ladybambi schreef:
Felix liep met zijn handen in zijn zakken door de straten, kijkend naar de sterren en denkend aan zijn verleden. De sterren waren zijn enige vrienden. De enige bij wie hij zijn hart kon luchten en hem niet zouden uitlachen of voor schut zetten. De enige bij wie hij zijn verhaal kon doen, zonder dat hij in een gesticht werd geplaatst. Een gesticht die hem zogenaamd zou helpen met zijn grote 'fantasieën' uit zijn kindertijd, waarvan hij dacht dat ze echt waren. Het waren geen 'fantasieën', de dingen waren echt gebeurd. Maar hij kon het niet laten zien. Dat zou te gevaarlijk zijn. Al lopend door de straten, dacht hij terug aan de dag die zijn leven voor goed veranderde. Het was een week na zijn negende verjaardag. De vele cadeautjes van zijn familie en vrienden lagen nog op tafel, waaronder het kleine vuurrode autootje, wat hij van zijn beste vriend had gekregen. Een vriend die nu waarschijnlijk dacht dat hij dood was. Vroeger was hij een sociaal jongetje, voor die ene dag. Hij was populair op school, lachte veel, hielp kinderen die gepest werden en pestte de pesters terug zodat ze wisten hoe het voelde en zouden stoppen. Een normaal jongetje dus. Dat veranderde zo plotseling. Een paar uur naar de lunch ging de deurbel en zijn moeder deed open. Door het raam zag Felix een man, met een lab jas aan en een klembord in zijn hand. Hij las iets voor op het klembord en meteen wilde mam de deur sluiten, maar dat liet die man niet toe. Waarom wist hij niet. Een tijd lang waren zijn moeder en de vreemde man in gesprek. Waar ze het over hadden kon hij niet verstaan. Op dat moment maakte het hem ook niet uit. Al die cadeautjes van vorige week! Dat was veel belangrijker dan een saai gesprek tussen twee volwassen personen, die waarschijnlijk woorden gebruikten die hij nog niet snapte. Die hij nog niet geleerd had. Zijn moeder had de neiging om erg moeilijke woorden te gebruiken. Moeilijkere woorden dan de meeste volwassenen. Dat kwam misschien omdat ze van rijke afkomst was. In films spraken die mensen ook altijd zo gek. Na een tijdje gesproken te hebben, kwamen er echter wat mannen, gekleed in het zwart binnen. Hard duwde ze mam aan de kant en er klonk een bonk in de gang. Later besefte Felix dat het mam was die viel. Toen werd hij alleen maar bang. Het kleine autootje drukte hij tegen zijn borst en hij holde naar de achterkamer toe, waar hij zich achter de grote tafel verstopte. Helaas hadden ze hem al snel gevonden en er vandaan getild. Hij begon te huilen van angst, terwijl ze hem met het autootje uit het huis droegen. Van zijn ouders had hij nooit meer wat gehoord, maar als zijn herinneringen aan die knal echt waren en niet door zijn fantasie verergerd, wat hij betwijfelde, was hij bang dat zijn moeder in elk geval niet meer leefde. Of in elk geval een kastplantje was geworden.