Azelf schreef:
Hij keek haar, nog steeds liggend, na toen ze wegliep en hij wenste haar zachtjes succes. Hij was zeker benieuwd of ze het zou vinden, zelfs hem lukte het af en toe niet, laat staan een onervaren dorpsmusje. Weer was hij nu alleen gelaten met zijn gedachten, iets wat hem zich al snel liet vervelen. Als de steek nou ergens anders was beland, zoals in zijn arm… Buikspieren gebruik je voor het grootste deel van de handelingen, wat hem nu bijna volkomen belette te bewegen. Zijn armen kon hij, godzijdank, nog wel bewegen. Hij tilde ze op en bestudeerde zijn nagels. Met zo min mogelijk beweging begon hij het vuil eronderuit te pulken, iets wat hij wel vaker deed als hij zich doodverveelde. Toen hoorde hij harde, in zijn oren bijna lompe voetstappen vanuit het bos komen. Hij draaide zijn nek een stukje en hij kon het niet laten even te glimlachen, toen hij het meisje aan zag komen rennen, hoofd rood en zwaar ademend. ‘Ik… heb… het… gevonden,’hijgde ze met trots duidelijk doorklinkend in haar stem. ‘Ik zie het,’ grinnikte hij zachtjes. Aangezien hij nog steeds niets te doen had, bekeek hij maar hoe het meisje het medicijn maakte. ‘Hulp nodig?’ vroeg hij uiteindelijk.