Laryanue schreef:
Jael had haar blik op de grond geslagen. Zelfs toen de paus in levende lijve voor haar geknielde lichaam stond, waagde ze geen blik op zijn gezicht te werpen. Zelfs om zich in zijn aanwezigheid te verkeren, voelde als te veel eer voor haar. De afgelopen drie jaar had ze hier naartoe gewerkt. Dit was haar enige doel geweest. Drie jaar. Ze had zoveel mensen ontmoet, zoveel waren weer verdwenen. Als ze eerlijk moest zijn, zou ze zeggen dat ze de meeste van hun namen al vergeten was. Zij vormden echter de laatste veertien, verkozen om boete te doen voor hun zonden in hun vorige levens door deze wereld te dienen.
"I hereby name you official hunter of the holy church. May you rid this empire of evil and sin.” Hij herhaalde het bij elke geknielde afgestudeerde en speldde ieder een insigne op, tot hij de laatste had bereikt.“Rise,” beval hij. Jael gehoorzaamde en stond op, haar hoofd hoog opgeheven, haar lichaam in positie als een ware soldaat. “You’ll all be assigned to your partners. You have been evaluated by your trainers and your partners have been decided on accordingly.” Hij begon met het noemen van namen. Veertien mensen, zeven paren. Vanuit haar ooghoeken keek ze naar Uriah, de afgelopen drie jaar waren ze goede vrienden geworden en betere vechters. Bij elke naam maakte ze een schietgebedje dat die van Uriah er niet bijgenoemd werd. “Uriah and Jael,” kondigde hij uiteindelijk aan. Ze moest een glimlach onderdrukken, het had ook niet anders gekund.