Het hebben van een tattoo is tegenwoordig een enorme trend geworden. Van sleeves tot minimalistische creaties: alles kan op je lichaam gezet worden. Maar hoe is de tatoeage eigenlijk ontstaan en welke technieken zijn er gebruikt? En hoe zit dat precies wanneer je een tattoo wil laten verwijderen?
Het ontstaan van de tatoeage Wetenschappers denken dat de eerste tatoeages rond 14.000 voor Christus verschenen. Maar de eerste echte tatoeage werd gevonden uit het prehistorisch Japan, zo’n 5000 voor Christus. Er werden namelijk beeldjes van klei aangetroffen, met daarop personen die ‘getatoeëerd’ waren. Echter is hier veel discussie over, omdat er geen mensen zijn gevonden met de tatoeages op hun lichaam. Het hadden ook gewoon pottenbakkers geweest kunnen zijn, die hun fantasie op de vrijloop lieten gaan.
IJsmummie Ötzi Het blijft allemaal nog wat vaag, beeldjes van klei en mogelijke voorspellingen… Maar wanneer werd nou de eerste persoon gevonden met daadwerkelijk tatoeages op zijn lichaam? We spoelen even door naar september 1991. Op de grens tussen Oostenrijk en Italië vond een Duits koppel een ijsmummie in een gletsjer. Deze mummie heeft ook een naam gekregen: Ötzi. Dit goede geconserveerde lichaam kwam uit 3300 voor Christus en had maar liefst tussen de 57 en 61 tatoeages op zijn lichaam. Deze tatoeages waren gemaakt van roet en niet van inkt zoals we dat nu kennen.
Egyptenaren: koning van de tatoeages In de periode van de Egyptische Oudheid, het Middenrijk (2040 tot 1783 voor Christus), werden veel mummies gevonden die versierd waren met tatoeages. Na veel onderzoek van de wetenschappers kon er de volgende conclusie getrokken worden: het aanbrengen van de decoraties in de huid van de Egyptenaren waren niet alleen decoratief van aard. Zo geloofden mannen dat als ze hun vrouwen een tattoo gaven, ze minder pijn bij de bevalling zou ervaren én bleven mannen met foute intenties op afstand van de vrouw. Ook hadden de plaatjes een religieuze betekenis. Zo werden er vaak dezelfde figuren gevonden zoals: koeien, een lotus bloem in bloei, bavianen en het oog van Horus. Al deze plaatjes stonden symbool voor een belangrijke Egyptische godin. Het ging hier om godin Hathor, ook wel de godin van de muziek, het moederschap en de vruchtbaarheid.
Technieken van het zetten Eerst werd er dus gebruik van gemaakt van scherpe voorwerpen. Er werd daarmee een snede in de huid gemaakt en daar werd het roet ingestopt. Dit gaf dus een zwarte vlek en daar werden figuren mee gemaakt. Tegenwoordig gaat dat compleet anders. Thomas Edison ontwierp in 1877 het basismodel van een tattoomachine. Maar de elektrische tatoeëermachine die we nu kennen, verscheen pas in 1891 op de markt. De machine is erg makkelijk in gebruik. Aan de machine zit een blokje die de naalden naar beneden slaat. Dat naar beneden duwen gebeurt dus door elektrische kracht.
Spijt van je tattoo Een tattoo is zo gezet maar het weghalen gaat niet zo gemakkelijk. Met een laserbehandeling kun je het plaatje wegkrijgen. Door de warmte van de laser breken de pigmentbolletjes van de tattoo , waardoor het inkt langzaam in de bloedbaan terecht komen. Echter is dit een enorm duur, tijdrovend en pijnlijk proces. Denk dus altijd even twee keer na voordat je een tattoo neemt.