Hier komen de laatste 3 forum topics
te staan waarop je hebt gereageerd.
+ Plaats shout
Anoniem
Hey, everybody!
0 | 0 | 0 | 0
0%
Om mee te kunnen praten op het forum dien je ingelogd te zijn.Nog geen account? Klik hier om een gratis account aan te maken.

> Sluiten
Helper
15 van de 24 sterren behaald

Forum

ORPG, gedichten en schrijvers < Virtual Popstar Pagina: | Volgende | Laatste
O | Appear weak when you are strong
Amarynthia
Internationale ster



"Appear weak when you are strong and strong when you are weak." - Sun Tzu.


Louisa Reyes



Ryan Janes



@Daynty 
Daynty
Internationale ster



Keira Harlow





Raphaël Dahey




Daynty
Internationale ster



"Sinds mensenheugenis leefden de vijf volkeren samen in vrede. Volkeren van de elementen en normale mensen door elkaar heen, in een harmonie waarvan velen dachten dat deze oneindig was. Maar met de komst van een nieuwe koning der mensen bleek deze balans maar een breekbaar en fragiel iets.
En breken deed het.
Het mensenrijk voelde zich bedreigd door de andere volken met hun gaves en voor hen was de enige optie het uitroeien van dat gevaar. Een lange, uitputtende oorlog sleepte jarenlang voort. Bloed vloeide rijkelijk aan beide kanten, maar het
waren het was het mensenrijk dat de meeste slachtoffers maakte. Op hoog tempo werden de volkeren van de elementen uitgedund. Het ultieme wapen van de mensen? Een techniek waarmee de gave van een stuurder verzwakt kon worden, soms zelfs volledig ongedaan gemaakt.
Na twee decennia van bloedvergieten claimen de mensen de positie van het machtigste volk. Ze leggen de stuurdervolken een vredesverdrag voor dat zij wel moeten ondertekenen, willen zij niet volledig weggevaagd worden van de wereld. 
Het is het begin van een prille vrede. Met het komen en gaan van de generaties, vervalt de onderdrukking door het mensenrijk langzaam maar zeker tot iets dat gewoon is, iets waar niemand meer van opkijkt. Sommigen zeggen dat de harmonie, dat de balans terug is.
Maar deze is nog net zo breekbaar als toen.
En breken zal het."



Hoofdstuk 1
354 jaar later

Keira
Haar ranke vingers geleden door haar kastanjebruine lokken, verdeelden haar haren in twee gelijke helften. Met haar lippen iets uiteen geweken van concentratie staarde de jongedame in de spiegel op de kaptafel. Waarom was het zo moeilijk om drie precies gelijke strengen haar te creëren? Haar wenkbrauwen bewogen zich een klein stukje naar elkaar toe in een frons en ze bewoog enkele centimeters dichter naar de spiegel, alsof dat haar op miraculeuze wijze ging helpen om deze vlecht wel in één keer perfect te krijgen. Voorzichtig vervlocht ze de lokken op de goede manier met elkaar. Tenminste, ze dacht dat het de goede manier was.
Een gefrustreerde zucht verliet Keira’s lippen op het moment dat ze het resultaat bekeek. Nee, zo moest het er niet uitzien. Als ze niet beter wist, zou ze zelfs niet hebben kunnen bedenken dat dit het kapsel moest zijn dat haar dienstmeisje altijd ogenschijnlijk moeiteloos tevoorschijn toverde in de ochtend, hoe hopeloos haar haren er ook uitzagen nadat ze een nacht had liggen woelen. En ze had toch echt alle stappen gevolgd die Elya altijd nam, in precies dezelfde volgorde. Of was ze toch iets vergeten?
Opnieuw een zucht, een tikkeltje geïrriteerd dit keer. Met niet al te voorzichtige bewegingen haalde Keira de paar vlechten weer los. Hoe kreeg Elya dit toch altijd zo snel voor elkaar? Zij liet het er zo makkelijk uitzien. Waarschijnlijk kon ze het met haar ogen dicht nog.
Keira klemde haar kaken verbeten op elkaar en reikte naar de borstel die op de kaptafel lag. Nadat ze haar haren geborsteld had, maakte ze snel twee vlechten. Dat was een kunst die ze gelukkig wel onder de knie had. Natuurlijk zou ze haar dienstmeisje kunnen vragen om haar te leren hoe ze ingewikkeldere vlechten bij zichzelf kon maken, maar om hulp vragen was iets dat Keira niet graag deed. Daar was ze te trots voor.
Na de borstel en de overige elastiekjes terug te hebben gelegd in de lade van de kaptafel kwam ze overeind van de kruk. Haar sandalen tikten zacht op de crèmekleurige marmeren tegels toen ze naar de ramen van haar kamer toe liep. Door een openstaand raam voerde een zachte bries een vlaag warme lucht mee naar binnen. Even sloot Keira haar ogen, genietend van de warme zonnestralen op haar gezicht. Het vredige moment werd verstoord door een stel voetstappen dat luid door de gang stampte. Lichtelijk geïrriteerd wierp ze een blik over haar schouder, op de deur, alsof dat het geluid zou laten verstommen. Ze had veel respect voor de wachters, de mannen die haar en haar familie veilig hielden, maar een les in hoe ze moesten lopen zonder daarbij zo enorm te stampen, zou geen kwaad kunnen. Al helemaal niet nu het aantal bewakers in het paleis verdubbeld was en de frequentie van de wachtrondes opgevoerd was vanwege de gast die de komende tijd aan het hof zou verblijven. De bezoeker, zoals haar ouders het noemden in een zielige poging de harde waarheid te verzachten, was een gevangene. Een aardestuurder. Een speciale, als ze de koning moest geloven. Hij was hierheen gehaald voor de informatie die hij te bieden had over hoe het beheersen van een element in elkaar stak. De meeste boeken over elementensturing waren verloren gegaan in de oorlog.
En alsof die ene bezoeker niet al meer dan genoeg was, was er eveneens een delegatie van de vuurnatie op bezoek. De vuurnatie. Van de vier elementen was vuur wel hetgeen dat haar vader het meest verachtte. Onbetrouwbaar, noemde hij ze, agressief. Zelfs de woorden “beesten” en “monsters” waren al eens gevallen. Het maakte haar bang. Wat was zij dan wel niet?
Keira steunde met haar handen op de vensterbank en staarde in gedachten verzonken naar de horizon. Ze verveelde zich. Sinds haar beste vriendin aan het hof een paar dagen geleden vertrokken was om een huwelijkskandidaat te ontmoeten, kon Keira zichzelf maar moeilijk bezig houden. En nu er zoveel elementbeheersers op het paleis waren, durfde ze haar kamer niet veel meer uit te komen. Wat als ze het zouden voelen? Wat als ze het aan haar konden zien? Dat zij net zoals hen was.

@Amarynthia 
Amarynthia
Internationale ster



Het was een luxe die hij niet gewend was. De gangen waren minstens zo breed als de straten uit zijn dorp. Niet te vergeten dat de grootte van het gebouw overeenkwam met de grootte van zijn geboorteplaatsje. Een klein armzalig dorpje, verstopt tussen de bergen in het Aardenrijk. Menig dorpeling had gedacht, wellicht gehoopt, dat een dergelijke plek niet zou opvallen en zou worden overgeslagen in de oorlog. 
Oorlog. Hoewel het honderden jaren geleden was en er nog geen nieuwe revolutie was aangebroken, kon niemand ontkennen dat het eraan zat te komen. Het mensenrijk werd geconfronteerd met opstanden. Geen openbare protesten, natuurlijk. Men was niet gek en wist waar de mensen toe in staat waren. Zij vreesden voor de stuurders, maar zij waren het die gevreesd moesten worden. Martelingen, chantage en moorden vonden plaats. Hij kon het weten, hij was er getuige van geweest. 
Nu was hij een pion in de strijd, een spion die informatie moest verzamelen, een slaaf die rondliep in het majestueuze paleis. Hij hoorde niet thuis, zijn complete verschijning straalde dat uit. Hij droeg geen kleding dat gemaakt was van zijde, opgefleurd met gouden details. Hoewel ze zijn lichaam gewassen hadden, leek zijn huid toch minder egaal dan van de mensen hier. Dan was er nog zijn houding. De mensen die hier rondliepen tilden hun kin zo hevig op dat het hem verbaasde dat ze niet achterovervielen. Het was iets waar hij niet aan kon wennen. Hij was hier pas een dag, had zijn eerste nacht overleefd in een achterstallige kamer. Ironisch. Alles straalde hier luxe uit, maar ze schonken hem een kamer met nog minder comfort dan zijn ouderlijk huis. Niet dat het hem uitmaakte. Hij hield niet van de luxe. Hij hield niet van de grootsheid, het geld dat in de kleding gestopt werd terwijl er genoeg armen waren die ervan konden profiteren. Eveneens hield hij niet van de hoeveelheid gangen, waar hij zichzelf ook nu in verloor. Het was gek. Hij kon vrij rondlopen en toch voelde hij zich gevangen. Oké, misschien was dat niet heel gek. Zijn vrijheid was beperkt en hij was hier niet vanuit vrijwillige doeleinden. 
Aarzelend kwam Ryan tot stilstand. Een frons verscheen op zijn gezicht, terwijl hij zijn omgeving in zich opnam. Deze gang was anders dan de anderen. Er hingen meer portretten aan de muren, stonden meer planten om de grootse wanden te decoreren. De deuren waren groter, bewerkt met gouden deurklinken. Langzaam begon het hem te dagen. 
Te laat, helaas. 
Nog voor hij een waarschuwing kreeg, hij in de verdediging kon schieten of überhaupt iets had kunnen doen, schoot er een akelige schok door zijn lichaam. De band om zijn nek brandde, liet een elektriciteitsschok los die zijn lichaam kort verstijfde. Instinctief greep hij naar de metalen band om zijn nek, waarna hij zich omdraaide naar de wachters die op hem afgestormd kwamen en hem toeriepen dat hij hier niet mocht komen. Nee, daar was hijzelf ook achter gekomen. Bedankt voor die informatie. Het liefst liet hij zijn aardsturing zien, zou hij een rotsblok omhoog laten komen om de twee wachters in kwestie te kunnen pletten. Niet dat hij dat echt zou doen, hij bracht vrijwel nooit blijvende schade toe aan levende wezens. Helaas waren er twee dingen die hem daarvan weerhield. Allereerst die stomme band om zijn nek, die niet alleen schokken losliet, maar ook zijn sturing zwaar verzwakten. Ten tweede: hij was zich ervan bewust wat zijn acties teweeg konden brengen voor zijn thuisfront. 
In plaats van zijn frustraties te laten zien bracht hij defensief zijn handen omhoog. ‘Het spijt me, ik had…’ Zijn zin werd ruw gestaakt door een nieuwe schok. Heviger deze keer. Met een onderdrukte kreun krom hij iets in elkaar, om zich vervolgens weer te herstellen. 
‘Smoesjes. De regels zijn duidelijk,’ siste een van hen in zijn oor, terwijl hij zijn polsen vastgreep en achter zijn rug klemde. Zijn vingers jeukten. Met genoegen zou hij de aanval inzetten. Dan misschien verzwakt, maar hij was ervan overtuigt dat hij deze twee miezerige mannen aankon. Niet dat hij het deed.
‘Wie niet luistert, moet maar voelen,’ sprak de andere bewaker. Alsof de elektrische ontlading van daarvoor nog niet voldoende was. Zijn spieren waren nog warm en zijn vingers tintelden. Het was ook stom. Hij had kunnen weten dat dit verboden gebied was. Als hij ook maar iets beter had opgelet, had hij zichzelf een hoop pijn kunnen besparen. Nu was het enkel hopen dat de pijn hierbij tot hem beperkt bleef. 


@Daynty 
Daynty
Internationale ster



Keira
De groene ogen van de jongedame dwaalden van de horizon af naar beneden, gleden langs de tuinen, waar de vele struiken kunstige patronen vormden en de bomen getooid werden door een weelderig groen bladerdak. Dat was ondanks de droogte die de stad al maanden in een ijzersterke greep hield en de grond had veranderd in een gortdroge laag zand, met dicht daaronder al dikkere, minder goed doordringbare lagen. De koninklijke tuinen waren echter het toonbeeld van weelde. De aanblik van al het groen gaf op zijn minste een enigszins vertekend beeld van de huidige weersituatie. Dat was te danken aan de ingenieuze irrigatie in de tuinen en de slootjes en vijvers die de begroeiing afwisselden.
Keira’s afgedwaalde aandacht werd naar het hier en nu teruggetrokken door geluiden op de gang. Een lichte frons verscheen tussen haar wenkbrauwen en ze draaide haar hoofd iets opzij om de geluiden beter op te kunnen vangen. Haar gezicht vertrok iets van ergernis op het moment dat ze het gestamp van de wachters herkende. Keira draaide zich om en beende richting haar kamerdeur. Ondertussen wierp ze een blik op de klok boven de deur. Hoeveel tijd was er verstreken sinds de vorige keer dat de wacht langs was gekomen? Het kon weinig meer dan twee minuten zijn, hooguit drie misschien. Keira begreep dat er meer controle nodig was nu het paleis krioelde van de vijanden - haar vaders woorden, niet de hare - maar daarbij hoefden de wachters niet zoveel lawaai te maken.
De jongedame had haar hand al op de deurklink liggen toen een ander geluid zich bij het gestamp van de wachters voegde. Keira bleef staan, starend naar de muur naast de deur en luisterde naar wat er door de wachters geroepen werd. De zware stem galmde door de lange gang, gevolgd door een kreun van pijn. Zonder erbij stil te staan dat het wellicht verstandiger was in haar kamer te blijven als de wachters iemand op zo’n manier geboden te blijven staan, duwde ze de deurklink naar beneden. Een paar centimeter opende ze de deur, genoeg om wat zich in de gang afspeelde in haar blikveld te laten komen. Een persoon stond in het midden van de gang, zijn bovenlichaam iets gebogen en zijn handen grijpend naar zijn nek. Een fractie van een seconde dacht ze dat de persoon niet goed werd alvorens haar iets begon te dagen. Zou dit de persoon kunnen zijn over wie angstvallig gefluisterd werd onder de bedienden? Wat had hij in godsnaam te zoeken in deze vleugel van het paleis? In de eerste instantie voelde ze iets van angst, maar dat verdween als sneeuw voor de zon toen één van de wachters de persoon vastgreep en zijn armen ruw op zijn rug draaide. Hij tilde zijn hoofd op en even kruiste haar blik met de zijne. Het schokte haar om te zien hoe jong hij was. Hij kon niet veel ouder zijn dan zij. Keira’s ogen schoten naar de ijzeren band rond zijn nek. Ze herkende het. Haar vader had haar nog geen week geleden vol trots getoond en de werking ervan beschreven. Ze verachtte de gave die zich in haar roerde, maar als ze de geruchten moest geloven, was deze jongeman een ware meester in het beheersen van zijn gave. Om daar geen gebruik te van kunnen maken, was misschien nog wel erger dan opgesloten worden in een kerker.
Voor ze wist waar ze precies mee bezig was, stapte Keira naar voren. ‘Hé, doe eens rustig’, riep ze verontwaardigd. ‘Hij heeft er vast een goede reden voor om hier te zijn.’ Van de wachters keek ze terug naar de jongeman, hopend dat hij hier inderdaad een goede verklaring voor had. Hoe dan ook was het voor de wachters niet nodig om hem zowat te elektrocuteren. De minachtende manier waarop ze met de jongeman omgingen, riep een gevoel van afgunst bij haar op.
Keira stond op het punt om dichterbij te komen, maar één van de mannen hield haar tegen. ‘U moet niet te dicht in de buurt komen, hoogheid’, sprak de man nors. Gefrustreerd drukte ze haar lippen op elkaar, terwijl ze toekeek hoe de andere wachter de gevangene weg sleepte. Ze kon niet ingaan tegen de woorden van de wachter. Welke reden zou ze ervoor moeten geven?
‘Je hoeft me niet te vertellen wat ik wel en niet kan doen’, zei ze bits tegen de man, waarna ze zich omdraaide en terug haar kamer in liep. Ze probeerde van zich af te schudden wat ze had gezien, maar het lukte haar niet om de aanblik helemaal los te laten.

@Amarynthia 
Amarynthia
Internationale ster



‘Ry? Wat is er aan de hand?’ De stem klonk argwanend, beseffend dat er iets niet klopte. Een aanblik op het schouwspel was voldoende om meer paniek bij het kleine meisje te zaaien. ‘Mam? Wat gaan ze met hem doen? Wat gebeurt er?’ Angst schemerde in haar stem. Tranen ontstonden in haar ogen, terwijl haar moeder het kleine meisje vastgreep en haar ervan weerhield om naar hem toe te rennen. 
Hij kon het beeld niet loslaten. Hij had haar huilend achtergelaten, zonder er iets aan te kunnen doen. Hij wreef met zijn handen over zijn gezicht. Een handeling die gepaard ging met pijnscheuten en een intens brandend gevoel op zijn rug. Vijftien zweepslagen omdat hij per toeval in de verkeerde gang beland was. Het was een stomme fout, een slordige fout zelfs. En toch was hij blij dat hij ervan af was gekomen met enkele zweepslagen. Het was het waard, zolang zij maar veilig bleven. Hij had er veel voor over om zijn familie en vrienden in veiligheid te brengen. Al werd zijn gehele rug aan gort geslagen, was het een tekening aan littekens: het zou het waard zijn. 
Een ding was zeker: hij zou voorzichtiger moeten zijn. Door het paleis dwalen was verleden tijd. Hij kon zich geen misstappen permitteren. Hij zou moeten doen wat er van hem gevraagd werd. Een gevaarlijk spel waaraan hij gedwongen werd mee te doen. Hij kon enkel hopen dat er geen misbruik van gemaakt zou worden. 
Er was nog iets wat hem dwars zat. Het was niet onopgemerkt gebleven dat hij in de koninklijke gangen belang was. Hij was ervan overtuigt dat het adellijke echtpaar het nieuws had gehoord en eveneens was hij ervan overtuigt dat dit zijn nodige nadelen met zich mee zou brengen. Hij zou strenger in het vizier gehouden worden, misschien zouden ze hem er zelfs voor laten boeten door middel van de missies waarvoor ze hem gebruikten. Er was nog een reden waardoor zijn bezoek niet onopgemerkt zou blijven: hij was gezien. Gezien door een prachtige verschijning die zeer vermoedelijk ook adelrijk bloed door haar aderen had stromen. Hij begreep het enkel niet: ze had het voor hem opgenomen. Waarom? Was het een spel dat ze speelde? Wilde ze zijn vertrouwen winnen, om er vervolgens misbruik van te maken? Was het een nieuwe manier om zijn loyaliteit te testen? Of was de jongedame oprecht in haar acties? Na alles wat hij gezien had van de Mensen, had hij weinig vertrouwen in dat laatste. 
Een aarzelend geklop was hoorbaar op het vochtige hout van de deur. Een frons verscheen op zijn gezicht terwijl hij overeind kwam, van pijn en verwarring. Hij onderdrukte een opkomende kreun, negeerde de pijn in zijn rug. Hij nam niet de tijd een shirt aan te trekken. Simpelweg omdat hij het niet nodig achtte en er geen zin in had, maar ook om zijn wonden lucht te geven en het in alle rust kon genezen. Iets waar hij direct spijt van kreeg zodra hij de deur opende. 
Daar was ze: de vrouw naar wie de wachters hadden verwezen als hoogheid. 


@Daynty 
Daynty
Internationale ster



Waarom voelde het alsof ze een hele grote fout aan het begaan was? Keira staarde naar het potje dat ze rusteloos tussen haar vingers rond draaide. Het was gemaakt van rood aardewerk, gepolijst tot het oppervlak glad was en daarna bewerkt met een glanzende laag. Het stenen oppervlak voelde koud aan tegen haar vingers. 
Ze kreeg het beeld van die middag maar niet uit haar hoofd. De pijn die in de ogen van de jongeman had gelegen, maar tegelijkertijd hoe fel en vastberaden hij gekeken had op het moment dat zijn blik met die van haar gekruist was. Alsof hij geen angst kende voor alle gevaren van welke hij zich in het midden bevond door hier naar het hof te komen. Ondanks dat hij op zijn knieën in de gang had gezeten, getergd door de pijn die de halsband door zijn lichaam joeg, was hij intimiderend geweest. Keira kon niet precies zeggen waar het aan lag. Misschien zijn uitstraling, misschien enkel de gedachte dat hij een aardstuurder was.
Het voelde alsof ze een hele grote fout aan het begaan was, maar toch stond ze hier. Voor een deur in de oostvleugel van het paleis, waar zich kamers van bedienden en de wasruimten bevonden. Een vleugel waar zij nooit iets te zoeken had - al helemaal niet nu er een gevangene aan het hof woonde. Hij had een aftands kamertje aan het einde van de gang met opslagruimten van allerlei dingen die niet iedere dag nodig waren. En dat was precies de kamer waar zij nu voor stond.
Keira beet vertwijfeld op haar onderlip, keek nog een keer de gang in. Het was er nog steeds leeg. Aan het eind om de hoek stond een wachter, aan haar zicht onttrokken door de muur. 
Hoe lang stond ze al naar het hout van de deur te staren? Een paar minuten, misschien tien? Heel de dag was ze heen en weer gegooid tussen vastberadenheid en twijfels. Het ene moment was ze ervan overtuigd dat het geen kwaad kon hem dit te brengen, het volgende moment sloegen haar gedachten om en vroeg ze zich af hoe ze zich ooit zo’n idee in haar hoofd had kunnen halen. 
In een nieuwe vlaag van vastberadenheid tilde Keira haar hand op en klopte ze aan. Hard genoeg om het hoorbaar te laten zijn voor de persoon in de kamer, zacht genoeg om de bewaker niet te alarmeren. 
Zodra het geluid van de derde klop weg was gestorven, sloegen de twijfels opnieuw toe. Verwoed drukte Keira ze weg. Iets in de manier waarop de bewakers hem die ochtend behandeld hadden, had wat in haar losgemaakt. En dat zou haar niet met rust laten tot ze er wat aan gedaan had. Ze bracht hem alleen wat verzachtende zalf. Wat kon dat nou kwaad?
Het duurde lang voordat de deur open ging. Haar ogen bleven schichtig naar haar omgeving schieten, bang dat de wachters die rondes door het paleis deden plots de hoek om zouden komen. Ze had er lang over nagedacht, maar er was eigenlijk geen geldig excuus voor wat ze hier te zoeken had. 
Keira stond op het punt om of nog een keer aan te kloppen of weg te lopen toen er gestommel achter de deur klonk. Ze drukte haar lippen op elkaar en rechtte haar schouders iets. Ze zou liegen als ze beweerde dat de verhalen waarmee ze was opgegroeid over de elementenstuurders haar niet op zijn minst een beetje bang hadden gemaakt voor waartoe deze mensen in staat waren. Toch was ze niet van plan om dat te laten merken.
De deurklink bewoog naar beneden, waarna de deur werd geopend. Een moment hield Keira haar adem in. Van dichtbij waren zijn ogen nog indringender. Hij gaf haar het gevoel dat hij recht in haar hoofd keek. Wat als hij kon zien dat zij ook stuurdersbloed door haar aderen had stromen? 
En waarom had hij in godsnaam geen shirt aan? Ze kon het niet helpen dat haar ogen even afdwaalden naar zijn blote bovenlichaam voor ze zichzelf herstelde en hem aankeek. 
‘Mag ik binnenkomen?’ Keira wachtte het antwoord niet af en glipte langs hem heen naar binnen. Nu ze uit het zicht was van wachters die mogelijk de gang in konden komen lopen, ontspande ze zich iets meer. Toch bleef haar houding wat strak, nu ze alleen was in één kleine ruimte met het soort persoon dat door haar vader als monster bestempeld werd.
Keira zette een paar passen de kamer in alvorens zich om te draaien. Terwijl de jongeman de deur sloot, had ze een goed zicht op de schade die de wachters toe hadden gebracht aan zijn rug. De striemen waren felrood, staken scherp af tegen zijn huid. Een paar hadden er gebloed, zag ze, bij de andere was dat gelukkig niet het geval. Het zag er hoe dan ook erg pijnlijk uit. 
‘Ik heb iets voor je meegenomen. Zalf. Voor op je rug.’ Ze hield even het potje omhoog. ‘Het zal de pijn wat minder maken. Als je het mij vraagt, hebben die bewakers je wel erg overdreven hard aangepakt, maar ik ben wel benieuwd… Wat deed je in die gang?’ Nieuwsgierig keek ze hem aan. Na een kort moment van stilte, besefte ze dat hij nog geen idee had van wie ze was. Hij had de wachters haar ongetwijfeld hoogheid horen noemen, maar daar was het ook bij gebleven. Bovendien was ze erg benieuwd naar wie hij precies was - naast "de aardestuurder" - en als ze hem haar naam gaf, won ze zijn vertrouwen misschien een beetje. 'Mijn naam is Keira, trouwens.' 

@Amarynthia 
Amarynthia
Internationale ster



Een van zijn wenkbrauwen trok argwanend omhoog. Haar doen en laten werden gekenmerkt door gedrag zoals men dat mocht verwachten van een prinses. Ze nodigde haarzelf uit, liep naar binnen alsof er nog nooit iemand tegen haar in was gegaan. Haar houding was recht, misschien zelfs wat stijfjes. Zelfs haar stem had iets koninklijks. Hij was verontwaardigd, maar hij kon niet ontkennen dat het hem amuseerde. Niet dat hij dat zou laten merken. Hij wierp een vluchtige blik door de gang voor hij de deur sloot, om zichzelf ervan te verzekeren dat ze niet gezien werden. 
Het klopte niet. Hij vertrouwde het niet. Waarom zou deze jongedame van koninklijke afkomst zich bekommeren om een man zoals hij, een bediende, een slaaf. Het leek erop alsof ze zijn vertrouwen probeerde te winnen. Waarom? Het zat hem niet lekker. Ryan leunde tegen het scheve bureau aan en bestudeerde haar, de ongemakkelijke stilte negerend. Zelfs als hij haar eerder die dag niet gezien had of ze haar naam niet met hem gedeeld had, had hij kunnen raden wie ze was. Haar haren die zorgvuldig op hun plek gezet waren, weinig ruimte voor enige speelsheid, de jurk die ze droeg, de uitstraling die ze had. Toch leek ze wat gespannen, helemaal nu hij zijn blik zo over haar heen liet glijden. Was ze bang dat hij haar door had? 
Hij zuchtte. ‘Waarom ben je hier?’ vroeg hij, haar eerdere woorden negerend. Hij was zich ervan bewust dat dit niet de toon was die men meestal tegen haar aansloeg. Hij bevond zich op glad ijs. Wie wist wat voor invloed ze op zijn familie had. 
Zijn vraag leek haar van haar stuk te brengen. Of kwam dat doordat hij geen aanhef gebruikte? Ze herpakte zichzelf al vlug. Haar wenkbrauwen toonden een lichte frons, terwijl ze naar het potje in haar handen wenkte. ‘Om je de zalf te brengen. Zoals ik net al zei, vind ik dat de bewakers je onterecht hebben behandeld.’
‘En jij besloot dat je mij vrijwillig wilde helpen?’ De argwaan was duidelijk hoorbaar in zijn stem en hij betwijfelde of dat een verstandige keuze was. 
‘Is dat zo moeilijk om te geloven?’ 
Wel van een prinses, die in haar leven weinig confrontaties meemaakt. Hij wist die woorden nog net op tijd binnen te houden, wetende wat de gevolgen zouden kunnen zijn. Misschien was het beter om het spel mee te spelen, wat dat ook moge zijn. ‘Een beetje, ja. Na vanmiddag zou je eerder voor me moeten vrezen.’ Hij wierp zijn blik opzij, niet gericht op iets specifieks en meer omdat hij zichzelf geen houding wist te geven als hij haar aankeek. ‘Om je eerdere vraag te beantwoorden: ik deed niks bijzonders in die gang. Ik was het kasteel aan het verkennen en voor ik het wist, stond ik in de vleugel die mij verboden was te betreden.’ Nu hij het hardop uitsprak, klonk het nog dommer. 
Hij duwde zichzelf omhoog van het bureau en voelde opnieuw zijn rug branden bij elke beweging. Hij liep naar haar toe en stak zijn hand uit om de zalf van haar aan te nemen. ‘Bedankt, het is erg attent van je om de zalf te brengen.’  


@Daynty 
Daynty
Internationale ster



De argwaan droop van zijn gezicht af, hing nog net niet tastbaar in de lucht. Zo gespannen als zij zich vanbinnen voelde, zo losjes stond hij tegen het bureau aangeleund. Zou hij ooit aan het bureau zitten? Het was kaal, er lag niets op. Behalve een laagje stof misschien.
Het was wellicht niet helemaal eerlijk om van hem te verwachten dat hij haar op haar woord geloofde. Keira had de neiging om hem ervan te overtuigen dat ze hier echt vrijwillig was, maar ze slikte de woorden in. Het was beter als hij er zijn twijfels bij had. Dan zou hij misschien minder vragen stellen.
Onderzoekend bleef ze naar hem kijken, ook toen hij zijn blik opzij afwendde. Ze maakte van de gelegenheid gebruik om haar ogen langs hem heen te laten dwalen. Er was niets bijzonders aan hem te zien, hij zag eruit zoals ieder ander mens. Ze had ook niet anders mogen verwachten - zij zag er toch ook gewoon normaal uit? Op een vreemde manier stelde die bevestiging haar iets gerust.
‘Je was verdwaald?’ concludeerde ze. Zijn antwoord zorgde ervoor dat de knoop in haar maag alleen maar groter werd. Hij was verdwaald en dat was voor de wachters een gegronde reden om zijn rug aan gort te slaan? Nu was zij het die haar ogen een moment afwendde. De onrechtvaardigheid van de actie maakte haar gefrustreerd, boos omdat ze er niets tegen kon doen. Tegelijkertijd verwarde het haar hoezeer de gebeurtenis haar aangreep. Ze had in haar leven talloze mensen bestraft zien worden zonder daarbij zelf een spier te verrekken. Wat maakte deze jongeman daar een uitzondering op? Diep vanbinnen wist ze het antwoord op die vraag wel, maar het was makkelijker om dat weg te drukken dan het te erkennen.
Met haar ogen volgde ze hem toen hij naar haar toeliep om het potje zalf aan te pakken. Vlak voor hij het potje pakte, sloot ze haar vingers er steviger omheen.
‘Je hebt nog niet gezegd wat jouw naam is.’ Ze trok haar wenkbrauwen iets op en keek hem afwachtend aan, een ietwat uitdagende fonkeling in haar ogen. Het winnen van zijn vertrouwen door hem haar naam te vertellen, was niet bepaald gelukt. Dat nam niet weg dat ze nog steeds zijn naam wilde weten. Het voelde zo afstandelijk als ze hem in haar hoofd “de aardstuurder” moest blijven noemen. Die afstand was juist goed, dacht ze, maar hij was te interessant. Ze kon het simpelweg niet weerstaan om meer over hem te weten te komen.
De jongeman was voor haar stil blijven staan en keek met iets samengeknepen ogen op haar neer. Onwillekeurig versnelde haar hart nu toch iets in haar borstkas. Keira hief haar kin en keek hem terug aan. Van zo dichtbij zag ze dat het grijs van zijn ogen rond zijn pupil besprenkeld was met kleine groene stipjes.
‘En je bent serieus? Met die zalf?’
Keira beet op de binnenkant van haar wang om een opmerking binnen te houden. Was het zo moeilijk te geloven voor hem dat ze hem echt wilde helpen? Zag hij haar echt in zo’n slecht daglicht?
‘Ja, natuurlijk ben ik dat.’ Ze zette een stapje achteruit om de afstand tussen hen iets te vergroten. ‘Misschien denk je dat je me weg kunt krijgen met je “je zou voor me moeten vrezen”, maar we weten allebei dat je hier niets uit kan halen.’

@Amarynthia 
Amarynthia
Internationale ster



Zijn naam. Ze wilde zijn naam verkrijgen in ruil voor het potje zalf. Een eerlijke ruil, zou je denken. Het stelde niet veel voor als ze zijn naam wist, tegelijkertijd voelde het onpersoonlijk. Hij vertelde zijn naam wanneer hij mensen vertrouwde, wanneer hij een band voelde met de persoon. Bij dit meisje, hoe goed haar bedoelingen misschien waren, had hij dat gevoel absoluut niet. Wantrouwen lag nog altijd op de voorgrond. Niet dat hij daarom de zalf zou afslaan. De pijn op zijn rug maakte hem gek. Hij was het een en ander gewend, maar een beetje verzachting kon geen kwaad. 
Toch zou hij het bijna verpesten door haar opmerking. Haar zelfvoldane houding irriteerde hem. In het begin had hij het vermakelijk gevonden, zelfs dapper. Nu zag hij het enkel als stommiteit. Met een spottende lach draaide hij zich om. Ze had wel lef, dat moest hij haar nalaten. Echter, het was belangrijk om te weten wanneer het hebben van lef verstandig was en wanneer niet. 
Hij had enkele stappen bij haar vandaan gezet voor hij zich weer omdraaide, met nog steeds die spottende uitdrukking op zijn gezicht. ‘Dit is niet mijn intimiderende houding, hoogheid,’ sprak hij cynisch. 
De kans op zijn naam had ze vergooid. Het liefst stuurde hij haar weg, maar de gedachte aan zijn thuisfront weerhield hem daartoe. Wat was haar intentie? Hij had zijn frustratie amper onder controle. Impulsief als hij kon zijn wilde hij haar wegsturen, met het waanidee dat hij inderdaad het monster was die zij dacht dat hij was. Voor de tweede keer in de tijd dat zij er was, zuchtte hij. Met zijn handen wreef hij over zijn gezicht, duidelijk in dilemma. Hij zat gevangen in een schaakspel. Zijn acties waren beperkt. Continu moest hij rekening houden met de mogelijke gevolgen van zijn acties. 
‘Luister. Ik was fout om in uw gang rond te lopen en nu moet ik met de gevolgen leren omgaan. Ik heb niet om uw bezoek gevraagd, ik wil geen problemen veroorzaken. Dus, alsjeblieft, ga terug naar uw eigen vleugel.’ Kort zag hij hoe de prinses ontdaan zijn kant op keek. Waarschijnlijk was dat niet de reactie die ze verwacht had. Hij betwijfelde of er vaker op deze toon tegen haar gesproken werd. Hij hoopte dat hij zijn brutaliteit had weten te beperken voor minimale schade. Voor zo’n opmerking zouden ze toch niet door het Aarderijk reizen om zijn familie te bedreigen? 
In een stap overbrugde hij de afstand naar de deur, die hij met een zwaai opentrok. Een handeling waarbij hij iets ineenkromp door een verkeerde beweging in zijn schouders. Tot dusverre had hij zijn pijn redelijk weten te verbergen, maar die fractie van een seconde was zijn pijn duidelijk zichtbaar geweest en dat was iets wat hij zichzelf kwalijk nam. Ryan sloot zijn ogen en beet op zijn wang, om letterlijk zijn pijn te verbijten.

@Daynty 
Daynty
Internationale ster



Hij zou haar zijn naam wel geven. Keira kon aan de smachtende, getergde blik in zijn ogen zien dat hij het potje zalf wilde hebben, dat hij continu geplaagd werd door de pijn. Ze kon zich alleen maar voorstellen hoe pijnlijk de wonden op zijn rug waren.
En wat was een naam nu echt waard? Ze kon naar haar vader gaan en het hem vragen, of ze kon het in de documenten opzoeken. Keira wilde hem echter de kans geven om haar zelf zijn naam te vertellen. Dat was wel zo eerlijk, toch?
Haar wenkbrauwen bewogen zich vragend en een tikkeltje verontwaardigd iets omhoog toen hij zich met een kort lachje van haar weg draaide. Even kneep ze haar ogen samen, ging ze in gedachten haar woorden na. Wat was er zo grappig?
Zijn reactie verklaarde veel. Als hij haar niet bang wilde maken, had hij beter voor zich kunnen houden dat dit niet zijn intimiderende houding was. Op haar kwam hij namelijk al aardig intimiderend over, vooral toen hij zo voor haar had gestaan. Nu hij een paar passen van haar weg had gezet, kon ze haar houding iets meer ontspannen.
Dat veranderde zodra hij haar de deur wees. Beleefd, weliswaar, maar hij had haar net zo goed bot kunnen mededelen dat ze op moest rotten. Keira’s mons viel nog net niet open van verbazing. Ze was het niet gewend dat mensen zo tegen haar spraken - niet zolang zij hun leven dierbaar waren althans. Wat haar het meest verbijsterde, echter, was het feit dat hij zijn naam niet wilde zeggen. Wat had ze verkeerd gedaan? Was ze niet juist aardig geweest, behulpzaam?
Terwijl haar gezicht verstrakte, voelde ze vanbinnen een steek. Had ze het verpest bij de enige persoon die haar misschien iets meer kon vertellen over elementensturing?
De jongeman liep naar de deur toe en trok deze open. Heel even voelde Keira een golf van moedeloosheid door zich heen gaan. Ze stond op het punt om zijn woorden op te volgen en daadwerkelijk weg te gaan toen ze de pijn over zijn gezicht zag trekken.
Ze kon hem hier niet zo achterlaten. Keira liep naar de deur toe, maar stapte de gang nog niet op.
‘Goed dan’, zei ze. ‘Dan vertel je me je naam niet. Maar waarom zou je iets dat helpt tegen de pijn zo op het spel zetten?’
Hoe hard ze er ook over nadacht, ze kon die puzzelstukjes simpelweg niet in elkaar passen. Ze keek nog één keer naar het potje zalf in haar handen alvorens hem dit aan te reiken. Zwijgend keek ze toe hoe hij het potje aanpakte en even bestudeerde.
‘Dankjewel.’ Zijn stem klonk een beetje stram, maar ze kon horen dat hij het meende. Het liet haar houding weer iets ontspannen. Ze stapte half de gang op en stond nog half in de deuropening toen ze zich omdraaide. Haar mondhoeken hadden zich omhoog bewogen tot een scheef glimlachje.
‘Nog één vraagje’, zei ze terwijl ze haar ogen enigszins uitdagend naar hem opsloeg. ‘Hoe denk je die zalf op je eigen rug te gaan smeren?’

@Amarynthia 
Amarynthia
Internationale ster



Het viel hem mee dat ze hem de zalf alsnog overhandigde. Na zijn ietwat onvriendelijke verzoek om te vertrekken, had hij eerder verwacht dat ze het hem moeilijk zou maken. Hij klemde zijn vingers om het kleine potje. Met zijn andere hand had hij de deur al willen dichtduwen, tot de prinses halt nam en zich naar hem toedraaide. Een speelse twinkeling lag in haar ogen en dat bracht hem van zijn stuk. Na zijn gedrag van zonet had hij gedacht dat ze zich geïntimideerd voelde. Als dat zo was, dan liet ze dat niet blijken. Het voorstel kwam al helemaal onverwachts. Zij, de prinses, was bereid haar handen uit haar mouw te steken om hém te helpen? Hem zelfs aan te raken? Daar kon hij geen nee tegen zeggen. Allereerst omdat ze gelijk had: hoe kan hij zijn eigen rug insmeren? Het was iets waar hijzelf nog niet over nagedacht had en waar hij ter plekke wel een oplossing op gevonden had. Of niet, dan had hij het potje schouderophalend weggestopt. Ten tweede, de prinses was geen vervelende verschijning om te zien. Het was geen straf om wat persoonlijke aandacht van haar te krijgen. 
Wat argwanend tilde hij een wenkbrauw op, waarbij hij het niet kon helpen dat zijn mondhoek eveneens wat speels omhoogtrok. ‘Is dit een voorstel?’ 
Het meisje draaide haar lichaam nu helemaal bij, alvorens ze een blik de gang in wierp om te controleren of niemand haar zag. ‘Als je het mij toestaat.’ 
Hij vertrouwde haar nog steeds niet, maar het was juist die ondeugende blik in haar ogen die hem op zijn gemak stelde. Wat als ze zelf hiermee ook tegen de regels van het paleis inging? Hij ontspande zich iets, besloot mee te gaan in haar spelletje. Hij hield de deur wat wijder open, ter uitnodiging dat ze binnen mocht komen. ‘Deze keer niet in ruil voor mijn naam?’ 
‘Zou het werken?’ vroeg ze, terwijl ze naar binnen liep met een ietwat zelfvoldane houding. Deels stoorde het hem, tegelijkertijd vond hij het vermakelijk. 
Ryan sloot de deur. ‘Nee,’ zei hij met een lichte grijns om zijn lippen. 
Het tweetal stond vlak voor elkaar. Ergens kon hij zich goed voorstellen dat ze hem een paar tellen terug intimiderend had gevonden. Niet alleen was hij een stuk langer, ook had hij vrij brede schouders. Toch liet het meisje zich er niet door kennen. Ze reikte naar het potje zalf in zijn handen. Hun vingers raakten elkaar kort aan en kort kruisten hun blikken. Een tinteling trok door zijn vingers heen. Hij had nog nooit een meisje zoals zij gezien, zo verzorgd en met zulke elegante kleding. Haar huid zag er egaal en zijdezacht uit, een luxe die geen van de vrouwen uit zijn dorp zich kon veroorloven. 
De prinses zette een stap achteruit en wierp een blik op het wankelende krukje dat onder zijn bureau verstopt stond. ‘Zit,’ commandeerde ze alsof hij een hond was. 
Hij kon het niet helpen dat hij opnieuw geamuseerde haar kant op keek. 
‘Wat? Je wilt toch dat ik je help,’ zei ze. 
Hij besloot niet langer tegen de woorden van de prinses in te gaan en schoof het krukje onder het bureau vandaan. Met zijn rug haar kant op nam hij plaats op het armzalige meubel. Hij hoorde aan het geklik van haar schoenen dat ze dichterbij kwam. Een stilte volgde, eentje waarin hij haar blik op zijn rug voelde branden. Hij had de wonden zelf nog weinig kunnen beoordelen, maar het zou vast geen fraai gezicht zijn. 
‘Dit kan pijn doen,’ zei ze. Een korte waarschuwing voor ze haar vingers behoedzaam over een van de striemen op zijn rug liet glijden. Het voelde alsof vlammen aan zijn rug likten, maar hij vertrok geen spier. Hij plaatste enkel zijn kiezen op elkaar en slikte, terwijl zijn blik star voor zich uit gericht was. 


@Daynty 
Daynty
Internationale ster



Het was maar goed dat hij met zijn rug naar haar toegekeerd zat. De spiertjes in haar gezicht vertrokken zich iets toen ze zijn wonden zag. Van zo dichtbij, in het zonlicht dat door het raampje naar binnen viel, kon ze de schade pas goed zien. Hoe vaak hadden ze hem wel niet geslagen? Keira draaide het dekseltje van het potje af en legde deze op het kastje. Was enkel een waarschuwing niet genoeg geweest?
Ze nam een klodder van de zalf op haar vingers. Het mengsel had een vage, lichtgroene kleur van de kruiden die erin verwerkt waren. Welke kruiden wist ze niet precies - dat ze werkten, wel. Een moment bleven haar vingers aarzelend een klein stukje boven zijn huid zweven voor ze de zalf voorzichtig over de huid rond de wonden verspreidde. De meeste striemen waren knalrood. Op een paar plekken was de huid van zijn rug af geslagen en zag ze het vocht van de wonden glinsteren in het licht. Langs de randen van de wonden zag de huid er iets samengetrokken uit en was het eveneens roder.
Wat zonde eigenlijk, mijmerde ze in gedachten terwijl ze zo voorzichtig mogelijk de zalf op zijn rug aanbracht. Hij had zo’n mooie, gebruinde huid, om nog maar niet te spreken over zijn spieren. Ze keek wel eens bij de training van de elite-eenheid van het koninklijke leger. Het leek de mannen altijd net nog een beetje meer motivatie te geven om hun best te doen als zij op het balkon van het trainingsgebouw stond te kijken. En Keira zou liegen als ze beweerde dat het geen leuk uitzicht was, al die half ontblote soldaten. De aardestuurder deed zeker niet onder voor de elitesoldaten.
‘Merk je al dat het iets beter voelt?’ Keira hurkte neer om op de laatste striemen op zijn onderrug een dunne laag zalf aan te brengen. De bewakers hadden bijna geen stukje van zijn rug niet geraakt met de zweep. Het verbaasde haar niets als ze zouden beweren dat ze genadig waren geweest voor hem door zijn rug niet overal tot bloedens toe open te slaan. Dat was ook genadig - in de ogen van haar vader, van haar moeder, in de ogen van vrijwel iedereen aan het hof. En tot voor kort ook in haar ogen. Maar nu ze zo naar zijn wonden keek, kon ze alleen maar denken aan het vuur dat zich sinds een paar maanden in haar roerde. Het enige wat tussen haar en de situatie waarin hij nu zat in stond, was het feit dat niemand wist dat ze geen gewoon mens was. En dat laagje onwaarheid was zo flinterdun… Het voelde alsof het ieder moment uit elkaar kon spatten.
Het beetje zalf dat nog aan haar vingers kleefde, veegde ze af aan zijn schouder. ‘Het is het beste om je rug niet te bedekken tot de zalf is ingetrokken. Dat moet niet lang duren.’
Keira ging rechtop staan en draaide de deksel terug op het potje. Haar vingers trilden iets en in haar borstkas zweefde een onrustig gevoel. Dat gevoel kwam de laatste tijd steeds vaker opzetten. Ze wist allang dat het geheim dat ze meedroeg gevaarlijk was, maar nu ze de gehavende rug van de aardstuurder zag, kwam die realiteit plots erg dichterbij. Naarmate de weken en maanden waren verstreken, had ze gemerkt dat het steeds moeilijker werd om de gave die zich in haar lichaam opbouwde, tegen te houden. Het vuur in haar ging steeds harder branden en ze was bang, doodsbang dat het op een dag tot een explosie zou komen.
De gedachten duizelden haar. Ongemerkt had Keira haar vingers steviger rond het potje zalf geklemd. Zodra ze zich er bewust van werd, dwong ze zichzelf om meer te ontspannen. Ze zette het potje weg op het bureau en drukte een lok haar terug achter haar oor.
‘Zo’, glimlachte ze, al voelde het enigszins geforceerd, ‘dan zal ik nu doen wat je wil en weggaan.’ Ze ging even met haar klamme handen langs de rokken van haar jurk en liep naar de deur toe. In haar achterhoofd spookten de vragen die ze hem had willen stellen over zijn gave, maar ze kreeg de woorden nu niet over haar lippen. Het krappe kamertje voelde ineens te klein aan, te benauwd. Ze wilde hier weg.

@Amarynthia 
Amarynthia
Internationale ster



Nog niet eerder had hij het paleis zoveel glorie zijn uitstralen. Luxe werd geaccentueerd. De hal was gevuld met een hoop planten, borden met bijzondere hapjes en voor de deur lag een lange zilverkleurige loper. Hoewel de mensen niet gebonden waren aan een bepaalde kleur, kozen ze vaak voor wit-, grijs- of zwarttinten om henzelf te vertegenwoordigen. Op die manier konden ze op geen enkele manier gekoppeld worden aan de elementen. Paars was eveneens een kleur die ze graag gebruikten, aangezien ook die kleur niet terugkwam in een van de naties. Waarschijnlijk was dat de reden dat de koninklijke familie gekozen had om datzelfde kleurenpalet te gebruiken voor het feest dat zij vanavond organiseerden. Een feest waarvan Ryan de reden niet begrepen had. Hij voelde zich helemaal niet feestelijk.
Bij het ontvangst had hij kort een glimp opgevangen van de prinses die hem enkele dagen geleden opgezocht had. Hoewel het de pijn eerst verergerd had, merkte hij vlak na die tijd dat de zalf de wonden inderdaad verzacht hadden. Hoewel het nog steeds niet prettig was, droeg hij zijn uniform nu met minder pijn. 
Het uniform dat hij droeg was anders dan die van de menselijke wachters. Bij beide uniformen was de hoofdkleur wit, alleen bij hem waren de accenten mosgroen, terwijl die bij de wachters paars waren. Natuurlijk moesten ze accentueren dat hij anders was, al had hij tegelijkertijd gedacht dat ze zich ervoor zouden schamen dat ze samenwerkten met een aardstuurder. 
De deuren naar de feestzaal waren ondertussen gesloten. Enkele wachters stonden in de zaal om een oogje in het zeil te kunnen houden. Natuurlijk was hij daar geen van. Hij had een plekje aan de andere kant van de deur gekregen. Het maakte hem weinig uit. Het liefst had hij op zijn kamer gezeten, weg van de mensen die toch op geen enkele manier bij hem pasten. Aan de andere kant was een beetje afleiding niet verkeerd. Er was simpelweg niets te doen in de krappe ruimte die hij zijn kamer noemde. 
Met een luide knal werden de buitendeuren geopend, gevolgd door een vlammenzee. Het vuur ging gepaard met een ijzingwekkend geschreeuw, afkomstig van een van de wachters die bij de deur gestaan had en nu getekend was voor het leven. 
Een viertal stuurders kwam de ruimte binnen. Ze droegen zwarte klederdrachten en verhulden hiermee de aard van hun natie. Een vuurstuurder, dat was zeker. Een van hen kwam op hem afrennen met als doel het bereiken van de feestzaal. Water danste om het lichaam heen, klaar om ingezet te worden als wapen. De wachters naast hem trokken hun zwaard. 
Een korte siddering trok door zijn lichaam. Hij bevond zich aan ravijn, gedwongen door het vuur om te doen wat hij het liefst vermeed. Niets doen was geen optie. De vraag was echter: voor wie ging hij vechten? 
Vuur werd door de ruimte gepompt, terwijl een ander lucht gebruikte om wachters die wilden aanvallen te tackelen. De waterstuurder ging het oneerlijke gevecht aan met twee andere wachters. De mensen waren zwaar aan het verliezen, ze stonden haast machteloos tegenover de kracht van de elementen. In een gevecht als deze was het onvoorstelbaar hoe de mensen zoveel macht konden bewaren. 
Zijn keuze was gemaakt.
Hij wierp een blik op de wachter naast hem en hij wees naar de band om zijn hals. ‘Deactiveer het,’ commandeerde hij, ondanks dat het niet zijn positie was. Hoewel de wachter niet zeker was van zijn daad, deed hij wat hem was opgelegd. Vrijwel direct voelde Ryan hoe de energie door zijn lichaam stroomde. Hij kon elke trilling op de grond extra goed waarnemen. Hij knakte zijn handen en zette enkele stappen vooruit. Een grijns speelde om zijn lippen. Het was tijd om te laten zien wat hij in huis had. 


@Daynty 
Daynty
Internationale ster



De afgelopen dagen had het idee vaak door haar hoofd gespookt: zou ze nog een keer naar de aardestuurder toegaan? Af en toe ving ze een glimp op van hem in de gangen, in de zeldzame momenten dat ze door het paleis liep. De laatste keer was twee dagen geleden, toen ze hem met een bordje eten in zijn hand weg had zien lopen van de keukens. Bijna was ze naar hem toe gelopen, bijna had ze hem aangesproken. Hey, hoe is het met je rug?
Maar steeds was er iets geweest dat haar op het allerlaatste moment tegenhield. De beelden van de striemen op zijn rug stonden dagen na het bezoekje nog op haar netvlies gebrand. En keer op keer brachten ze datzelfde onderbuikgevoel teweeg. Rusteloos, beklemmend. Een klein deel in haar had gedacht dat het zien van de prijs die een stuurder betaalde voor zijn gave - de pijn van de straf omdat de mensen het afkeurden - haar eigen gave voor een tijdje het zwijgen op zou leggen.
Verder van de realiteit had die naïeve gedachte niet af kunnen zitten.

Via de spiegel volgde Keira geconcentreerd hoe Elya’s fijne handen door haar haren gleden en de kastanjebruine lokken verweefden tot een aantal dunne vlechten, waarna ze deze bij elkaar vlocht in een dikkere vlecht.
‘Waarvoor is het feest eigenlijk vanavond, hoogheid?’ Elya’s verlegen stem doorbrak Keira’s gedachten. Ze keek weg van de spiegel en liet haar blik naar de ramen van haar kamer glijden.
‘Om een nieuwe samenwerking te vieren, tussen deze stad en Haran.’ Het was een samenwerking waar haar vader lang op had zitten broeden. Het was Keira niet helemaal duidelijk waarom precies - Haran was niet bijster groot en had geen bijzonder grote voorraad grondstoffen. Gewoonlijk ging er in de paleisgangen vaak wel rond wat de politieke motieven waren, maar nu zweeg iedereen in alle talen. Hoe minder er bekend was over iets, des te groter werd haar nieuwsgierigheid naar datgene. Vanavond was ze dan ook van plan verandering te brengen in haar gebrek aan kennis over de redenen achter de samenwerking. Er was vast iemand die haar na een paar glaasjes drank, wat complimentjes en enkele mooie glimlachjes wilde vertellen wat hier nu eigenlijk achter zat.
‘Zo, u bent klaar om te gaan.’ Elya had een laatste speldje met kleine diamantjes in haar haren geschoven en een stap achteruit gezet, om haar werk met een tevreden blik te bekijken.
‘Het is weer prachtig, zoals altijd’, zei Keira met een glimlach. Ze stond op van de kruk voor de kaptafel en plukte een stofje van haar jurk.
‘U kunt maar beter snel gaan. Het feest is al begonnen.’ Elya liep naar de deur toe en opende deze voor haar.
Keira aarzelde kort voor ze haar benen in beweging zette. Ze had zin in het feest - even haar gedachten op iets anders richten, genieten van de muziek en de mensen die er zouden zijn. Tegelijkertijd bleef het knagende, dreigende gevoel op de achtergrond sluimeren. Wat als er iets zou gebeuren? Wat als ze het vuur niet in kon houden?
Nog langer treuzelen zat er echter niet in. Haar moeder zou zich op dit moment waarschijnlijk al geïrriteerd afvragen waar haar dochter toch bleef. Het waren geen manieren voor een prinses om te laat te komen, vooral niet als de koninklijke familie het feest organiseerde.
Keira was niet ver van de hal meer verwijderd toen een knal door de paleisgangen galmde. Ze voelde het korte trillen van de grond door haar voeten omhoog trekken, zo hevig was de explosie. Vlak daarna volgde het geschreeuw. Het klonk alsof degenen van wie het kabaal afkomstig was, precies wisten met wat voor doel ze hier waren. Was het een aanval? Dat kon haast niet anders.
Een wachter, die aan het eind van de gang gepositioneerd stond, schreeuwde haar toe dat ze naar de bunker moest gaan, voor hijzelf de hoek om rende op het lawaai af.
Keira twijfelde een moment, waarna ze haar tempo verhoogde en naar het eind van de gang liep. Wat als de indringers de feestzaal binnendrongen? Waar alle gasten waren, waar haar ouders zich bevonden. Behoedzaam keek ze de hoek om, langs de muur heen. De grote deuren van de hal hingen los in hun scharnieren, het hout grotendeels zwartgeblakerd en versplinterd door de kracht die erop uit was geoefend. De hal zelf was een chaos. Bloed veranderde de tegels in een verraderlijk gladde ondergrond, wachters met getrokken zwaarden werden bij bosjes neer gemaaid. Iets in haar lichaam wist het al voordat het tot haar doordrong: stuurders. De aanvallers wendden de elementen aan om de wachters uit te schakelen.
Zonder dat ze het zelf erg bewust door had, zette Keira een paar passen dichterbij en verschool ze zich achter een pilaar in de hal. Langs het ruwe steen heen gluurde ze naar het gevecht enkele meters verderop. Haar blik viel op een persoon die te midden van alle chaos stond. Zijn houding groot en zelfverzekerd, niet geïntimideerd door de stuurders, ondanks dat zij aan de winnende hand leken. Hij boog zich iets door zijn knieën, bewoog zijn armen en handen op een sierlijke doch krachtige manier. Met dat er een blok aarde uit de grond omhoog rees, drong het besef tot Keira door: het was de aardestuurder. Ze wist dat ze zich om moest draaien, dat ze moest maken dat ze wegkwam, maar het lukte haar niet om haar ogen van het schouwspel af te halen.

@Amarynthia 
Amarynthia
Internationale ster



Hij had vaker gevechten gehouden, hij had zichzelf vaker moeten verdedigen met het aardsturen. Toch was dit de eerste keer dat hij het opnam tegen andere elementen. In het dorp waar hij woonde kwamen weinig reizigers langs en de mensen die er kwamen, waren vaak niet agressief. Het vuur dat om hem heen flikkerde, het water dat in ijspegels op hem afgevuurd werd; het gaf hem een adrenaline kik.
De vuur- en waterstuurder hadden hun aandacht op hem gevestigd, beseften dat ze eerst hem moest uitschakelen voor ze verder konden. Hij had een grote rots aarde voor de deuren doen oprijzen om de stuurders te vertragen. De luchtstuurder en de andere vuurstuurder hielden zich bezig met de mensen die amper de kans kregen om hun zwaarden te trekken. 
Hij had zich in tijden niet zo in zijn element gevoeld, letterlijk. Hij kon de grond voelen trillen onder de chaos die zich afspeelde in de hal. Hij voelde hoe zijn energie door de aarde stroomde wanneer hij de grond dwong omhoog te rijzen. Met volle overtuiging sloeg hij zijn handen op de grond, waardoor de het steen in angstaanjagende punten in een streep naar boven staken. Helaas niet snel genoeg om de vuurstuurder uit te schakelen, maar voldoende om hem van zijn stuk te brengen voor hij een rotsblok op hem afvuurde. De vrouwelijke waterstuurder slaakte een emotionele gil toen ze zag hoe het rotsblok op de vuurstuurder neerdaalde en hem verpletterde, letterlijk. Ondanks al het lawaai van het gevecht was het gekraak van zijn botten duidelijk hoorbaar. Het meisje was kort verstard, een moment waar hij direct gebruik van maakte door ook op haar een rotsblok af te vuren. Helaas was zij een stuk oplettender en sneller, met gemak ontweek ze het. Tranen rolden over haar wangen, terwijl haar blik een woeste uitstraling had. De andere stuurders richtten nu ook hun aandacht op hem. Hij wierp een vlugge blik om zich heen en zag hoe een groot deel van zijn leger was uitgeschakeld. Enkele wachters hadden hun laatste adem uitgeblazen, sommigen rolden schreeuwend op de grond om hun vlammende kleren te doven. Hij zag wachters wegkruipen op de grond, terwijl ze met hun handen de bloedstroom probeerden te stoppen. Tot slot zag hij enkele wachters de vlammen blussen. Hij was de laatste die overeind stond. Drie tegen een. Was de uitkomst daarvan niet allang bepaald? 
Geen tijd om over na te denken. Een vlammenwerper kwam op hem af. Hij gooide een vuist omhoog, waarbij de grond met hem meebewoog en een muur vormde die de vlammen om hem heen liet vliegen. Met een harde kracht schopte hij tegen de muur, die vervolgens op de vuurstuurder afstormde. Net op tijd dook hij weg voor een ijspegel, die gevolgd werd door meerdere. De luchtstuurder had zichzelf afgezet van de grond en kwam vlak voor Ryan terecht, waarna hij omvergeblazen werd door de lucht en op de grond viel. Hij kon nog net op tijd wegrollen voor hij geraakt werd door een zweep van water. De vuurstuurder en luchtstuurder combineerden hun element, waardoor het vuur als een nog grotere steekvlam op hem afgevuurd werd. Opnieuw liet hij een muur oprijzen ter verdediging, maar hij kon niet voorkomen dat de vlammen aan zijn armen likte. De pijn drong amper tot hem door. Hij had het te druk met zichzelf verdedigen. Hij kwam amper toe aan de aanval. Hij draaide zich om, wilde een nieuw rotsblok op de waterstuurder afvuren. Helaas was zij hem te snel af. Het water kwam als een zweep op hem af en klemde zich om zijn polsen, waarna het bevroor en hij vastgenageld stond aan de grond. Met een schreeuw kwam ze op hem af, met om haar hand bevroren water met een gevaarlijke punt. Ryan tilde zijn voet op en stampte met al zijn kracht op de grond. De grond onder haar kwam abrupt omhoog, waardoor ze door de ruimte heen vloog. Vervolgens liet hij de grond onder hem overeind komen, waardoor het ijs brak. Bij zijn daling liet hij zijn vuisten op de grond slaan waardoor de grond krachtig begon te trillen en vrijwel iedereen op de grond liet zakken. De aardbeving bracht hem niet van zijn stuk. Hij maakte gebruik van het moment door de laatste klappen uit te delen. Een scherpe punt doorboorde het lichaam. Een rotsblok verpulverde het lichaam van de waterstuurder, haar met hetzelfde lot bezegelend als de man waar ze zo om rouwde. De luchtstuurder was nog eenmalig overeind gekomen, door de lucht die hij tegen de grond blies. Ryan sloot de luchtstuurder in tussen twee muren, waarna hij een van de muren een trap gaf en de persoon ertussen letterlijk geplet werd. 
Ineens was het akelig stil. Hij hoorde enkel zijn gejaagde ademhaling. Zelfs het blussen werd tijdelijk gestaakt om naar hem te kijken. Het was hem gelukt, hij had ze gestopt. Hij had de aanval gestopt en had levens beëindigd om het te bereiken. Hij wist niet of hij zich victorieus of terneergeslagen moest voelen. Hij liep naar de grote muur voor de deuren en ademde diep in, waarna hij zijn handen van boven naar beneden liet gaan. Een beweging die het grote object volgde. Vrijwel direct werden de deuren geopend door de bewakers. De zaal was eveneens een grote chaos. Het zag er niet zo verminkt uit als de hal, maar de aardbeving had ook daar de nodige schade toegediend. 
Hij kon wel door de grond zakken. Mensen keken hem vol ontzag aan, vol angst. Ze zagen hem aan voor het monster die de schade had toegebracht. 


@Daynty 
Plaats een reactie
Reageer
Om nieuwe berichten te laden: ingeschakeld
Pagina: | Volgende | Laatste