Hier komen de laatste 3 forum topics
te staan waarop je hebt gereageerd.
+ Plaats shout
Mai
Check het forum voor gezelligheid!!
0 | 0 | 0 | 0
0%
Om mee te kunnen praten op het forum dien je ingelogd te zijn.Nog geen account? Klik hier om een gratis account aan te maken.

> Sluiten
Helper
15 van de 24 sterren behaald

Forum

ORPG, gedichten en schrijvers < Virtual Popstar Eerste | Vorige | Pagina: | Volgende | Laatste
O | Loving and fighting. Accusing, uniting.
Amarynthia
Internationale ster



Met haar blik op de grond gericht, luisterde ze naar zijn woorden. Een excuus. De woorden die Nathan hem verteld had, herhaalde hij nu. Zacht en vol spijt probeerde hij haar te overtuigen. Zachtjes kneep hij in haar handen en stond daarbij zijn woorden meer kracht bij. Ze wilde zijn excuses geloven, ze wilde ze aannemen en op een goede manier bij hem weggaan. Tegelijkertijd wilde ze tegen hem schreeuwen, wilde ze hem duidelijk maken dat hij nooit de ware voor haar zou zijn. Hun toekomst was weg. Er was zelfs een klein deel in haar dat haar dolk erbij wilde pakken. Ze wilde het lemmet in zijn lichaam steken. Niet om wat hij net had gedaan. Niet omdat ze zo boos was op Elliott, maar omdat ze een wrok had tegen haar vader. Ze was ook boos op Elliott, maar met zijn act van zojuist had hij herinneringen naar boven gebracht die ze lange tijd weggestopt had. De wrok tegenover haar vader was gegroeid en daar kwam het verlangen vandaan om bloed te zien stromen. Een gevoel van lust die haar beangstigde. 
Kayra trok haar handen uit de greep van Elliott. ‘Voor zonsondergang zijn we weg.’ Haar stem klonk zoals ze van haarzelf gewend was: kil en afstandelijk. Ze rechtte haar rug, hief haar kin en keek naar Nathan. 
Opnieuw pakte Elliott haar handen vast. ‘Kayra, alsjeblieft. Het spijt me! We kunnen hier samen uitkomen. Geef het een kans…’
Ruwer dan de vorige keer, trok Kayra haar hand uit zijn greep. ‘Het zou nooit gewerkt hebben tussen ons. Het is tijd dat onze wegen zich scheiden van elkaar.’ 
Ergens vond ze het moeilijk om de herberg achter haar te laten. Zowel Allysin als Elliott hadden veel voor haar betekend. Ze had hier geleerd hoe een normaal leven eruit zou zien, hoe zij een normale vrouw moest zijn. Maar tegelijkertijd keek ze ernaar uit om samen met Nathan op pad te gaan. Om een nieuw leven te omarmen. Met hem wilde ze een toekomst opbouwen, misschien zelfs een gezin. Hij liet haar dromen over dingen waar Kayra nooit bij stil had gestaan en daar was ze hem dankbaar voor. 
Elliott zette een stap naar voren. Haar woorden leken hem wel iets te doen. Hij had hun toekomst voor zich gegaan en erin geloofd. Al vanaf het moment dat Nathan een eerste stap in de herberg zette, had hij geweten dat ze voor Nathan zou gaan. Al die tijd hadden zijn vermoedens het bij het rechte eind en nu kwam hij zijn angst onder ogen. Ze ging bij hem weg, zodat ze bij Nathan kon zijn. Naast zijn verdriet zag ze ook woede terug in zijn ogen. Iets wat ze hem niet kon verwijten. In zijn schoenen zou ze zich hetzelfde gevoeld hebben. Maar ondanks zijn gevoelens, hield hij zich in. De woorden van Nathan hadden zijn werk gedaan, het was haast alsof hij gehypnotiseerd was. Alsof hij niet eens in staat was om nog een keer boos op haar te worden. 
Hij knikte. ‘Ik begrijp het.’ Zijn stem brak, maar hij liet het niet merken. ‘Mocht je ooit nog iets nodig hebben, dan wacht ik hier op je.’ 
Kayra forceerde een glimlach. ‘Ik zal het onthouden.’ 
De jongeman zuchtte zachtjes waarna hij zich omdraaide en richting de herberg liep. Elke stap die hij wegzette, leek Kayra meer moeite te hebben om haarzelf groot te houden. Ze had een brok in haar keel, maar weigerde om een traan te laten om zoiets stoms. Ineens voelde ze Nathans warme handen op haar lichaam. Hij trok haar zachtjes tegen zich aan en streelde zachtjes door haar haren. 
Ze wist dat dit een moment was dat ze haarzelf zou mogen laten gaan. Voor Nathan maakte het niks uit als ze nu in zijn armen in huilen uitbarstte. Maar ze kon het niet. Het was niet Nathan tegenover wie ze zich wilde bewijzen, maar haarzelf. Ze wilde sterk zijn. Ze wilde niet huilen om een zachte klap. Ze had ergere dingen doorstaan, waarom maakte dit haar dan zo emotioneel? 
Kayra slikte en probeerde haar gedachten ergens anders op te richten. ‘En nu?’ fluisterde ze. 
‘Je vertelde dat je een plek had die je nog graag wilde bezoeken.’ 
Niet nu. Ze kon hem niet onder ogen komen, niet nadat ze een verlangen had gehad een dolk in zijn torso te steken. Niet nadat de schreeuwende woorden van Elliott haar terugbrachten naar een verleden die ze liever vergat. Ze wilde haar vader bezoeken, maar daarvoor moest ze sterk zijn. Daarvoor moest ze haarzelf onder controle hebben dat was iets wat nu niet het geval was. 
‘Ja, maar het ver reizen. Misschien kunnen we eerst een dorp in de buurt opzoeken en daar een spaarpotje opbouwen? Dan kunnen we daarna rondreizen. Misschien kunnen we zelfs de zee oversteken.’ 
Nathan liet haar los. Een hand plaatste hij op haar schouder, terwijl hij haar kin met zijn andere hand optilde. ‘Klinkt goed.’ Hij boog zich naar haar toe en kuste zacht haar lippen. Een aanraking die ervoor zorgde dat Kayra verlangde naar meer. Ze wilde troost vinden in zijn aanrakingen, ze wilde zijn naakte lichaam voelen tegen de hare. Liefkozend en tegelijkertijd vurig. Maar ze hield zich in. 
De blik van Nathan was bezorgd. Ze kon zien dat hij het wilde vragen, maar ze wist ook dat hij haar gevoelens wilde respecteren en zich niet op wilde dringen. Kayra pakte zijn hand vast en verstrengelde hun vingers. ‘Het is oké, Nathan. Maak je geen zorgen. Ik wil nog even gedag zeggen tegen Allysin. Zullen we daarna gaan?’ 
Ze had willen zeggen dat ze haar spullen nog wilde pakken, maar de waarheid was dat alle spullen die ze hier gebruikt had, niet van haar waren. Ze was met lege handen aangekomen, dan kon ze niet met gevulde handen weggaan. Nathan had wel enkele spullen. In de tijd dat hij zijn spullen pakte, kon zij Allysin gedag zeggen. Al had ze nog geen idee wat ze zou moeten zeggen.  
Demish
Internationale ster



Om Kayra de kans te geven om dit deel van haar leven zorgvuldig af te sluiten, had Nathan in zijn eentje zijn spullen gepakt. Veel had hij niet bij zich gehad. Het meeste wat hij nu had, had hij verzameld na de tijd dat hij Kayra weer voor het eerst had gezien. Hij had aan aantal kledingstukken en wat geld. Een wapen had hij niet nodig, aangezien zijn lichaam onmenselijk sterk was en snel genas als iemand hem verwondde. Het waren eigenschappen die zeker nuttig waren, ook als Kayra iets zou overkomen. Niet dat hij daar vanuit ging, want Kayra wist hoe ze voor haarzelf op moest komen en hoe ze haarzelf het beste kon verdedigen. 
Terwijl Nathan buiten de herberg wachtte op Kayra, begonnen zijn gedachten op hem in te werken. Enerzijds was hij ontzettend enthousiast dat zijn nieuwe leven met Kayra zou beginnen. Dit was waar hij van had gedroomd, al had hij dat niet altijd geweten. Nu was hij zich bewust van zijn gevoelens, hoe graag hij haar vast wilde houden en hoe fijn het voelde als Kayra haar lippen op die van hem plaatste. Dat alles had hij moeten verbergen, hij had zich als een eervolle man willen gedragen. Iets waarin hij niet volledig was geslaagd. Sterker nog, hij had de voormalige partner van Kayra gedwongen haar te vergeven en kalm te reageren, wat waarschijnlijk de enige reden was dat hij Kayra zou laten gaan.
Naast zijn blijdschap begon Nathan zich ook zorgen te maken over zijn ware aard, hoe lang het zou duren voordat Kayra het door zou hebben. Zo nu en dan zou hij zich moeten voeden, wat zou betekenen dat hij weg zou moeten. Kayra zou zich kunnen verwonden, wat zijn bloeddorst op zou kunnen wekken. Er waren oneindig veel gevaren aan de weg die hij samen met Kayra wilde volgen.
De deur van de herberg ging open en Kayra verscheen. Hetgeen wat ze vast had, leek nauwelijks genoeg te zijn om één dag van te kunnen leven.
‘Is dit alles wat je hebt?’ vroeg Nathan.
‘Ik ben hier met niets gekomen. Allysin stond erop dat ik een jurk mee zou nemen.’
Nathan knikte en nam de ingepakte jurk van haar over. De stof was misschien zwaarder dan zijn eigen kleding, maar het deed hem vrij weinig. Hij zou nog uren rond kunnen lopen met het gewicht wat hij nu in zijn armen had. Waarschijnlijk zou hij zelfs Kayra nog kunnen dragen als dat nodig zou zijn.
‘Zullen we dan maar?’ vroeg Nathan, een lichte glimlach sierde zijn gezicht en zijn kuiltjes kwamen tevoorschijn. 
Glimlachend nam Kayra zijn hand vast, waarna ze knikte. ‘Laten we maar gaan. Het volgende dorp is zeker een aantal uur lopen. Waarschijnlijk halen we het niet voordat de zon onder gaat.’
Hand in hand liepen ze samen het bos in. Hetzelfde bos waar ze enkele uren geleden nog samen hadden gejaagd. Nathan vond het vreemd om te bedenken dat Kayra nu bij hem was, dat hij geen rekening meer hoefde te houden met Elliot. De jongeman deed er niet meer toe. Toch voelde Nathan zich nog wel schuldig. Hij had Kayra als het ware van hem afgepakt. Kayra en Elliot hadden een echte toekomst kunnen hebben, Nathan wist niet eens hoe die van hem en Kayra eruit zou zien nu hij geen mens meer was. Daar had hij ook nog nooit aan gedacht, omdat een toekomst met Kayra een paar dagen geleden nog zo onwerkelijk had geleken.
‘Nathan?’ Kayra trok zijn aandacht door zijn naam te noemen. ‘Je bent best stil. Is er iets?’
Nathan schudde enkel zijn hoofd. ‘Ik moest denken aan Elliot. Ik weet dat je hem op een goede manier achter hebt gelaten en wat we hebben gedaan was… Enigszins onschuldig. Toch voel ik me schuldig bij wat we hebben gedaan.’
Kayra stopte met lopen, waardoor Nathan dat ook deed. Kayra kwam voor hem staan en legde haar handen rond zijn gezicht. ‘Oh, Nathan Anderson. Soms ben je echt te goed voor deze wereld.’
Niet wetend wat Nathan moest met haar woorden, vooral omdat hij behoorlijk wat lugubere acties uit had gehaald, schudde hij zijn hoofd en sloeg hij zijn ogen neer. ‘Nauwelijks, geloof me als ik dat zeg.’
‘Ik geloof je niet,’ zei Kayra, op de eigenwijze toon die alleen zij tegelijkertijd ook charmant kon laten klinken. Met een glimlach op haar gezicht gaf ze hem een kus, alsof ze het hele voorval al vergeten was. Al was dat waarschijnlijk niets minder waar.
Nathan gaf haar een kus op haar voorhoofd en liet zijn lippen daar enkele seconden liggen. Hij merkte dat het steeds gemakkelijker werd om Kayra aan te raken, haar een kus te geven of haar te zoenen. Dat kwam voornamelijk door het verse mensenbloed wat hij enkele dagen geleden tot zich had genomen, maar ergens hoopte hij dat hij er ook langzaam aan zou wennen.
‘Kom, dan gaan we weer verder.’ Nathan zette hun tocht weer voort en Kayra volgde hem. Zo liepen ze verder, terwijl er langzaam weer gesprekken ontstonden tussen hen die ze maanden geleden al hadden moeten voeren.
Amarynthia
Internationale ster



Met een triomfantelijke glimlach kwam hij naar haar toe lopen. Nathan was opgegroeid in een leerlooierij en ondanks dat hij het misschien niet altijd even leuk vond, had hij er wel geleerd hoe hij moest onderhandelen. Het was al laat in de avond. De sterren hadden hoog aan de lucht gestaan toen ze het dorpje bereikten, maar aan de glimlach van Nathan te zien was het gelukt om een plek te vinden waar ze konden overnachten. 
‘En?’ vroeg Kayra, die hem hoopvol aankeek. 
Nathan pakte haar handen vast. Beiden merkte ze dat ze nog moesten wennen aan het idee dat ze elkaar konden aanraken. Nu was er niets meer wat hen in de weg zat, maar ergens waren ze beiden voorzichtig. Alsof ze bang waren dat Elliott elk moment om de hoek kon komen om het moment te verpesten. Toch was hun stemming goed geweest. Ze hadden tijdens hun reis veel bij kunnen praten. Nathan had verteld over enkele dingen die hij beleefd had tijdens zijn reis met de groep en vertelde welke mooie dingen hij gezien had. Kayra daarentegen vertelde wat ze allemaal geleerd had op de herberg en hoe ze een vriendschap had opgebouwd met Allysin. 
‘Gelukt, we hebben een kamer.’ 
Een kamer. Enkelvoud. Het was raar hoe ze afgelopen week nog elke avond naast Elliott gelegen had en vanavond ineens naast Nathan zou kunnen liggen. Ze deed niets liever, maar het was een snelle omschakeling en dat was iets wat ze nog moest verwerken. 
Nathan moest gezien hebben dat ze nadacht. ‘Geen zorgen, ik weet dat het snel is. Er is een bank in de kamer, daar kan ik wel op slapen.’ 
Een glimlach sierde Kayra’s gezicht, waarna ze op haar tenen ging staan om haar lippen zacht tegen de zijne te drukken. Zodra haar lippen de zijne verlieten, trok ze veelbelovend een wenkbrauw omhoog. ‘Zullen we naar de kamer?’ 
Een twinkeling schitterde in zijn ogen. Een twinkeling van genot die ze vaker bij hem gezien had, maar erg zeldzaam waren. Was het Kayra die de twinkeling bij hem teweegbracht? Was ze daadwerkelijk in staat om hem gelukkig te maken? 
Met haar hand nog steeds in de zijne, trok hij haar zachtjes mee de herberg in. Aangezien ze snel een plek nodig hadden gehad, hadden ze besloten dat een herberg de beste optie zou zijn. Ze wilden hier een tijdje blijven om wat geld in te zamelen, maar niet lang genoeg om in een huis te gaan wonen. Daarbij leek Nathan een goede deal gesloten te hebben, mocht ze zijn triomfantelijke blik van net geloven. 
Samen liepen ze de trap op naast de bali, wat hen bij een lange gang bracht. Aan de muren hingen verschillende fakkels brandden aan de muren, wat een warme sfeer teweegbracht. Nathan stopte voor een van de vele donkerbruine deuren. Een metalen cijfer hing aan het midden van de deur. 
‘Dit moet ‘m zijn,’ zei hij, waarna hij haar hand losliet om de sleutel uit zijn zak te halen en vervolgens in het sleutelgat te plaatsen. De scharnieren piepte zacht onder de draaiende beweging van de opengaande deur. Het was een middelgrote kamer. Iets kleiner dan de kamer van haar en Elliott. Daar waar de herberg in het bos erg licht aangekleed was, was deze kamer vrij donker. Grijze muren zorgden ervoor dat het dezelfde sfeer kreeg als een kerker. Kaarsen stonden door de ruimte verspreid, om de kamer van licht en warmte te voorzien. De kamer bezat alles wat ze nodig hadden. Een bed, een bank en een grote tafel met twee krukken. Iets verderop in de kamer was een deur, die hoogstwaarschijnlijk naar een kleine waskamer leidde. 
Met een kleine glimlach liep Kayra naar binnen. Het was allesbehalve perfect, maar toch vond ze het mooi. Niet vanwege de ruimte zelf of een van de meubels die er stonden, maar omdat het een kamer was die ze deelde met Nathan. 
Nathan ging naast haar staan en sloeg zijn armen om haar middel, waarna hij haar kruin kuste. ‘Wat vind je ervan?’ 
Ze draaide zich om in zijn armen, zodat ze hem aan kon kijken. Haar mondhoeken trokken omhoog terwijl ze zijn lippen opnieuw opzocht met de hare. ‘Het is perfect,’ fluisterde ze. Het was cliché, maar ze zou alles perfect vinden zolang ze bij hem was. Zelfs de kerker zou ze goed vinden. Sterker nog, ze was die tijd doorgekomen door te denken aan de jongeman die haar nu vast had. 
Ineens liet Nathan zichzelf neervallen op het bed, waarbij hij haar meetrok in zijn val. Een zacht, kort gilletje had haar mond verlaten tijdens de val, waarna ze beiden in lachen uitbarstten. Hun blikken vonden elkaar en het gelach stierf langzaam uit. ‘Ik ben blij dat we hier zijn. Samen.’ 
Ze hoorde hem, maar de woorden drongen amper binnen. Ze verdronk in de warmte van zijn ogen. Ogen waar ze van was gaan houden. Er lagen kuiltjes in zijn wangen. Aandoenlijke kuiltjes waar ze geen genoeg van kon krijgen. Zijn krullen lagen speels rond zijn gezicht. Met haar hand gleed ze door zijn haren, waarna de krullen eigenwijs terugdeinsden op de plek waar ze zonet ook gelegen hadden. Langzaam en voorzichtig kwamen hun lippen dichterbij, als twee magneten die elkaar aantrokken. Eerst een zachte aanraking. Een streling die hun verlangen uitte. Een tweede streling volgde. Hun lippen verzegelden elkaar en begonnen steeds gepassioneerder over elkaar te bewegen. Nathan kwam iets omhoog en ging iets boven haar hangen. Zijn hand gleed over haar zij. Kayra’s hart begon harder te bonzen. Verlangen stroomde als vuur door haar aderen terwijl hun lippen over elkaar heen bewogen. Nathan onderbrak kort de zoen, zodat hij een been aan beiden zijden van haar lichaam kon plaatsen. Hetzelfde verlangen was in zijn ogen terug te zien. Opnieuw raakten hun lippen elkaar. Het was alsof al het verlangen wat ze dagen in hadden gehouden, ineens naar buiten kwam. Nathan’s lippen verlieten de haren, maar bleven haar huid aanraken. Hij kuste haar nek en zorgde ervoor dat een zachte kreun haar lippen verliet. Hij tilde zijn hoofd op. Het verlangen in zijn blik leek verdwenen en had plaatsgemaakt voor een bedenkelijke blik. Tegen zijn wil in ging hij van haar af en ging hij op de rand van het bed zitten. Kayra sloot haar ogen en probeerde het verlangen van net een stilte toe te brengen. Ze kwam overeind en ging achter Nathan zitten. 
‘Te snel?’ vroeg ze zachtjes. 
Die woorden leken hem te verbazen. Een zachte zucht verliet zijn lippen. ‘Een beetje,’ fluisterde hij zacht. Alsof hij het haast niet wilde toegeven. ‘Misschien is het tijd om te slapen.’ 
Hij wilde opstaan, maar Kayra reikte naar zijn hand. Hij draaide zich naar haar toe, wat verbaasd door haar actie. 
Kayra richtte haar blik kort op de grond. Ze wilde hem uitleggen wat er in haar hoofd omging. Ze wilde hem duidelijk maken hoe graag ze wilde dat hij naast haar lag, maar ook dat ze zijn gevoelens respecteerde. In plaats daarvan stelde ze enkel een vraag, maar voor Nathan was dat genoeg. ‘Wil je vanavond bij me komen liggen?’ 
Een kleine, aandoenlijke glimlach verscheen op zijn gezicht. Hij nam opnieuw op de rand van het bed plaatst en knikte zachtjes, waarna hij een kus op haar voorhoofd drukte. ‘Naast jou altijd.’  
Demish
Internationale ster



Het was een week geleden dat Nathan en Kayra de nieuwe herberg hadden gevonden. Het was op een veilige afstand van de vorige en Nathan had in dit dorp nog geen enkel gerucht gehoord over vampiers, waardoor hij aan had genomen dat ze enkele weken veilig zouden zijn. Die veiligheid vond hij belangrijk, omdat dit de eerste keer zou zijn dat hij echt bij haar zou zijn, elke minuut van zijn leven met haar zou delen. Iets wat voor hem best wennen was. Want hoe graag hij ook bij Kayra wilde zijn, er waren delen van zijn leven die hij niet zomaar met haar zou kunnen delen. Hoe graag hij dat misschien ook wilde. 
Tot nu toe was het Nathan goed gelukt om te leven zoals hij dat de laatste paar maanden ook had gedaan. Kayra, wie het jagen weer als haar vertrouwde hobby had kunnen ontvangen, was zo nu en dan naar het bos vertrokken en dat zorgde er voor dat Nathan zijn kans kon grijpen om zich te voeden aan het bloed. Hij probeerde het nog altijd op de meest menselijke manier te doen, door de mensen te ontdoen van hun pijn, ze te helen en hen vervolgens te laten vergeten wat er was gebeurd. Tot nu toe hing er nog geen argwaan in de lucht, maar Nathan durfde niet te zeggen hoe lang dat nog zou gaan duren.
Om geld te verdienen voor hun verdere reis, en hun verdere leven, had Nathan bedacht dat ze zo nu en dan wat van Kayra haar vondsten konden verkopen op de plaatselijke markt. Kayra was altijd al goed geweest in het jagen. Ze had immers jarenlang voor haarzelf moeten zorgen. Ondanks dat ze dit gebied minder goed kende, had ze Nathan nog geen één keer teleurgesteld met haar buit. Zodra Kayra daarmee thuis kwam, was het aan hem om zijn geleerde vaardigheden in te zetten op de markt.
Nathan had altijd naast zijn vader gestaan en ondanks dat de man hem zowel het vak van leerlooien had geleerd als van het verkopen, had Nathan het meeste aan zijn vader over gelaten. Nathan had altijd toegekeken hoe zijn vader zijn inventaris had kunnen verkopen aan handelaren en kopers die niet eens hadden geweten dat ze een stuk huid nodig hadden. Toch had Nathan hier en daar wel een aantal trucjes geleerd van de man die hij nu nooit meer zag of sprak.
Vandaag was de tweede dag dat Nathan op de markt had gestaan. Net zoals de vorige dag, had hij aangehouden dat hijzelf degene was geweest die de dieren had gevangen en dat zijn partner hen enkel had schoongemaakt. Nathan wist dat de mening van Elliot werd gedeeld door een grote groep mensen. Vrouwen hoorden niet te jagen en Nathan wist ook zeker dat als hij zou delen wie de werkelijke jager was, mensen lang niet zo snel zijn dieren zouden willen kopen.
Terwijl de verkoop van de dieren redelijk goed ging, en ook best snel, had Nathan tijd om na te denken over zijn relatie met Kayra. Het was voor hen beide nog wennen aan de nieuwe situatie. Geen van hen was gewend om de ander zomaar een kus te geven, te zoenen of zelfs te handelen naar hun verlangens. Dit was de eerste avond zeker gebeurd en Nathan zou liegen als hij zou zeggen dat hij het niet fijn had gevonden, maar hij was bang dat hij zichzelf niet meer in de hand zou kunnen houden. Als Kayra enthousiast werd, of soms zelfs opgewonden, dan ging haar hart sneller kloppen en haar bloed sneller stromen. Iets wat Nathan maar al te goed kon merken en hij was bang dat als hij te dichtbij zou komen, hij zijn zelfbeheersing zou verliezen.
Toch wilde hij zich ook niet te afstandelijk naar haar opstellen. Hij wilde Kayra niet het idee geven dat ze Elliot voor niets had verlaten, want daar was veel moed voor nodig. Nathan wilde Kayra het leven geven wat hij haar had beloofd, het leven wat hij altijd voor zich had gezien als hij had gedacht aan hun toekomst samen.
Na een lange dag op de markt en met een paar munten op zak, kwam Nathan weer aan bij de herberg. Hij had zich schuldig gevoeld als Kayra hier de gehele dag had moeten zitten, zonder enkele bezigheid. Gelukkig kostte het jagen wel enkele tijd en hield ze zich verder bezig met allerlei andere zaken. Op dit moment hadden ze geen spannend leven, maar ze hadden een leven dat volledig van hen was en dat was meer dan genoeg.
Nathan opende de deur van hun kamer en glimlachte toen hij Kayra in de stoel zag zitten met een stuk papier. Hij had geopperd om haar te leren lezen en schrijven, omdat ze dit nog nooit had gekund. Van de week had hij het alfabet al voor haar uitgeschreven en als ze er aan toe was, zou hij ook verschillende woorden en zinnen samen met haar oefenen.
‘Ik ben weer thuis,’ kondigde Nathan aan, ondanks dat Kayra hem al lang binnen had zien komen.
‘Hoe was het op de markt?’
Hij liep naar de brunette in de stoel en gaf haar een kus op haar wang, waarna hij trots zijn kleine, lederen zakje met geld aan Kayra liet zien. ‘Het was een behoorlijk goede dag. Alles is verkocht.’
Amarynthia
Internationale ster



Het was nu al een paar dagen geleden dat ze samen naar het nieuwe dorpje waren gegaan. Het was te merken dat ze er beiden hun weg nog in moesten vinden. Ze waren hun relatie pas net begonnen, maar nu al woonden ze samen in een huis. Daarbij moesten ze beiden hun weg zien te vinden in hun nieuwe leven. Uiteindelijk was Nathan met het idee gekomen om haar te laten jagen, waarna hij de buit kon verkopen op de markt. Het was een idee dat ze heel erg waardeerde. Een idee dat Nathan paste. Hij dacht niet alleen aan zichzelf, maar ook aan haar. Sterker nog, hij wist dat hij haar een gunst deed met dit idee. En het werkte. Kayra was erachter gekomen dat er best veel leven was rondom het dorp en er genoeg was om te vangen. Daarnaast bleek Nathan behoorlijk wat opgestoken te hebben van de verkoopdagen met zijn vader. Hij bleek erg succesvol in het verkopen van het eten. Hij was zelfs een eerder thuisgekomen, omdat alle buit al verkocht was. Tegelijkertijd hield Kayra zich veel bezig met het leren lezen en schrijven. Ze vond het belangrijk om het te kunnen, ze wilde niet eeuwig afhankelijk zijn van Nathan die haar moest voorlezen. En daarbij, ze genoot ontzettend van zijn lessen. Hij was erg geduldig en wist haar precies op de goede manier uit te dagen om het beste uit haarzelf te halen. 
Ze merkte dat hun bang groeide. Hun band was al sterk, maar ze leken zich steeds wat meer op hun gemak te voelen bij elkaar. Steeds vaker drukten ze spontaan een kus op elkaars lippen. Steeds vaker eindigde ze zo’n kus in een hevige zoen op het bed. Maar uiteindelijk was er altijd wel een van hen die het op tijd stopte. Ondanks dat Kayra naar hem verlangde, voelde het nog wat vroeg. 
Vandaag was Kayra opnieuw het bos ingedoken. Ze moest toegeven dat ze steeds behendiger werd met haar dolk. Ze had er al een tijdje redelijk mee overweg gekund, maar de pijl en boog hadden altijd haar voorkeur gehad. De dolk vroeg om een kleinere afstand en dat was tijdens het jagen niet altijd even handig. Daarom had Kayra meer gebruik moeten maken van verschillende trucjes. Zo was ze nog voorzichtiger, maakte ze nog minder geluid. Ze zette vallen en ze had zelfs een keer een steen gegooid om ervoor te zorgen dat het beestje zou stoppen met rennen. Het grootste nadeel was nog wel dat een groot dier doden vrijwel onmogelijk was. Met een aantal pijlen achter elkaar lukte het haar nog wel eens om een hert te doden, maar met de dolk leek die opgave vrij onmogelijk. 
In totaal was het Kayra gelukt om twee vogels, een egel, twee eekhoorns en een das te vangen. Geen enorme buit, maar het was voorlopig voldoende. Ze had de dieren aan een touw vast gemaakt en in een stoffen zak gedaan. De dorpelingen zouden haar vreemd aankijken als ze met de doden dieren over straat zou lopen, zo ze tenminste iets minder opvallen. 
Nog steeds voelde Kayra zich soms niet op haar plek in een dorp. Ze kon hier opnieuw beginnen en ze had niet het idee dat mensen haar anders aankeken dan anderen, maar toch voelde ze zich wel bekeken. Toch kon ze het gevoel niet uitzetten dat zij de buitenstaander was. 
‘Moet je echt gaan?’ hoorde ze een dorpeling vragen aan een andere dorpeling. 
‘Lieverd, je weet dat we het nodig hebben…’ 
‘Maar de herberg dan? Wie weet loopt de moordenaar nog wel rond…’ 
Plotseling stopte Kayra met lopen. De herberg? Er zouden hier vast meer herbergen in de buurt zitten, maar iets in haar vertelde haar dat het dezelfde herberg was. Aarzelend stapte ze op het stel af. ‘Sorry, ik ving iets op over een herberg. Een vriendin van mij verblijft bij een herberg. Wat is er gebeurd?’ 
Het meisje sloeg haar ogen neer, alsof ze bang was de woorden uit te spreken. De jongeman naast haar schoot haar te hulp door het verhaal te vertellen. ‘De herberg van de familie Brannan is compleet uitgemoord. Iedereen uit het huis heeft ernstige verwondingen, vooral in het gebied van de hals. Ik hoop niet dat uw vriendin daar ook verbleef?’ 
Ineens voelde de zak over haar schouder aan als lood. De wereld draaide voor korte tijd, terwijl de achternaam in haar hoofd nagalmde. Kayra slikte een keer en probeerde haarzelf te herstellen. ‘Er zijn geen overlevenden gevonden?’ 
Met een ernstig gezicht schudde haar de jongeman zijn hoofd. ‘Niet dat we weten. Het spijt me.’ 
Kayra knikte kort en schonk het stel een zacht bedankje voor het delen van de informatie, waarna ze richting haar eigen herberg liep. Het idee dat ze er enkele dagen geleden nog had overnacht, voelde onwerkelijk. Het idee dat ze daar nog had kunnen zitten en vervolgens hetzelfde lot had kunnen ondergaan, bezorgden haar kippenvel. Het idee dat Elliott en Allysin daar levenloos op de grond lagen en ze pijnlijke dood waren ondergaan, gaf haar een akelig gevoel. 
De weg naar het huisje van Nathan en haar leek langer dan normaal, terwijl ze probeerde te bevatten wat er precies gebeurd was. Ze waren vermoord en de wonden lagen vooral in het gebied van de hals. Herinneringen kwamen naar boven. Ze zag opnieuw de angstaanjagende zwarte ogen van de jongeman. Ze zag opnieuw hoe hij zijn tanden in het kleine jongetje zijn nek hadden gepland, waarna het jongetje levenloos op de grond was gevallen. Zou het dezelfde persoon zijn geweest? En waarom had hij haar destijds niks aan gedaan? 
Zonder te letten op haar omgeving, verzonken in gedachten, liep Kayra de herberg in, dwaalde ze door de gang en bleef ze uit automatisme voor de deur stilstaan. Ze liet de zak met dieren op de grond vallen en klopte slechts eenmaal op de deur. Het duurde even voordat de deur geopend werd, omdat ze normaal gesproken gewoon zelf naar binnen liep. De deur werd geopend en Nathan keek haar verbaasd aan. 
‘Kayra? Wat is er?’ 
Ze sloeg haar armen om hem heen en legde haar gezicht tegen zijn borst. ‘De herberg,’ fluisterde ze vrij monotoon, ‘iedereen in de herberg is dood.’
Demish
Internationale ster



Iedereen in de herberg was dood. Er waren misschien meerdere herbergen in de buurt, maar Nathan was er vrijwel zeker van dat Kayra doelde op de herberg waar ze maanden had verbleven. De herberg waar ze Elliot had leren kennen en een relatie met hem had opgebouwd. De herberg die Nathan op had gezocht en waar hij Kayra had gevonden, waar ze hun vriendschap langzaam hadden zien veranderen in de relatie die ze nu hadden.
‘Kayra… Wat erg.’ Nathan wist niet wat hij anders moest zeggen. Ondanks dat hij verscheidene keren tegenover Elliot had gestaan en hij hem wel iets aan had kunnen doen voor de manier waarop hij om was gegaan met Kayra, had hij de jongen nooit de dood in gewenst en zijn familie al helemaal niet. Laat staan de onschuldige gasten die in de herberg waren verbleven. En nu waren ze allemaal dood, stuk voor stuk.
Nathan zette een stap naar achteren, zodat het tweetal binnen stond in hun kleine huisje. Nathan duwde de deur met één hand dicht, terwijl hij zijn andere arm stevig om haar heen hield. Nathan kon zich niet eens voorstellen hoe erg het moest zijn om te weten dat je vrienden had verloren. Nathan had zelf zijn eigen leven achter gelaten en ondanks dat hij wel had geweten dat hij zijn ouders daarmee pijn had gedaan, had hij ook geweten dat het wel het beste voor hen was geweest als hij niet langer bij hen in de buurt zou zijn. Voor Kayra was het anders. Zij was nu haar vrienden verloren, de jongen waar ze ooit een relatie mee had gehad. Dat liet zijn sporen na.
Zachtjes streek hij door haar bruine haren, terwijl hij zich probeerde te bedenken wat hij precies kon vragen. Misschien was het wel te vroeg om te vragen naar wat er precies gebeurd was, of hoe ze er achter gekomen was. Aan de andere kant had Nathan had gevoel dat hij haar alleen zou kunnen helpen als hij zou weten wat Kayra ook wist.
Voorzichtig nam hij haar mee naar de kleine bank. Ook toen ze eenmaal zaten, hield hij zijn armen om haar heen. Alsof er iets mis zou gaan als hij Kayra los zou laten.
‘Hoe ben je er achter gekomen?’ vroeg Nathan voorzichtig. ‘Als je er liever niet over wil praten, is dat natuurlijk niet erg. Ik wil je alleen maar helpen.’
‘Dat weet ik,’ zei Kayra, nog altijd in dezelfde monotone stem die ze had gehad toen Nathan de deur voor haar open had gedaan. ‘Ik was in het dorp, onderweg naar huis. Opeens hoorde ik een discussie en ik ving de woorden herberg en moordenaar op.’
Nathan knikte begripvol. Waarschijnlijk zou hij ook zijn gestopt als hij die woorden had gehoord, al had hij een beter gehoor dan Kayra. Hij had waarschijnlijk door kunnen lopen en er alsnog achter kunnen komen wat er precies was gebeurd. Kayra had moeten blijven staan, iets wat ze had gedaan en daardoor was ze nu zo overstuur.
‘Wat is er precies gebeurd?’ Er konden miljoenen manieren zijn gebruikt om de mensen in de herberg te vermoorden. Zelf was bij Nathan zijn nek omgedraaid. Iets wat hij zich nog kon herinneren, al was niets zo erg geweest als het wakker worden en het beseffen dat hij niet meer menselijk was geweest. Waarschijnlijk was dat niet het geval met de bewoners van de herberg, maar Nathan dacht er onbedoeld aan terug.
‘Ze zeiden… Ze zeiden dat iedereen ernstige verwondingen had, vooral rond de hals.’ Nathan zijn blik verstarde, hij voelde zijn spieren aanspannen. Verwondingen rond de hals, dat konden alleen maar vampieren zijn. Geen enkel beest zou zomaar aanvallen, zeker niet in de hals. Daarnaast zou een mens daar ook nooit een ander aanvallen. Die gingen eerder voor het middenrif. Het zouden wel vampieren moeten zijn geweest. Aangezien er een grote groep in de herberg had verbleven, gokte Nathan dat het er meerdere waren geweest. En hij wist precies welke.
Het was geen toeval dat ze de herberg aan hadden gevallen waar hij en Kayra hadden verbleven, daar was Nathan van overtuigd. Hij wist zeker dat het de groep van Dane was. Nathan had zich immers niet als een voorbeeldig groepslid gedragen. Hij was zelfs weg gegaan, maar wel met de daglichtring die hij had gekregen omdat een andere vampier was overleden. Iets in Nathan zei hem dat Dane niet blij was geweest met zijn acties en dat hij wraak wilde voor wat Nathan hem had geflikt. 
‘Nathan?’ vroeg Kayra, die duidelijk merkte dat zijn gedachten nu ergens zaten. ‘Wat is er? Heb je dit vaker gezien?’
Nathan durfde nauwelijks te knikken, maar hij deed het toch. Zelf was hij ook meerdere malen de reden geweest van de wonden in iemand haar hals. Op dat moment had hij geen greintje spijt gehad, omdat zijn gevoelens destijds uit hadden gestaan en hij had kunnen doen en laten wat hij had gewild. Daardoor voelde hij zich alleen nog maar schuldiger. Toch was hij dezelfde moordenaar als waar de mensen in het dorp, en Kayra, over hadden gesproken. Het was de laatste tijd zo goed gegaan tussen hem en Kayra, dat hij dat deel van zichzelf soms vergat. Maar het was er wel degelijk en het was hem nu duidelijk geworden dat hij er nooit aan zou kunnen ontsnappen. 
Amarynthia
Internationale ster



Het voelde fijn om zo in zijn armen te liggen. Haar hoofd tegen zijn schouder, terwijl zijn arm stevig om haar middel lag. Voor een moment voelde het alsof hij haar tegen alles kon beschermen en hij haar enkel met die handeling wist te troosten. Het was een gevoel van genegenheid, een gevoel van veiligheid dat veroorzaakt werd door haar gevoelens voor hem. Steeds vaker werd Kayra erop gewezen dat ze de juiste keuze had gemaakt. Het was Nathan met wie ze een toekomst had, niet Elliott. Al zou haar toekomst met Elliott maar kort geweest zijn. Als zij nog bij hem was geweest, was haar leven misschien net zo geëindigd. 
Het bleef alleen wel verdacht lang stil. Kayra tilde haar hoofd op en bestudeerde Nathan zijn gezicht. Verzonken in gedachten staarde hij naar de grond. Haar woorden leken amper tot hem door te dringen. Ze vroeg zich af waar hij aan dacht. Zou hij zich schuldig voelen tegenover Elliott? Niet dat Nathan zich ergens schuldig over hoefde te voelen. Als het iemand was die de laatste dagen van Elliott verpest had, dan was zij het. Zij was degene die zijn hart brak, die was vreemdgegaan en die een ander verkoos boven hem. En toch was het wel iets voor Nathan om zich schuldig over te voelen. De jongen voelde zich soms schuldig over dingen die buiten zijn macht lagen. 
‘Nathan?’ herhaalde Kayra. Nu pas leek haar stem bij hem binnen te komen. Hij knipperde met zijn ogen en richtte zijn blik tot haar. Vragend. Een blik die aangaf dat hij geen idee had wat ze zojuist gezegd had. ‘Heb je vaker zoiets gezien?’ 
Kort leek hij over haar vraag na te denken, waarna hij zijn hoofd schudde. ‘Nee. Ik heb veel dorpelingen erover gehoord, maar het nooit zelf gezien.’ 
Even aarzelde Kayra. Moest ze het hem vertellen? Zou hij niet schrikken als ze vertelde wat ze wist, wat ze gezien had? Soms voelde het als een slecht verhaaltje. Er was veel gebeurd in het afgelopen jaar en soms voelde het alsof het allemaal verzonnen was. Helaas had ze de littekens om het te bewijzen. 
‘Ik wel,’ fluisterde Kayra aarzelend. Ze legde haar hoofd weer tegen zijn schouder en staarde naar de grond. Onwillekeurig zag ze de beelden weer voor zich zodra ze haar ogen sloot. 
‘Wat bedoel je?’ Nathan leek oprecht verbaasd door haar woorden, haast geschrokken. Even was Kayra bang dat hij zelfs bang was voor haar woorden. 
‘Het was op de dag dat ik je zusje ontmoette. Toen ik naar buiten ging, kwam ik een jongetje tegen die wilde weten hoe het met Leah was. We hoorden een gegil en ik rende eropaf.’ Waarom eigenlijk? Ze had juist weg moeten rennen. Daarmee had ze misschien zijn leven ook mee gespaard. ‘Ik vond een vrouw op de grond met een wond in haar nek, maar er leek geen bloed uit te stromen.’ Even bleef het stil en Kayra twijfelde of ze wel verder moest vertellen. Wat zou hij wel niet denken? 
‘Je hoeft het niet te vertellen?’ Hij moest merken dat ze twijfelde over haar verhaal, dat ze zich er niet lekker bij voelde om het verhaal met hem te delen. Maar de geruststelling die vaak in zijn stem lag bij dergelijke opmerkingen, was nu vervangen voor een gespannen trilling. Wat was er? Wat zat hem dwars? 
‘Maar wat als het iets met elkaar te maken heeft?’ Ineens tilde Kayra haar hoofd op en dacht ze terug aan haar ontsnapping. Of beter gezegd, haar bevrijding. Wat als het allemaal iets met elkaar te maken had? Ze was gebeten in haar arm en had iemand vermoord. Ze had gezien hoe een vrouw dood op de grond lag en hoe vervolgens een klein jongetje voor haar ogen vermoord werd en daarna was ze gewoon weggerend. Ze was bevrijd door een vreemdeling en vond een onthoofde bewaker in de kerkers aan. En tot slot was er een hele herberg uitgemoord waar zij maanden verbleven was, op het moment dat zijzelf niet meer aanwezig was. Het voelde haast als een soort vloek. Alsof ze overal bloed en dood achterliet. 
‘Kayra,’ zei Nathan zachtjes, maar het drong niet bij haar binnen. Had het een verband of was het pure toeval? Het moest toeval zijn toch? Al was het wel erg verdacht dat zowel de herberg, als het kleine jongetje verwondingen hadden in hun nek. En de man die haar gebeten had, had haar ook in haar nek willen bijten, was het niet dat ze hem had tegengehouden met haar onderarm. 
‘Kayra.’ Zijn stem was luider deze keer, maar het lukte haar niet haar gedachtestroom te stoppen. Pas toen Nathan zijn handen op haar wangen legde en haar naam voor een derde keer uitsprak, drong hij tot haar door. Haar blik vond de zijne en alleen dat leek haar al iets tot rust te brengen. Nu pas merkte ze dat ze haar spieren had aangespannen. ‘Kay,’ fluisterde hij, terwijl hij een pluk van haar haren achter haar oor plantte. ‘Het heeft vast niks met elkaar te maken. Dat wat in de herberg gebeurd is, had je nooit aan kunnen zien komen.’ 
Kayra tilde haar hand op en klemde deze om een van Nathan’s handen. ‘Maar wat als er wel een verband in zit?’ Even was ze stil, maar uiteindelijk volgden er woorden op zachte toon: ‘Wat als ik de volgende ben?’
Demish
Internationale ster



Kayra hoefde haar verhaal niet eens af te maken. Het was Nathan duidelijk dat ze al eens eerder een Vampier had gezien, en daarmee bedoelde hij niet hemzelf. Kayra had op de dag dat ze Leah had ontmoet een Vampier gezien, eentje die een vrouw en één van de kinderen uit de buurt had vermoord. Hij had zelfs Kayra kunnen vermoorden als hij de kans aan had gegrepen. Kayra had het niet door, maar hetzelfde wezen zat nu tegenover haar. 
‘Je bent niet de volgende. Dat kan niet zo zijn,’ zei Nathan, maar diep van binnen was hij er niet zo zeker van. Als dit de groep van Dane was, en hij was er van overtuigd dat het zo was, dan gaven ze hem nu een bericht. Ze wisten waar hij was, ze kwamen in de buurt en ze volgden zijn spoor nauwlettend. Dit dorp was nog geen twee dagen reizen van de herberg, op menselijke snelheid. Vampieren zouden er zo zijn, wat zou betekenen dat ze hem zouden vinden. En als ze hem zouden vinden, dan zouden ze haar ook vinden.
Opnieuw werd Nathan eraan herinnerd dat Kayra veiliger was geweest als hij niet in zijn leven was geweest, zoals hij dat had geprobeerd de eerste keer dat hij haar gedwongen had. In die tijd was Kayra ook wel degelijk gelukkig geweest en misschien hadden zij en Elliot wel een glansrijke toekomst gehad, als hij er zelf niet tussen was gekomen. Nu waren hij en Kayra samen en met dit nieuws had hij het idee dat hij haar elke dag meer en meer in gevaar zou brengen.
‘Maar… De aanval op de vrouw, daarna het jongetje en nu de herberg? Ik was misschien niet aanwezig bij de laatste, maar ik heb daar wel gewoond, Nathan! Ik wil geloven dat het toeval is, maar als dat het niet is…’ De paniek in haar stem was hoorbaar, ze leek zelfs zo geschrokken te zijn dat ze hem niet meer kon vertellen wat er precies in haar hoofd om ging. Ondanks dat hij net zo bang was, wist hij dat het nu zijn taak was om haar te kalmeren. Om haar te verzekeren dat er niets zou gebeuren. Hij wist echter niet goed hoe hij dat zou moeten doen nu hij dacht dat Dane achter hem aan zat, en daarmee ook achter Kayra. 
Nathan zuchtte en sloot zijn armen stevig om haar heen. Kayra had haar benen opgetrokken en daardoor zat ze als een soort opgekruld bolletje in zijn sterke greep. Het liefst zou hij haar willen vertellen dat het allemaal goed zou komen, maar hij had haar onbedoeld meegesleept in een leven vol gevaar. Elke dag heerste er gevaar tussen hen, aangezien hij haar ieder moment zou kunnen bijten. Hij hoefde maar eventjes zijn zelfbeheersing te verliezen en dan zou het afgelopen zijn. Daarnaast was er nog de groep van Dane, die plotseling een stuk dichterbij was dan dat Nathan had gedaan.
‘Ik ga er voor zorgen dat je niets gebeurt, Kay. We hoeven ons er vast geen zorgen om te maken, maar ik zal het nooit toelaten dat iets of iemand jouw pijn doet. Je bent op dit moment alles wat ik heb in mijn leven en ik kan je niet kwijtraken.’ Niet nog een keer.
De vorige keer dat hij dacht dat hij haar kwijt was geweest, had hij er niet goed op gereageerd. Zijn gevoelens hadden uit gestaan, hij had gemoord en bloed gedronken zonder na te denken over alle levens die hij had ontnomen. Hij wist zeker dat nu hij een relatie had met Kayra, zijn reactie nog vele malen erger zou zijn. Dat zijn gevoelens zich weer diep zouden begraven en dit keer zou zij er niet zijn om ze weer naar boven te halen. 
Kayra zei niets, maar Nathan wist dat ze hem gehoord had. Luid en duidelijk. Haar armen lagen rond zijn middel, haar handen streken zacht langs de stof van zijn shirt. Haar hoofd leunde tegen zijn borstkas. Nathan vroeg zich af of zijn hartslag hetzelfde voor haar zou klinken. Als hij naar haar hart luisterde, hoorde hij leven. Als hij zich er nog meer op concentreerde, hoe hij zelfs hoe het bloed werd rond gepompt. Effectief voor zijn bloedlust was het zeker niet, maar ergens werkte het kalmerend. Hij hoopte dat het ook zo voor haar zou voelen.
Amarynthia
Internationale ster



De nachten waren lang en moeizaam. De dagen waren daardoor ook een stuk vermoeiender. Het was dat Nathan bij haar in de buurt was, hij was de enige die haar nog een redelijk gevoel kon geven. Hij wist zelfs een glimlach op haar gezicht te toveren, hoe somber ze zich ook voelde. Meerdere keren werd ze wakker ’s nachts. De ene keer snakkend naar adem, waardoor ze Nathan wekte die haar vervolgens kalmeerde. Andere keren opende ze enkel haar ogen en dacht ze na over haar nachtmerrie. Ze zou er wel overheen komen, maar ze kon de angst en de schuldgevoelens niet zomaar van haar afschudden. Wel hielp het als Nathan naast haar lag in bed en zijn armen beschermend om haar heen sloeg. 
Kayra zat aan de tafel en steunde met haar hoofd op haar hand, terwijl ze staarde naar het schaaltje voor haar dat gevuld was met appel. Nathan kwam de kamer binnenlopen met een naakt bovenlichaam, terwijl zijn krullen nat maar toch ook speels langs zijn gezicht krulden. Een aanblik waar ze uren van kon genieten. Een uitzicht dat haar normaal gesproken een opgewonden gevoel zou geven. Nathan ging met een stuk doek door zijn haren en zuchtte zachtjes toen hij zag dat haar eten nog onaangebroken was. Hij hing het doek over zijn schouder en liep naar haar toe. Hij nam plaats op de kruk naast haar en legde zijn hand op de hare. 
‘Kayra, je moet wel eten.’ Bezorgdheid schemerde door in zijn stem. 
Nu was het haar beurt om zachtjes te zuchten. ‘Ik heb geen trek.’ 
‘Dat snap ik,’ zei Nathan zachtjes. Bemoedigend kneep hij in haar hand. ‘Maar je hebt gister ook al niks gegeten.’ 
Kayra had wel eens langer zonder eten gezeten, dus ergens zag ze het probleem niet helemaal. Al besefte ze wel dat ze binnenkort weer wat moest gaan eten, ondanks dat haar eetlust ontbrak. Daarbij wilde ze Nathan ook een plezier doen. Ze trok hem mee in haar verdriet en dat was iets wat ze haarzelf kwalijk nam. Ze pakte een stukje appel en stopte die in haar mond. Het sap van de appel werkte verlichtend, maar de smaak stond haar niet bepaald aan. 
Nathan boog zich naar haar toe en kuste haar voorhoofd. ‘Dankje,’ fluisterde hij. Ze wist dat het voor hem ook pijnlijk was. ‘Ik heb een idee,’ zei hij. Hij had een voorzichtige glimlach op zijn gezicht. ‘Wat nou als we onze plannen voor vandaag even vergeten en we samen wat gaan doen? Gewoon een beetje afleiding.’ 
Nathan zou vandaag op de markt staan en Kayra zou het bos weer induiken om te jagen. Ondanks dat het jagen soms ook een uitlaatklep was, stond het idee van Nathan haar meer aan. De aanwezigheid van Nathan was het effectiefst. 
Kayra’s blik vond de zijne en voorzichtig knikte ze, waarna een kleine, opgeluchte glimlach op haar gezicht verscheen. ‘Dat lijkt me wel fijn.’ 
Nathan schoof zijn kruk iets dichterbij en sloeg zijn armen om haar heen, om haar dicht tegen zich aan te trekken. ‘Ik ben er voor je, Kay.’ Zijn stem was een zachte fluistering, maar de woorden kwamen sterk bij haar binnen. 
Kayra sloot haar ogen en begroef haar gezicht in zijn nek. ‘Weet ik.’ 
Nadat Kayra haar eten met tegenzin naar binnen had gewerkt, had ze haarzelf kort opgefrist. Vervolgens had ze haar vochtige haren gevlochten en had ze een van haar jurken aan getrokken – sinds kort had ze meerdere jurken in haar bezit. Nathan had (helaas) een shirt aangetrokken en hees een rugzakje op zijn rug. 
‘Zullen we naar de markt gaan?’ 
Het gebeurde niet vaak dat Kayra naar de markt ging. Al helemaal niet om gewoon wat rond te neuzen. Toch voelde de markt als een vertrouwde plek. Het was op de markt geweest dat Kayra de jongen voor eerst in vertrouwen had genomen. Ze had hem opgezocht en het zelfs aangedurfd om zijn hulp te vragen. Iets wat hij met beiden armen had omarmt, ondanks de waarschuwing van zijn vader. 
Zijn vader. Hij was de reden geweest dat ze was opgespoord. Hij had ervoor gezorgd dat ze werd opgepakt. Ze had het Nathan nooit verteld en dat wilde ze graag zou houden. Ze wilde dat Nathan van zijn ouders hield, dat wilde ze niet verstoren door te vertellen wat hij gedaan had. 
‘Klaar voor?’ vroeg hij. 
Kayra glimlachte aarzelend, knikte en ging vervolgens op haar tenen staan om hem zachtjes te kussen. ‘Ja.’ 
Kayra had haar hand op de bovenarm van Nathan gelegd, terwijl ze door de dunne straten van het dorp liepen. Het was druk op de straten. Het was mooi weer en dat leek het humeur van de dorpelingen goed te stemmen. 
‘Weet je nog toen…’ 
‘… op de markt?’ maakte Kayra zijn zin af. Er verscheen onbewust een glimlach op haar gezicht. ‘Het was koud en je droeg een muts. Stond je goed,’ zei ze terwijl ze hem plagend aan keek. Ze meende het wel. Ze had het er aandoenlijk uit vinden zien. 
Nathan stopte met lopen en legde zijn armen rond haar middel. Hij trok haar iets dichter tegen zich aan. ‘Misschien moet ik dan zo een muts kopen?’ 
‘Mijn toestemming heb je.’ Een zacht lachje ontstond. Een lachje dat Nathan blij leek te maken. 
‘Ik ben zo blij dat je me hebt opgezocht op de markt. Ik had de hoop bijna opgegeven.’
Kayra schudde haar hoofd. ‘Niet waar.’ Ze tilde haar hand op en streek langs zijn oor. ‘Ondanks dat ik je oor geraakt heb, zou je mijn waarschuwing uiteindelijk genegeerd hebben. Ik weet zeker dat als het nog veel langer geduurd had, je uiteindelijk terug was gekomen.’ 
Nathan grinnikte. ‘Je kent me te goed. Maar het is de vraag of je me dan wel had toegelaten in je leven.’ 
Uit die woorden bleek dat hij haar ook te goed kende. Ze wist eigenlijk niet hoe ze had gereageerd als hij weer langs was gekomen. Aan de ene kant had het haar wantrouwen waarschijnlijk vergroot, maar tegelijkertijd had ze het ook gewaardeerd. ‘Uiteindelijk zou ik waarschijnlijk net zo voor je zijn gevallen als nu.’ Kayra rekte zich iets uit om zijn lippen te kussen, al werd ze gestopt door een luid gekraak.
Demish
Internationale ster



Nathan trok het zich erg aan dat Kayra zich de afgelopen dagen zo zorgen had gemaakt. Deels omdat hij het echt heel vervelend vond om haar op die manier te zien. Nachtmerries, een slechte eetlust en soms leek ze zelfs zo ver in haar gedachten te zitten dat ze hem niet hoorde. Aan de andere kant probeerde Nathan nu nog meer op zichzelf te letten, om er zeker van te zijn dat zijn geheim niet uit zou lopen. Daarnaast probeerde hij het nieuws in de gaten te houden, door goed op de markt te luisteren of hij iets had gehoord over de aanval de herberg en over de aanvallers, namelijk de vampieren.
Gelukkig bestonden er ook momenten zoals deze, waarop Nathan er in leek te slagen om Kayra af te laten leiden en haar het geluk te ervaren wat ze met elkaar deelden. Ze konden het hebben over vroeger, over de dagen dat ze nog nauwelijks vrienden waren geweest en dat bracht bij zowel Nathan als Kayra een glimlach op het gezicht. Dat Kayra zich ook fijn genoeg voelde om hem een kus te geven, liet Nathan weten dat ze er nog wel degelijk was en dat de angst en het schuldgevoel niet de gehele dag bezit van haar namen.
Een luid gekraak verpestte echter hun moment voordat het begonnen was. Nathan keek opzij en zag nog net hoe een grote koets omviel. De bestuurder verloor controle over de paarden en viel als eerste van de hoge rijdersstoel af. Het gekraak van botten drong door tot Nathan zijn oren, maar niet zo erg als het bloed dat begon te vloeien. De paarden waren geschrokken en renden met luid kabaal de kant van Nathan en Kayra op. Zonder er bij na te denken tilde Nathan Kayra aan de kant en zette hij een paar stappen opzij, zodat de paarden en zij geen wegen zouden kruizen. 
Alle omstanders raakten in paniek. Terwijl sommigen bleven staan, renden anderen naar de koets om te kijken of de inzittenden net zo gewond waren als de bestuurder van de koets. Nathan was daar van overtuigd, want hij kon het bloed maar al te goed ruiken. Omdat het zo dichtbij was, werd het met de seconde moeilijker om zichzelf in de hand te houden.
‘Dat was…’ de geschrokken stem van Kayra kwam nauwelijks tot hem binnen. Ondanks dat zijn eerste prioriteit was geweest om haar te beschermen en hij zijn armen nog altijd stevig rond haar had geslagen, waren zijn ogen gefocust op iets anders. De bestuurder lang op straat, de klinkers werden langzaam bedekt met zijn rode bloed. Het bloed van de inzittenden was minder goed te zien, maar de geur drong zijn neus binnen. Elk zintuig in zijn lichaam leek hem er toe te dwingen om naar het bloed te lopen, om te nemen wat hij nodig had. Iets wat hij niet kon doen. Niet hier, niet overdag. Niet bij Kayra.
En plotseling, in alle chaos dat het ongeluk met de koets had gecreëerd, zag hij hem staan. De man die hij iedere dag bij Leah in de buurt had gelaten. De man die haar zogenaamd beter had moeten maken, maar haar uiteindelijk de dood in had geholpen. De man die Nathan had gemaakt tot de persoon die hij nu was.
Luke zag Nathan duidelijk kijken, want hij grijnsde. Tegelijkertijd verschenen er donkere aderen onder zijn ogen en de grijns liet zijn gevaarlijke hoektanden zien. Nathan slikte en sloeg snel zijn hand voor zijn mond, zich beseffend dat zijn hoektanden nu ook aanwezig waren en dat zijn gezicht er waarschijnlijk net zo uit zag als dat van de zogenoemde “dokter”.
‘… Nathan? Nath?’ Nu pas kreeg hij weer door dat Kayra het tegen hem had, misschien had ze al wel meerdere zinnen tegen hem gezegd. Snel liet hij haar los en draaide hij zich weg van haar en het ongeluk, maar dat deed de geur van het bloed niet verdwijnen.
‘Nathan, gaat alles wel goed met je?’
Nathan schudde zijn hoofd. Het ging niet goed. Hij probeerde zijn rust te vinden, zichzelf te overtuigen dat hij het bloed niet nodig had. Dat hij hier doorheen kon komen zonder dat hij als een bezetene op de verongelukte mensen zou duiken, maar het lukte niet. Het bloed was te aanwezig. Zijn tanden smachtten er naar om zich ergens in te kunnen zetten, terwijl zijn gedachten zich vulden met het idee van het drinken van bloed. 
‘Het bloed… Ik bedoel… Ze zijn aan het doodgaan, Kay.’ Ze waren aan het doodgaan. Hun bloed droop over de straten en het lag zo voor het oprapen. Het erge was nog dat hij Luke had gezien, wat betekende dat hij hier hoe dan ook iets mee te maken had. ‘Ik kan dit niet aanzien. We moeten hier weg. Ik in ieder geval.’ Dat zou veiliger voor iedereen zijn, ook voor haar. 
Nathan wilde verder lopen, maar door de vele mensen die op het ongeluk af waren gekomen, kon hij dat niet. Hij zat vast tussen het ongeluk zelf, de mensenmassa en een paar huizen. In één van de ramen kon hij zijn eigen gezicht zien, zo vreselijk als het maar kon worden. Dat was echter niet het gezicht waar hij zich op focuste. 
Dat was het gezicht van Kayra, wat hem aanstaarde via hun spiegelbeeld.
Amarynthia
Internationale ster



Het geluid van botten die braken, gingen door merg een been. De paniekerige stemmen om haar heen overstemden haar eigen gedachten en zorgden ervoor dat ze niet logisch na kon denken. De bloedplas die groter werd was haast intrigerend. Zo snel als het bloed het lichaam verliet, zo snel als het leven het lichaam verliet… Nathan had zich weggedraaid van het tafereel en zijn woorden waren pijnlijk. Voor een moment had Kayra gedacht dat dit misschien wel de eerste keer was dat hij mensen op zo’n brute wijze dood had zien gaan. Dat dit misschien de eerste keer was dat hij machteloos moest toekijken hoe iemands leven wegsijpelde. Het was pijnlijk om te bedenken dat Kayra al twee levens had ontnomen. Dat mensen hun hart stopten met kloppen door haar toedoen. 
Ze had hem willen geruststellen, ze had zijn hand vast willen pakken om hem tussen de mensenmassa door te begeleiden. Naar een plek waar het rustig was, een plek waar de chaos om hen heen verdwenen was. Maar voor ze zijn hand had vastgepakt, had ze naar zijn weerspiegeling gekeken. Haar adem stokte in haar keel en een gevoel van misselijkheid trok door haar heen. Haar omgeving leek op de achtergrond te verdwijnen, ondanks al het lawaai dat zich er afspeelde. Opgezwollen, donkere aderen waren getekend onder zijn ogen. Zijn ogen waren donker van kleur, hadden een duistere blik. Hoektanden werden zichtbaar. Zonder moeite zouden ze zich door de huid van de mens weten te boren. Zonder moeite zouden ze een mens kunnen verslinden. 
Hij zag haar. Hij zag dat ze hem gezien had zoals hij echt is. De bloeddorstige blik verdween langzaam. De duistere oogkleur vervaagde en lieten zijn eigen ogen weer doorschemeren. De donkere aderen en de hoektanden waren echt nog steeds duidelijk zichtbaar. De angst en het verdriet waren van zijn gezicht af te lezen. Angst. Hij was bang voor haar. Voor haar reactie om precies te zijn. 
Moeizaam slikte Kayra en wierp ze een vluchtige blik om haar heen. Door het ongeluk leek niemand zijn aandacht op hen gevestigd te hebben. Niemand anders dan Kayra leek hem gezien te hebben. Kayra ging voor Nathan staan, die nog steeds aan de grond genageld stond. Nu pas kon ze zijn gezicht pas echt goed zijn. 
‘Kayra,’ fluisterde hij. Ze bracht haar hand omhoog en streek met haar duim over de opgezwollen aderen, iets waardoor zijn ogen direct weer donker van kleur werden. Waarom? Hij wendde zijn gezicht af, waardoor Kayra haar hand weer liet zakken. ‘Het spijt me.’ 
Ondanks zijn verontschuldiging, nam ze het hem wel kwalijk. Voor meerdere weken had ze naast hem gelegen, had ze zijn lippen gekust en zelfs naar meer verlangd, zonder te weten wat hij echt was. Maar tegelijkertijd begreep ze waarom hij het niet verteld had, vooral niet de laatste dagen. De kans was groot dat het zijn soort was die de herberg had uitgemoord. Ze was al behoorlijk overstuur geweest en de kans was groot dat hij haar nog meer pijn wilde besparen. 
‘We moeten hier weg,’ constateerde Kayra, zijn woorden negerend. Ze zou hem willen geruststellen, maar ze kreeg het idee dat aanrakingen hem op dit moment alleen maar zouden tegenwerken. Kayra pakte zijn hand vast en trok Nathan met zich mee. Hij had zich makkelijk los kunnen trekken uit haar greep, maar hij liep achter haar aan. Wat ruw duwde Kayra sommige mensen aan de kant, om Nathan tussen de groep door te werken. Ze hoopte dat het Nathan lukte zijn gezicht in de plooi te krijgen en niemand het zou zien. 
Bij de eerste beste steeg sloeg ze af. Midden in de steeg stopte ze en draaide ze zich naar hem om. Haar ademhaling trilde. Nee, niet alleen haar ademhaling trilde. Ook haar handen trilden lichtjes. Niet omdat ze bang was voor Nathan. De afgelopen dagen en ook nu had hij bewezen dat hij haar geen kwaad wilde doen. Ze wist dat ze veilig was bij hem. Maar de herinneringen aan zijn soort, dat was hetgeen wat haar van slag maakte.
Nathan zette een stap naar achter en wendde zijn blik tot de grond. ‘Kayra, het spijt me. Ik…’ Tijdens zijn woorden had hij nog meer stappen naar achteren gezet. 
‘Waag het niet om weg te gaan.’ Waarschuwend kwamen de woorden naar buiten, maar de kilheid die er normaal in schuilging, was nu vervangen door een stukje wanhoop. ‘Niet nu.’ 
De jongeman verstarde, de afstand tussen hen in stand houdende. Ergens wilde ze verwijten naar zijn hoofd slingeren. Ze wilde hem duidelijk maken dat hij het aan haar had moeten vertellen. Ze wilde hem vertellen hoe bang ze was geweest voor zijn soort. Maar tegelijkertijd wilde ze er voor hem zijn. 
Ze ademde diep in en probeerde haarzelf wat te kalmeren. ‘Hoe lang al?’ 
‘Sinds Leah.’ Nathan keek haar niet aan, maar ze kon zien dat de situatie wel degelijk iets met hem deed. Zijn hoektanden kortte zich in, zijn aderen verdwenen langzaam weer in zijn huid. 
Nu pas merkte Kayra dat haar ogen vochtig waren. Ze wendde haar blik af en probeerde tranen tegen te gaan. Ze knikte aarzelend. Ze had nog zoveel vragen, want ze had geen idee hoe het werkte. Ze wist dat zijn soort aanviel in de halsstreek en dat ze onnatuurlijk snel konden bewegen. Maar ze had geen idee wat het betekende, wat het uitlokte. Maar er was iets wat ze veel belangrijker vond dan die vragen.
‘We vinden wel een manier.’ 
Dat liet hem voor het eerst omhoog kijken. Zijn verbaasde blik vond de hare. 
‘Ik wil je niet kwijt, Nathan,’ fluisterde ze. Een traan gleed over haar wang en gefrustreerd veegde ze het weg. Ze zou hem willen uitleggen wat er in haar om ging. Ze wilde hem argumenten geven waarom ze in hem geloofde, waarom ze hem vertrouwde. Maar het lukte haar niet. ‘Ik heb je nodig, Nath.’ Haar laatste woorden klonken zacht en breekbaar. De afgelopen dagen had hij dat bewezen. Hij was degene geweest die haar had kunnen opvrolijken, ondanks dat ze zich niet goed voelde. Hij was degene die haar er bovenop had geholpen. Hij was haar houvast geweest toen ze in de kerkers zat. Hij was haar drijfveer. 
Kayra liep op hem af, verkleinde de afstand. Zijn blik veranderde direct. De donkere aderen keerden terug, net als zijn scherpe hoektanden. Vastberaden legde Kayra haar hand op zijn wang en zag ze hoe zijn ogen donker kleurden en hoe hij er moedig tegen vocht. Ze bleef een tijdje zo staan, keek hem recht in zijn ogen aan. ‘Ik ben niet bang voor je, Nathan.’ De duisternis vervaagde, maar voordat zijn gezicht weer helemaal de oude was, drukte ze haar lippen op de zijne.  
Demish
Internationale ster



Ze was niet bang. Dat had ze hem in een korte tijd al op meerdere manieren laten zien. Ze was niet voor hem weg gerend, ze had zijn hand vastgenomen en hem meegenomen naar een steegje, waar ze nu alleen waren. Iets wat misschien nog wel het meest gevaarlijke was van alles, om alleen te zijn met een vampier. Als mens zijnde dan. Het grootste gebaar van Kayra was wellicht de zoen die ze hem gaf, gecombineerd met de manier waarop ze tegenover hem had gestaan. Donkere ogen, zonder angst. Vingers die zacht langs zijn wang hadden gestreken, ondanks de donkergekleurde aderen.
Hij wilde ingaan op de zoen. Dat wilde hij elke keer als ze hem zoende en op sommige momenten liet hij dat ook toe, maar er kwam altijd een moment waarop hij stopte. Dat was het moment dat hij bang was om zichzelf te verliezen. Bang om haar pijn te doen. Dat moment was nu al veel dichterbij, door al het bloed wat hij had geroken en alle emoties die nu zo dicht langs elkaar schoven in zijn hoofd. Hij kon haar niet zoenen, niet in de staat zoals hij nu was. Of ze nou bang was of niet. 
Nathan trok zich terug en schudde zijn hoofd. ‘Jij kan dan wel niet bang zijn, maar ik ben dat wel.’ Nathan vroeg zich af in hoeverre Kayra wist wat het betekende. Ze leek het te begrijpen, ze leek precies te weten wat voor soort monster hij was, maar begreep ze hem ook? Begreep ze dat hij elke dag moest vechten tegen zijn instincten, alleen maar om bij haar te zijn?
Daarnaast waren er meerdere factoren. Nathan was de afgelopen dagen ook al bang geweest dat Dane achter hem aan zou komen, en Kayra, en hij had zojuist Luke gezien. Dat maakte een totaal van minstens vijf vampiers die in de buurt waren en die een groot gevaar konden zijn voor hen, maar ook voor de rest van het dorp. 
Kayra nam zijn handen vast. ‘Zoals ik al zei, Nathan: we vinden wel een manier. Je hebt er al één gevonden, want we zijn al weken bij elkaar en nog geen één keer heb je de controle verloren.’
Nathan beet op zijn lip. Ondanks dat zijn hoektanden niet meer zichtbaar waren, zette hij zijn eigen tanden zo hard in zijn lip dat hij het bloed kon proeven. Jammer genoeg was dat niet zo bevredigend als het bloed van een mens. Daarbij was het niet waar wat Kayra zei. Hij had niet meteen een manier gevonden. Hij had zelfs afstand van haar genomen. Iets wat ze hem nu niet zou laten doen.
‘Kayra, je begrijpt het niet. Elke dag is een gevecht. Elke aanraking, elke kus, elk moment als we ons mee laten slepen in onze gevoelens. Het maakt me bang, want ik weet niet wanneer het moment gaat komen dat ik je iets aan doe.’ Zijn stem was gedempt, maar het verdriet en de angst weerklonken zo helder als mogelijk was. 
‘Dat moment hoeft niet te komen, Nathan. Ik vertrouw je.’ Kayra bracht hun handen omhoog en legde ze vervolgens op haar borstkas. ‘Ik weet dat je me niets aan gaat doen. Zo zit je niet in elkaar.’
‘Maar ik heb mensen wel pijn gedaan,’ zei Nathan, zonder er over na te denken. Hij had meerdere mensen pijn gedaan, hij had hen zelfs gedood. Hij had zijn ouders pijn gedaan door weg te gaan zonder iets van zich te laten horen. Hij had zijn huwelijk met Charlotte afgezegd. Waarschijnlijk had hij Leah zelfs in de steek gelaten, omdat hij niet leefde zoals ze dat voor hem had gewild.
‘Daar had je vast een goede reden voor,’ verzekerde Kayra hem. Het leek haast alsof ze niet door had wat hij precies tegen haar had gezegd, wat hij was. Vreemd genoeg was het minder frustrerend en juist geruststellend. Wetende dat Kayra niet weg zou rennen, gaf hem iets meer vertrouwen in zichzelf en daardoor had hij zich, tot nu toe, rustig kunnen houden. 
Nathan liet haar handen los en wreef over zijn gezicht. Hij zou willen dat hij door zou kunnen gaan met zijn leven alsof er niets was veranderd, alsof Kayra van niets zou weten. Iets wat nu onmogelijk was. Hij zou zijn dwang kunnen gebruiken, maar dat had hij al eens gedaan en achteraf was dat niet zijn slimste keuze geweest.
‘Kunnen we… Mag ik even alleen zijn?’ vroeg hij zacht aan haar. ‘Ik heb even de tijd nodig, maar ik beloof je dat ik terug kom. Vanavond ben ik thuis en dan zal ik alles aan je vertellen.’
Hij zag dat Kayra twijfelde. Dat ze hem niet alleen wilde laten, ondanks zijn behoefte. Dacht ze dat hij iemand iets aan zou doen? Dat hij niet meer terug zou komen? Hij nam het haar niet kwalijk, maar hij had de tijd nu nodig om zich voor te bereiden op het gesprek dat hij nog zou moeten voeren met Kayra.
‘Alsjeblieft? Ik kom echt terug,’ vroeg hij haar met een smekende toon in zijn stem. 
Ondanks dat hij nog steeds een twijfelende blik in haar ogen zag, knikte ze. ‘Oké. Tot vanavond.’
‘Tot vanavond.’
Amarynthia
Internationale ster



Het ene moment had hij tegenover haar gestaan, had ze hem in zijn ogen aan kunnen kijken. Het andere moment voelde ze een windvlaag langs haar gaan en was haar geliefde verdwenen. Kippenvel trok over haar lichaam. Kayra leunde tegen de muur aan en sloot haar ogen. Ze beet op haar lippen en dwong haarzelf de tranen tegen te gaan. Waar was ze bang voor? Hij had beloofd terug te komen. Hij had haar beloofd al haar vragen te beantwoorden. Waarom vond ze het dan zo vervelend dat hij nu wegging? 
Voor enkele minuten had Kayra in het steegje gestaan. Op de achtergrond kon ze de chaos van iets verderop nog steeds horen. Toch was dat niet waar Kayra over nadacht. Het enige waar ze over nadacht, was hoe haar toekomst eruit zou zien. Helaas was dat iets waar ze geen antwoord op wist. Uiteindelijk besloot Kayra terug te gaan naar hun slaapplek. Kayra had afleiding nodig, ze kon niet minuten, misschien zelfs uren op hem wachten. Niet wetende wanneer en hoe hij terug zou komen. Kayra had een sopje klaargemaakt en besloot om de hele kamer schoon te maken. Ze ging met haar knieën op de grond zitten en begon ruw met een borstel de houten vloer te schrobben.  
Maar het lukte haar niet haar gedachten uit te zetten. Steeds weer zag ze die blik voor haar. Nathan’s blik, de eigenaardige jongeman die het vriendje van Leah doodde, de tanden die zich in haar arm hadden gepland. Maar ook begon ze zich in te beelden hoe Elliott tot zijn einde was gekomen. Plotseling stopte Kayra met boenen. Ze had gedacht dat er een vloek over haar heerste, dat ze een spoor van bloed en dood achter haar liet. Maar wat als het iets te maken had met Nathan? Wat als ze hem wilden kwellen? Hij was veranderd. Hij was zijn zusje verloren. Hij was bij de herberg geweest. Wat als dat wat haar overkomen was, een truc was om Nathan te kwellen? 
Kayra was net klaar met het schoonmaken van de vloer toen de deur openging. Kayra zette de emmer op de tafel en wierp een bezorgde blik op de jongeman tegenover haar. Hij keek schuldbewust naar de grond. Een klein donkerroodvlekje was zichtbaar bij zijn mondhoek. 
‘Nathan,’ fluisterde Kayra. Aarzelend stapte Nathan binnen, sloot hij de deur achter zich. Het leek alsof hij zichzelf ineens niet meer vertrouwde. Vastberaden liep Kayra op hem af, pakte ze zijn hand vast en trok ze hem voorzichtig mee naar de bank. Beiden gingen ze zitten, maar Nathan leek bewust wat afstand tussen hen in te laten. 
Een stilte volgde. Een stilte die uiteindelijk door Nathan doorbreken werd. Aarzelend en zelfs onzeker. ‘Wat wil je weten?’
‘Alles,’ zei Kayra vastberaden. Ze wilde elk gruwelijk detail weten. Ze wilde weten met wie ze te maken had, wat het betekende. 
Nathan knikte. Zijn blik was nog altijd op de grond gericht. Bedenkelijk begon hij zijn verhaal. ‘Ik weet niet goed wat je al weet, dus… ik zal je alles vertellen.’
Kayra’s hand zocht naar de zijne. Bemoedigend pakte ze hem vast. Vanochtend had hij haar gesteund, nu was het haar beurt. Aanmoedigend knikte ze hem toe. 
‘Ik ben een Vampier.’ Hij zei het snel en resoluut, alsof hij dan het ergste al gehad had. Echter vertelde zijn blik dat er nog veel ergere informatie zou volgen. ‘Dat betekent dat ik bloed moet drinken om in leven te blijven. Ik heb geprobeerde te leven op dierenbloed, maar alleen dierenbloed is niet genoeg.’ Kayra zag het levenloze lichaam van een vrouw voor zich. Ze had een wond in haar nek, maar er liep geen bloed uit de wond. Iets wat Nathan zojuist verklaarde met zijn verhaal.
Geruststellend streelde Kayra met haar duim over zijn hand. ‘Hoe?’ vroeg ze voorzichtig. ‘Hoe is het gebeurd?’ 
Zijn ogen sloten zich, de pijn in zijn ogen verbergend. ‘Het was op de avond van Leah haar dood. Ik was behoorlijk overstuur.’ Heel even leek hij te stoppen, twijfelend of hij het wel moest vertellen. ‘Hij vroeg of ik wilde dat de pijn ophield. Op dat moment had ik daar alles voor over.’ De spijt was duidelijk hoorbaar in zijn stem. Zijn gezicht was aangespannen en met moeite vertelde hij verder. ‘Hij liet me zijn bloed drinken en het moment daarna…’ Opnieuw stopte hij kort. ‘Het moment daarna hoorde het kraken van mijn eigen nek.’
Onbewust stopte Kayra met het strelen van zijn hand. Zijn nek werd gebroken. Dat betekende dat hij… dat hij dood was? Kayra kon zich voorstellen hoe beangstigend dat geweest moest zijn. Hoe beangstigend het moment moest zijn dat hij weer wakker werd, wetend dat zijn nek gebroken was. Kayra verstrengelde hun vingers, maar bleef stil. 
‘Dat is nog niet alles,’ fluisterde hij. ‘Ik werd wakker met zo’n enorme dorst. Een dorst die je niet voor te stellen is. Ik wist eerst niet wat het was, ik begreep er niks van. Wel wist ik dat ik niet naar huis kon. Uiteindelijk…’ Nathan zuchtte. ‘Uiteindelijk begreep ik waar mijn dorst vandaan kwam. Ik kwam een dief tegen en de geur die hij met zich meedroeg… Ik kon mezelf niet meer inhouden. Hij was de eerste persoon die ik vermoord heb.’ 
Vermoord. Nathan die een persoon vermoordde. Het was moeilijk om voor te stellen, maar juist daardoor begreep ze wel hoe overheersend de dorst moest zijn. Als zelfs Nathan tot moorden in staat was, dan wilde Kayra niet weten hoe het gesteld was met de andere Vampiers – al was dat iets wat ze eigenlijk al wist. De herberg was het bewijs. 
Kayra verkleinde de afstand tussen hen door naar hem toe te schuiven. Ze haalde haar hand uit hun greep en legde deze op zijn rug, waar ze geruststellend overheen streelde. Met haar andere hand zocht ze de zijne weer op. ‘Nathan, dat…’
‘Er komt nog meer,’ onderbrak hij haar. Het was te zien dat het hem raakte, dat het hem hoog zat. Te hoog. ‘Ik heb tientallen mensen vermoord. Ik had mijn gevoelens uit gezet en het kon me allemaal niet meer schelen. Ik heb misschien wel honderden levens verwoest met mijn daden. Ik…’ 
‘Stop.’ Zijn stem was steeds luider geworden en ze kon de tranen in zijn ogen zien branden. Zijn stem stopte resoluut door haar waarschuwing. Ze trok hem zachtjes tegen haar aan en streelde met een hand zachtjes door zijn haren. ‘Het is niet jouw schuld, Nathan. Je kunt er niks aan doen dat je veranderd bent.’ Ze begreep hem niet volledig. Ze begreep niet wat hij bedoelde met het uitzetten van gevoelens, maar dat was niet wat ze belangrijk vond. Ze wilde hem geruststellen, want dat was wat hij nu het meeste nodig had. 
Demish
Internationale ster



Nu de tranen rijkelijk vloeiden, leek Nathan niet meer te kunnen stoppen. Met elk deel van het verhaal wat hij aan Kayra vertelde, kwamen er meer en meer emoties bij kijken. Het moment dat Leah was overleden, de dokter die hem niet naar binnen wilde laten. Zijn vlucht naar het bos, in de hoop dat zijn beste vriendin hem de troost zou kunnen bieden die hij niet bij een ander had kunnen vinden. De zogenoemde dokter, die hem had beloofd dat de pijn allemaal zou stoppen als Nathan zijn mond zou houden en niet zou protesteren. Waarom Luke Marshall ooit had gedacht dat dit Nathan zijn problemen op zou lossen, begreep hij niet. Voor Nathan zijn gevoel was alles vele malen erger geworden toen hij wakker was geworden als Vampier. 
Al zijn emoties waren versterkt. Verdriet voelde niet meer als iets wat soms vaag aanwezig was. Verdriet verscheurde zijn hart, zoals het dat had gedaan toen hij had gehoord dat Kayra niet meer had geleefd. Hij had zich zelfs zo verschrikkelijk slecht gevoeld dat hij al zijn emoties uit had gezet en zich had gedragen zoals de ultieme Vampier dat zou hebben gedaan. Iets waardoor hij nu met een groot schuld gevoel was blijven zitten en nu leek er steeds meer bij te komen.
Schuld, omdat hij Kayra  niet in vertrouwen had genomen met zijn geheim, terwijl ze het duidelijk niet erg vond en hem enkel wilde begrijpen en helpen, maar ook schuld, omdat hij wist dat hoe dieper hij Kayra hier in mee zou slepen, hoe gevaarlijker het voor haar zou worden. Hij had haar met rust moeten laten, hij had haar niet op moeten zoeken nadat hij haar het perfecte leven had gegund. Als hij dat echter had gedaan, zou ze er nu misschien wel niet meer zijn geweest.
Kayra probeerde hem op haar eigen manier gerust te stellen. Hij voelde hoe haar vingers herhaaldelijk door zijn krullen gingen, terwijl haar andere arm stevig rond zijn lichaam lag. Zijn gezicht was volledig begraven in haar borstkas, maar dat dempte niet het geluid van zijn gehuil.
Een jaar geleden had hij zich nooit voor kunnen stellen dat hij huilend in haar armen zou zitten. Nathan had Kayra altijd gezien als iemand die zijn bescherming nodig had gehad. Misschien niet in de meest logische zin van het woord, want Kayra had altijd goed voor haarzelf kunnen zorgen. Ze had haarzelf kunnen verdedigen tegen iedere vijand die ooit op haar pad was gekomen en ze was altijd al zelfvoorzienend geweest, maar toch had ze zijn bescherming nodig gehad. Die had hij gegeven in de vorm van zijn vriendschap.
Nu was er meer dan vriendschap tussen hen. Ze waren verliefd en liefde was vaak onvoorwaardelijk. Was dat waarom Kayra hem niet de schuld gaf van dit alles? Waarom ze hem eerder zag als het slachtoffer van de situatie, in plaats van de moordenaar die hij eigenlijk was? Hij zou het zichzelf nooit vergeven, net zoals dat hij nooit zou vergeten hoe hij voor wekenlang, elke dag een vampier bij zijn kleine zusje had gelaten. Diezelfde vampier had hij vandaag nog gezien. Misschien zou Nathan wel nooit van hem af komen.
Na enkele minuten leek zijn gehuil minder te worden. Zijn snikken werden zachter en Nathan voelde langzaam zijn hoofd iets ophelderen. De brok in zijn keel werd iets minder en de lucht om hem heen voelde niet meer zo dik en zwaar aan.
Kayra streek nog altijd met haar vingers door zijn krullen. Zo nu en dan draaide zelfs een krul rond haar vingers, om hem vervolgens weer terug te laten veren. Al die tijd had Nathan had vastgehouden. Hij had haar gezien als de meest veilige plek in het gehele dorp, misschien wel op de hele wereld. Hij zou willen dat het ook zo was, want dat zou betekenen dat niemand haar ooit aan zou kunnen raken, dat niemand haar ooit kwaad zou kunnen doen. Jammer genoeg was dat niet de realiteit. Luke en Dane spookten nog steeds rond in zijn hoofd, maar hij wist niet in hoeverre hij het op kon brengen om dat ook nog aan Kayra te vertellen. Een mens kon immers ook maar een bepaald aantal aan nieuwe informatie per dag op slaan en Nathan had het idee dat hij al lang over de limiet van Kayra heen zat. 
Nathan kwam iets overeind en haalde zijn neus op, waarna hij de laatste tranen van zijn roodgekleurde wangen veegde. Meteen voelde hij de hand van Kayra langs zijn gezicht, waarna ze zijn hand vastnam.
‘Het lijkt erop dat je het behoorlijk zwaar hebt gehad de afgelopen maanden,’ fluisterde ze zacht, waarop Nathan knikte.
‘Als Vampier zijn alle emoties versterkt. Je bent niet gewoon boos, je bent woedend. Als je verdrietig bent, lijkt het alsof je nooit meer uit dat gevoel zal komen,’ legde Nathan uit. ‘Al zitten er soms ook goede kanten aan.’ Wanneer bij Kayra was, was hij immers niet enkel blij. Op die momenten voelde het alsof hij in een perfecte wereld leefde, waarin hij en Kayra alles zouden kunnen krijgen wat ze maar hadden gewild. Alleen al het horen van Kayra haar lach was voor hem geweldig, net zoals het proeven van haar lippen. Hij kon zich op laten gaan in haar aanrakingen en genieten zoals geen mens dat zou kunnen. 
Amarynthia
Internationale ster



Al zitten er soms ook goede kanten aan. De woorden klonken wat weemoedig, alsof de goede dingen een schrale troost waren, maar toch klonk het ook hoopvol. Hij leek iets gevonden te hebben wat hem er doorheen hielp en dat stelde Kayra gerust. Na alle tegenslagen die hij had gehad, had hij dat wel verdiend. Ergens nam ze het haarzelf kwalijk dat ze het geen moment door had gehad. Geen moment had ze het vermoeden gehad dat er iets goed mis was. Ze had wel direct aan hem gemerkt dat hem iets dwars zat, maar dat had ze toegerekend aan de dood van Leah. Het idee dat er al die tijd een Vampier naast haar had gezeten, was nooit in haar opgekomen. 
‘Wat zijn de goede dingen?’ vroeg Kayra. 
Een glimlach brak door zijn gezicht heen, waardoor er een contrast ontstond op zijn gezicht. Opgedroogde tranen lagen nog op zijn gezicht en zijn neus was roodgekleurd van de emoties, maar tegelijkertijd stonden zijn mondhoeken omhoog gekruld. ‘Simpele dingen, zoals het feit dat ik veel sterker en sneller ben dan een mens ooit zal kunnen zijn. Mijn zicht en gehoor zijn verbeterd en al op een afstand kan ik mensen aan horen komen lopen. Zo weet ik precies wanneer je door de deur komt lopen.’ Nathan pakte haar handen vast. ‘Maar ook positieve gevoelens voelen versterkt aan.’ Wat ongemakkelijk sloeg Kayra haar ogen neer. Ergens wist ze waar hij naartoe wilde. Ze waardeerde het, maar tegelijkertijd maakte het haar ook onzeker. Wat als ze zijn gevoelens niet waar kon maken? Wat als het slechts tijdelijk was en hij over een paar dagen inzag dat het dit allemaal niet waard was. 
Nathan tilde haar kin iets op en zorgde er daardoor voor dat ze hem aankeek. ‘Als ik bij jou ben, lukt het je om me af en toe te laten vergeten wie ik ben en wat ik gedaan heb. Verdriet verscheurt me, maar daar tegenover staat dat ik intens kan genieten.’ 
De woorden deden haar goed, maar tegelijkertijd vond ze het moeilijk de woorden aan te nemen. In haar leven had ze maar weinig complimenten mogen ontvangen. Podrick had haar weleens gecomplimenteerd over haar vangst, maar dat was anders. Dat was iets waar ze hard voor had gewerkt, iets wat haar geleerd was en waartoe ze gedwongen werd om te overleven. Maar het compliment wat Nathan haar schonk, was iets waarvan ze niet goed wist wat ze ermee moest. 
Teder plaatste Nathan een pluk van haar donkere haren achter haar oor. Een kleine glimlach verscheen op zijn gezicht. ‘Je bloost,’ constateerde hij. Pas vanaf dat moment merkte Kayra hoe rood en warm haar wangen aanvoelden, waardoor haar wangen alleen maar meer begonnen te gloeien. De mondhoeken van Nathan zakten iets omlaag en hij vergrootte de afstand tussen hen. Een onzeker gevoel bekroop haar. Ze had anders moet reageren. Sterker nog, ze had gewoon íets moeten zeggen. Zwijgend had ze tegenover hem gezeten, haarzelf geen houding weten te geven. De glimlach op zijn gezicht was van korte duur geweest en dat was haar schuld. ‘Sorry,’ zei Kayra, terwijl ze naar haar losgelaten handen keek. 
‘Nee, het is niet jouw schuld,’ zei hij. Aarzelend keek Kayra omhoog. Hij zag er hetzelfde uit, maar daar leek hij wel moeite voor te doen. ‘H-het is je bloed.’ Nathan kwam overeind en zette een paar stappen bij haar vandaag. Het liefst zou Kayra naar hem toegaan en vertellen dat het oké was, maar hij had ruimte nodig. Zijn dorst zou waarschijnlijk alleen maar groter worden als ze nu naar hem toe zou gaan. Met een zachte zucht draaide hij zich weer naar haar toe. ‘Elke keer wanneer je hart sneller bonst, wanneer ik te dichtbij je kom of wanneer je wangen rood kleuren, wordt mijn dorst groter.’ Onwillekeurig dacht Kayra terug aan de keer dat ze in een hevige zoenpartij waren beland. Hij had haar nek gekust en toen had hij zich bedenkelijk teruggetrokken. Was dat ook omdat het hem te veel as geworden? 
Kayra knikte bedenkelijk. ‘Is de dorst altijd aanwezig?’
Die vraag leek hem te overvallen, maar na een paar lange, stille seconden, knikte hij. 
Kayra had haar blik nog altijd op haar handen gericht. ‘Is het…,’ begon ze aarzelend, ‘soms dan niet te veel voor je als we continu in dezelfde kamer zijn?’ Kayra genoot er enorm van. Ze haalde energie uit het samenzijn met Nathan. Zijn glimlach was aanstekelijk. Zijn lessen in het lezen en schrijven waren momenten waar ze naar uitkeek. Ze genoot van zijn warme lichaam naast het hare als ze samen in bed lagen. Ze hield van zijn zorgeloze blik wanneer hij sliep en zij nog wakker was. Ondanks haar sombere dagen, had hij haar er bovenop geholpen. Maar wat als het te veel voor hem was? Wat als het hem te veel tol kostte en hij continu op zijn tenen liep? 
‘Soms wel,’ fluisterde Nathan. Hij liep naar haar toe en nam opnieuw naast haar plaats. Zijn handen omsloten de hare en knepen er zachtjes in. ‘Maar dat is het waard.’
Plaats een reactie
Reageer
Om nieuwe berichten te laden: ingeschakeld
Eerste | Vorige | Pagina: | Volgende | Laatste