Amarynthia schreef:
De uren die volgden, waren behoorlijk ongemakkelijk geweest. Hoewel Dean haar was gevolgd, leek hij nog steeds met stomheid geslagen en duurde het enkele tijd voor de kleur zijn wangen verliet. Was het gemeen dat het haar plezierde? Misschien een beetje. Maar, ze besloot om hem de komende tijd wat rust te geven. Ze betwijfelde of hij nog zo’n actie zou kunnen doorstaan. Zou hij boos zijn om haar actie? Die vraag hadden de twijfels doen toeslaan. Wat als hij haar actie helemaal niet waardeerde? Wat als hij zich schaamde en zij dat gevoel enkel versterkt had?
Ze hadden nog enkele tijd door de stad gelopen, hadden de omgeving goed onderzocht, maar hadden niks gevonden wat kon tippen aan de geïnfecteerde hond. Wel hadden ze wat nieuwe voorraden kunnen vinden, zoals lucifers. Niet nogmaals zou het hen gebeuren dat ze met een tekort van dat middel zouden rondlopen. Pas toen de zon langzaam begon te dalen en Charlotte haar maag een keer knorde uit proces, besloten ze een slaapplek te vinden. Dean leek zichzelf alweer iets meer herpakt te hebben, maar ze kon aan hem merken dat hij afgeleid was. Hij was nog altijd alert op de omgeving en elke keer wanneer hij een geluidje hoorde, hield hij het strak in de gaten. Toch merkte ze dat zijn gedachten ergens anders waren en wederom was dat iets wat Charlotte stiekem wel leuk vond. Oké, misschien was dat niet een beetje gemeen, maar gewoon gemeen. Misschien was het misplaatst geweest, misschien had ze inderdaad boos moeten worden om zijn actie. Maar, ze had het fijn gevonden. Het idee dat hij naar haar verlangde, dat zijn onbewuste het van hem overnam en de hunkerende gevoelens blootlegde. Ze voelde zich gewild. Daarnaast kwam het feit dat de aanraking zelf ook fijn aan had gevoeld. Hij was niet te ruw en ook niet onhandig. Het had natuurlijk aangevoeld.
Dean en Charlotte hadden uiteindelijk in het centrum van de stad een huisje opgezocht waarvan de ramen en deuren nog heel waren, zodat ze nog iets van bescherming hadden. Misschien dat ze nog steeds om de beurt wacht moesten houden, aangezien de voorzieningen hier niet geheel veilig waren. Het was een antiekwinkeltje, met achterin een kantoortje. De ruimte was ingericht met dezelfde antieke spullen. De muur stond vol met boekenkasten en er stond een ouderwetse, groene bank tegenover. Charlotte nam plaats op de bank en bekeek het verband om haar arm. Ze had de afgelopen dagen het verband niet verschoond, omdat het gewoon op was geweest. Toch had ze het niet vertrouwd om de wond in de open lucht te houden, bang dat het opnieuw zou gaan ontsteken van al het vuil dat erbij kon komen. De val van eerder die dag had ze opgevangen met haar onderarmen, al was dat iets waar ze op dat moment weinig aandacht voor had gehad. Ze merkte het nu wel iets, aangezien de wond iets gevoeliger was geworden. Toch had ze niet het idee dat het weer open was geraakt of wat dan ook, dus dat was fijn. Charlotte wierp haar blik op Dean, die de ruimte controleerde. Ze wist niet zo goed op wat, aangezien ze niet verwachtte dat er iets bijzonders te vinden zou zijn, behalve peperdure klokken.
‘Dean?’ De jongen had net een la opengetrokken, maar keek op toen hij zijn naam hoorde. ‘Wil je me helpen het verband te verwisselen?’ vroeg Charlotte, terwijl ze in haar tas zocht naar de nieuwe voorraad EHBO-spullen die ze gevonden hadden.
Met een kort knikje kwam hij haar kant oplopen en nam hij naast haar plaats op de bank, met íets meer afstand tussen hen dan normaal. Oeps, misschien was haar actie toch niet de slimste geweest. Daar waar Dean sowieso al te veel na leek te denken over zijn acties als het aankwam op lichamelijk contact, leek dat nu nog erger te zijn. Voorzichtig pakte hij haar pols vast en trok hij haar arm zachtjes zijn kant op, waarna hij het verband losmaakte. Iets van het verband zat vastgeplakt aan haar wond. Schijnbaar was de wond toch weer iets opengegaan, maar het leek niks ernstigs. De blauwe kleur rondom de korsten was al voor een groot deel weggetrokken. Eindelijk leek het de goede kant op te gaan met die stomme beet. Dean ging voorzichtig te werk, net zoals alle andere keren. Normaal gesproken hield ze in de gaten waar hij mee bezig was, waar hij zijn vingers neerzette rondom de wond, om haarzelf voor te bereiden op mogelijke pijnprikkels. Deze keer was het zijn gezicht die ze bestudeerde, de concentratie die erin verborgen lag en… bespeurde ze daar opnieuw iets van een rode blos of verbeeldde ze dat? Zou hij echt…? Nog steeds kon ze het niet geloven. Hij was een knappe verschijning en met zijn vrij mysterieuze karakter was ze ervan overtuigt dat er genoeg vrouwen waren die voor hem zouden vallen. Zou hij daar nooit gebruik van hebben gemaakt? Zou hij nooit eerder iets van liefde gekend hebben? Maar, als het zo was, dan was de vraag: waarom? Waarom was hij nog…? Zou het komen doordat hij weinig vrouwen was tegengekomen in zijn leven of had hij er bewust voor gekozen? Hoewel ze hem genoeg geplaagd had vandaag en dit misschien niet het meest gepaste moment was, kon ze de vraag niet voor zich houden. ‘Dean?’ Ze hield ervan zijn naam uit te spreken. ‘Heb je het ooit gedaan?’ Nu was het Charlotte die een lichte blos op haar wangen kreeg. Ze bedacht zich dat haar vraag behoorlijk vanuit het niets kwam en was bang dat het het-woord niet duidelijk genoeg was. Zou hij begrijpen waar ze op doelde? ‘Ik bedoel, eh… Heb je ooit…’ Tja, woorden hè? Ineens leek haar een gevoel van verlegenheid te overvallen. Had ze hier wel over moeten beginnen? ‘… het bed met iemand gedeeld?’
@Hadesu