet op, beide van zijn vriendin en halfbroer werden ook omgeroepen. Al was het wel moeilijk voor Cheyenne om iets van sympathie voor de jongen te voelen, eigenlijk voelde ze geen greintje sympathie, voor geen een van de namen die omgeroepen waren behalve voor haar broertje en ook voor haarzelf had ze toch aardig wat sympathie.
Cheyenne haalde haarzelf zuchtend overeind. “Overdrijven is ook een vak.” Mompelde ze terwijl ze naar Harald knikte die ondertussen op zijn knieën op de grond zat. Ze deed zeker niet haar best om de opmerking zo zacht mogelijk te zeggen, het zou haar niks uitmaken als het hoorbaar was voor Belisária, Benjamin of Harald zelf. Met toch een beetje een bezorgde blik draaide Cheyenne zich om naar haar broertje. “Hoe gaat het? Cent voor je gedachten?” Toch maakte Cheyenne zich zorgen om hoe haar broertje het nieuws zou opvangen, ook hun vader zou niet blij zijn met het horen van het nieuws. Als de twee niet met een oplossing kwamen dan verloor de man beide zijn kinderen aangezien ze dan tot het Noordelijke gedeelte verbannen zouden zijn. Zoiets konden ze haar vader niet aandoen, zoiets kon zij zelf haar vader niet aandoen. Met andere woorden, hoe dan ook moest Cheyenne ervoor zorgen dat zij of haar broertje zou komen met de oplossing zodat hun vader tenminste nog iemand had in deze donkere grotten.
Anoniem
Popster



De woorden van Harald kwamen toch best hard aan bij Bucky. Wat hij ook gezegd had, hij had het zeker niet fout bedoelt. Van ieder ander had hij het gewoon kunnen negeren, had het hem niks uit gemaakt. Maar hoewel hij dit niet graag wilde toegeven was Harald wel een jongen naar wie Bucky op keek.  De jongen werkte op de oogstvelden wat erg veel kracht vroeg, slappe mensen konden dat soort taken niet aan, daarnaast had hij ook nog een super knappe vriendin. Hij was lang en breed en misschien wel alles wat Bucky niet was. Hoewel de jongen al 18 was was hij nog behoorlijk klein. Hij had altijd nog gehoopt dat hij een groeispurt zou krijgen maar dat dat nu nog zou gebeuren was nihil. Bucky was ook alles behalve sterk en breed. Spieren was iets wat hij amper had, hij kon wellicht wel een potje armpje drukken winnen van de 13 jarige maar verder dan dat ging het ook niet echt. Hij was gewoon een laat bloeier en zou altijd wel een klein jongetje blijven van de buiten kant.  Mensen schatte hem dan ook nooit zo oud als hij echt was. Bucky had zich er al bij neer gelegd dat de opmerking was gemaakt en wilde er ook niet op in gaan sinds hij blijkbaar al een grote irritatie was. Zijn zus leek daar echter anders over te denken toen zij plots al overeind aan het komen was. Haar actie was echter zo snel afgelopen als dat het begonnen was toen het hoofd het podium op kwam. Met een rustige beweging stak hij zijn hand op waardoor iedereen vrijwel gelijk stil werd.
Het duurde niet lang voordat het nieuws verteld werd. Bucky begreep niet zeker wat dit inhield. 6 jongeren moesten een oplossing zoeken voor het vuile water? Bucky maakte zich nog weinig zorgen. De kans dat zijn naam werd getrokken was klein, daarnaast was 18 niet wat hij voor zich zag bij jongeren.  Zijn hoofd ging meer naar 14 en 15 jarige. Hij werd echter al vrij snel fout bewezen toen de namen opgenoemd waren. Niet alleen zat hij er wel degelijk tussen, maar hij was ook nog de jongste, wat betekende dat zijn beeld van jongeren vrij fout zat en hij waarschijnlijk alles behalve serieus genomen zou worden. 
Hoe hij zich moest voelen hierover wist hij niet precies. Hij zag dit als alles behalve een eer, alle andere mensen mochten gewoon rustig verder leven zonder moeite te doen maar hij moest een oplossing zoeken voor hun water probleem en als hij hier in faalde werd hij verbannen naar het Noordelijke deel. Maar als hij hier niet in faalde was het zeker dat zijn zus verbannen zou worden. Dat zou hij echt niet aan kunnen. Zonder zijn zus blijven leven in de grotten. Het kon ook absoluut niet gebeuren dat ze allebei verbannen werden, hij was vrij zeker dat zijn vader zo een verlies niet aan zou kunnen, niet na hun moeder. In een twee strijd met zichzelf bleef hij stilletjes op de grond zitten met alle chaos om zich heen. Hij wilde niet verbannen worden naar het Noordelijke deel, maar hij zou er alles aan doen om zijn zus hier te houden, bij haar werk en hun vader. 
Uit zijn gedachte werd hij gewekt bij het horen van de stem van Cheyenne gericht naar hem. Hij beet even zachtjes op zijn lip. "Jij moet bij papa blijven, dus ik ga je helpen een oplossing te verzinnen zodat jij kan winnen en iedereen weer schoon water kan krijgen en papa jou niet ook verliest," zei hij knikkend. Hij wist niet of het een geweldig idee was om zichzelf op te offeren voor Cheyenne maar ze was zijn zus en hij zou alles voor haar doen. Familie was gewoon een erg belangrijk ding voor hem.  Hij was ook zeker dat het beter voor zijn vader was als Cheyenne bij hem zou blijven, hij was vaak alleen maar een grote irritatie. 
"En jij? Cent voor je gedachte?" vroeg hij toen wat voorzichtiger. Hij was niet zeker of ze op dezelfde gedachte lijn zaten, maar hij wilde het graag horen. Hij was benieuwd naar haar gedachtes en wilde het zeker weten als zij een ander idee had. Hem leek het gewoon het slimste om de beste van de twee te kiezen om te blijven en in zijn ogen was Cheyenne de beste van iedereen. Ze was immers zijn grote zus.
Varamyr
Princess of Pop



ok bitch here i go

De emoties laaiden hoog op, hoewel zijzelf in gemoedsrust verkeerde ook al was haar naam omgeroepen door de aanvoerder van het gehele grottendorp. Meedogenloze slechtheid was soms het enige gewicht dat men in de schaal kon leggen om zijn dorpelingen aan het werk te krijgen.
Harald had het zwaar te verduren. Hij zakte ineen, greep haar vast alsof ze elk moment in een wervelwind konden belanden. Hem omhoogtrekken had geen zin. Hij was te zwaar voor haar zwakke armen.
‘’Ik weet niet waar je broer is,’’ vertelde ze hem, ‘’maar pieker niet zo veel. Wees een man en sta op.’’ En nadat ze hem verteld had wat te doen, werden ze vergezeld door Benjamin, zijn broer. Hier is hij, dacht ze. Heb je het nu naar je zin?
De aanwezigheid van zijn geliefde broer sloeg ze in de wind. Hij was vriendelijk, maar daar hield het bij op. Ze waren elkaars maten niet en om eerlijk te zijn had ze ook geen behoefte aan het beter verkennen van Harald’s bloedverwanten. Hij was al uitputtend genoeg.
‘’Overdrijven is ook een vak.’’ De stem van Cheyenne klonk door in het rumoer van de menigte. Een felle blik werd haar gegeven. ‘’Kan je dat verdomde gezeik van je eens voor je houden? Niemand heeft behoefte aan een tergende deugniet zoals jij.’’ Ze rolde haar ogen en keerde zich weer tot de twee mannen voor haar. ‘’Duivelskind,’’ klaagde ze binnensmonds. Ze kon niet wachten om zich meester te maken van dat gedrocht door haar een verliezersplek te geven. Luiheid trad bij haar buiten zijn oevers, zij zou geen beter plan kunnen verzinnen dan zij die drie dagen in de week haar avonden spendeerde in de bibliotheek. Aan Belisaria’s wijsheid ontbrak niets.
Ze trok haar hand terug en bekeek hem. Hij zag rood, meneer had kennelijk zo hard geknepen dat hij de doorstroming van het bloed daar verstoord had.
‘’Kop op, Harald. Desnoods werken we samen, wat kan hem dat nu schelen? We komen er echt wel, geloof –‘’ Haar zin kaapte ze af toen ze een vrouwelijk gedaante met krullend, donker haar zich haastig een weg baande door de menigte. Deirdre? Als een eenzame sierplant ging ze aan hen voorbij, weggegaan in het donkerte en omarmd door de wanden.
Haar aandacht voor Harald verviel. Ineens wilde ze niet meer de reddende engel van een overbezorgde jongeman zijn. Hij had Benjamin, de wegrennende brunette had niemand.
Met die gedachte onttrok ze zich aan de dramatisering van haar vriend door het op een rennen te zetten. Althans, ze trachtte de snelheid in haar pas te houden. Om de seconde werd ze gehinderd door menselijke obstakels die in haar weg naar Deirdre stonden. ‘’Pardon,’’ mompelde ze, hen naar de zijkant geduwd om zichzelf van leegte in de chaos te voorzien. Zo worstelde ze zich door jong en oud totdat ze dan eindelijk de hoofdgrot uit was.
De jongedame had zich verborgen in een holte, een opening die slechts twee meter bewandeld kon worden voordat het einde weer in zicht kwam. Haar ademhaling had ze niet onder controle, in elkaar gekreukt zat ze op de vloer. Het ging niet goed met haar, net zoals het niet goed ging met Harald, maar zij stelde zich niet aan en had niets om aan vast te klampen anders dan Harald. Hij klampte zich vast aan Belisária en werd binnen no-time omgeven door Benjamin, hoewel zij hier alleen moest zien te overwinnen van haar eigen gekende angst die schuilging met onnodige chaos in haar gedachtegang. Als er iemand was die met een deugdelijke oplossing zou komen voor het vuile water, dan was zij het wel. Ze was bedachtzaam en intelligent. Die eigenschappen hadden de meeste dorpelingen niet.
‘’Hé,’’ bracht ze kalm, doch bezorgd uit. Ze knielde voor haar neer, nam haar handen in de hare en wendde zich tot haar. Lieflijk streek ze met haar duim over haar handoppervlak. ‘’Kalm aan, het nieuws is je verontrusting niet waard. Je bent een sterke vrouw, dat weet je toch? Laat je niet door zijn stommiteit overmeesteren.’’ 
SeventhHeaven
Wereldberoemd



**mijn god ik haat Harald nu al en jezus wat een bitch is zijn vriendin**

Harald krabbelde beschaamd op toen zijn broer voor hem kwam staan. Zijn benen nog steeds onstabiel, wankelend. Hij negeerde de opmerking van Cheyenne, hij negeerde alles om zich heen. In een flits zag hij Deirde voorbij schieten. Harald had zijn broertje wel eens geplaagd, omdat hij vermoedde dat hij een oogje op haar had. Belasária was al weg. Hij tuurde het podium af, maar de hoge raad was al weg. Enkel Felton en Xarion stonden er nog, in gesprek met mensen die Harald niet kende. Harald wees naar Deirde. "Ben, ga achter Deirde aan. Hou een oogje in het zeil, let alsjeblieft ook op Bel", riep hij in zijn oor, in al het lawaai van de paniekerige menigte. "Ik red me wel. Ik ga Tyron zoeken en daarna pap en je ma." Je ma. Het was altijd ma gebleven, hoewel Harald wel eens ma zei tegen de nieuwe vrouw van zijn vader. Als hij het over Eve had, zijn biologische moeder, refereerde hij altijd naar haar met 'moeder'. 
Harald wachtte niet op antwoord maar wurmde zich toen hij een gaatje zag in de menigte langs het podium af. Hij rende de trappen aan de linkerkant van de hoofdgrot op. De mensenmenigte hield niet op, hij werd bijna van de steile en gladde trap geduwd. Langs het ravijn was een smal pad, met enkel een ijzeren railing op de rand. Normaal liep men hier, rustig en respectvol naar anderen, zodat niemand viel. Nu haastten mensen zich langs elkaar af om het nieuws te verspreiden aan de stamleden die niet in de grote grot waren geweest. "Sorry, pardon." Rechtsaf. Linksaf. Even twijfelde hij welke kant hij op moest om naar Tyron te gaan. Toen zag hij een bordje met 'Hoge raad'. Hij volgde de pijl en herkende de gangen waar hij was weer. Soms was het een doolhof in de grot, zeker op plekken waar je niet vaak kwam, zoals deze. 
Hij klopte, drie maal. "Oom Tyron, ik ben het." De deur ging open. De broer van zijn moeder stapte naar buiten, keek links en rechts de gang in en liet hem snel binnen. Tyron omhelsde hem. "Neefje, zoon van mijn zus, bloed van mijn bloed." Harald boog kort, zoals gebruik was in zijn moeders tak van de familie. De tradities van vroeger zijn meegenomen, enkel de beschaafdheid niet. Dat bleek uit deze verschrikkelijke loting en het duivelse plan van Xarion en Felton. "Wist u hiervan?" Harald hijgde nog een beetje.
Tyron knikte. "Ja, maar ik wist niet dat hij de anderen ging verbannen en de probleemoplosser zou bestraffen. Dat zou ik niet goedgekeurd hebben." Tyron was een man van middelbare leeftijd. Hij was al vroeg grijs geworden, maar had nog altijd een jonge twinkeling in zijn ogen. Hij had zich kapot gewerkt om in de hoge raad te komen. Harald had af en toe contact met hem, vluchtig. Nu kon het van pas komen.
"Ik wil Ben en Belasária beschermen. Een van hun moet winnen. Ben natuurlijk. Natuurlijk Ben. Pa kan niet zijn beide zonen verliezen." Tyron schudde zijn hoofd en stak zijn hand op om het geraas van Harald te stoppen.
"Rustig, jongen. Ga zitten. We denken even rustig na." "Bedankt oom, maar ik wil niet zitten", reageerde Harald resoluut. "Xarion is een vredelievende man. Een geboren leider. Hij zal niemand verbannen als hij daar geen reden toe heeft. Ik vermoed dat het een stok achter de deur is, voor de minder gemotiveerde werkers." Harald sloeg een kreet van ergernis uit. "Xarion is een man van zijn woord." Tyron lachte. "Welnee, Xarion is een man van manipulatie. Hij zoekt een opvolger. Een goede. Hij wil dat jullie je beste beentje voorzetten om te bewijzen dat jullie dat kunnen zijn. De rest is toneel. Dat vermoed ik." Tyron knipoogde. "Niet doorvertellen, dat hij een opvolger zoekt, het is geheim."
Harald keek hem ongelovig aan. "Maar wat moet ik dan doen? Wat als het niet zo is? Hij kan mensen verbannen. Hij kan Bel en Ben verbannen." Tyron haalde zijn schouders op. "Doe je best. Zorg dat je nog harder werkt dan dat je op de oogstvelden doet. Dit is jouw kans om hogerop te komen. Laat je niet tegenhouden door je broer of je vriendinnetje. Zelfs als ze in het Noorden wonen, overleven ze dat wel. Heb toch ambitie."
Harald werd boos. "Ik geef om mijn familie. Ik zorg voor mijn broer. Wat heb jij gedaan voor mijn moeder? Hm? Je hebt haar de rug toegekeerd, omdat het een schande was van pa. Je hebt haar enige zoon niet eens in huis genomen. Dat neem ik je nog altijd kwalijk, oom. Ik ben opgegroeid in schande, terwijl mijn eigen oom van een gouden bordje eet."
Tyron hief zijn hand en gaf Harald een klap in zijn gezicht. "Eer uw vader en moeder", spuugde hij Harald toe. "Had jij je zus maar geëerd." Hij stormde de grotkamer uit en gooide de deur met een klap dicht. Het was een van de weinige deuren in de grot. Daarom was het nog heerlijker om er mee te smijten.

Harald ging weer terug langs het ravijn en ging de grote grot door, waar het podium inmiddels leeg was en de rust redelijk wedergekeerd was, hoewel er toch veel mensen waren. Hij liep door de gangen richting zijn huis, waar zijn vader waarschijnlijk te vinden was. Ja, daar was hij. "Pap." Zijn vader omhelsde hem. Dat deden ze niet vaak. "Het spijt me, jongen." Harald gaf een vriendschappelijke klap op zijn vaders rug. "Jij kan er niets aan doen, pa." Elianne zat op het krukje, tegen de muur. "Waar is Bennet?" Haar ogen waren betraand. "Bij Bel en Deirde. Het gaat goed met hem." Harald slikte even. "Hij nam het nieuws beter op dan ik..." Hij vloekte in zichzelf om dit toe te geven, maar wist dat het Elianne zou geruststellen. "Hoor je dat John? Hij nam het goed op. Dan zal hij het straks misschien pas beseffen. Mijn jongen, mijn arme jongen." Ergens voelde Harald een steek omdat Elianne zich meer zorgen maakte om Bennet, maar hij wist waarom. Het was haar bloed. "Ik zal naar hem toegaan. Misschien dat ik hem mee hiernaartoe krijg. Ik zie jullie later."

Harald liep terug naar de hoofdgrot. Hij was moe. Zijn benen deden zeer van het lange staan en hij voelde de adrenaline door zijn lijf gieren. Wankel was hij nog steeds. "Bennet? Belisária!", riep hij door de gangen. "Verdomme Bennet, waar zit je?"



Evenstar
Landelijke ster



Benjamin knikte even naar zijn broer voordat deze zich tussen alle mensen door wurmde om Tyron, zijn oom, op te gaan zoeken. De jongeman ging met een hand door zijn haren en besloot toen om toch maar achter Deirde, daarbij ook Bel, aan te gaan. Hij en Bel hadden niet echt een goede band, maar ook geen slechte, ze lieten elkaar vaak voor wat het was. Al vond Ben haar soms bijzonder irritant en snapte hij niet dat zijn broer het met haar uit hield. Maar goed, soms heb je je schoonfamilie niet voor het kiezen, dus moest hij er maar mee leren leven. Dat was best te doen. Er waren vervelendere mensen in de grotten...
Ook Ben baande zich tussen alle mensen door met af en toe een ''sorry'' of een ''het spijt me'' als hij op iemands tenen ging staan. Hij volgde de route die Belisária had afgelegd achter Deirdre aan. God, Deirdre zal waarschijnlijk wel weer wat over zijn gescheurde lip en blauwe neus te zeggen hebben, maar dat was het waard. 
Harald was zijn ouders zoeken.. Zijn moeder moest vast ontzettend overstuur zijn. Benjamin was altijd wel een beetje een moederskindje geweest. Dat kwam voornamelijk omdat zijn moeder na hem nooit meer kinderen had kunnen krijgen en ze hem een aantal keer bijna verloren was. Vroeger speelde hij vaak met Harald en renden ze achter elkaar aan. Als kleine jongen was Benjamin altijd al roekeloos en was hij een aantal keren bijna in het ravijn gevallen. Hij was één keer uitgegleden en van de rand af gedonderd, wat hem een gebroken arm en een hersenschudding had opgeleverd. En zijn moeder had Harald de schuld gegeven omdat ze tikkertje hadden gespeeld. Ook zijn vader was boos op Harald geweest. Gelukkig was dat allemaal voorbij gegaan en was alles goed gekomen. 
'Natuurlijk is ze een sterke vrouw,' zei Ben toen hij de twee meiden aantrof in een donkere holte van de grotten. 'Toch Deirdre? Iemand die op de ziekenboeg werkt, die moet zoiets als dit wel kunnen. Desnoods doen we het samen.' Hij hurkte naast Bel neer en keek Deirdre aan met een ondeugende twinkeling in zijn ogen die hij altijd had als hij haar zag. Hij kon er weinig aan doen, ze was dan ook bloedmooi.. 'Ik snap dat je geschrokken bent, maar we zitten allemaal in hetzelfde schuitje. Ik bescherm je wel.' Hij glimlachte trots naar haar. Beschermen zou hij haar zeker, hij zou iedereen in deze grot een kopje kleiner maken als het nodig was of als ze ooit aan haar kwamen of haar kwaad wilden doen.
Kittenpainfull
Wereldberoemd



Er was veel gepraat door de hoofdgrot te horen, iedereen had natuurlijk zijn eigen dingen te vertellen over de situatie. Hun meningen over het plan van de wijzen, ondertussen hoorde ze mensen ook al gokken over wie hun dachten het eerst zou opkomen met een plan. Cheyenne probeerde alle stemmen om haar heen te negeren terwijl ze ondertussen naar haar broertje gekeerd stond. Al was er een stem op de achtergrond die moeilijk te negeren was, dat was de stem van Belisária die duidelijk geïrriteerd was geraakt door de opmerking die Cheyenne over Harald gemaakt had. Het was misschien ongevoelig maar er verscheen automatisch een kleine grijns op haar gezicht bij het horen van de irritatie. Als Cheyenne het niet te druk had met haar broertje dan had ze zich zonder twijfel weer tot de meid gericht om een grotere reactie te uit te lokken. Voor nu zou Cheyenne zich richten tot haar broertje, er waren belangrijkere dingen aan de hand dan een discussie uit te lokken. Zelfs zij was niet zo dom om nu een nutteloze discussie te houden.
Om haar Bucky beter te kunnen horen knielde Cheyenne voor de jongen neer. De jongen leek ook al meteen een plan te hebben over hoe ze dit het beste aan konden pakken voor hun vader die anders alleen zou achterblijven. Alleen leek Bucky een iets ander plan dan haar te hebben. Cheyenne kon niet anders dan geloven dat Bucky gek geworden was. In haar gedachten leek het juist beter als hij achter zou blijven bij hun vader. Niet dat Cheyenne graag achter wou blijven in de grot, dat was wel zo beetje het laatste wat ze wou doen maar ze wist daadwerkelijk niet zeker of het wel verstandig was om Cheyenne uit te laten komen als de winnares van het hele gebeuren. “Het is niet alsof mensen gaan geloven dat ik met een idee opgekomen ben met een geniaal plan om de bevolking te redden.” Als mensen ook maar iets wisten over Cheyenne dan was het meestal dat ze onder haar taken probeerde uit te komen en dat ze hele dagen vrijwel niks deed. Niet alleen zouden mensen het niet geloven dat zij degene was die slim genoeg was iets te bedenken, Cheyenne zou wel de laatste persoon zijn die ze zouden accepteren om ereburger genoemd te laten worden. Zelf was ze er ook wel bewust van dat dat oneerlijk zou zijn. “Bucky, jij bent degene die bij paps moet blijven, als we überhaupt al met iets zouden kunnen komen.” Dat was ook nog iets, ze konden het wel hebben over wie van de twee moest komen met het idee maar dat had absoluut geen zin als iemand anders eerder met een idee kwam. Het was voor Cheyenne wel erg duidelijk dat iemand als Deirdre of Belisária eerder met een idee zou komen, zij zag hen twee als erg slimme mensen en dan had je nog Harald of Benjamin, die hadden beide toch duidelijk genoeg mankracht wat betekende dat als hen ervoor kozen naar buiten te gaan dat ze sterk genoeg waren om daar te kunnen overleven. Cheyenne gaf het niet graag toe maar zij en haar broertje leken nogal een achterstand te hebben.
“Laten we pap maar gewoon opzoeken.” Cheyenne kwam weer overeind en pakte Bucky bij zijn arm om hem overeind te trekken. Hun vader zou nu wel behoorlijk ongerust zijn na het nieuws gehoord te hebben. Direct naar haar broertje overeind getrokken te hebben trok ze hem in dezelfde beweging nog mee door de gangen om naar hun vader toe te gaan. Onderweg zouden ze nog wel door kunnen discussiëren over wie eventueel als ereburger uit zou komen.
Niet lang na gelopen te hebben hoorde ze een stem galmen door het lange gangenstelsel. De stem leek niet van ver te komen maar hij leek haar wel bekend voor te komen. Cheyenne stopte in haar stappen en draaide naar Bucky. “Is dat Harald?” Er was lichtelijke verwarring te horen in de stem van Cheyenne, vooral omdat hij wat leek te roepen. Ze was wel lichtelijk nieuwsgierig naar wat de reden was voor het roepen, wat er aan de hand was. Met een blik die duidelijk aangaf dat Cheyenne niet zo goed wist wat ze moest doen keek ze Bucky aan.  
Dauntless
Wereldberoemd



Ze was niet verdrietig dat ze was gekozen, enkel bang, in paniek over wat de toekomst zou brengen. Haar eigen symptomen had ze weleens bij patiënten gezien. Zij die opeens geknapt waren, die het mentaal niet langer aankonden in dit ondergrondse complex te leven. Zij die snakten naar zonlicht, een sterrenhemel. De meesten hadden dit soort dingen enkel in boeken gezien of over gehoord, maar wie te lang nadacht besefte weleens dat ze in hun leven nooit vrijheid zouden kennen, dat deze altijd begrensd was door de stenen muren. Zodanig opgegaan in haar gedachten besefte Deirdre niet eens dat Belisaria voor haar neerknielde. Pas toen ze haar handen vastnam schrok Deirdre door haar plotselinge manifestatie. Ze wist dat ze in Bel's aanwezigheid zichzelf kon zijn, dat ze haar emoties niet hoefde te verbergen. Toch had Deirdre er moeite mee zich naar anderen open te stellen. Als verpleegster vertrouwden mensen op haar. Het was haar taak zich ten alle tijden sterk en waardig op te stellen. Ze focuste op haar ademhaling, probeerde haar omstandigheden te relativeren. Diep inademen en weer uit, in en uit. "Ik vrees gewoon, wat als het al te laat is, wat als er geen oplossing meer is voor het water. De ouderen hadden hier veel eerder iets aan moeten doen in plaats van erover te zwijgen. Nu is de situatie zodanig geëscaleerd, als wij niets vinden, als er geen oplossing komt, dan zal iedereen sterven." Het was misschien wat pessimistisch nu al over het ergste na te denken, maar deze situatie was een mogelijke afloop. De ouderen hadden dan wel verzekerd dat de jongere generatie met een oplossing zou komen. "Dit is gewoon een manier van de raad om de schuld van hen af te schuiven. Als wij niets vinden dan zullen wij daarvoor moeten boeten want het was onze taak. Het is geschift dat ze met zoiets denken weg te kunnen komen." Haar stem klonk nog steeds lichtjes trillend, maar langzaamaan had ze zichzelf opnieuw meer in de hand. Ze moest dit rationeel aanpakken, met paniek zou ze nergens komen. Ze zou hard moeten werken, dag in dag uit zich richten op het vinden van een oplossing. 
Een andere bekende stem voegde zich bij hun. Het was Ben, shit. Van Belisaria kon ze het nog wel hebben dat ze haar zo zag, maar Ben. Ze had zo al moeite genoeg om die jongen tot reden te brengen, laat staan als hij wist dat ze hier zat te panikeren in een donkere spelonk. Haar ogen waren reeds aan de duisternis gewend. Het eerste wat haar aan hem opviel was dat hij weer met iemand gevochten had. Voor de eerste keer was het haast een opluchting hem zo te zien. Het gaf haar iets om handen. Even kon ze haar gedachten afzetten van het sluimerende onheil en hun nieuwe verantwoordelijkheden. "Jij mij beschermen? Ik denk dat het eerder omgekeerd zal zijn. Hoe vaak moet ik je nog zeggen dat je niet telkens bij het minste je vuisten moet gebruiken. Echt waar Ben vroeg of laat zal je er niet enkel met een bloedneus vanaf komen." Ze stond op, klopte het stof van haar kleren en verliet haar schuilplaats. "Kom mee naar de ziekenboeg. Ik zal je oplappen en daarna kunnen we spreken over hoe we dit gaan aanpakken." Hier was ze weer, terug in haar rol van heler, bezorgde moeder. "Bel je bent vrij mee te komen. Al kunnen we ook samen in de bibliotheek afspreken zodra ik klaar ben met hem. Als we antwoorden willen vinden denk ik dat dat de geschikte plaats is om te beginnen met zoeken." 
Anoniem
Popster



Haar woorden leken wel idioot naar hem. Hij moest bij hun vader blijven? Hij kon nog beter in de keuken gaan werken, de kans dat hij iets in de fik zette was nog kleiner dan dat hij zijn vader zou teleurstellen. Niet alleen was dat doordat Bucky niet goed om kon gaan met andere mensen, maar ook doordat hij waarschijnlijk niet goed voor zijn vader zou kunnen zorgen als Cheyenne er niet meer was. Zij was de sterke van hen twee wat ook de reden was dat Bucky erg naar haar op keek. Hij was erg achteruit gegaan toen hun moeder was overleden. Zij was altijd de gene aan wie hij al zijn verhalen en feitjes kon vertellen zonder haar er mee te ergeren. Toen zij overleden was had Bucky voor een hele lange tijd niet gepraat, het was niet lang geleden geweest dat hij pas weer begon met zijn mond open trekken en dat was ook alleen maar doordat andere jongens van zijn leeftijd ruzie met hem probeerde te maken.  Hij praatte steeds wel wat meer en kwam ook wel weer thuis met verhalen en feitjes, maar toch was het minder dan vroeger, wat waarschijnlijk alleen maar fijn was voor zijn vader en zus.  Zij vonden zijn verhalen, voor zijn gevoel, een stuk minder fijn om aan te horen dan zijn moeder had gevonden. Hierdoor leek het hem oprecht een idioot plan om hem bij hun vader achter te laten. Wat ze hierna zei kwam best hard aan.  Het was iets waar Bucky nog niet eens zo heel veel over na had gedacht. Wat als geen van beide een oplossing had gevonden. De kansen waren aardig klein voor de twee als hij er over na dacht. Natuurlijk had hij tijdens het wassen genoeg van de vrouwen daar gehoord, genoeg oplossingen waar zij mee gekomen waren maar hij kon zich niet realiseren dat die oplossingen echt konden werken. "We kunnen papa niet alleen achterlaten, Er is geen mogelijkheid dat hij dat aan zou kunnen." Het was wellicht hard om te zeggen zo maar het was een feit.  Het was gewoon onmogelijk voor hun vader om na het verlies van hun moeder ook nog eens zijn twee kinderen te verliezen. Hoewel ze hoogst waarschijnlijk niet dood gingen zou hij hen waarschijnlijk nooit meer terug kunnen zien. Wat op zich al erg genoeg was, leek Bucky toch.
Bucky werd bij zijn arm gegrepen en overeind getrokken door zijn zus waarna hij al direct weer mee getrokken werd zo de hoofdgrot uit. 
Na niet erg lang gelopen te hebben was er een galmende stem door de gangen te horen. Hoewel Bucky zich er eerst niks van aan wilde trekken had zijn zus blijkbaar toch andere ideeën. Ze stond stil waardoor de jongen zelf ook stopte met lopen. Pas toen ze haar woorden had gezegd drong het tot Bucky binnen dat het inderdaad Harald zijn stem was. Kort fronste hij toen en hij keek zijn zus wat vragend aan, al leek zij ook niet te weten wat ze precies moesten doen. Toen schoot hem iets te binnen.  "Denk je dat ze samen gaan werken? Dat ze met z'n drieën een oplossing gaan verzinnen in de hoop alle drie te mogen blijven?" Voor zo ver hij wist zouden ze de hoofdmeester nog wel zo gek kunnen maken om hen met z'n drieën te laten blijven. Dan zou Bucky met zijn zus en Deirdre vast komen te zitten. Het zou hem eigenlijk niks verbazen als dat was wat ze van plan waren, wellicht was dat ook wat zij konden doen. Of misschien konden ze met zijn allen een team vormen,  al had Bucky zo het idee dat Harald en Belisária hem en zijn zus niet zo heel leuk vonden, dus of ze met hen er bij onder een hoedje wilden spelen was nog maar de vraag.
Plaats een reactie
Reageer
Om nieuwe berichten te laden: ingeschakeld
Pagina: | Volgende | Laatste