Envy schreef:
‘Zero, er is een klein probleempje.’
Als er één ding was wat Zedd vervelend vond om te horen, was het die zin wel. Dat kon beteken dat óf hij zich vergist had en het doelwit nog leefde, óf de opdrachtgever had een fout gemaakt. Zedd was er zeker van dat het doelwit dood was, dus hij zuchtte diep en kwam overeind in zijn bed. Hij pakte de headset en deed hem op.
‘Laat me raden, verkeerd doelwit doorgegeven?’ Hij wreef in zijn ogen en keek om zich heen, zijn kamer was schemerig en het was duidelijk vroeg in de ochtend.
‘Nee, dat niet. Er is een doelwit bijgekomen. De vrouw die zich bij het doelwit bestond. Het oude doelwit heeft in haar huis bepaalde documenten verstopt die wij nodig hebben. Oh, het ophalen van die documenten is natuurlijk een baantje voor iemand anders, maar we laten die vrouw aan jou over. Schakel haar uit, laat haar verdwijnen. Neem contact met mij op als je de klus geklaard hebt.’
De vervormde stem aan de andere kant van de lijn vaagde weg en Zedd was weer alleen. Met een zucht liet hij zich achterover vallen en staarde hij even naar het plafond.
‘Miauw.’ Een witte, pluizige kat sprong op zijn bed en begon hem kopjes te geven, luid te spinnen en te vragen om aandacht.
‘Jaja, ik snap het al. Je wilt eten hebben. Ik sta al op.’ Zo begon eigenlijk weer een doodnormale ochtend voor Zedd. Nadat hij de kat eten had gegeven stapte hij onder de douche, waar hij ruim een half uur luid zingend zichzelf waste. Hij kleedde zich om en liep naar de keuken, waar hij pannenkoeken voor zichzelf bakte. Hij at zijn ontbijt en deed daarna de afwas. Iedereen die bij zijn huis naar binnen zou kijken, zou een doodnormale man zien die zijn ochtendritueel volgde.
Zedd deed de deur naar de kelder open en sloot hem ook weer goed achter zich. Hij liep bij de trap naar beneden en deed het licht aan. Zijn wapenkelder, die hij ook wel eens de ‘batcave’ noemde, was iets wat hij altijd goed beschermd en verborgen had. Hij openende zijn laptop en zocht informatie op over zijn nieuwe doelwit. Iets, alles wat hem helpen kon. Een naam.
‘Aristée Blanc’ mompelde hij terwijl hij een sigaret tevoorschijn haalde en een hijs nam.