TheBurrow schreef:
Heel zacht had ze zijn lippen gekust. Zijn handen gleden liefkozend over haar rug heen, trokken haar weer iets dichter tegen zich aan. In de leegte waren ze samen, voor het eerst in lange tijd echt alleen en met alle tijd. Zonder nog woorden te zeggen, vervolgden ze hun spel. Er was niemand die hen hier kon storen. Niemand die hen hier zou storen.
Even kneep ze haar ogen dicht om de herinnering te verdringen. Het was een van de laatste mooie herinneringen voor het virus begonnen was. Ze had eindelijk een atelier. Eindelijk een plek gehad om haar grote doeken te beschilderen. Ze herinnerde zich die dag nog perfect.
Vroeg was ze opgestaan, zo vroeg dat het nog niet eens helemaal licht was en de ochtenddauw nog glinsterde op het gras. Zoals bijna elke ochtend was de jonge vrouw begonnen met een ronde hardlopen. Het hielp haar fit te blijven en maakte haar hoofd leeg. Vandaag was de grote dag, ze zou de sleutels krijgen. Na de verkorte ronde had ze zich opgefrist, helemaal klaar voor de overdracht. Thomas had de afgelopen dagen alles al overgezet met toestemming van de huidige eigenaar, zodat ze zich meteen thuis zou voelen in haar atelier. Tevreden had ze een oude spijkerbroek aangetrokken, deze zat al onder de verf. Met een licht shirt en een zonnebril op haar gezicht was ze weer naar buiten gekomen. De ochtenddauw had plaatsgemaakt voor een heerlijke zonnetje die haar huid verwarmde. Het atelier was op loopafstand, perfecter kon het haast niet. Eenmaal daar was alles snel gegaan, ze had de sleutels gekregen en Thomas was binnen geweest. Hij had koffie gezet en samen hadden ze het met een kleine stukje gehad gevierd. Het was een dag waarop hij moest werken, dus na de koffie en een korte kus had hij haar alleen gelaten. Een groot doek stond al klaar voor haar. Hij was benieuwd wat hij aan zou treffen wanneer hij in de middag terugkwam. Zijn vriendin grinnikte zachtjes, beloofde dat ze hem niet teleur zou stellen. De deur viel algauw achter hem dicht en de jonge vrouw bekeek het doek. Al dagen wachtte ze op dit doek en eindelijk mocht ze. Ze ging dan ook meteen aan de slag ermee. Die uren vlogen voorbij, zoals ze meestal deden als ze schilderde en voor ze het wist werd er geklopt. De donkere ogen keken op, vonden algauw de groene van Thomas en ze glimlachte. Het schilderen was gedaan voor vandaag, dat kon ze wel aan hem zien. Algauw liet ze hem binnen en toonde hem haar schilderij. Ze werd beloond met zachte kussen in haar nek en zijn handen die haar broek los begonnen te maken. Hij had hier op gewacht. Dit was zijn beloning.
Safia slikte even en opende haar ogen weer vol pijn. Ze keek naar buiten en balde kort haar hand tot een vuist. Ze was hem kwijt, verloren. Iedereen verloor mensen, maar ze was de enige persoon verloren die er voor haar toe deed. Na een kort ziektebed was hij overleden en had Safia geleden. Weken had ze zich verscholen, alleen overleefd en alles eruit kunnen huilen. Inmiddels niet meer, nog altijd hield ze van haar Thomas, maar ze had verder moeten gaan en dat was wat ze gedaan had. In de weken dat ze ondergedoken zat, was de stad veranderd. Het was eigenlijk per toeval dat ze een groepje mensen tegengekomen was. Nadat ze gecontroleerd was, namen ze haar op. Ze kreeg haar wapens en haar lessen ermee. Het overleven werd haar aangeleerd.
Kort gleed haar blik over de mensen die ook achterin de wagen zaten. Ze bekeek ze kort, het was haar nieuwe familie. Jones, Emily, Xander, Rupert en Amber. Dat waren nu de mensen die om haar gaven en om wie ze ook een beetje gaf. Safia kon namelijk niet ontkennen dat de dood van Thomas haar veranderd had. Het had haar veel aangedaan en een andere kant omhoog gehaald. Waar ze tegen hem zachtaardig was geweest, was dat totaal veranderd. Ze was kil en soms zelfs arrogant. Niet meer bang om te zeggen waar het op stond, of überhaupt angstig om haar mening te geven. De groep had haar ook veranderd, er was druk geweest om niet zachtaardig te zijn. Medelijden zou haar nog vermoorden in deze wereld en dood was ze een stuk minder nuttig dan levend en gezond.