Hier komen de laatste 3 forum topics
te staan waarop je hebt gereageerd.
+ Plaats shout
Bluesweater
Bijna kerst!!!!
0 | 0 | 0 | 0
0%
Om mee te kunnen praten op het forum dien je ingelogd te zijn.Nog geen account? Klik hier om een gratis account aan te maken.

> Sluiten
Helper
17 van de 24 sterren behaald

Forum

ORPG, gedichten en schrijvers < Virtual Popstar
ORPG Dauntless // Momo
Anoniem
Popster



Lezen van deze orpg is op eigen risico, alhoewel je er vast geen trauma's aan over zult houden. Wat wij schrijven is pure fictie en bepaalde gebeurtenissen zoals mensenhandel en zinloos geweld zouden wij nooit goed vinden in het echte leven. Dankjewel.

Naam: Opal Ashes
Bijnaam: Angel / Ukkie 
Leeftijd: 18
Oogkleur: Opal (vandaar haar naam)
Lengte: 154 cm
Innerlijk: Omdat Opal's moeder gemuteerd was toen ze zwanger was en haar man gewoon een mens was, werd Opal als halfmutant geboren. Al snel kwamen haar ouders erachter dat Opal geen krachtige gave had omdat ze maar voor de helft Mutant was, maar bovenmenselijke zintuigen had; Haar zicht, reukzin, tastzin, smaak-zintuig en gehoor was veel beter dan dat van anderen. Helaas voor Opal kwam dit niet goed uit. Toen ze nog maar 9 jaar was werden haar ouders recht voor haar ogen vermoord, door volbloed mutanten. De reden waarom is altijd onbekend gebleven. Door haar sterk ontwikkelde zintuigen, kreeg ze alles twee keer zo hard mee. Na dat wat ze nooit meer zou vergeten gebeurde, vluchtte ze zo ver weg als ze maar kon. Uiteindelijk kwam ze terecht bij een klein gezellig dorpje in het bos -waar ze tot op de dag van vandaag nog steeds leeft- en besloot ze haar mutatie voorgoed geheim te houden. Haar blauwe streep was alleen maar te zien als ze in haar ondergoed stond, dus ze maakte zich geen zorgen om ontdekt te worden. Verder is Opal ontzettend bang voor volbloed mutanten, vanwege wat ze haar ouders hebben aangedaan. Vanwege deze redenen wil ze haar mutantenkant en bijhorende krachten ook nooit te gebruiken. 
Gave: Superhuman senses & vliegen (vliegen kan alleen als ze in haar gemuteerde vorm is, wat vrij logisch is.)
Uiterlijk: zie plaatjes. Kleine blauwe streep van de mutatie zit op haar linkerbovenbeen.
Mutatie: Witte zangvogel
Beroep: Bakker



Mutatie:
Menselijke vorm:
Dauntless
Wereldberoemd



Naam: Tafari Wekesa
Bijnaam: Little lion man
Leeftijd: 24
Innerlijk: Tafari was 13 toen hij begon te werken bij Mama's Fabulon. Zijn ouders waren erg gelovige mensen. Al snel keerden ze zich tegen hem zodra ze er achter kwamen te hij en leeuwenstaart had. Hij was één van mama's eerste werknemers en zeer geliefd bij het publiek. In het begin liet ze hem voornamelijk drank serveren en speelde ze vooral in op zijn schattigheid. Vandaar ook de bijnaam little lion man. Maar naarmate hij ouder werd begon het echte werk. Al snel gaf hij optredens en nam ook cliënten mee naar de verscheidene slaapkamers. Maar op zijn 18e verdween hij zomaar. Later werd duidelijk dat hij zich had aangesloten bij het verzet, iets waar Mama enorm op tegen is. Tafari was altijd al uit op wraak. Hij mag dan langs de buitenkant een charmeur zijn, aardig en charismatisch. Binnenin hem zit iets erg duisters. In het verzet is hij ook een deel van zijn menselijkheid verloren en meer leeuw geworden.  Uiteindelijk is hij opgepakt bij één van de verzetsacties en in the zoo terecht gekomen.
Uiterlijk: picca
Mutatie: half lion
Beroep: Barman (vroeger danser en zanger)
Extra: /
Dauntless
Wereldberoemd



Sinds hij terug in het Fabulon werkte was er veel veranderd. Tafari was zijn plaats bovenaan de populariteitslijst kwijt en het was onzeker of hij deze ooit zou terugkrijgen. Hij mocht zich sowieso al gelukkig prijzen dat Mama hem uit de 'Zoo' had gehaald. Normaal gesproken had ze geen medelijden met beesten die zich bij het verzet aansloten. Tafari was er zeker van geweest dat hij zou wegrotten in zijn cel, tot Edith langs kwam. Edith regelde vooral het financiële gedeelte van het bordeel. Ze zorgde voor de boekhouding, deed de klusjes die niemand anders wilde doen. Ze was al bijna net zo lang in dienst bij Mama als hij, maar had nooit de erkenning gekregen die ze eigenlijk verdiende. Ze was dan ook allesbehalve blij toen ze Tafari's borg betaalde en hem terug meenam. Het podium of de kamers zou hij niet meer zien. Tafari moest achter de bar zijn, schoonmaken. Het soort klusjes dat niemand graag deed. 
Vannacht had hij een chique pak aangetrokken. Sinds zijn gevangenisstraf was hij een stuk dierlijker geworden. Het was zo dat wanneer je hen als een beest behandelde of ze meer toegaven aan hun dierlijke instincten ze er ook meer en meer als een dier gingen uitzien en terug veranderen steeds moeilijker werd. Het was hem gelukt zijn staart, klauwen en tanden in te trekken, maar zijn ogen zagen er nog altijd katachtig uit. Verschillende andere kopers wierpen hem een nieuwsgierige blik toe toen hij het circus in kwam gewandeld. Ze wisten niet zeker of hij te koop was en zo niet wat een mutant als hij hier kwam doen. Mama kocht wel vaker mutanten uit het circus, alleen zonde van het brandmerk dat op hun lichaam werd gezet, dat vonden vele klanten een afknapper. Een man met de traditionele kledij van een circusdirecteur wandelde het podium op. "Dames en heren, vanavond laten wij u weer onze meest exotische collectie aan mutanten zien. Mutanten van de beste kwaliteit, aarzel niet u portemonnee boven te halen en een bod te doen!" Hoewel hij nooit zelf deel van het circus had uitgemaakt had hij verhalen genoeg gehoord van andere mutanten. Sommigen werden gedrogeerd zodat ze er tijdens de verkoop makker en gedweeër uitzagen. Ze werden gemarteld, maar altijd op die manier dat hun wonden niet zichtbaar waren voor de kopers. Het was een vreselijk lot.
Anoniem
Popster



Er was ontzettend veel gedonder in het dorp, iedereen werd namelijk opgeroepen om naar het dorpsplein te komen. Ik had geen flauw idee wat er aan de hand was, tot ik zelf ook op het plein stond. Mannen met wapens in hun handen omcirkelde ons zodat we niet konden ontsnappen. De wapens die ze hadden, waren niet zomaar wapens. De kogels die uit hun geweren kwamen hadden een naald. Bij aanraking van de huid werd er een vloeistof in het lichaam gespoten die ervoor zorgde dat je als mutant nog wel in je dierlijke gedaante kon veranderen, maar zonder de daarbij horende gaven, die werden vervangen door een stevige hoofdpijn. Ik had er nog nooit een in het echt gezien en eerlijk gezegd hoopte ik ook dat dat voor altijd zo zou blijven.
Toen iedereen op het plein stond, deed het dorpshoofd een poging de mannen te verjagen. ''Meneer, wij zijn slechts een klein dorp met enkel mensen als inwoners. U kunt uw tijd wel beter verdelen dan hier wat rond te lopen op zoek naar mutanten.'' Haar woorden deden de mannen niks, maar mij wel. Niemand hier wist dat ik een mutant was, of nou ja, half mutant. Ik probeerde kleine stapjes naar achteren te zetten om zo onopgemerkt weg te sluipen, maar helaas. Een van de mannen hield me al snel tegen. Nu kon ik alleen nog hopen dat ze me zouden overslaan.
Eén van de mannen hield een edelsteen tevoorschijn en hield deze hoog op. Het was een aurasteen, waarmee je kon zien of er mutanten in de buurt waren. Hoe feller de steen gloeide, hoe dichterbij de mutant. De man liep stap voor stap naar voren toe en na ongeveer twaalf stappen begon de steen lichtelijk te gloeien. De man liep steeds verder naar achteren en hoe meer hij richting mijn kant op kwam, hoe harder mijn hart begon te bonzen. Toen hij nog maar acht meter van me af stond voelde ik me al gedoemd. 

Hij stond recht voor me en keek me aan met een vieze glimlach. ''Hallo, Ukkie. Of zou ik beter kunnen zeggen kleine mutant?'' Even was het stil voordat ik antwoord gaf. ''Ik ben geen mutant, jouw domme steen heeft het bij het verkeerde eind.'' ''Oh, is dat zo? Hij heeft ons anders al met een hele boel andere zaken geholpen. Maar goed, we moeten er natuurlijk wel zeker van zijn dat je écht zo'n mormel bent.'' Hij knipte met zijn vingers en voordat ik het wist werd ik beet gepakt. ''Laat me los!'' gilde ik in een poging tot ontsnapping, maar de greep was te sterk en natuurlijk luisterden ze niet naar wat ik zei. Ik voelde hoe twee handen over mijn lichaam heen gingen, opzoek naar de streep. Toen zijn handen richting mijn borsten gingen schreeuwde ik half in tranen ''MIJN BOVENBEEN, HET ZIT OP MIJN LINKER BOVENBEEN'' De man stopte en grinnikte even. ''Dat moeten we dan ook maar even nachecken.'' zei hij waarna hij mijn rok optilde tot hij inderdaad een klein blauw lichtgevend streepje zag zitten. Vervolgens pakte de man een klein apparaatje uit zijn broekzak en richtte hij het op mij. Hij drukte een knopje in en alles werd zwart voor mijn ogen.

''Wakker worden, Ukkie.'' Hoorde ik dezelfde stem weer zeggen. Ik opende mijn ogen en keek haastig om me heen. Ik schrok me dood toen ik me besefte waar ik terecht was gekomen: Het circus. Overal om me heen waren volbloed mutanten. Mijn ademhaling versnelde. Pas na ongeveer een minuut besefte ik dat er iets om mijn nek zat. Toen ik eraan voelde sprak de man me opnieuw aan. ''Da's een halsband. Voor je nieuwe eigenaar maar nu nog even voor ons. Als je niet meewerkt, krijg je een klein schokje.'' Met klein bedoelde hij natuurlijk groot, wat anders. ''Ik wil naar huis.'' protesteerde ik. ''Ach Ukkie, binnen no-time heb je weer een nieuw thuis. Gewoon je lichaam wat afshowen en je hebt instant een ontzettend grote groep bieders.'' Hij klopte me op mijn schouders en gaf me kleding aan. ''Je kunt je daar omkleden.'' zei hij wijzend naar een klein hokje. ''En je weet het, als je niet luistert dan moet je maar voelen. Over zo ongeveer een half uur mag je op het podium, als nummer 4. Succes.'' zei hij met een knipoog. 
Ik hoorde een stem zeggen dat de show van vanavond weer zou beginnen en het gaf me de kriebels. Angstig liep ik het kleedhokje in, ik kon beter maar even doen wat er van me gevraagd werd.
Dauntless
Wereldberoemd



Toen de gordijnen voor een tweede keer openden stond er een grote watertank in het midden van het podium. In de tank zwom een slanke brunette gracieus heen en weer. Op het eerste zicht viel er niets op aan haar, maar wie beter keek zag dat aan haar hals een paar kieuwen zaten. Tafari had de opdracht gekregen precies één iemand te kopen. Mama kon immers niet iedereen redden. Het Fabulon was werkelijk één van de beste plaatsen om als mutant te vertoeven. Je kreeg er onderdak, voedsel, een vast loon. Het was zoveel beter dan een leven op straat of als slaaf van één of andere rijke kerel die een ongezonde interesse in je toonde. Ze lieten dat meisje niet voor niets naakt in die tank zwemmen. Ze was mooi, maar niet wat hij zocht. Haar mutatie was te onopvallend. De klanten zouden denken dat ze seks hadden met een gewoon mens en dat was juist waar het Fabulon zich onderscheidde van andere bordelen. 
Na haar kwam een jongen met  kleine hoorns en bokkenpoten. Hij leek wel een faun uit de vele Griekse legendes, maar kon amper nog rechtstaan. Waarschijnlijk werkte hij niet genoeg mee en besloten ze hem een grote dosis verdovingsmiddelen te geven. "Zo mak als een lammetje!" grapte de directeur. Wat zou Tafari die kerel graag met zijn klauwen doorboren. Hij voelde hoe zijn nagels tot klauwen vormden en haalde snel diep adem zodat de verandering stopte. De jongen zou een goede aanwinst zijn. Hij zat er schattig uit met zijn krulletjes, maar jammer genoeg had Tafari geen rijtuig meegekregen en zou hij hem onmogelijk de hele terugweg kunnen dragen. Op naar nummer drie. Opnieuw een meisje met een katachtig uiterlijk, dat van een jaguar om precies te zijn. Ze zou perfect in het Fabulon passen, was het niet dat Tafari het niet zo had op andere katachtigen. Ze vormden een te grote concurrentie en daarbij werd er enorm veel op haar geboden. Hoeveel mutanten zouden er hierna nog volgen, misschien moest hij alsnog voor de geitenjongen gaan?
Anoniem
Popster



Ik probeerde mezelf wat te bekijken toen ik was omgekleed. Het zag er mooi uit; voor in de slaapkamer. Het liefst wilde ik gewoon weglopen, maar dat was vrijwel onmogelijk met de halsband die ik om had. Het leek wel alsof alle magie die er was, alleen maar werd gebruikt voor slechte dingen.
''Hey Ukkie, it's showtime.'' hoorde ik ineens. Ik draaide me om en ja hoor, daar stond diezelfde man alweer. ''Maar ik, ik weet niet wat ik moet doen.'' De man keek me aan alsof ik een of ander dom wezen was en zuchtte geïrriteerd. ''Eerst laat je iets van je krachten zien, vervolgens mag je iets over jezelf vertellen. Begrepen?'' Ik knikte, want nee schudden of zeggen had toch geen enkele zin in deze situatie. Ik volgde de man mee naar de achterkant van het podium. Ik keek voor me uit en zag een trap waar een bordje bij hing. Op het bordje stond Vleugels? hierheen De man wilde al gelijk rechtdoor lopen, maar ik hield hem tegen om te vertellen dat ik vleugels had. Even verscheen er een kleine glimlach op zijn gezicht en nam hij me mee de trap op. Het waren veel treden, maar na elke trede voelde ik meer druk op me. Hoe moest ik mezelf presenteren? Hoe moest ik mijn vliegkrachten laten zien? Ik had al niet meer gevlogen sinds mijn 9e. De vraag was of ik het überhaupt nog wel kon. Ik probeerde diep adem te halen en voordat ik het wist stond ik al boven aan de trap. De man duwde me naar voren en verdween zelf. Ik schrok toen ik zag hoe hoog ik stond en dat was te merken ook. Voorzichtig liep ik naar voren toe en staarde ik in de diepte. Het was minstens 30 meter hoog en als ik langer was geweest had ik het zeil van de tent aan kunnen raken. Oké, niet naar beneden kijken, probeerde ik in mezelf te denken. Ik keek recht vooruit, liep naar de rand van de plank, sloot mijn ogen en liet me vooruit vallen.

Toen ik naar beneden viel begon mijn huid goudkleurig te gloeien, het teken dat ik weer zou veranderen in datgene waar ik zo'n ontzettende hekel aan had. Ik voelde hoe een paar vleugels uit mijn rug kwam en spreidde ze zodra ik het kon. Ik vloog. Ik kon het dus nog steeds, ondanks dat de laatste keer ontzettend lang geleden was. Maar ja, het zat waarschijnlijk gewoon in het dierlijk instinct om te kunnen vliegen.
Ik maakte een paar rondjes en vervolgens landde ik iets wat ongemakkelijk. Voor me stond een microfoon klaar op de juiste hoogte. Ik liep er naartoe en begon mezelf voor te stellen. ''Ehm... Hallo. Mijn naam is Opal, ik ben 18 jaar oud en ik ben een halfmutant. Ik heb geen geweldige superkrachten, maar wel bovenmenselijke zintuigen.. En eh... Ik, eh... Ik kan goed koken, ik werkte namelijk tot op de dag van vandaag bij een bakkerij. Ehm... Mijn mutatie is die van een witte zangvogel, maar, maar mensen noemen het soms ook een engelenmutatie.'' Ik wist niets meer te zeggen en hoopte dat dit genoeg informatie was geweest. 
Ik voelde een hand op mijn schouder kloppen. ''Dankjewel Opal, laten we dan nu het bieden beginnen!'' 
Dauntless
Wereldberoemd



Wel dit was nog eens een goede act. Het meisje had helemaal in de nok van de tent gestaan. Ze viel voorover en bleef, maar vallen. Net op het laatste moment sloegen ze haar vleugels uit en vloog over het publiek. Even was Tafari vergeten dat hij een hekel had aan deze plek. Ze was wat aan de verlegen kant, maar dat zou hij er wel uit krijgen en een zangvogel, dat betekende vast en zeker dat haar stem ook niet van de slechtste was. Jammer genoeg was Tafari niet de enige die er zo over dacht. "Hey zouden jullie alsjeblieft niet op haar willen bieden, dat zou ik enorm appreciëren." Tafari's gave was dat mensen hem onbewust mochten. Het was echt één van de meest onnuttige gaven die er bestonden, maar in een geval als deze kwam het wel van pas. Iemand die je mocht iets weigeren, dat was een stuk moeilijk dan je ergste vijand iets ontzeggen. Er werd wel op haar geboden, het kon ook niet anders. Ze zag er leuk uit, kon koken, kortom een perfect slavinnetje voor in huis. Maar Tafari wist haar nog voor een schappelijk prijs voor zich te winnen. Na de veiling gingen alle kopers naar de directeur.
"Op wiens naam mag ik het zetten?" vroeg de directeur.
"Zet het maar op Mama." Een bekende naam zelfs bij diegene die niet naar het bordeel gingen. De directeur twijfelde even of hij dit echt wilde doen, maar hij wou geen problemen met haar krijgen. Mama was niet iemand die je tegen je wilde. Tafari ondertekende het contract waarin stond dat hij nu volledig verantwoordelijk was voor zijn nieuwe aankoop en er geen geld terug werd gegeven. Eenmaal uit de tent liet Tafari zijn dierlijkheid weer bovenkomen. "Wel mijn beste vogeltje, vandaag is je geluksdag. Van alle plaatsen waar je terecht had kunnen komen is dit werkelijk een vijf sterren hotel. Mijn naam is Tafari en regel één van het Fabulon is dat wij trots zijn op onze dierlijkheid. Daarom tonen wij deze ook altijd aan de wereld. Dus vanaf nu af aan blijven die vleugels mooi gespreid."
Anoniem
Popster



Er boden mensen op me, en er werd zelfs gevraagd of mensen niet op me wilde bieden zodat die persoon me kon hebben. Ik wist niet of ik het positief of negatief moest opvatten, maar het voelde sowieso erg raar aan. Het geld wat er uiteindelijk voor me werd betaald was een groter bedrag dan dat ik ooit in mijn handen had gehad en ook daarvan wist ik niet hoe ik mer erover moest voelen. Ik hield me stil totdat ik hoorde dat ik gebrandmerkt moest worden. ''Maar ik-'' verzette ik me in het begin. Toch leek het me al snel beter om te gehoorzamen, ik had ten eerste nog steeds die halsband om mijn nek en ten tweede werd het brandmerk het minst lelijk als ik gewoon mee zou werken. Ik balde mijn handen tot vuisten en kneep mijn ogen dicht om zo de pijn wat te verzachten. Ik kreunde wat van de pijn en mijn ogen werden er wat waterig van, maar ik hield me zoveel mogelijk in. Het grote geldbedrag werd op naam gezet van Mama. Ik had alleen vaag van die naam gehoord, maar niet meer dan dat.
Toen we eenmaal de tent uitliepen, veranderde de man waarvan ik nu officieel 'eigendom' van was, hij liet zijn dierlijkheid naar boven komen en meteen voelde ik me angstig worden. Hij was groot en zag er gevaarlijk uit. Van alle mensen die me mee hadden kunnen nemen, was het een mutant. Ik probeerde zo ver mogelijk van hem uit de buurt te blijven, alhoewel dat in deze situatie nog best moeilijk was. "Wel mijn beste vogeltje, vandaag is je geluksdag. Van alle plaatsen waar je terecht had kunnen komen is dit werkelijk een vijf sterren hotel. Mijn naam is Tafari en regel één van het Fabulon is dat wij trots zijn op onze dierlijkheid. Daarom tonen wij deze ook altijd aan de wereld. Dus vanaf nu af aan blijven die vleugels mooi gespreid." Zijn woorden klonken als een en al ellende aan mijn oren. Ik wilde hem wel tegenspreken, maar ik wist niet of ik dat wel durfde. Het voelde alsof er een brok in mijn keel zat. Wat moest ik doen? Ik verzamelde wat moed om toch maar iets te zeggen over wat ik er van vond. ''Maar ik, ze zitten in de weg, mijn vleugels. Ik vind ze niet fijn...'' zei ik zacht.
Dauntless
Wereldberoemd



"Wel jammer genoeg gaat het hier niet om wat jij fijn vindt. Ik heb geen idee of je het al hebt gemerkt, maar naar onze mening wordt nooit echt geluisterd. Die mooie vleugels van jou brengen geld in het laatje. Maak je geen zorgen, al je kleding en kostuums zullen aangepast worden." Hij draaide zich met zijn rug naar haar toe zodat ze het kleine gat in zijn broek kon zien, waardoor zijn staart naar buiten kwam. "Ik begrijp dat je altijd is gezegd dat je mutatie slecht is, maar geloof me je gaat er snel van houden." Ze wandelden de rosse buurt van de stad in. Het was laat in de avond, het moment dat business volop aan de gang was. Schaars geklede dames lonkten mannen vanop hun balkons. "Tafari wanneer kom je ons nog eens gezelschap houden." riep er eentje.
"Sorry dames, vanavond moet ik zelf werken." antwoordde hij glimlachend. 
Eindelijk waren ze aangekomen. In grote rode neonletters schitterde het woord 'Fabulon' op de voorkant van een elegant, art nouveau gebouw. Het viel duidelijk op tussen de overige kleine bordelen. Aan de ingang stonden twee bodyguards. Een man met een stierenhoofd, en een andere met het hoofd van een buldog. Mama kocht haar buitenwippers meestal uit de zoo. Het waren mannen die een groot deel van hun menselijkheid hadden verloren. Ze zagen er angstaanjagend uit en dat was precies wat hun functie was. Roger en Clyde zorgden ervoor dat er geen ruzies of gevechten in het Fabulon uitbraken, of wanneer dat wel gebeurde, maakten ze er snel een einde aan. 
"Wij gaan langs de achteringang." Hij leidde het meisje door een donker steegje. Een deur leidde naar de coulissen. Muziek en gelach weerklonk van uit de zaal. Andere werknemers wisselden snel van kostuum of werkten haastig hun make-up bij voor hun volgende optreden begon. Via een reeks van trappen kwamen ze bij een kantoor. Op de deur stond in sierlijke gouden letters het woord 'Mama' geschreven. "Ok, het enige dat je moet onthouden is dat wanneer jij goed bent voor mama, mama goed is voor jou. Wees beleefd en alsjeblieft ruïneer dit niet voor mij." Hij klopte aan en opende de deur naar haar kantoor.


__________
Mama:

Anoniem
Popster



Hij vertelde me dat mijn mening er niet toe deed, wat eigenlijk ook wel te verwachten viel. Als iemand je kocht en je in zijn of haar bezit had, lag het helemaal aan die persoon wat er met je ging gebeuren. Het enige lichtpuntje dat ik er nu nog uit kon halen, was dat hij me vertelde dat alles speciaal op maat gemaakt zou worden.
Het was al laat in de avond en we liepen een buurt in waar ik nog nooit eerder was gekomen. De sfeer voelde onprettig aan en overal waar ik keek zag ik mensen én mutanten die ik liever niet had gezien. Ik voelde me onveilig en het viel me op dat ik dichter achter hem aan was gaan lopen, waarschijnlijk omdat iets in me dacht dat als er iets zou gebeuren, hij me zou beschermen. Ik bedoel, als hij anderen me nu al iets aan zou laten doen was het een enorme geldverspilling en het geld was ook nog eens van de rekening afgeschreven bij Mama, iemand die je kennelijk niet boos wilde maken. 
Een paar schaars geklede vrouwen riepen naar beneden toe en spraken hem aan met de naam Tafari. Nu wist ik gelijk zijn naam.
We kwamen aan bij een pand waar met grote rode neon letters Fabulon op stond. Voor de ingang stonden twee bodyguards, allebei mutanten. Ze zagen er uit alsof je er geen ruzie mee zou willen krijgen, maar om eerlijk te zijn wilde ik dat met niemand uit deze buurt. "Wij gaan langs de achteringang." zei Tafari die me vervolgens meenam via een donker steegje. Hij opende de deur en we liepen naar binnen. Pas toen ik de andere mutanten zag die druk bezig waren met zich om te kleden of hun makeup bij te werken, drong het tot me door dat dit zeker geen normale werkplaats was en voelde ik me nog ongemakkelijker. Waar was ik beland en wat zou er van me verwacht worden? Tafari begeleidde me naar boven tot we uitkwamen bij een deur waar met gouden letters Mama opgeschreven stond. "Ok, het enige dat je moet onthouden is dat wanneer jij goed bent voor mama, mama goed is voor jou. Wees beleefd en alsjeblieft ruïneer dit niet voor mij." Tafari klopte aan en opende de deur naar het kantoor.

Ik liet Tafari eerst het kantoor binnengaan en liep vervolgens voorzichtig achter hem aan en toen zag ik haar: Mama. Ze was een volle vrouw met paarse huid en tentakels. Haar ogen waren zeegroen en keken me aan voordat ze naar Tafari keek. ''Het ziet er naar uit dat je aan mijn eisen hebt voldaan, maar ik kon ook niet anders van je verwachten.'' Haar stem klonk laag, maar toch vrouwelijk. Ze keek me weer aan, ''En vertel eens, hoe heet je meisje?'' Ik deed een paar kleine stappen naar voren en maakte een halve buiging. ''Mijn naam is Opal, mevrouw'' ''Wat attent van je. Ik zou je graag willen verwelkomen bij het Fabulon.'' ''Dank u wel.'' ''Goed, laten we dan maar gelijk beginnen bij het begin. Het zou fijn zijn als je je even van je kleding ontdoet.'' Meteen keek ik op. Hier? Nu meteen? Zomaar vanuit het niets? Ik dacht aan wat Tafari had gezegd: Beleefd zijn en het niet voor hem ruïneren. Direct nee zeggen was geen optie, maar mijn kleding meteen uitdoen? Het enige wat ik aanhad leek al op lingerie. 

Meisjes hadden me wel vaker zonder kleding gezien in openbare baden, maar een jongen? Dat was totaal anders en dit was totaal niet hoe ik het zo zou willen hebben de eerste keer. ''U-uhm... Ik... Is het goed als hij dan weggaat?'' Met hij bedoelde ik natuurlijk Tafari. 
Plaats een reactie
Reageer
Om nieuwe berichten te laden: ingeschakeld