Daynty schreef:
Freya
Ze had niet kunnen denken dat het zo bevrijdend kon voelen om op hoge vaart tussen de bomen door te vliegen. Het voelde alsof haar poten nauwelijks de bosgrond raakten. Ze voelde zich gewichtloos, voelde de wind door haar vacht strijken en de frisse boslucht haar longen vullen.
Freya moest alle beetjes kracht die nog restten in haar lichaam bij elkaar schrapen om Tobias bij te kunnen houden. Als een schim schoot hij tussen de bomen en struiken door, soms nauwelijks zichtbaar door zijn hoge snelheid en de duisternis van de nacht. Wel kon ze het roffelen van zijn poten op de grond horen en zijn rustige, regelmatige ademhaling.
Ze blijven je opsporen, zei hij. Een antwoord dat enkel meer vragen bij haar opriep. Wie zouden haar blijven opsporen? Had hij het over de mannen op wie ze was gestuit in het bos? Dat die weinig goede intenties met haar hadden als ze haar te pakken kregen, was haar wel duidelijk geworden van de wapens die ze bij zich hadden. Alleen wat zouden ze in godsnaam van haar willen? Zou het te maken hebben met het feit dat ze hier nu rond rende als wolf in plaats van als mens?
De bomen stonden steeds minder dicht op elkaar en het bladerdak liet meer en meer maanlicht door. Freya merkte dat het licht haar goed deed, alsof de bleke stralen haar lichaam binnen sijpelden en haar energielevel iets opkrikten. Desondanks bleven de spieren in haar poten brandden en verminderde ze haar vaart toen de bosrand in zicht kwam. Enkele tientallen meters verderop, tussen de laatste bomen door, zag ze de schijnsels van de lantaarnpalen die de weg langs het stadje verlichtten. Tussen de bosrand en de eerste huizen in, lagen een paar weilanden met een smal zandweggetje dat naar het bos leidde.
Het zien van die lichtjes riep een nieuwe vraag bij haar op. Waar gingen ze naartoe in de stad? Ze kon niet zomaar de stad binnen rennen zolang ze een wolf was. Ze zag de reactie van de mensen al voor zich. Binnen de kortste keren zou ze niet alleen de mannen uit het bos achter zich aan hebben, maar ook een complete politiemacht. Alleen hoe kreeg ze het ooit voor elkaar om terug te veranderen naar haar menselijke gedaante? De gedachte aan de pijn en de beelden en het gevoel dat ze verdronk maakten haar nu al misselijk.
Freya overbrugde de laatste paar meters tussen haar en Tobias in, en keek naar de auto die geparkeerd stond in de schaduw van een grote eikenboom. Zijn woorden tilden een beetje van de druk van haar schouders. Ze hoefde nog niet terug te veranderen, voorlopig in ieder geval niet. Alleen wat als ze het niet onder controle had? Net zoals ze weinig te zeggen had gehad over het veranderen naar deze wolvengedaante.
‘Waarom niet?’ Ze wilde het weten, ze móest het weten. Waarom mocht ze nog niet terug veranderen? Was het omdat hij haar nog even het lijden van de verandering wilde besparen, of zaten er meer nadelen aan die hij haar niet vertelde?
In de beschutting van de struiken wachtte Freya tot hij terug was veranderd naar zijn mensengedaante. Het zag er zo soepel uit. Het ene moment stond hij op vier poten, het volgende moment waren het twee benen, zag hij er doodnormaal uit.
Zodra hij de deur van de achterbank open trok, verliet ze de struiken en glipte ze de auto in. Nu pas merkte ze wat voor tol het rennen van haar lichaam had geëist. Freya liet zich door haar poten zakken en legde haar hoofd op haar voorpoten. Haar blauwe ogen volgden Tobias’ bewegingen toen hij achter het stuur kroop. ‘Wat is dit allemaal? Wat is er aan de hand?’ Ze kon de vragen niet langer voor zich houden. ‘Ben ik gek aan het worden?’
@Shinde
Freya
Ze had niet kunnen denken dat het zo bevrijdend kon voelen om op hoge vaart tussen de bomen door te vliegen. Het voelde alsof haar poten nauwelijks de bosgrond raakten. Ze voelde zich gewichtloos, voelde de wind door haar vacht strijken en de frisse boslucht haar longen vullen.
Freya moest alle beetjes kracht die nog restten in haar lichaam bij elkaar schrapen om Tobias bij te kunnen houden. Als een schim schoot hij tussen de bomen en struiken door, soms nauwelijks zichtbaar door zijn hoge snelheid en de duisternis van de nacht. Wel kon ze het roffelen van zijn poten op de grond horen en zijn rustige, regelmatige ademhaling.
Ze blijven je opsporen, zei hij. Een antwoord dat enkel meer vragen bij haar opriep. Wie zouden haar blijven opsporen? Had hij het over de mannen op wie ze was gestuit in het bos? Dat die weinig goede intenties met haar hadden als ze haar te pakken kregen, was haar wel duidelijk geworden van de wapens die ze bij zich hadden. Alleen wat zouden ze in godsnaam van haar willen? Zou het te maken hebben met het feit dat ze hier nu rond rende als wolf in plaats van als mens?
De bomen stonden steeds minder dicht op elkaar en het bladerdak liet meer en meer maanlicht door. Freya merkte dat het licht haar goed deed, alsof de bleke stralen haar lichaam binnen sijpelden en haar energielevel iets opkrikten. Desondanks bleven de spieren in haar poten brandden en verminderde ze haar vaart toen de bosrand in zicht kwam. Enkele tientallen meters verderop, tussen de laatste bomen door, zag ze de schijnsels van de lantaarnpalen die de weg langs het stadje verlichtten. Tussen de bosrand en de eerste huizen in, lagen een paar weilanden met een smal zandweggetje dat naar het bos leidde.
Het zien van die lichtjes riep een nieuwe vraag bij haar op. Waar gingen ze naartoe in de stad? Ze kon niet zomaar de stad binnen rennen zolang ze een wolf was. Ze zag de reactie van de mensen al voor zich. Binnen de kortste keren zou ze niet alleen de mannen uit het bos achter zich aan hebben, maar ook een complete politiemacht. Alleen hoe kreeg ze het ooit voor elkaar om terug te veranderen naar haar menselijke gedaante? De gedachte aan de pijn en de beelden en het gevoel dat ze verdronk maakten haar nu al misselijk.
Freya overbrugde de laatste paar meters tussen haar en Tobias in, en keek naar de auto die geparkeerd stond in de schaduw van een grote eikenboom. Zijn woorden tilden een beetje van de druk van haar schouders. Ze hoefde nog niet terug te veranderen, voorlopig in ieder geval niet. Alleen wat als ze het niet onder controle had? Net zoals ze weinig te zeggen had gehad over het veranderen naar deze wolvengedaante.
‘Waarom niet?’ Ze wilde het weten, ze móest het weten. Waarom mocht ze nog niet terug veranderen? Was het omdat hij haar nog even het lijden van de verandering wilde besparen, of zaten er meer nadelen aan die hij haar niet vertelde?
In de beschutting van de struiken wachtte Freya tot hij terug was veranderd naar zijn mensengedaante. Het zag er zo soepel uit. Het ene moment stond hij op vier poten, het volgende moment waren het twee benen, zag hij er doodnormaal uit.
Zodra hij de deur van de achterbank open trok, verliet ze de struiken en glipte ze de auto in. Nu pas merkte ze wat voor tol het rennen van haar lichaam had geëist. Freya liet zich door haar poten zakken en legde haar hoofd op haar voorpoten. Haar blauwe ogen volgden Tobias’ bewegingen toen hij achter het stuur kroop. ‘Wat is dit allemaal? Wat is er aan de hand?’ Ze kon de vragen niet langer voor zich houden. ‘Ben ik gek aan het worden?’
@Shinde