Hier komen de laatste 3 forum topics
te staan waarop je hebt gereageerd.
+ Plaats shout
Anoniem
AWAEAEA3AEA3A3A3AEAEAWAWAEAW
0 | 0 | 0 | 0
0%
Om mee te kunnen praten op het forum dien je ingelogd te zijn.Nog geen account? Klik hier om een gratis account aan te maken.

> Sluiten
Helper
16 van de 24 sterren behaald

Forum

ORPG, gedichten en schrijvers < Virtual Popstar
Orpg // Labyrinthine
Rosalie33
YouTube-ster



Een fanfiction orpg over de serie "The 100"

Ik: Jennifer Isabelle McCallum - 15 jaar, bijna 16

Jennifer is een vijftienjarige meid die van niets anders droomde dan 'Spacewalker' te worden. Ze vond het altijd geweldig om te zien hoe de mensen klussen aan de buitenkant van het schip klaarde in hun ruimtepakken. Helaas kon haar droom niet in vervulling gaan, wat komt doordat ze werd gearresteerd op het dek en de doodstraf kreeg. Jennifer is verder een erg nieuwsgierig iemand en ging het liefst, voordat ze gearresteerd werd, de Ark helemaal verkennen. Ze is snel, dus was ze de bewakers meestal te slim af.



Jij: jongen + begin

Succes! <33
Account verwijderd




Dean Broock is een jonge man van zeventien jaar die de ambities had om bij het leger te kunnen horen. Hij is een goede vechter met veel kwaliteit en de eigenschappen van een leider in zich, helaas is ook datgeen het geen wat zich tegen hem heeft gekeerd en er voor heeft gezorgd dat hij veroordeeld is met de doodstraf zodra hij de leeftijd van achttien heeft bereikt.

---

Hoewel de muren extreem dik zijn en er vaak weinig geluid door heen te komen valt, dreunt de chaos nu volledig door mij heen. Zelf heb ik geen idee wat er aan de hand is en wat de reden is van deze chaos. Zodra ik mijn mond open doe of op de deur bons krijg ik slechts boze blikken toe gewerpt van bewakers, of wel oud vrienden. Natuurlijk hadden zij mij hier net zo min zien zitten als ik zelf, maar zij helpen mij met geen mogelijkheid. Er is al genoeg corruptie binnen de Ark en een te groot gevaar voor de doodstraf. Niemand wil zijn leven riskeren voor een jochie die geen kant uit kan. De Ark is geen leefgebied zoals er vroeger geleefd werd. Zelf kan ik mij daar niets bij voorstellen, het leven op een planeet. De Ark is een gebouw dat zweeft in de ruimte, gemaakt door mensen als vluchtroute van de aarde die vol giftige gassen en stoffen zit als resultaat van een nucleaire oorlog. De geschiedenislessen hebben ons enkele dingen bijgebracht, maar volgens mij schuilt er nog veel meer achter dan ons verteld is. Het is onvoorstelbaar dat een planeet die voorheen volledig bebouwd was en miljarden mensen op rond hobbelde nu volledig leeg is. Slechts planten die zich door hebben kunnen ontwikkelen, als dat al mogelijk was.
Opnieuw hoor ik het harde geluid van meerdere deuren die open en dicht slaan. "Hé, wat gebeurd daar toch?" De zenuwen beginnen nu toch wel door mijn aderen te stromen. De meeste jeugdgevangenen zijn nog geen achttien, dus ze mogen ons nog niet afzweven. Maar wat als ze hebben besloten dat wij slechts in de weg zitten en hún lucht inademen? Ik heb wel eens wat plannen opgevangen toen ik nog in dienst was. Het blijkt dat de zuurstof toch echt op begint te raken en zij mensen willen offeren. Wat als wij de eerste zijn? En hoe willen ze zo'n selectie maken? Het leven hier is geen pretje, het is moeilijk en er zijn ontzettend veel regels aan verbonden die je nooit zou mogen overschrijden tenzij je de dood in gejaagd wil worden. Maar elk leven is kostbaar. Het offeren van wiens leven dan ook om je eigen hachje te redden is een walgelijk idee.
Plots vliegt de deur van mijn cel open. Voor ik ook maar zou kunnen reageren zit er al een stel boeien om mijn handen gebonden en word ik vooruit gesleept door de twee hoofdbewakers. Waarschijnlijk een voorzorgmaatregel wegens mijn achtergrond bij hun. Buiten is het een en al een chaos. Overal worden jeugdgevangenen naar buiten gesleept en overvallen. Geschreeuw en paniek galt door de ruimte heen. Zelf spartel ik ook tegen en doe ik mijn best een beetje vrijheid te krijgen, maar de hoofdbewakers geven niet mee. "Houd je koest inmate Dean! Wij proberen alleen maar te helpen. We hebben jou door de selectie heen gekregen en je hebt nu nog een kans," sist een van de twee in mijn oor. Enkele seconden ben ik even buiten spel gebracht en probeer ik te begrijpen wat hij zojuist heeft gezegd, maar dan zie ik dat iedereen in speciale pakken worden gehesen en een andere vleugel in moeten slaan. De vleugel waar de consuls staan. "Je wordt op missie gestuurd om te zien of de aarde al eens leefbaar is geworden."
Rosalie33
YouTube-ster



Jennifer
Stilletjes luister ik naar alle geluiden buiten mijn cel. Ik weet niet wat er gaande is daar, maar het klinkt niet goed. Overal hoor ik deuren dichtslaan en paniekerig geschreeuw. Mijn leesboek leg ik langzaam naast mij neer, terwijl ik mij steeds meer begin te focussen op het geschreeuw buiten deze wanden. Het klinkt niet goed, alsof er een bom ontploft is en iedereen een uitweg zoekt. Een uitweg zoeken is moeilijk hier op de Ark, aangezien we midden in de ruimte zweven. Ik leef hier al sinds ik geboren ben, dus ik ken niets anders dan dit. Soms wenste ik dat ik op een planeet leefde en echte bloemen rook zoals we wel eens in de natuurlessen hebben geleerd. Het leven op zo'n planeet is zo mooi is ons verteld, maar het kan ook gevaarlijk zijn. Zo zijn er giftige planten of dieren waar je voor moet oppassen, en het weer kan ook extreem omslaan. De Aarde is volledig onbewoonbaar geworden sinds de nucleaire oorlog van 97 jaar geleden. Tijdens geschiedenis hebben we het hier ook vaak over gehad. 
Het geschreeuw wordt steeds harder en de dichtklappende deuren komen steeds dichterbij. Ik vouw mijn handen in elkaar en leg ze op mijn schoot, wat ik wel vaker doe als ik nerveus wordt. Wat is er toch gaande buiten? Is het al tijd voor de 18-jarigen van ons? Nee, dat kan niet aangezien er ontzettend veel kabel is op het luchtdek en dat echt niet kan komen van een paar 18-jarigen. Ik zou echt niet kunnen bedenken wat er anders gaat gebeuren. Misschien willen ze gewoon nu al van ons af omdat we toch al de doodstraf hebben...
Mijn ogen worden als ik, ondanks de dikke muren, geschreeuw hoor in de cel naast mij. Ik draai me met een ruk om naar de muur, waar ik tegen begin te bonzen met mijn vuisten. 'Hé, wat is er allemaal aan de hand?' Roep ik zo hard ik kan, wat duidelijk geen zin heeft. Ik stop gelijk met bonzen als ik de deur met een klap hoor dichtslaan. Ben ik nu aan de beurt? Mijn ogen schieten richting de deur als er vier bewakers binnenkomen. Twee blijven bij de deur staan met hun stroomstootwapen, en twee komen naar mij toegelopen met een wat vreemd kistje in hun handen. 'Wat is dat?' Vraag ik, wijzend naar de kist. 'Geef uw arm,' beveelt een bewaker. 'N-nee, ik wil weten wat er aan de hand is!' Zeg ik ietwat gefrustreerd. De bewaker haalt een metalen armband uit de koffer en klikt hem open, waardoor er wat pinnen zichtbaar worden. Moeten die in mijn huid? 'Hé, laat me los!' Zeg ik boos als de bewakers mij beetpakken en de armband wordt omgedaan. Ik onderdruk een kleine kreet als de naalden mijn huid doorboren. 'Waarvoor is dit?' Vraag ik dit keer wat zachter. 'Hier zit je volgchip in, zodat we jullie in de gaten kunnen houden,' mompelt de bewaker nors. 
Chaos. Dat is het enige woord dat de paniek kan omschrijven die er nu op het luchtdek aanwezig is. Overal zie ik kinderen die uit hun cel worden getrokken, en allemaal dragen ze zo'n zelfde armband als ik. Ik probeer mij los te trekken en verzet mij hevig, maar de bewakers hebben er weinig moeite mee om mij mee te trekken. We lopen door de gangen heen naar een plek waar er nóg meer chaos is dan net op de gang. De gevangenen krijgen allemaal een speciaal pak aan en moeten verschillende vleugels inslaan. Ik stribbel weer hevig tegen als ik het pak ook aan hem. 'Ik wil nu weten wat er gaande is!' Zeg ik boos, wat merendeels komt van de zenuwen die nu door mijn lijf gieren. 'Je bent door de selectie heen gekomen Jennifer,' sist de bewaker. 'W-welke selectie?' Vraag ik langzaam. De bewaker haalt diep adem en brengt zijn lippen dichtbij mijn oor. 'Je gaat samen met 99 anderen gevangen op missie naar de Aarde om te zien of het leefbaar is.' 
Nee, dat kan niet. Voordat ik kan reageren op wat de bewaker zei wordt ik door een vleugel heen geduwd. Er is geen weg meer terug nu. Ik kijk wat paniekerig om mij heen, maar wordt door de stroming van mensen meegenomen naar het lanceerdek en kan dus niet meer zien wat er achter mij allemaal gebeurd. 
Account verwijderd




Voor ik tegen zou kunnen stribbelen word ik het vaartuig al ingeduwd. "De meeste gevangenen die mee zullen gaan hebben een kleine overtreding begaan. Ze wilde de wijze mensen hebben, maar wel degene die het minst schadelijk waren. We hebben veel moeite gedaan om jou in de selectie te krijgen, Dean. Laat ons er geen spijt van krijgen," zegt een van de bewakers. Ik kijk naar de armband die zij bij mij ombrengen en dan groeten zij mij één laatste keer zoals wij altijd gedaan hebben. Ik groet hen terug. Al gauw verdwijnen zij uit het zicht en stroomt het vol met andere jeugdgevangenen die paniekerig en bezweet om zich heen kijken. Er is plaats voor honderd van ons. Het heeft geen zin om je te verzetten, dus neem ik stil plaats op een van de stoelen en maak mijzelf vast zoals voorgeschreven staat. Vele vragen stromen door mijn hoofd heen. Waarom zouden zij ons daarop afsturen? Als deze missie mislukt heeft de regering voor alsnog de dood van honderd minderjarige op zijn geweten, terwijl er duidelijk in de wet staat dat minderjarige de dood niet in mogen worden gejaagd. Ik begrijp goed dat er gebrek aan zuurstof is. Honderd minderjarige minder zal vast al een hele hoop schelen voor de inwoners van de Ark, maar de grootste missie voor ons is natuurlijk om te kijken of het mogelijk is dat iedereen naar de aarde zou kunnen komen. Mijn bloed begint te kolken bij het idee. Al deze kinderen hebben geen eens afscheid kunnen nemen van hun ouders, iedereen is direct hierheen gebracht. Zelf heb ik geen ouders meer en vanwege dat zijn er dingen gebeurd die mij in de gevangenis hebben gebracht. Hoewel men steeds tegen mij bleef zeggen dat ik verstandiger had moeten zijn en geen misbruik had mogen maken van mijn functie, dan nog zou ik het zo overdoen als ik opnieuw voor die keuze werd gesteld. Sommige dingen veranderen gewoon nooit.
Ik word uit mijn gedachten getrokken door een heleboel kabaal en geklaag. Ondertussen heeft bijna iedereen zijn plaats gevonden en zit vastgeketend op zijn stoel. Hysterische tienermeisjes zijn aan het huilen en weer anderen trappen en stoten tegen alles aan. Ik draai met mijn ogen en zucht. Het is slechts verspilde energie. Misschien zouden wij echt dankbaar moeten zijn voor deze kans om ver weg van alles en iedereen te kunnen komen. Als het mogelijk zou zijn betekend het dat wij vrij zijn. Natuurlijk zorg ik er gelijk voor dat ik mijn armband kwijt raak en sla op de vlucht. Misschien kan ik nog wat mensen overtuigen om mee te gaan, zodat we ver weg zijn van de regering zodra zij aangekomen zijn. Iedereen die denkt dat zij ons vergeven en niets meer met ons zullen doen is een idioot.

"Goede middag dames en heren, hier spreekt de kanselier. Vandaag is de dag dat jullie zijn uitverkoren en gekozen voor de selectie van The 100. Jullie zullen over enkele minuten naar de aarde worden gebracht met als doel de aarde te kunnen meten. Jullie zijn genoodzaakt de zender om te houden. Deze registreert vele gegevens die voor ons van belang zijn om jullie het beste te kunnen helpen vanuit de Ark. Als kanselier ben ik verantwoordelijk voor deze reis en de veiligheid van jullie. Daarom hebben wij voor ieder van jullie pakketten onder jullie stoelen klaargelegd met items die jullie wellicht nodig zouden kunnen hebben, maar daar niet kunnen vinden. Wij gaan te werk op een manier die het beste voor ieder vereist. Jullie gaan op de belangrijkste missie die ooit heeft plaatsgevonden. Maak ons trots, succes." Na een heleboel gekraak valt het signaal weg en is er niets anders te horen dan doodse stilte. Iedereen hier laat de woorden door zich heen dringen. Het klinkt allemaal zo mooi, een missie die wordt uitgevoerd om het beste voor iedereen te verkrijgen. Maar eigenlijk zou dit ons doodvonnis kunnen zijn. De motors beginnen te ronken en het hele toestel komt in beweging. De chaos begint vanaf voor af aan. Als we al veilig op aarde komen en daar inderdaad zouden kunnen leven, dan nog zou ik het niet overleven met deze stel beesten.
Rosalie33
YouTube-ster



Langzaam stroomt het vaartuig vol met andere gevangenen. De meeste meiden komen gillend van angst binnen en nemen ook niet rustig plaats, wat ik natuurlijk begrijp. We worden zomaar uit onze cel gerukt en zonder enige informatie gedropt in dit vaartuig om te kijken of de aarde weer leefbaar is. Gespannen kijk ik om mij heen naar de anderen die hier zitten. Mijn ogen blijven hangen bij een bepaalde jongen. Dean is volgens mij zijn naam. Wij zaten bij de natuurlessen in dezelfde klas. Veel hebben we niet tegen elkaar gezegd, omdat we allebei andere vrienden hebben, maar ik herken hem nog wel. Hij ziet er vrij relaxt uit, ondanks wat er gaande is op dit moment. Mijn gedachtes dwalen af naar mijn moeder, die het nieuws vast te horen zal krijgen over een paar minuten. Hoe zal zij reageren als ze weet dat ik naar de aarde wordt gestuurd met 99 anderen? Ze was er al kapot van toen ik op mijn dertiende de gevangenis in moest, laat staan hoe ze zal reageren op deze zelfmoordmissie. 
Ik kijk op als ik opeens de stem van de kanselier door het schip. Ik trek kort mijn wenkbrauw op als ik hoor wat hij te vertellen heeft over onder andere de missie en de armband die wij allemaal dragen. Ik werp een blik op de armband, maar luister algauw weer naar wat de kanselier zegt. Nadat het signaal is weggevallen, heerst er een enorme stilte. Iedereen staart wat voor zich uit en neemt alle informatie en woorden in zich op. 'Ze trots maken? Hoe moeten we dat doen dan? We zijn toch over een paar dagen allemaal dood,' zeg ik met een diepe frons op mijn voorhoofd. Een paar meiden kijken mij wat angstig aan als ik de woorden heb uitgesproken. Tja, wat dachten ze dan? Dat wij daar in een paradijs terecht gaan komen en de mensheid voort kunnen planten? Natuurlijk niet.
Ik grijp gelijk de gordel van mijn stoel beet als het toestel in beweging komt. Overal om mij heen begint het geschreeuw en gehuil weer. Tot mijn grote verbazing weet ik mij in te houden, maar dat betekent niet dat ik de angst niet voel. Ik pers mijn lippen op elkaar en sluit mijn ogen even, in de hoop dat ik alles even kan vergeten. Na een poging of twee open ik mijn ogen weer en kijk ik kort om mij heen. Ergens vind ik het niet eens zo erg om naar de aarde te gaan. Alles is beter dan opgesloten zitten in die kleine, krappe cel van me. En daarbij komt dat als ik mijn armband kwijt ben, ik gewoon mijn gang kan gaan daar en het misschien wel wat langer volhoudt dan een paar dagen... Wat als het wel lukt om het leven op te bouwen daar, zal de Ark dan ook komen? En wat voor gevolgen zou dat hebben voor ons? Worden wij dan weer opgesloten? Alle vragen beginnen mij wat te duizelen, dus stop ik maar met daaraan denken en focus ik mij weer op alles om mij heen. Plotseling valt de ladder mij op, die ergens rechts van mij staat. Het schip heeft dus meerdere verdiepingen. De chaos van net ebt langzaam weg en gaat over in gegrinnik. Ik kijk opzij en zie dat een aantal jongeren uit hun stoel zijn gekomen en door het schip vliegen. Met een grote glimlach kijk ik naar ze, maar ik weet dat ze dom bezig zijn. Als we straks door de atmosfeer zijn komen we weer in een gebied met zwaartekracht, en dan piepen zij wel anders. Net op het moment dat ik daaraan denk, voel ik dat ik in mijn stoel word gedrukt. De kinderen die net nog in de lucht hingen, vallen met een harde klap tegen de grond of de wand aan. Hier en daar klinken wat geschrokken of bezorgde kreten, waarschijnlijk van vrienden of vriendinnen. Dan hoor ik opeens een knal op de wand achter mij. Een korte, felle flits verblind mij voor een paar tellen, en voor ik het weet zit het hele schip zonder licht. Alhoewel, de lampen knipperen wat vaag. De chaos die er net was, komt weer terug. Ik knijp hard in gordel en heb nog best wel wat moeite met het onderdrukken van mijn angsten. Hoe moet dat wel niet gaan op aarde? Ik hoop niet zo, want dan ben ik gauw weg bij deze groep.
Account verwijderd




Ik geef toe dat het een heerlijk gevoel is zodra wij zijn losgekoppeld en de druk aan alle kanten afneemt. Toch ben ik blij dat ik mijzelf zo goed heb vastgebonden zodat ik op mijn plaats blijf en niet, zoals een aantal jongeren, los zweef. Toen ik nog bij de militaire zat heb ik mijzelf aardig omhoog weten te werken door de reputatie van mijn vader. Ik stond hoog aangeschreven en kreeg vele speciale trainingen, opdrachten en informatie. Hierdoor ben ik dingen te weten gekomen die ik misschien liever niet had willen weten, maar toch van belang zijn. Nu wij hier in deze groep zitten en ik bijna iedereen kan zien denk ik dat ik toch wel de enige ben die zoveel van alles afweet, of überhaupt bij de militaire heeft gezeten. Het zou een pluspunt kunnen zijn mits ik dat goed zou gebruiken, dan palm je zo een heleboel mensen in. Maar het kan ook tegen je gebruikt worden als je niet oppast. De meeste zullen mij wel kennen vanwege de dingen die ik heb gedaan, maar meer ook niet. Ik heb veel goede dingen gedaan, nee niet voor de regering zelf, maar wel wat de mensen zelf hielp. Alleen bestempelde iedereen dat al als verspilling. Maar dat is niet de reden dat ik opgesloten werd.
De druk neemt langzaam toe en ik weet dat we bijna door de lagen heen zullen gaan. "Als jullie slim zijn gaan jullie direct terug naar jullie plaats," zeg ik tegen de jongens die nog steeds los hangen. Ze kijken mij slechts bits aan en gaan vrolijk verder met waar zij mee bezig waren. Ze zullen daar vast snel spijt van krijgen, want de drukt neemt in één klap toe waardoor het zelfs voor mij als zittende heftig is. De jongens klappen hard tegen de wanden aan en proberen uiteindelijk terug te kruipen naar hun plaats, op één jongen na. De meeste maken een gilletje en de chaos begint weer. Dat is de eerste die de aarde niet levend heeft gehaald. Direct gaan mijn gedachten uit naar de Ark waar zij ons nauwlettend in de gaten houden via de armbanden. Het moet verschrikkelijk zijn om te weten dat de eerste dode al gevallen is, nog voor we überhaupt geland zijn. Mijn medeleven gaat enkele seconden uit naar zijn familie, maar dan richt ik mij weer op het schip zelf. Hij had het kunnen weten en hij had moeten luisteren, dat is het risico.

Mijn hartslag begint nu wel sneller te worden en ik voel dat mijn handpalmen vochtig worden van het zweet. Een enorme hittegolf klapt in mijn gezicht en de druk is onverdraaglijk. Het gevoel dat ik elk moment uit elkaar kan knappen als een ballon beknelt me en zorgt er voor dat ik zo snel mogelijk weer terug in de Ark wil zijn, veilig in mijn cel. Uiteindelijk verdwijnt het gevoel als sneeuw voor de zon. Voor even kan ik normaal adem halen, tot dat we met een enorme klap tot stilstand komen. Alle lucht wordt uit mijn longen geperst en al gauw hap ik naar adem. De meeste andere doen ook hun best om weer op adem te komen. Het lichaam van de dode jongen stuiterde bij de landing een andere kant op en ligt er nu nog onsmakelijker bij. De meeste durven niet van hun stoel te komen waardoor ik een van de eerste ben die van zijn stoel af springt en naar de deur toe loopt. "Hé, je kan niet zomaar die deur open doen! Wie weet wat daar buiten te wachten staat, of dat we zonder lucht komen te zitten! Dan vermoord je ons allemaal," zegt een jongen die plots voor mijn neus komt te staan. Hij heeft warrig zwart haar en bruine ogen die lelijk afstaan tegen zijn vreemde huidskleur. Ik lach spottend wanneer hij voor mijn neus staat en rol met mijn ogen.
"Ik denk niet echt dat jij begrijpt waarvoor we naar de aarde zijn gestuurd. Als wij zo gauw ik de deur heb geopend zonder zuurstof komen te zitten, of worden aangevallen door onnatuurlijke wezens, dan weten zij daarboven dat de aarde niet leefbaar is en hoeven ze verder geen moeite meer te doen. Of we nou in de Ark rotten tot we 18 zijn en ons doodvonnis tekenen, of dat we nu hier op ons armzalige beetje voedsel teren tot we allemaal dood neer zijn gevallen, ik zie het verschil niet. Kunnen we het net zo goed gelijk hebben," blaf ik hem toe en wil mij al weer omdraaien om de deur te openen.
Rosalie33
YouTube-ster



De druk wordt steeds groter in het schip. Ik klem mijn hoofd in mijn handen om de druk te voorkomen, maar het werkt niet. Het vrije gevoel van net, is weg en heeft plaatsgemaakt voor een verschrikkelijke druk. Met opeengeklemde kaken staar ik naar mijn schoot, maar voor ik het weet is het voorbij en voel ik dat we met een harde klap tot stilstand komen. Een paar tellen blijf ik in mijn stoel gedrukt, maar dan zie ik dat de eerste al uit zijn stoel is. Ik grijns breed als ik mij besef dat we er zijn. We hebben het allemaal gehaald, behalve die ene jongen. Ik werp een blik op hem, maar wend mijn gezicht gelijk weer af. Hij is letterlijk doodgedrukt tegen de muur. Het is verschrikkelijk om te zien, maar we moeten hem toch wel gaan... Begraven? Volgens mij heet dat zo, ja. Op de Ark werd je letterlijk in de ruimte afgeschoten. Er kruipt een rilling over mijn rug als ik mij besef dat ik over ongeveer drie jaar ook ergens in de ruimte zou zweven.
Zonder erbij na te denken doe ik mijn gordel los en ren ik naar de deur toe. Ik kijk ernaar en merk dat mijn glimlach steeds groter wordt. Ik ben zo benieuwd wat hierachter deze grote, stalen deur zit. Wie weet zit er echt, stromend water, of een heel groot bos. Ik draai me om als iemand opeens achter mij zegt dat de deur niet zomaar open kan. Voordat ik überhaupt iets kan zeggen, hoor ik Dean al antwoorden. Met een brede grijns kijk ik naar de jongen. 'Als je bang bent had je je maar eerder wat kleiner moeten houden. Misschien was je dan nooit de gevangenis in gegaan en hier ook niet terecht gekomen,' bijt ik hem vervolgens, met nog steeds een grijns op mijn gezicht, toe. Ik loop langs Dean en de jongen heen en leg mijn hand op de hendel. 'Dus, wil jij de eerste stap op aarde zetten of ik het maar doen?' Uitdagend kijk ik de jongen aan. Voor mijn leeftijd ben ik enorm brutaal als het erop aankomt. Ach, wat maakt het uit? Leeftijd doet er dan eigenlijk niet toe als je het aan mij vraagt. Ik kijk even naar de rest van De 100 en richt mij vervolgens weer op de hendel. 'Oké jongens, daar gaan we dan,' zeg ik, waarna ik langzaam de hendel overhaal. 
Na een aantal keer te hebben geknipperd zijn mijn ogen gewend aan de hoeveelheid licht die er schijnt op de plek waar we zijn beland. Overal waar ik kijk zie ik bomen. Boven ons is een stralend blauwe hemel, iets wat ik nog nooit heb gezien in mijn leven. Ik heb er vaak over gefantaseerd, net zoals een leven op een echte planeet, maar ik had nooit gedacht dat ik ook daadwerkelijk een blauwe hemel kon zien. Ik haal diep adem door mijn neus, en voel de zuurstof naar binnen dringen. Het voelt veel beter dan op de Ark, veel... Natuurlijker. Ik loop langzaam het schip uit en blijf op het uitgeklapte platform staan. Ik kijk even om mij heen en moet mijn hand even voor de zon houden omdat hij anders in mijn schijnt. Het is echt schitterend hier... Ik richt mij op de aarde voor mij. Overal zie je groene sprietjes op de grond met hier en daar een bloem. Gras. Het is schitterend om dit in het echt te kunnen zien. Het ziet er ook veel mooier uit dan de plaatjes in onze geschiedenisboeken. Ik zet een grote stap en kom op de aarde terecht. Achter mij heerst een totale stilte. 'Hallo, wat staan jullie daar nou nog te staren? Kom gewoon!' 
Account verwijderd




Ik trek mijn wenkbrauwen omhoog wanneer er een jong grietje voor mij heen schiet en aan de hendel trekt. Zuchtend loop ik achter haar aan, klaar om de klap van wat daar buiten is op te vangen. De enige klap die er daadwerkelijk komt, is de koele lucht die tegen mijn huid komt en het langzaam streelt. Ik adem diep in en een frisse geur en een koel gevoel stroomt mijn neus binnen. Langzaam loop ik schuin van het platform af en zet de eerste voet op de echte aarde. Het voelt zacht onder mijn voeten, hoewel ik stevige schoenen aan heb. Een heel stuk grond is bruin om het schip heen, dat zal wel komen door de landing, maar verderop begint het gras dat uit de grond schiet als wortelen. Ik kan er niets aan doen, maar als vanzelf begin ik te glimlachen en loop door naar het midden van de omgeving. We zijn omringt door bomen en heuveltjes. Dit is een prachtige plek om te beginnen, mits hier in de buurt water te vinden is.
Uiteindelijk besluit iedereen uit zijn schulp te komen en stapt naar buiten toe om de omgeving te bekijken. Het is adembenemend en prachtig, maar we zullen nog wel genoeg tijd hebben om dit te bewonderen. Daarom stap ik weer naar binnen en pak een schep. Eenmaal buiten zoek ik een mooie plek en begin een kuil te graven. "Hé, wat doe je nou? Zo verpest je de schoonheid!" Roept een meisje verontwaardigd. Ik trek mijn wenkbrauwen naar haar op. Een klein groepje begint zich bij haar te vormen en bekijkt wat ik aan het doen ben waardoor zij zo loopt te schreeuwen. "Ik weet niet hoe het met jullie zit, maar ik heb er niet zoveel zin in dat de geur van dood lang in onze slaapruimtes blijft hangen," kaats ik terug. De mond van het meisje valt open en ik kan een heleboel ontzag van haar gezicht aflezen.
"Wat ben jij walgelijk zeg! Moeten we niet eerst eens contact opzoeken met de Ark? Het lijkt mij dat zijn ouders dat toch ook wel moeten weten," zegt ze.
"Zodra het hart niet meer klopt wordt het signaal verbroken met de armband, die weten wel al hoor."
"Jij bent echt vreselijk! Je kan niet zomaar een gat lopen graven en zomaar..."
"Hoe sneller we dit achter de rug hebben hoe beter!" Bijt ik haar toe en steek de schep demonstratief in de grond. Ze schud haar hoofd en loopt woest op mij af, maar er springt een jongen voor haar. 
"Ho es effe jij," zegt hij en kijkt vervolgens naar mij, "eigenlijk heeft hij wel een punt. We kunnen dit nu beter zo snel mogelijk achter ons hebben. Hij merkt er toch niks meer van en niemand van ons heeft hier wat aan. Steeds als je naar binnen loopt is dat het eerste wat je ziet en daar wordt niemand gelukkig van."
Ik ben blij dat er iemand is die het wel voor mij op neemt en ga verder met waar ik mee bezig was. Hij komt bij mij staan en gebruikt zelf zijn handen om te helpen. Een aantal andere jongens komen er ook bij staan en beginnen te graven. Juist een aantal andere blijven dingen tegen ons zeggen dat we respectloos zijn. Zelf begrijp ik niet goed waarom. Ik wil de jongen begraven uit respect, anders had ik hem wel ergens in het bos geflikkerd. Ik doe dit uit respect voor zijn familie en uit respect voor ons allemaal zodat we daar niet de hele tijd tegen aan hoeven te lopen. Verder negeer ik hen.
 
Rosalie33
YouTube-ster



Langzaam draai ik mij om als ik een meisje wat hoor roepen. Zo te zien heeft ze met iemand een discussie. Ik frons kort mijn wenkbrauwen en luister vanaf een afstandje naar wat ze aan het discussiëren zijn. Het gaat over de jongen die net is overleden naar hier. Ik haal diep adem door mijn neus, aangezien het meisje het duidelijk niet met Dean eens is. Ergens heeft hij een punt. Niemand hier wilt de geur van een lijk hebben in ons schip. Net wanneer ik de neiging heb om er tussen te gaan staan, zie ik dat een jongen ertussen springt en duidelijk tegen het meisje zegt dat hij het met Dean eens is. Ik trek kort een wenkbrauw op als het meisje wat geërgerd reageert. Tja, ik denk dat de meesten het niet met haar eens zijn hier. Tenminste, dat denk ik dan. Begraven vind ik ook veel beter dan iemand gewoon de ruimte in schieten. Nu besteed men gewoon aandacht aan iemand die dood is. Respect. Ja, dit doen we uit respect. 
'Mag ik er even langs, alsjeblieft?' Ik kijk even achter mij en zie iemand met het lijk in zijn armen staan. Ik knik kort en stap gelijk naar achteren zodat diegene er langs kan. Dan dwalen mijn gedachtes af naar zijn ouders, die nog op de Ark zitten. Hoe zouden zij reageren hierop? Hun zoon is dood door een dom ongelukje. Of zijn vrienden? Wat zouden zij hiervan vinden? Ik schud de gedachtes gauw van mij af, aangezien ik hier liever niet al te lang bij stil wil blijven staan. 
De geur van bloed hangt nog steeds in het schip, wat ook best logisch is. In de hoek ligt nog wat bloed, wat dringend opgeruimd moet worden. 
'Hebben we water hier?' Vraag ik aan een ander meisje in het schip. Ze schudt langzaam haar hoofd. 'Ik ben bang dat we dat zelf moeten gaan zoeken,' antwoordt ze. Zuchtend knik ik, terwijl ik weer een blik werp op de hoek waar de jongen net nog lag. We moeten inderdaad eens gaan bedenken hoe we elkaar in leven gaan houden hier. Ik wil niet dat er nog iemand doodgaat. Ik denk dat ik morgen maar eens opzoek ga naar een waterbron of iets dergelijks. We moeten water hebben, anders drogen we uit en gaan we alsnog dood hier. Ik loop gauw naar de stoel toe waar ik net in zat en ga vervolgens op mijn hurken zitten. Er schiet mij ineens te binnen dat we allemaal een pakketje hebben gekregen met spullen die we nodig zullen hebben om te overleven hier. Ik pak het pakketje gauw en leg het in mijn schoot. 
'Kom je even naar buiten? Het gat wordt ieder moment dichtgegooid.' Ik draai me om en zie een lange jongen achter mij staan. 'Natuurlijk, sorry,' zeg ik snel, waarna ik het pakketje terug leg en overeind kom. We lopen samen naar buiten, waar er nog steeds wat kinderen aan het mompelen zijn hoe respectloos dit alles is. Ik rol met mijn ogen en probeer er verder maar geen aandacht aan te besteden. Misschien beseffen zij zich dan eindelijk hoe respectloos zij nu bezig zijn.
Plaats een reactie
Reageer
Om nieuwe berichten te laden: ingeschakeld