Rond de 17e eeuw is er een nieuwe stijlperiode ontwikkeld die ook wel Barok wordt genoemd. Barok komt oorspronkelijk uit Italië en was eigenlijk al terug te vinden in de grote St. Pieterskerk die door Michelangelo was ontworpen. De St. Pieterskerk werd in 1590 voltooid door Giacomo della Porta en in het interieur van de St. Pieterskerk zijn typische kenmerken van de Barok terug te vinden.
Toen Barok voor de eerste keren werd toegepast was het nog erg rustig en strak, maar later werd het steeds uitbundiger en moest alles groter en beter. Later ging het meer richting de theatrale kant en werden er ook meer gewerkt met materialen zoals marmer en goud. Er was veel aandacht voor decoraties die vaak zo overbodig waren en overdreven waren dat het allemaal in elkaar overliep.
Religie Ook in religie had Barok veel betekenissen. De kunst moest pracht en praat tonen zodat gelovigen overtuigd konden worden van het gelijk van de kerk en het Rooms-Katholieke geloof in Rome. De pracht en praal werd uitgebeeld met religieuze onderwerpen met een dramatisch karakter.
Nederland In Nederland is de Barok nooit echt doorgebroken. Hier begon het Classicisme waarbij kenmerken uit de klassieke oudheid weer terugkwamen. Barok kwam eigenlijk echt veel voor in Italië, Spanje, Portugal en Frankrijk.
Barok is terug te vinden in verschillende werken, namelijk:
Architectuur In de Barokperiode werd er natuurlijk volop gebouwd en werden de interieurs in de stijl van Barok ingericht. Er werd veel gebruik gemaakt van dieptewerking en perspectieven. Ook had Barok een statusbepaling, want je kon namelijk met het materiaalgebruik laten zien hoe groot je vermogen zou zijn.
Dit zijn de kenmerken van Barok in de architectuur:
- Rijk materiaalgebruik - Symmetrie - Ingewikkelde patronen - Goddelijke afbeeldingen en voorwerpen - Het gebruik van ovalen vormen
Schilderkunst Ook in de schilderkunst kwam Barok voor, maar hier wordt het natuurlijk anders uitgebeeld dan in architectuur. Kenmerken van een kunstwerk waar Barok in verwerkt is: