Lespoir schreef:
"Yeah, I did."
"You never are," zuchtte Emilia. De gedachte dat haar vriend, van wie ze dacht dat hij geen vlieg kwaad deed, een moordenaar was, pijnigde haar minder dat het feit dat hij het al die tijd verborgen had gehouden. Het was geen dagdagelijks gespreksonderwerp wat het moeilijker maakte het ter spraak te brengen, maar geen reden was goed genoeg om het te accepteren. Haar hoofd sloeg op hol. De situatie was gewoonweg te gek voor woorden. "I broke your trust? God, you really are pathetic," zei ze lichtelijk spottend. Hem aankijken lukte nog amper. Telkens wanneer ze zijn gezicht zag waarin ze eerder slechts goedheid zag, werd nu het gelaat van een moordenaar, een soort menselijk wezen dat ze altijd als de duivel zelve had aangezien. "We've been together for three years and it seems like I don't even know you at all."
"I just don't understand... How can you do this? And why?" vroeg ze onbegrijpend. Een moordenaar werd beschouwd door de conventionele wereld als bijna monsterlijk iets, maar een moordenaar aan zich is slechts een gewone mens. Het is slechts als de moordenaar een goede mens is dat hij kan worden beschouwd monsterlijk. Het was niets dat Emilia achter hem had gezocht. Hij hoorde een gewone zakenman te zijn, geen moordenaar. Een goed persoon die mensen hielp, niet vermoorden. "Just talk or I'm really gonna think about breaking up with you." Nog nooit eerder was Emilia zo serieus geweest en desondanks ze eerder vaker had lopen dreigen over hun het beëindigen van hun relatie, was ze eerder altijd naar hem teruggekomen, simpelweg doordat ze niet zonder hem kon. Ditmaal was het echter menens. Na al die tijd had ze recht op de harde waarheid, hoe pijnlijk en vreselijk die ook zou zijn.
"Yeah, I did."
"You never are," zuchtte Emilia. De gedachte dat haar vriend, van wie ze dacht dat hij geen vlieg kwaad deed, een moordenaar was, pijnigde haar minder dat het feit dat hij het al die tijd verborgen had gehouden. Het was geen dagdagelijks gespreksonderwerp wat het moeilijker maakte het ter spraak te brengen, maar geen reden was goed genoeg om het te accepteren. Haar hoofd sloeg op hol. De situatie was gewoonweg te gek voor woorden. "I broke your trust? God, you really are pathetic," zei ze lichtelijk spottend. Hem aankijken lukte nog amper. Telkens wanneer ze zijn gezicht zag waarin ze eerder slechts goedheid zag, werd nu het gelaat van een moordenaar, een soort menselijk wezen dat ze altijd als de duivel zelve had aangezien. "We've been together for three years and it seems like I don't even know you at all."
"I just don't understand... How can you do this? And why?" vroeg ze onbegrijpend. Een moordenaar werd beschouwd door de conventionele wereld als bijna monsterlijk iets, maar een moordenaar aan zich is slechts een gewone mens. Het is slechts als de moordenaar een goede mens is dat hij kan worden beschouwd monsterlijk. Het was niets dat Emilia achter hem had gezocht. Hij hoorde een gewone zakenman te zijn, geen moordenaar. Een goed persoon die mensen hielp, niet vermoorden. "Just talk or I'm really gonna think about breaking up with you." Nog nooit eerder was Emilia zo serieus geweest en desondanks ze eerder vaker had lopen dreigen over hun het beëindigen van hun relatie, was ze eerder altijd naar hem teruggekomen, simpelweg doordat ze niet zonder hem kon. Ditmaal was het echter menens. Na al die tijd had ze recht op de harde waarheid, hoe pijnlijk en vreselijk die ook zou zijn.