Angel01 schreef:
Verhaallijn
Toen we klein waren vertelden ze ons de verhalen uit sprookjesboeken. Werelden waar alles mogelijk was, er geen grenzen waren en dromen uit kwamen. Wat als die sprookjeswereld dichterbij en realistischer is dan we denken? Er gaan geruchten over een andere wereld, in vele opzichten gelijk aan de onze, maar toch zo verschillend. Een wereld vol jonkvrouwen, ridders en mythische wezen.
Toch is deze wereld niet geschikt voor de jongsten. Want ook hier worden oorlogen gevoerd, vinden intriges plaats en wint soms het kwaad.
Een groep onderzoekers hebben een manier gevonden om een verborgen poort naar deze wereld te openen. Zij gaan begeleid door enkele militairen op verkenning uit in deze wereld. Een spannend avontuur in het onbekende. Want kunnen ze wel communiceren met deze mensen en wezens? Kunnen ze de lucht wel in ademen?
De expeditie zal bestaan uit een veelzijdig team met ieder zijn eigen specialiteiten en motivatie. De vraag is of men nadat ze deze wereld betreden nog wel zo makkelijk terug kunnen reizen. Of ze nog wel terug willen reizen en nog belangrijker of ze dat met lege handen doen of al deze pracht en daarmee ook het gevaar naar hun wereld mee terug nemen.
Ben jij een onderzoeker op zoek naar geneesmiddelen, macht of avontuur? Of ben jij een van de mysterieuze bewoners van dit verborgen land.
Intro
Een half jaar eerder, in de omgeving van New York
Het heeft enkele dagen geduurd voordat de deuren van de stalen bunker geforceerd konden worden. Het TL licht knippert boven hun hoofd en met hun zak lampen worden de minder goed belichtte delen belicht.
Rechts en links bevinden zich kamers. Een lab, een vergaderzaal. Kopjes koffie staan nog op tafel. Alsof de tijd hier heeft stil gestaan. Het is er verlaten en zo voelt het ook. Voor een grote wand blijft een van de onderzoekers staan. Hij zet zijn leesbril op zijn ietwat scheve neus en tuurt naar verschillende foto’s en aantekeningen op de muur. Alusia. Het woord komt vele malen terug. Het is het land waar ook hun naar op zoek zijn. Zouden hun het al gevonden hebben? Waar waren ze anders in z’on haast heen gegaan. Ze hadden een doorbraak gehad, maar verder dan dat gingen de archieven niet terug.
‘Meneer, u moet dit zien.’ Een jongeman staat in de deuropening van een kamer aan het einde van de hal. Er brand een zwak licht dat een schaduw over zijn voeten werpt. Anderen fluisteren gespannen iets. Ze kijken verbaasd de ruimte in. Enkele van hen bezorgd, gespannen en bovenal verward.
Langs de wanden staan rijen monitoren. Op hun knoppen ligt een dikke laag stof. De monitoren zijn echter uit, het schijnsel wordt veroorzaakt door iets anders. Een item dat meer en deel van de ruimte in beslag neemt. Een glazen koepel. In de glazen koepel is een kleine keuken, een bed, een tafel en een stoel. Er liggen hier en daar wat boeken op de grond. Een klein appartement, door dik glas gescheiden van de buitenwereld. Toch is het niet de glazen koepel die de aandacht trekt, het is zich vooral hetgeen in de koepel.
Vanuit de koepel weerkaatsen zijn eigen blauw grijze ogen in het glas. Zijn spiegelbeeld staart naar hem terug. Hij is een lange man maar zijn houding is klein en nederig. Zijn schouders hangen verslagen naar beneden, zijn rug is licht gekromd en zijn lange smalle vingers drukken zacht tegen het glas. Zijn ogen vullen zich nu met vocht “Ik ben gered..” stamelt hij. Er ontsnapt een zucht van opluchting en een traan bungelt langs zijn wang naar beneden. “Help..” zijn stem is zwak, maar sterkt dan aan “Help, laat me hier uit.” Hij drukt zijn handen harder tegen het glas. Opluchting straalt van zijn gezicht af.
Binnen het team heerst verwarring nu ze naast documenten en een hoop stof ook een levende man aantreffen. De man zo kwetsbaar en dankbaar voor hun komst wekt bij sommige van hen meteen emoties op van puur medelijden. Ze kende deze man niet, maar het was duidelijk dat hij opgesloten had gezeten. Hoe was die arme man hier terecht gekomen? Medelijdend gaat hun blik van de man naar de apparatuur om hun heen en al gauw springt een mechanische hendel in het oog.
Anderen zijn rationeler. Zij laten zich niet volledig meeslepen in de emoties van de man. Zij zijn achterdochtig, sceptisch en waakzaam. Enkele van hen lopend wantrouwend rondom de glazen koepel en bestuderen de man en zijn omgeving. Zo ook de leider van hun groep. Hij bekijkt de jongeman van top tot teen en pakt een notitieblok uit zijn borstzak. “Wie bent u?”
“Desmond Anderson” de woorden verlaten direct zijn mond en zoeken de blik van de oudere man “Ik raakte ingesloten. U heeft geen idee hoe blij ik ben u te zien, ik dacht dat mijn dagen geteld waren. Mijn vrouw en kinderen, och mijn arme vrouw en kinderen.” Hij wrijft de tranen in zijn nu rood geworden ogen weg “Ze maken zich vast vreselijk veel zorgen.”
Een van de vrouwen staat vertwijfeld bij de hendel, haar moederhart breekt bij het aanzicht. Vertwijfeld kijkt ze van de man, Desmond Anderson, naar haar baas. Zo gaan er enkele minuten aan smeekbedes voorbij. Er wordt discussieert over het lot van de man en zijn aanwezigheid hier. De kamer valt stil als één van de onderzoekers met een stapel papieren komt aangelopen “De laatste rapporten dateren van februari 1907 meneer.” Er wordt een betekenisvolle blik uitgewisseld en hun stemmen worden zachter “Zoals al vermoed werd bevestigen ze dat ze destijds bewijs hadden gevonden voor het bestaan van Alusia.”
Er volgt een stilte en er wordt druk door de oude papier gebladerd. “Op pagina 54 staat dat ze een manier dachten te hebben gevonden om naar Alusia af te reizen.” Klinkt Desmond zijn stem kalm. Zijn blik is ernstig "Ik las het toen ik onderzoek deed, voordat ik..” zijn stem stokt even en hij lijkt een moment nodig te hebben om zichzelf even te herpakken “mijzelf per ongeluk insloot.” Opnieuw breekt een waterige glimlach door “Ik dacht dat ik zou verhongeren, uitdrogen voor iemand me zou vinden. Ik kan nog steeds niet geloven dat jullie me gevonden hebben.”
Op pagina 54 staat inderdaad hetgeen Desmond aan hun verteld. Er wordt druk overlegt terwijl Desmond de vrouw vraagt of hij straks even kan bellen om zijn vrouw gerust te stellen. Ze knikt en glimlacht. Haar blik schiet vertwijfeld tussen de man achter het glas, Desmond, en de hendel heen en weer. Het kon toch geen kwaad om deze arme man alvast uit zijn lijden te verlossen.
“Stop!!!” een jongeman met een kleine ronde bril komt aan rennen. In zijn armen heeft hij stapels papieren “Niet aan die hendel zitten.” Hijgt hij duidelijk niet in een erg goede conditie. Hij toont zijn baas de zojuist gevonden papieren. Hun ogen flitsen over de papieren terwijl anderen zich om hen heen verzamelen om er ook een blik op te werpen. Enkele fronsen, anderen slaan geschrokken een hand voor hun mond of schudden ongelovig hun hoofd.
“Maar dit dateert ook uit 1907, dat is onmogelijk” Al hun blikken gaan opnieuw naar de glazen koepel, naar Desmond Anderson. “Niemand opent die koepel, niemand horen jullie me” de leider van de groep verheft zijn stem “Dat is niet Desmond Anderson. Desmond Anderson leidde dit onderzoek in 1907.” zegt hij alsof hij zichzelf nog van deze wetenschap moet overtuigen. In zijn handen houdt hij enkele zwart wit foto’s van vele jaren geleden. Oude zwart wit foto’s waarop Desmond Anderson, een kleine dikke jongeman met blond haar, voor de glazen koepel staat en in gesprek is met een lange man van circa 35 jaar oud. Dezelfde man die hun nu ook vanachter de andere kant van het glas aanstaart. De man die nog precies zo toont als op die foto’s. Geen dag ouder.
Die man, beseft op dat moment dat het niet langer zin heeft om zich voor Desmond Anderson voor te doen. Zijn hand glijdt van het glas en gaat door zijn haar. Zijn met rood betraande ogen zijn net zo snel weer verdwenen als ze gekomen waren. Hij recht zijn rug en plaatst de toppen van zijn vingers gracieus tegen elkaar aan. Zijn houding oogt nu plots zelfverzekerd, de blik in zijn ogen brutaal en de fragiele man van zojuist lijkt nooit bestaan te hebben. Voor hen staat nu een zelfverzekerde jongeman. “Vergeef me, al die jaren hebben me wat roestig gemaakt.” een charmante glimlach krult rond zijn lippen. Zijn stem trilt niet meer, maar klinkt vast en zeker. De verbaasde blikken lijken hem nu zelfs te amuseren en zijn ogen glijden onderzoekend over de aanwezigen.
“Dat daar, dat ding, is hetgeen wat ze toen hebben gevonden. Dat is het bewijs dat Alusia bestaat.” De wetenschapper zijn stem trilt van opwinding bij deze ontdekking.
De man zijn wenkbrauwen schieten even verontwaardigd iets omhoog “Dat ding?” hij snuift schamper “Dat is niet erg beleefd. Laten we opnieuw beginnen.” Hij maakt een lichte buiging en glimlacht charmant “Mijn naam is Julian. Ik hoop dat in tegenstelling tot u voorganger we tot een overeenkomst kunnen komen. Ik denk dat wij elkaar goed zouden kunnen helpen."
Een half jaar later…
Het beeld wordt gepauzeerd en het licht in de zaal gaat weer aan. “Deze ontdekking heeft ons gebracht tot waar we vandaag zijn. Jullie zullen nu na veel research de eerste mensen zijn die naar Alusia zullen af reizen. Van de vele aanmeldingen zijn jullie overgebleven en geselecteerd om deze reis af te leggen.” Hij houdt een tablet omhoog "Onder jullie stoelen vinden jullie een tablet met alle data en gegevens van de afgelopen maanden. Hierin staan ook de onderzoeken van onze voorganger, de heer Anderson, vermeld. Met de technologie die we nu hebben zijn alle onderzoeken uitgebreid en opnieuw uitgevoerd. Al deze informatie vinden jullie hier terug en kunnen jullie tijdens de vlucht bestuderen"
Er volgt nog een uitgebreide briefing, de tassen worden gepakt en de deuren van de hangaar gaan open. In de verte staat een militair vliegtuig klaar met als eindbestemming de tempels in Mexico. Bij het vliegtuig staat een bekend gezicht al op hun te wachten, Julian. Geflankeerd door twee gewapende mannen wacht hij hun op. Zijn handen geboeid en voor zich gevouwen. Dikke ketens rond zijn polsen en enkels waar kleine lampjes zo nu en dan oplichten. Hij voelt zich wel gevleid met al deze beveiliging. Echt vrij is hij niet, maar het is een begin. Nu kan hij de frisse lucht weer opsnuiven, spoedig hoopt hij zijn volledige vrijheid te herwinnen. Het is tijd om huiswaarts te keren.
Praktisch
Ik hoop dat er voor bovenstaande concept voldoende animo is. Het idee is om samen een mooi verhaal te schrijven waarbij met gemiddeld 1 a 2 keer per week een bericht plaats. Vaker mag natuurlijk, maar ik wil voorkomen is dat er 10 posts per dag worden geplaatst en men afhaakt omdat er onvoldoende tijd is om echt deel te nemen. Kortom, het tempo waarmee er gepost wordt is gewoon iets wat bespreekbaar moet kunnen blijven.
Verder laten we de fantasie graag de vrije loop.
Aanmeldingsformulier
Volledige naam:
Leeftijd:
Geslacht:
Menselijk of Alusiaan:
Karakter / Geschiedenis:
Extra:
Overzicht
Deelnemers:
Angel01 -- Julian Vasar / Man / Alusiaan
MotherOfFoxes -- Arwen / Vrouw / Alusiaan
Dauntless -- Zahur Salene / Man / Alusiaan
Varamyr -- Rune Sindre Lura / Man / Mens
Melody -- Isabella Martelli / Vrouw / Mens (gaat zich nog registreren)
Princessstupid -- Inola Kai / Vrouw / mens
Man vs vrouw verhouding:
3/3
Alusiaan vs mens verhouding:
3/3
Personages
Volledige naam: Julian Vasar
Leeftijd: 35 jaar in mensenjaren, maar in Julian zijn geval is dat relatief daar zijn verouderingsproces een stuk trager is. (Julian is geen vampier, hij verouderd simpelweg minder snel).
Geslacht: Man
Menselijk of Alusiaan: Alusiaan
Geschiedenis: Al generaties lang heerst de familie Vasar over Alusia. Een familie die bekend staat om hun lange levensduur omdat hun verouderingsproces trager verloopt dan dat van anderen. Van generatie tot generatie nam de oudste zoon of dochter de plek in van zijn vader of moeder in. Loyaliteit was een belangrijke eigenschap van de familie Vasar. Voor een plek op de troon had men veel over en lag verraad op de loer, maar niet binnen deze familie. Toch kent elke familie zijn geheimen en intriges. Toen na vele jaren nog altijd geen jonge troonopvolger volgde en de relatie tussen de koning en zijn koningin verslechterde verkocht zij haar hart aan een ander. Een kortstondige romance met wat later zou blijken grote gevolgen. Om de naam van de familie Vasar niet te bedoezelen werd de vrouw van de koning niet wegens verraad van de hoogste torens afgegooid toen bleek dat zij haar hart aan een ander verloren had. Het zou de familie schaden en hun heerschappij doen wankelen. In plaats daarvan vergaf de koning de misstap van zijn vrouw en doodde haar nieuwe minnaar.
Het overspel leverde echter meer op dan was voorzien. Want de vlinders in de koningin haar buik hadden op dat moment plaatsgemaakt voor iets anders. Met geen eigen nageslacht om op de troon te zitten werd het familiegeheim complexer dan het al was. Een zoon werd geboren, een troonopvolger. De schijn werd opgehouden en het kind werd opgevoed als de rechtmatige prins. Een eigen kind volgde zoals verwacht niet en hoewel de band tussen vader en zoon altijd wankelder was dan die tussen moeder en zoon voedde hij het kind op als de zijne. Tot na enkele jaren op een vroege lente ochtend een zacht gehuil de gangen van het kasteel vulde. De oudste kinderen zijn wel vaker jaloers en argwanend bij de komst van een nieuw broertje of zusje, maar voor Julian was die angst op jonge leeftijd al gegrond. Hij kreeg minder aandacht en zag hoe vooral zijn vader steeds meer naar de jongste toe trok. Om aandacht te krijgen begon hij streken uit te halen die steeds groter van formaat werden. De band met zijn vader verslechterde, maar zijn moeder nam het altijd voor de kleine Julian op. Hij was tenslotte haar eerst geborene, haar liefdesbaby.
Niet begrijpend waar deze desinteresse van zijn vaders kant vandaan kwam groeide Julian op in de schaduw van zijn zusje. Naarmate hij ouder werd groeide zijn schreeuw naar aandacht en bereikte het een explosief hoogtepunt toen bij het sterven van zijn vader ineens bleek dat niet hij, maar zijn jongere zusje de troon zou bestijgen. Het fundament waarop zijn leven was gebouwd zakte onder hem vandaan toen hij binnen enkele minuten zijn status als troonopvolger verloor en die van bastaard verkreeg.
Sindsdien wankelt het gezag van de familie Vasar. Hun familienaam werd bedoezeld en om elk risico weg te nemen werd Julian verbannen uit Alusia in een poging het geheim van de familie Vasar opnieuw veilig weg te stoppen.
Karakter: Julian houdt vooral van zichzelf en is daarmee nog narcistisch ingesteld. Hij vindt zichzelf erg belangrijk en vooral ook beter dan de rest. Het is dan ook vanzelfsprekend dat hij neerkijkt op de mensen. Dat is echter niet hoe hij zich de laatste maanden gedragen heeft. Namelijk charmant, belangstellend en meewerkend. Kortom, hij manipuleert de mensen om hem heen. Dat is iets waar hij goed in is, mensen en de omgeving bespelen. Dat maakt hem erg onbetrouwbaar. Toch is Julian niet puur slecht, sterker nog door zijn narcistische trekken kan hij ook nog weleens de held willen uithangen als dat in zijn belang is. Aan Julian kan men dus een goede bondgenoot hebben, zolang dit Julian ten goede komt. Hoewel Julian dus erg dol op zichzelf lijkt te zijn komt dit allemaal voort uit een gebeurtenis in het verleden die hem eigenlijk juist erg onzeker maken. Dat overcompenseert hij nu goed.
Dat bespelen en manipuleren gaat goed samen met zijn vorm van magie. Julian is naast een onruststoker namelijk ook een meester in illusies, een ware magiër. Zijn magie is vooral berust op het creëren van zaken die er niet zijn, illusies. Een vrij vage vorm van magie waarvan de mate van kracht nogal eens onderschat wordt. Een kracht die hij meer dan eens ter vermaak gebruikt, maar welke ook gevaarlijke vormen kan aannemen.
Extra: Al eeuwen leven de Alusianen en mensen gescheiden van elkaar. Julian is echter de eerste Alusiaan die zijn weg naar de mensen heeft gevonden. Althans, dat hij zelf een manier heeft gevonden is zijn versie van het verhaal.
Bij zijn komst op aarde in 1907 is hij door Desmond Anderson, destijds de leider van het onderzoek naar Alusia, in quarantaine gezet. Julian heeft de afgelopen jaren in gevangenschap doorgebracht, iets wat ongetwijfeld zijn sporen zal hebben nagelaten. Op het eerste oog deert het hem echter niet. De tijd verloopt voor hem minder snel dan voor de mensen, waardoor hij ook nauwelijks ouder is geworden.
Volledige naam: Arwen
Leeftijd: 27
Geslacht: Vrouw
Menselijk of Alusiaan: Alusiaan
Karakter / Geschiedenis: Vijf jaren lang had ze niet meer gesproken na haar ouders op brute wijze voor haar ogen vermoord werden. Ze had tussen het tweetal in gelegen toen de vijandige groep toesloeg en geen kind noch dier spaarde. Geborgen onder het lichaam van haar vader, schampte het mes dat zijn lichaam doorboorde haar oog en aangezicht. Arwen werd daarbij verblind en getekend voor het leven, maar wist aan de allesvernietigende brand die volgde te ontsnappen.
Ze was nog geen vrouw geweest toen de traumatische gebeurtenissen plaatsvonden en was om diezelfde reden al vroeg aangewezen op haar zelfredzaamheid. Waar ze ook probeerde te schuilen, werd ze verdreven. De vele opgelopen brandwonden en het hebben van verschillend gekleurde ogen, maakten dat mensen erin geloofden dat ze bezeten was door de duivel hemzelf.
Arwen was aangewezen op moeder natuur en bouwde een geheel solitair bestaan op. Niet langer meer leefde ze in vrede met de Alusianen. De naam ‘duivel’ was haar zó vaak toegekend, dat ze in het bestaan leerde geloven. Haar woede voor wat haar eigen soort haar, haar familie en haar nederzetting had aangericht, groeide met de dag.
Haar eerste bloeding was voor haar de bevestiging waar ze naar op zoek was geweest. In haar schuilde een kracht die snakte naar gerechtigheid. De eerstvolgende maan vermoordde ze een gezin. Het sieraad dat de moeder had gedragen, bungelt vandaag de dag nog altijd rondom haar nek. De vier doden van díe nacht waren slechts een voorbode geweest van wat er in de jaren erop zou volgen.
Op zestienjarige leeftijd leerde ze Zahur kennen. Net zoals haar zwierf hij rond over de eindeloze vlakten. Een gevoel dat ze nog niet eerder had mogen ervaren, zorgde ervoor dat ze zich om het kind begon te bekommeren. Ze gaf hem eten, kleedde hem om te voorkomen dat hij onderkoeld raakte en leerde hem zichzelf te kunnen beschermen tegen het kwaad in de wereld. Zijn nieuwsgierigheid naar haar manier van overleven, veranderde haar rol naar die van een leermeester - een rol die ze vandaag de dag nog altijd diende.
Ondertussen is ze 27 en heeft ze haar meest spraakmakende jaren achter de rug. Niet langer meer moord ze vanuit pure willekeur. Slechts eenmaal paar maand zoekt ze een slachtoffer uit, waarvan ze vernomen heeft dat hij of zij een fout is begaan, en biedt deze aan -aan Zahur zodat hij de desbetreffende persoon kan offeren. Op die manier ontvangt zij zelf nog de nodige voldoening, maar verzekerd zich eveneens van een zekere veiligheid.
Extra: Haar bijzondere band met moeder natuur uit zich tegenwoordig nog altijd op meerdere vlakken. Vlak na de verwoesting en haar daarbij opgelopen verwondingen, moest ze een manier vinden om de pijn zoveel mogelijk te onderdrukken en de wonden sneller te doen laten genezen. Vanwege haar jonge leeftijd was haar kennis van planten nog altijd miniem maar Arwen leerde snel en deze interesse werd alleen maar meer aangewakkerd door het boekje dat ze vond in de kelder van één van haar slachtoffers. Aangezien ze nooit had leren lezen, maakten de woorden niet veel indruk op haar. De afbeeldingen die met de hand getekend waren, trokken daarentegen haar volledige interesse.
Arwen verdiepte zich in de wereld van de plant- en kruidheelkunde en gebruikte dit in eerste instantie voornamelijk om zichzelf te genezen. De kleine nederzetting die ze tegenwoordig ‘thuis’ noemde, vernam desalniettemin snel van haar ongewone bezigheden. Toen op een morgen een vrouw met een zieke baby voor haar deur kwam te staan, had ze zich genoodzaakt gevoeld te helpen. De wonderbaarlijke uitkomst verspreidde zich daarna als een lopend vuurtje over vele landerijen.
Volledige naam: Zahur Salene
Leeftijd: 23
Geslacht: Mannelijk
Menselijk of Alusiaan: Alusiaan
Karakter / Geschiedenis: De Tsigani zijn een nomaden volk dat met karavaans en tenten rondtrekt door Alusia. Sommigen leven in groepsverband, anderen kozen ervoor alleen hun eeuwige reis aan te gaan. Andere mensen hebben gemixte gevoelens bij dit volk. Er bestaat een gezegde dat als je het gezelschap opzoek van een Tsigani je de beste tijd van je leven zult beleven, maar je er de volgende dat eeuwig spijt van zou hebben. Mensen zijn aangetrokken door de exotische goederen die ze verhandelen, hun feesten met opzwepende muziek en wilde dans. Echter hebben ze ook de reputatie te stelen wat er ook maar binnen handbereik ligt en heeft de magie die ze beoefenen vaak een duister kantje. De religie van de Tsigani draait rond het vereren van een breed arsenaal van demonen. In die mate dat sommige ouders de ziel van hun kind offeren aan deze wezens in ruil dat hun kind hiervoor de gave der magie ontvangt. Dit is een offer dat veel risico's inhoudt. Als de demonen niet tevreden zijn met het kind doden ze het ter plekke. Daarbij betekent het verkopen van de ziel dat het kind zijn hele leven in dienst staat van de demonen en dat hij of zij hen tevreden moet houden door het brengen van offers. Toch waagden Zahur's ouders zich aan dit ritueel. Zijn vader was nu eenmaal erg betrokken met hun religie. Hij zag het als een eer als zijn eerstgeborene de demonen zou dienen. Zijn moeder daarentegen was meer op macht belust. Haar interesseerde vooral de mogelijkheden die zo'n kind haar zouden leveren. Als kind viel bijna niet te zien dat hij anders was. Het enige opmerkelijke was dat hij nooit huilde, enkel in het bijzijn van mensen die minder dan vijf jaar te leven hadden. Die link werd trouwens pas vele jaren later gelegd. Hij hoorde stemmen, had vele 'fantasievriendjes' maar die geboden hem hun bestaan geheim te houden voor zijn ouders. Ze droegen hem tevens op zo nu en dan kippen te vermoorden. Ja het waren zacht uitgedrukt nogal rare fantasievriendjes. Zijn ouders hadden hem wel verteld over wat ze met hem hadden gedaan, maar Zahur had nooit echt de link gelegd. Pas rond zijn twaalfde besefte hij echt wat er met hem gebeurde, wat er anders was aan hem en wat zijn ouders hem hadden aangedaan zonder zijn toestemming. Tijdens een felle ruzie verloor hij zichzelf en vermoordde zijn moeder. Hij was geschokt, walgde van zichzelf, maar voelde ook een kracht door zich heen stromen die hij nooit eerder had ervaren. Die nacht vluchtte hij weg uit hun gemeenschap en besloot alleen rond te trekken.
Nu op 23-jarige leeftijd walgt hij niet langer van zijn krachten, integendeel hij is er best trots op. Zahur groeide op tot een levensgenieter een jongeman die zich het liefst omringd met luxe, overvloedig eten en goed gezelschap. Hij is charmant, sociaal, maar niet te vertrouwen. De vele offers die hij heeft moeten brengen hebben hem emotioneel afgegebot. Hij geeft niets om de dood van een ander en denkt voornamelijk aan zijn eigenbelang. Kan je hem niet amuseren dan zal hij je hoogstwaarschijnlijk in de steek laten. Daarbij is hij ook nogal lui, als iets hem echt moeite kost zal hij het liever niet doen of door iemand anders laten opknappen. Hij verblijft meestal in steden en verdient geld door pacten te sluiten met mensen die dingen geregeld krijgen. Heb je bijvoorbeeld een irritante buurman en wil je hem iedere nacht laten dromen over zijn eigen dood, dan is Zahur de man die dat kan regelen. Achter zijn facade van plezier en nonchalance schuilt een zeer duister kantje.
Extra: Zahur beheerst magie in die mate dat hij een offer brengt aan de demonen. Wilt hij zijn basiskrachten behouden moet hij iedere maand een mens om het leven brengen en het hart opdragen aan zijn meesters. Zijn krachten houden voornamelijk verband met het duistere en illusies. Zo kan onder andere schaduwen en dromen manipuleren, heeft hij een verhoogde intuïtie en kan hij een vage blik in de toekomst werpen. Dit zijn echter allemaal dingen waar vaak rituelen bij komen kijken of nog extra offers voor nodig zijn dus in een gevecht zal hij voornamelijk berusten op normale wapens zoals dolken.
Volledige naam: Rune Sindre Lura, - Norwegian
Leeftijd: 32
Geslacht: Mannelijk
Menselijk of Alusiaan: Menselijk
Karakter / Geschiedenis: Rune is geboren en getogen in Noorwegen, daar waar hij tot zijn achttiende levensjaar met zijn ouders en broer in een hutje in de Noorse bossen leefde. Na het hebben afgerond van het voortgezet onderwijs, in het Noors de ’ungdomsskole’, is hij bio-farmaceutische wetenschappen gaan studeren aan de Universiteit van Oslo. Hij was 24 jaar toen hij afstudeerde en is in de jaren daarna bezig geweest met het ontwikkelen van een remedie tegen kanker. Hij doet dit samen met tien andere Amerikaanse, Chinese, Nederlandse en Duitse medicijnwetenschappers, - en ondanks dat zij al jarenlang kanker hebben bestudeerd en onderzocht, hebben zij nog steeds niet de juiste mengeling gevonden die burgers van het ‘ongeneeslijk’ kwaad kan afhelpen. Mede daarom wil hij naar Alusia, omdat hij meent dat deze nieuwe, onbekende wereld hem en zijn collega’s mogelijkerwijs kan verder helpen.
Rune is een geduldig en empathisch persoon, maar wat het laatste betreft iets te, wat maakt dat hij soms ietwat naïef naar dingen kan kijken en de mensen om hem heen hem makkelijk als een viool kunnen bespelen. Heeft hij eenmaal een doel, dan werkt hij dacht en nacht om dit oogmerk ook daadwerkelijk te bereiken. Hij is daarnaast heel sociaal en heeft een heel duidelijke mening, één waar hij maar weinig van afwijkt.
Extra; Rune weet hoe om te gaan met wapens, gezien hij in zijn vrije tijd in de Noorse bossen grotendeels op grootwild jaagt. In Alusia draagt hij uit voorzorgsmaatregelen dan ook 24/7 een pistool met holster.
Volledige naam: Inola Kai.
Leeftijd: 22.
Geslacht: Vrouw.
Menselijk of Alusiaan: Mens.
Karakter / Geschiedenis: Inola studeert Ancient History aan de Universiteit van Oxford. Van kleins af aan was ze al geïnteresseerd in geschiedenis en mythologie. Hoewel ze in haar studie vooral de tastbare geschiedenis behandelt, doet ze in haar eigen tijd ook onderzoek naar de mythische kant van de geschiedenis en met name de ‘magische’ elementen die in specifieke culturen naar voren komen. Het was een grote verrassing voor haar dat ze was geselecteerd voor deze excursie. Haar persoonlijkheid heeft hierin echter een grotere rol gespeeld dan haar kwalificaties.
Inola is redelijk onschuldig in haar acties en kan ook wel naïef genoemd worden doordat ze niet snel aan de motieven van anderen twijfelt. Na te zijn opgegroeid met alleen haar vader en een rustige jeugd, een studentenleven dat vooral bestond uit boeken en geen echte dromen of ambitie voor de toekomst, kwam deze kans als geroepen. Dit was een avontuur waarmee ze haar toekomst zou kunnen vormen en haar doorsnee leven achter zich kon laten. Door haar onwetendheid van de donkere kant van de wereld is ze niet snel angstig en haar eindeloze nieuwsgierigheid kan er soms voor zorgen dat ze ondoordachte keuzes maakt om nieuwe informatie te achterhalen.
Extra: Inola’s moeder is van Indiaanse afkomst, Cherokee om specifiek te zijn. Ze is echter opgevoed door haar Engelse vader dus ze heeft weinig van deze cultuur meegekregen. Hier vond haar interesse in geschiedenis en mystiek zijn oorsprong. In haar jeugd had ze vaak gelezen over spirituele krachten die de Cherokees uit de natuur haalden en hoewel ze er altijd over had gefantaseerd, had ze er nooit werkelijk in geloofd. Dit was wel het begin van haar fascinatie voor magie en mystiek.
Haar vader is een geschiedenis professor aan de Universiteit van Manchester en hoewel hij zijn dochter liever bij zich had gehouden, besloot hij kennis boven zijn ouderlijke gevoelens te laten komen.
Volledige naam: Isabella Martelli
Leeftijd: 29
Geslacht: Vrouw
Menselijk of Alusiaan: Mens
Karakter / Geschiedenis: Isabella is een ambitieuze dame die haar werk met vol passie en overgave doet. Ze is enorm geïnteresseerd in alles wat zich met de geschiedenis van de wereld en moeder natuur te maken heeft. Ze heeft hierin een master History and Philosophy of Science and Humanities afgerond waarbij ze veel nevenactiviteiten en research heeft gedaan.
Toen ze 5 jaar geleden in haar werkveld in aanraking kwam met de mogelijkheid tot het bestaan van de wereld Alusia, was meteen haar interesse gewekt en een nieuwe vlam aangewakkerd. Waar ze in het begin sceptisch was over het hele mogelijke bestaan van zo'n wereld, is ze nu vooral kritisch, enorm geïnteresseerd en daarbij niet bang om de juiste vragen te stellen. Ze wil alles te weten komen over het ontstaan en bestaan van Alusia, de mensen en wezens, de flora en fauna, kort gezegd het hele ecosysteem. Dit nieuwe avontuur gaat ze dan ook vol overgave in.
Die overgave is misschien ook meteen wel haar valkuil. Ze kan zichzelf snel kwijtraken in haar werk omdat dit haar passie is, waardoor ze in de afgelopen jaren haar eigen sociale leven een beetje heeft laten verslonzen. Afspraken vergat ze, waarbij ze te laat of helemaal niet kwam opdagen en relaties kwamen en gingen omdat haar vlam voor haar werk en interesses nu eenmaal groter was als die voor haar relatie.
Ondanks dat ze niet zo'n held is in het in stand houden van relaties en vriendschappen, is ze een goedlachs meisje welke wel van wat humor met een kritisch randje houdt. Ze zal uitdagingen niet uit de weg gaan en deinst niet terug van het onbekende. Ze zal hierbij echter wel altijd als een echte onderzoeker de situatie eerst goed beoordelen voordat ze actie onderneemt of een oordeel over iemand moet vellen. Ze houdt van goede discussies en vindt het intrigerend om erachter te komen wat de beweegredenen van mensen zijn en waarom bepaalde dingen gebeuren. Ze is daardoor een oprecht geïnteresseerde luisteraar. Aan het eind van het dag vindt ze het uiteindelijk het fijnst om zich lekker terug te trekken en alles te laten bezinken.
Extra: Omdat Isa zichzelf snel kwijt kan raken in haar werk, heeft ze vaak weinig aandacht en tijd over voor andere dingen, wat haar een aardige chaoot maakt. Daarnaast wordt ze graag Isa genoemd in plaats van volledig "Isabella". Afgekort naar "Bella" vind ze in ieder geval helemaal niks.
Verhaallijn
Toen we klein waren vertelden ze ons de verhalen uit sprookjesboeken. Werelden waar alles mogelijk was, er geen grenzen waren en dromen uit kwamen. Wat als die sprookjeswereld dichterbij en realistischer is dan we denken? Er gaan geruchten over een andere wereld, in vele opzichten gelijk aan de onze, maar toch zo verschillend. Een wereld vol jonkvrouwen, ridders en mythische wezen.
Toch is deze wereld niet geschikt voor de jongsten. Want ook hier worden oorlogen gevoerd, vinden intriges plaats en wint soms het kwaad.
Een groep onderzoekers hebben een manier gevonden om een verborgen poort naar deze wereld te openen. Zij gaan begeleid door enkele militairen op verkenning uit in deze wereld. Een spannend avontuur in het onbekende. Want kunnen ze wel communiceren met deze mensen en wezens? Kunnen ze de lucht wel in ademen?
De expeditie zal bestaan uit een veelzijdig team met ieder zijn eigen specialiteiten en motivatie. De vraag is of men nadat ze deze wereld betreden nog wel zo makkelijk terug kunnen reizen. Of ze nog wel terug willen reizen en nog belangrijker of ze dat met lege handen doen of al deze pracht en daarmee ook het gevaar naar hun wereld mee terug nemen.
Ben jij een onderzoeker op zoek naar geneesmiddelen, macht of avontuur? Of ben jij een van de mysterieuze bewoners van dit verborgen land.
Intro
Een half jaar eerder, in de omgeving van New York
Het heeft enkele dagen geduurd voordat de deuren van de stalen bunker geforceerd konden worden. Het TL licht knippert boven hun hoofd en met hun zak lampen worden de minder goed belichtte delen belicht.
Rechts en links bevinden zich kamers. Een lab, een vergaderzaal. Kopjes koffie staan nog op tafel. Alsof de tijd hier heeft stil gestaan. Het is er verlaten en zo voelt het ook. Voor een grote wand blijft een van de onderzoekers staan. Hij zet zijn leesbril op zijn ietwat scheve neus en tuurt naar verschillende foto’s en aantekeningen op de muur. Alusia. Het woord komt vele malen terug. Het is het land waar ook hun naar op zoek zijn. Zouden hun het al gevonden hebben? Waar waren ze anders in z’on haast heen gegaan. Ze hadden een doorbraak gehad, maar verder dan dat gingen de archieven niet terug.
‘Meneer, u moet dit zien.’ Een jongeman staat in de deuropening van een kamer aan het einde van de hal. Er brand een zwak licht dat een schaduw over zijn voeten werpt. Anderen fluisteren gespannen iets. Ze kijken verbaasd de ruimte in. Enkele van hen bezorgd, gespannen en bovenal verward.
Langs de wanden staan rijen monitoren. Op hun knoppen ligt een dikke laag stof. De monitoren zijn echter uit, het schijnsel wordt veroorzaakt door iets anders. Een item dat meer en deel van de ruimte in beslag neemt. Een glazen koepel. In de glazen koepel is een kleine keuken, een bed, een tafel en een stoel. Er liggen hier en daar wat boeken op de grond. Een klein appartement, door dik glas gescheiden van de buitenwereld. Toch is het niet de glazen koepel die de aandacht trekt, het is zich vooral hetgeen in de koepel.
Vanuit de koepel weerkaatsen zijn eigen blauw grijze ogen in het glas. Zijn spiegelbeeld staart naar hem terug. Hij is een lange man maar zijn houding is klein en nederig. Zijn schouders hangen verslagen naar beneden, zijn rug is licht gekromd en zijn lange smalle vingers drukken zacht tegen het glas. Zijn ogen vullen zich nu met vocht “Ik ben gered..” stamelt hij. Er ontsnapt een zucht van opluchting en een traan bungelt langs zijn wang naar beneden. “Help..” zijn stem is zwak, maar sterkt dan aan “Help, laat me hier uit.” Hij drukt zijn handen harder tegen het glas. Opluchting straalt van zijn gezicht af.
Binnen het team heerst verwarring nu ze naast documenten en een hoop stof ook een levende man aantreffen. De man zo kwetsbaar en dankbaar voor hun komst wekt bij sommige van hen meteen emoties op van puur medelijden. Ze kende deze man niet, maar het was duidelijk dat hij opgesloten had gezeten. Hoe was die arme man hier terecht gekomen? Medelijdend gaat hun blik van de man naar de apparatuur om hun heen en al gauw springt een mechanische hendel in het oog.
Anderen zijn rationeler. Zij laten zich niet volledig meeslepen in de emoties van de man. Zij zijn achterdochtig, sceptisch en waakzaam. Enkele van hen lopend wantrouwend rondom de glazen koepel en bestuderen de man en zijn omgeving. Zo ook de leider van hun groep. Hij bekijkt de jongeman van top tot teen en pakt een notitieblok uit zijn borstzak. “Wie bent u?”
“Desmond Anderson” de woorden verlaten direct zijn mond en zoeken de blik van de oudere man “Ik raakte ingesloten. U heeft geen idee hoe blij ik ben u te zien, ik dacht dat mijn dagen geteld waren. Mijn vrouw en kinderen, och mijn arme vrouw en kinderen.” Hij wrijft de tranen in zijn nu rood geworden ogen weg “Ze maken zich vast vreselijk veel zorgen.”
Een van de vrouwen staat vertwijfeld bij de hendel, haar moederhart breekt bij het aanzicht. Vertwijfeld kijkt ze van de man, Desmond Anderson, naar haar baas. Zo gaan er enkele minuten aan smeekbedes voorbij. Er wordt discussieert over het lot van de man en zijn aanwezigheid hier. De kamer valt stil als één van de onderzoekers met een stapel papieren komt aangelopen “De laatste rapporten dateren van februari 1907 meneer.” Er wordt een betekenisvolle blik uitgewisseld en hun stemmen worden zachter “Zoals al vermoed werd bevestigen ze dat ze destijds bewijs hadden gevonden voor het bestaan van Alusia.”
Er volgt een stilte en er wordt druk door de oude papier gebladerd. “Op pagina 54 staat dat ze een manier dachten te hebben gevonden om naar Alusia af te reizen.” Klinkt Desmond zijn stem kalm. Zijn blik is ernstig "Ik las het toen ik onderzoek deed, voordat ik..” zijn stem stokt even en hij lijkt een moment nodig te hebben om zichzelf even te herpakken “mijzelf per ongeluk insloot.” Opnieuw breekt een waterige glimlach door “Ik dacht dat ik zou verhongeren, uitdrogen voor iemand me zou vinden. Ik kan nog steeds niet geloven dat jullie me gevonden hebben.”
Op pagina 54 staat inderdaad hetgeen Desmond aan hun verteld. Er wordt druk overlegt terwijl Desmond de vrouw vraagt of hij straks even kan bellen om zijn vrouw gerust te stellen. Ze knikt en glimlacht. Haar blik schiet vertwijfeld tussen de man achter het glas, Desmond, en de hendel heen en weer. Het kon toch geen kwaad om deze arme man alvast uit zijn lijden te verlossen.
“Stop!!!” een jongeman met een kleine ronde bril komt aan rennen. In zijn armen heeft hij stapels papieren “Niet aan die hendel zitten.” Hijgt hij duidelijk niet in een erg goede conditie. Hij toont zijn baas de zojuist gevonden papieren. Hun ogen flitsen over de papieren terwijl anderen zich om hen heen verzamelen om er ook een blik op te werpen. Enkele fronsen, anderen slaan geschrokken een hand voor hun mond of schudden ongelovig hun hoofd.
“Maar dit dateert ook uit 1907, dat is onmogelijk” Al hun blikken gaan opnieuw naar de glazen koepel, naar Desmond Anderson. “Niemand opent die koepel, niemand horen jullie me” de leider van de groep verheft zijn stem “Dat is niet Desmond Anderson. Desmond Anderson leidde dit onderzoek in 1907.” zegt hij alsof hij zichzelf nog van deze wetenschap moet overtuigen. In zijn handen houdt hij enkele zwart wit foto’s van vele jaren geleden. Oude zwart wit foto’s waarop Desmond Anderson, een kleine dikke jongeman met blond haar, voor de glazen koepel staat en in gesprek is met een lange man van circa 35 jaar oud. Dezelfde man die hun nu ook vanachter de andere kant van het glas aanstaart. De man die nog precies zo toont als op die foto’s. Geen dag ouder.
Die man, beseft op dat moment dat het niet langer zin heeft om zich voor Desmond Anderson voor te doen. Zijn hand glijdt van het glas en gaat door zijn haar. Zijn met rood betraande ogen zijn net zo snel weer verdwenen als ze gekomen waren. Hij recht zijn rug en plaatst de toppen van zijn vingers gracieus tegen elkaar aan. Zijn houding oogt nu plots zelfverzekerd, de blik in zijn ogen brutaal en de fragiele man van zojuist lijkt nooit bestaan te hebben. Voor hen staat nu een zelfverzekerde jongeman. “Vergeef me, al die jaren hebben me wat roestig gemaakt.” een charmante glimlach krult rond zijn lippen. Zijn stem trilt niet meer, maar klinkt vast en zeker. De verbaasde blikken lijken hem nu zelfs te amuseren en zijn ogen glijden onderzoekend over de aanwezigen.
“Dat daar, dat ding, is hetgeen wat ze toen hebben gevonden. Dat is het bewijs dat Alusia bestaat.” De wetenschapper zijn stem trilt van opwinding bij deze ontdekking.
De man zijn wenkbrauwen schieten even verontwaardigd iets omhoog “Dat ding?” hij snuift schamper “Dat is niet erg beleefd. Laten we opnieuw beginnen.” Hij maakt een lichte buiging en glimlacht charmant “Mijn naam is Julian. Ik hoop dat in tegenstelling tot u voorganger we tot een overeenkomst kunnen komen. Ik denk dat wij elkaar goed zouden kunnen helpen."
Een half jaar later…
Het beeld wordt gepauzeerd en het licht in de zaal gaat weer aan. “Deze ontdekking heeft ons gebracht tot waar we vandaag zijn. Jullie zullen nu na veel research de eerste mensen zijn die naar Alusia zullen af reizen. Van de vele aanmeldingen zijn jullie overgebleven en geselecteerd om deze reis af te leggen.” Hij houdt een tablet omhoog "Onder jullie stoelen vinden jullie een tablet met alle data en gegevens van de afgelopen maanden. Hierin staan ook de onderzoeken van onze voorganger, de heer Anderson, vermeld. Met de technologie die we nu hebben zijn alle onderzoeken uitgebreid en opnieuw uitgevoerd. Al deze informatie vinden jullie hier terug en kunnen jullie tijdens de vlucht bestuderen"
Er volgt nog een uitgebreide briefing, de tassen worden gepakt en de deuren van de hangaar gaan open. In de verte staat een militair vliegtuig klaar met als eindbestemming de tempels in Mexico. Bij het vliegtuig staat een bekend gezicht al op hun te wachten, Julian. Geflankeerd door twee gewapende mannen wacht hij hun op. Zijn handen geboeid en voor zich gevouwen. Dikke ketens rond zijn polsen en enkels waar kleine lampjes zo nu en dan oplichten. Hij voelt zich wel gevleid met al deze beveiliging. Echt vrij is hij niet, maar het is een begin. Nu kan hij de frisse lucht weer opsnuiven, spoedig hoopt hij zijn volledige vrijheid te herwinnen. Het is tijd om huiswaarts te keren.
Praktisch
Ik hoop dat er voor bovenstaande concept voldoende animo is. Het idee is om samen een mooi verhaal te schrijven waarbij met gemiddeld 1 a 2 keer per week een bericht plaats. Vaker mag natuurlijk, maar ik wil voorkomen is dat er 10 posts per dag worden geplaatst en men afhaakt omdat er onvoldoende tijd is om echt deel te nemen. Kortom, het tempo waarmee er gepost wordt is gewoon iets wat bespreekbaar moet kunnen blijven.
Verder laten we de fantasie graag de vrije loop.
Aanmeldingsformulier
Volledige naam:
Leeftijd:
Geslacht:
Menselijk of Alusiaan:
Karakter / Geschiedenis:
Extra:
Overzicht
Deelnemers:
Angel01 -- Julian Vasar / Man / Alusiaan
MotherOfFoxes -- Arwen / Vrouw / Alusiaan
Dauntless -- Zahur Salene / Man / Alusiaan
Varamyr -- Rune Sindre Lura / Man / Mens
Melody -- Isabella Martelli / Vrouw / Mens (gaat zich nog registreren)
Princessstupid -- Inola Kai / Vrouw / mens
Man vs vrouw verhouding:
3/3
Alusiaan vs mens verhouding:
3/3
Personages
Volledige naam: Julian Vasar
Leeftijd: 35 jaar in mensenjaren, maar in Julian zijn geval is dat relatief daar zijn verouderingsproces een stuk trager is. (Julian is geen vampier, hij verouderd simpelweg minder snel).
Geslacht: Man
Menselijk of Alusiaan: Alusiaan
Geschiedenis: Al generaties lang heerst de familie Vasar over Alusia. Een familie die bekend staat om hun lange levensduur omdat hun verouderingsproces trager verloopt dan dat van anderen. Van generatie tot generatie nam de oudste zoon of dochter de plek in van zijn vader of moeder in. Loyaliteit was een belangrijke eigenschap van de familie Vasar. Voor een plek op de troon had men veel over en lag verraad op de loer, maar niet binnen deze familie. Toch kent elke familie zijn geheimen en intriges. Toen na vele jaren nog altijd geen jonge troonopvolger volgde en de relatie tussen de koning en zijn koningin verslechterde verkocht zij haar hart aan een ander. Een kortstondige romance met wat later zou blijken grote gevolgen. Om de naam van de familie Vasar niet te bedoezelen werd de vrouw van de koning niet wegens verraad van de hoogste torens afgegooid toen bleek dat zij haar hart aan een ander verloren had. Het zou de familie schaden en hun heerschappij doen wankelen. In plaats daarvan vergaf de koning de misstap van zijn vrouw en doodde haar nieuwe minnaar.
Het overspel leverde echter meer op dan was voorzien. Want de vlinders in de koningin haar buik hadden op dat moment plaatsgemaakt voor iets anders. Met geen eigen nageslacht om op de troon te zitten werd het familiegeheim complexer dan het al was. Een zoon werd geboren, een troonopvolger. De schijn werd opgehouden en het kind werd opgevoed als de rechtmatige prins. Een eigen kind volgde zoals verwacht niet en hoewel de band tussen vader en zoon altijd wankelder was dan die tussen moeder en zoon voedde hij het kind op als de zijne. Tot na enkele jaren op een vroege lente ochtend een zacht gehuil de gangen van het kasteel vulde. De oudste kinderen zijn wel vaker jaloers en argwanend bij de komst van een nieuw broertje of zusje, maar voor Julian was die angst op jonge leeftijd al gegrond. Hij kreeg minder aandacht en zag hoe vooral zijn vader steeds meer naar de jongste toe trok. Om aandacht te krijgen begon hij streken uit te halen die steeds groter van formaat werden. De band met zijn vader verslechterde, maar zijn moeder nam het altijd voor de kleine Julian op. Hij was tenslotte haar eerst geborene, haar liefdesbaby.
Niet begrijpend waar deze desinteresse van zijn vaders kant vandaan kwam groeide Julian op in de schaduw van zijn zusje. Naarmate hij ouder werd groeide zijn schreeuw naar aandacht en bereikte het een explosief hoogtepunt toen bij het sterven van zijn vader ineens bleek dat niet hij, maar zijn jongere zusje de troon zou bestijgen. Het fundament waarop zijn leven was gebouwd zakte onder hem vandaan toen hij binnen enkele minuten zijn status als troonopvolger verloor en die van bastaard verkreeg.
Sindsdien wankelt het gezag van de familie Vasar. Hun familienaam werd bedoezeld en om elk risico weg te nemen werd Julian verbannen uit Alusia in een poging het geheim van de familie Vasar opnieuw veilig weg te stoppen.
Karakter: Julian houdt vooral van zichzelf en is daarmee nog narcistisch ingesteld. Hij vindt zichzelf erg belangrijk en vooral ook beter dan de rest. Het is dan ook vanzelfsprekend dat hij neerkijkt op de mensen. Dat is echter niet hoe hij zich de laatste maanden gedragen heeft. Namelijk charmant, belangstellend en meewerkend. Kortom, hij manipuleert de mensen om hem heen. Dat is iets waar hij goed in is, mensen en de omgeving bespelen. Dat maakt hem erg onbetrouwbaar. Toch is Julian niet puur slecht, sterker nog door zijn narcistische trekken kan hij ook nog weleens de held willen uithangen als dat in zijn belang is. Aan Julian kan men dus een goede bondgenoot hebben, zolang dit Julian ten goede komt. Hoewel Julian dus erg dol op zichzelf lijkt te zijn komt dit allemaal voort uit een gebeurtenis in het verleden die hem eigenlijk juist erg onzeker maken. Dat overcompenseert hij nu goed.
Dat bespelen en manipuleren gaat goed samen met zijn vorm van magie. Julian is naast een onruststoker namelijk ook een meester in illusies, een ware magiër. Zijn magie is vooral berust op het creëren van zaken die er niet zijn, illusies. Een vrij vage vorm van magie waarvan de mate van kracht nogal eens onderschat wordt. Een kracht die hij meer dan eens ter vermaak gebruikt, maar welke ook gevaarlijke vormen kan aannemen.
Extra: Al eeuwen leven de Alusianen en mensen gescheiden van elkaar. Julian is echter de eerste Alusiaan die zijn weg naar de mensen heeft gevonden. Althans, dat hij zelf een manier heeft gevonden is zijn versie van het verhaal.
Bij zijn komst op aarde in 1907 is hij door Desmond Anderson, destijds de leider van het onderzoek naar Alusia, in quarantaine gezet. Julian heeft de afgelopen jaren in gevangenschap doorgebracht, iets wat ongetwijfeld zijn sporen zal hebben nagelaten. Op het eerste oog deert het hem echter niet. De tijd verloopt voor hem minder snel dan voor de mensen, waardoor hij ook nauwelijks ouder is geworden.
Volledige naam: Arwen
Leeftijd: 27
Geslacht: Vrouw
Menselijk of Alusiaan: Alusiaan
Karakter / Geschiedenis: Vijf jaren lang had ze niet meer gesproken na haar ouders op brute wijze voor haar ogen vermoord werden. Ze had tussen het tweetal in gelegen toen de vijandige groep toesloeg en geen kind noch dier spaarde. Geborgen onder het lichaam van haar vader, schampte het mes dat zijn lichaam doorboorde haar oog en aangezicht. Arwen werd daarbij verblind en getekend voor het leven, maar wist aan de allesvernietigende brand die volgde te ontsnappen.
Ze was nog geen vrouw geweest toen de traumatische gebeurtenissen plaatsvonden en was om diezelfde reden al vroeg aangewezen op haar zelfredzaamheid. Waar ze ook probeerde te schuilen, werd ze verdreven. De vele opgelopen brandwonden en het hebben van verschillend gekleurde ogen, maakten dat mensen erin geloofden dat ze bezeten was door de duivel hemzelf.
Arwen was aangewezen op moeder natuur en bouwde een geheel solitair bestaan op. Niet langer meer leefde ze in vrede met de Alusianen. De naam ‘duivel’ was haar zó vaak toegekend, dat ze in het bestaan leerde geloven. Haar woede voor wat haar eigen soort haar, haar familie en haar nederzetting had aangericht, groeide met de dag.
Haar eerste bloeding was voor haar de bevestiging waar ze naar op zoek was geweest. In haar schuilde een kracht die snakte naar gerechtigheid. De eerstvolgende maan vermoordde ze een gezin. Het sieraad dat de moeder had gedragen, bungelt vandaag de dag nog altijd rondom haar nek. De vier doden van díe nacht waren slechts een voorbode geweest van wat er in de jaren erop zou volgen.
Op zestienjarige leeftijd leerde ze Zahur kennen. Net zoals haar zwierf hij rond over de eindeloze vlakten. Een gevoel dat ze nog niet eerder had mogen ervaren, zorgde ervoor dat ze zich om het kind begon te bekommeren. Ze gaf hem eten, kleedde hem om te voorkomen dat hij onderkoeld raakte en leerde hem zichzelf te kunnen beschermen tegen het kwaad in de wereld. Zijn nieuwsgierigheid naar haar manier van overleven, veranderde haar rol naar die van een leermeester - een rol die ze vandaag de dag nog altijd diende.
Ondertussen is ze 27 en heeft ze haar meest spraakmakende jaren achter de rug. Niet langer meer moord ze vanuit pure willekeur. Slechts eenmaal paar maand zoekt ze een slachtoffer uit, waarvan ze vernomen heeft dat hij of zij een fout is begaan, en biedt deze aan -aan Zahur zodat hij de desbetreffende persoon kan offeren. Op die manier ontvangt zij zelf nog de nodige voldoening, maar verzekerd zich eveneens van een zekere veiligheid.
Extra: Haar bijzondere band met moeder natuur uit zich tegenwoordig nog altijd op meerdere vlakken. Vlak na de verwoesting en haar daarbij opgelopen verwondingen, moest ze een manier vinden om de pijn zoveel mogelijk te onderdrukken en de wonden sneller te doen laten genezen. Vanwege haar jonge leeftijd was haar kennis van planten nog altijd miniem maar Arwen leerde snel en deze interesse werd alleen maar meer aangewakkerd door het boekje dat ze vond in de kelder van één van haar slachtoffers. Aangezien ze nooit had leren lezen, maakten de woorden niet veel indruk op haar. De afbeeldingen die met de hand getekend waren, trokken daarentegen haar volledige interesse.
Arwen verdiepte zich in de wereld van de plant- en kruidheelkunde en gebruikte dit in eerste instantie voornamelijk om zichzelf te genezen. De kleine nederzetting die ze tegenwoordig ‘thuis’ noemde, vernam desalniettemin snel van haar ongewone bezigheden. Toen op een morgen een vrouw met een zieke baby voor haar deur kwam te staan, had ze zich genoodzaakt gevoeld te helpen. De wonderbaarlijke uitkomst verspreidde zich daarna als een lopend vuurtje over vele landerijen.
Volledige naam: Zahur Salene
Leeftijd: 23
Geslacht: Mannelijk
Menselijk of Alusiaan: Alusiaan
Karakter / Geschiedenis: De Tsigani zijn een nomaden volk dat met karavaans en tenten rondtrekt door Alusia. Sommigen leven in groepsverband, anderen kozen ervoor alleen hun eeuwige reis aan te gaan. Andere mensen hebben gemixte gevoelens bij dit volk. Er bestaat een gezegde dat als je het gezelschap opzoek van een Tsigani je de beste tijd van je leven zult beleven, maar je er de volgende dat eeuwig spijt van zou hebben. Mensen zijn aangetrokken door de exotische goederen die ze verhandelen, hun feesten met opzwepende muziek en wilde dans. Echter hebben ze ook de reputatie te stelen wat er ook maar binnen handbereik ligt en heeft de magie die ze beoefenen vaak een duister kantje. De religie van de Tsigani draait rond het vereren van een breed arsenaal van demonen. In die mate dat sommige ouders de ziel van hun kind offeren aan deze wezens in ruil dat hun kind hiervoor de gave der magie ontvangt. Dit is een offer dat veel risico's inhoudt. Als de demonen niet tevreden zijn met het kind doden ze het ter plekke. Daarbij betekent het verkopen van de ziel dat het kind zijn hele leven in dienst staat van de demonen en dat hij of zij hen tevreden moet houden door het brengen van offers. Toch waagden Zahur's ouders zich aan dit ritueel. Zijn vader was nu eenmaal erg betrokken met hun religie. Hij zag het als een eer als zijn eerstgeborene de demonen zou dienen. Zijn moeder daarentegen was meer op macht belust. Haar interesseerde vooral de mogelijkheden die zo'n kind haar zouden leveren. Als kind viel bijna niet te zien dat hij anders was. Het enige opmerkelijke was dat hij nooit huilde, enkel in het bijzijn van mensen die minder dan vijf jaar te leven hadden. Die link werd trouwens pas vele jaren later gelegd. Hij hoorde stemmen, had vele 'fantasievriendjes' maar die geboden hem hun bestaan geheim te houden voor zijn ouders. Ze droegen hem tevens op zo nu en dan kippen te vermoorden. Ja het waren zacht uitgedrukt nogal rare fantasievriendjes. Zijn ouders hadden hem wel verteld over wat ze met hem hadden gedaan, maar Zahur had nooit echt de link gelegd. Pas rond zijn twaalfde besefte hij echt wat er met hem gebeurde, wat er anders was aan hem en wat zijn ouders hem hadden aangedaan zonder zijn toestemming. Tijdens een felle ruzie verloor hij zichzelf en vermoordde zijn moeder. Hij was geschokt, walgde van zichzelf, maar voelde ook een kracht door zich heen stromen die hij nooit eerder had ervaren. Die nacht vluchtte hij weg uit hun gemeenschap en besloot alleen rond te trekken.
Nu op 23-jarige leeftijd walgt hij niet langer van zijn krachten, integendeel hij is er best trots op. Zahur groeide op tot een levensgenieter een jongeman die zich het liefst omringd met luxe, overvloedig eten en goed gezelschap. Hij is charmant, sociaal, maar niet te vertrouwen. De vele offers die hij heeft moeten brengen hebben hem emotioneel afgegebot. Hij geeft niets om de dood van een ander en denkt voornamelijk aan zijn eigenbelang. Kan je hem niet amuseren dan zal hij je hoogstwaarschijnlijk in de steek laten. Daarbij is hij ook nogal lui, als iets hem echt moeite kost zal hij het liever niet doen of door iemand anders laten opknappen. Hij verblijft meestal in steden en verdient geld door pacten te sluiten met mensen die dingen geregeld krijgen. Heb je bijvoorbeeld een irritante buurman en wil je hem iedere nacht laten dromen over zijn eigen dood, dan is Zahur de man die dat kan regelen. Achter zijn facade van plezier en nonchalance schuilt een zeer duister kantje.
Extra: Zahur beheerst magie in die mate dat hij een offer brengt aan de demonen. Wilt hij zijn basiskrachten behouden moet hij iedere maand een mens om het leven brengen en het hart opdragen aan zijn meesters. Zijn krachten houden voornamelijk verband met het duistere en illusies. Zo kan onder andere schaduwen en dromen manipuleren, heeft hij een verhoogde intuïtie en kan hij een vage blik in de toekomst werpen. Dit zijn echter allemaal dingen waar vaak rituelen bij komen kijken of nog extra offers voor nodig zijn dus in een gevecht zal hij voornamelijk berusten op normale wapens zoals dolken.
Volledige naam: Rune Sindre Lura, - Norwegian
Leeftijd: 32
Geslacht: Mannelijk
Menselijk of Alusiaan: Menselijk
Karakter / Geschiedenis: Rune is geboren en getogen in Noorwegen, daar waar hij tot zijn achttiende levensjaar met zijn ouders en broer in een hutje in de Noorse bossen leefde. Na het hebben afgerond van het voortgezet onderwijs, in het Noors de ’ungdomsskole’, is hij bio-farmaceutische wetenschappen gaan studeren aan de Universiteit van Oslo. Hij was 24 jaar toen hij afstudeerde en is in de jaren daarna bezig geweest met het ontwikkelen van een remedie tegen kanker. Hij doet dit samen met tien andere Amerikaanse, Chinese, Nederlandse en Duitse medicijnwetenschappers, - en ondanks dat zij al jarenlang kanker hebben bestudeerd en onderzocht, hebben zij nog steeds niet de juiste mengeling gevonden die burgers van het ‘ongeneeslijk’ kwaad kan afhelpen. Mede daarom wil hij naar Alusia, omdat hij meent dat deze nieuwe, onbekende wereld hem en zijn collega’s mogelijkerwijs kan verder helpen.
Rune is een geduldig en empathisch persoon, maar wat het laatste betreft iets te, wat maakt dat hij soms ietwat naïef naar dingen kan kijken en de mensen om hem heen hem makkelijk als een viool kunnen bespelen. Heeft hij eenmaal een doel, dan werkt hij dacht en nacht om dit oogmerk ook daadwerkelijk te bereiken. Hij is daarnaast heel sociaal en heeft een heel duidelijke mening, één waar hij maar weinig van afwijkt.
Extra; Rune weet hoe om te gaan met wapens, gezien hij in zijn vrije tijd in de Noorse bossen grotendeels op grootwild jaagt. In Alusia draagt hij uit voorzorgsmaatregelen dan ook 24/7 een pistool met holster.
Volledige naam: Inola Kai.
Leeftijd: 22.
Geslacht: Vrouw.
Menselijk of Alusiaan: Mens.
Karakter / Geschiedenis: Inola studeert Ancient History aan de Universiteit van Oxford. Van kleins af aan was ze al geïnteresseerd in geschiedenis en mythologie. Hoewel ze in haar studie vooral de tastbare geschiedenis behandelt, doet ze in haar eigen tijd ook onderzoek naar de mythische kant van de geschiedenis en met name de ‘magische’ elementen die in specifieke culturen naar voren komen. Het was een grote verrassing voor haar dat ze was geselecteerd voor deze excursie. Haar persoonlijkheid heeft hierin echter een grotere rol gespeeld dan haar kwalificaties.
Inola is redelijk onschuldig in haar acties en kan ook wel naïef genoemd worden doordat ze niet snel aan de motieven van anderen twijfelt. Na te zijn opgegroeid met alleen haar vader en een rustige jeugd, een studentenleven dat vooral bestond uit boeken en geen echte dromen of ambitie voor de toekomst, kwam deze kans als geroepen. Dit was een avontuur waarmee ze haar toekomst zou kunnen vormen en haar doorsnee leven achter zich kon laten. Door haar onwetendheid van de donkere kant van de wereld is ze niet snel angstig en haar eindeloze nieuwsgierigheid kan er soms voor zorgen dat ze ondoordachte keuzes maakt om nieuwe informatie te achterhalen.
Extra: Inola’s moeder is van Indiaanse afkomst, Cherokee om specifiek te zijn. Ze is echter opgevoed door haar Engelse vader dus ze heeft weinig van deze cultuur meegekregen. Hier vond haar interesse in geschiedenis en mystiek zijn oorsprong. In haar jeugd had ze vaak gelezen over spirituele krachten die de Cherokees uit de natuur haalden en hoewel ze er altijd over had gefantaseerd, had ze er nooit werkelijk in geloofd. Dit was wel het begin van haar fascinatie voor magie en mystiek.
Haar vader is een geschiedenis professor aan de Universiteit van Manchester en hoewel hij zijn dochter liever bij zich had gehouden, besloot hij kennis boven zijn ouderlijke gevoelens te laten komen.
Volledige naam: Isabella Martelli
Leeftijd: 29
Geslacht: Vrouw
Menselijk of Alusiaan: Mens
Karakter / Geschiedenis: Isabella is een ambitieuze dame die haar werk met vol passie en overgave doet. Ze is enorm geïnteresseerd in alles wat zich met de geschiedenis van de wereld en moeder natuur te maken heeft. Ze heeft hierin een master History and Philosophy of Science and Humanities afgerond waarbij ze veel nevenactiviteiten en research heeft gedaan.
Toen ze 5 jaar geleden in haar werkveld in aanraking kwam met de mogelijkheid tot het bestaan van de wereld Alusia, was meteen haar interesse gewekt en een nieuwe vlam aangewakkerd. Waar ze in het begin sceptisch was over het hele mogelijke bestaan van zo'n wereld, is ze nu vooral kritisch, enorm geïnteresseerd en daarbij niet bang om de juiste vragen te stellen. Ze wil alles te weten komen over het ontstaan en bestaan van Alusia, de mensen en wezens, de flora en fauna, kort gezegd het hele ecosysteem. Dit nieuwe avontuur gaat ze dan ook vol overgave in.
Die overgave is misschien ook meteen wel haar valkuil. Ze kan zichzelf snel kwijtraken in haar werk omdat dit haar passie is, waardoor ze in de afgelopen jaren haar eigen sociale leven een beetje heeft laten verslonzen. Afspraken vergat ze, waarbij ze te laat of helemaal niet kwam opdagen en relaties kwamen en gingen omdat haar vlam voor haar werk en interesses nu eenmaal groter was als die voor haar relatie.
Ondanks dat ze niet zo'n held is in het in stand houden van relaties en vriendschappen, is ze een goedlachs meisje welke wel van wat humor met een kritisch randje houdt. Ze zal uitdagingen niet uit de weg gaan en deinst niet terug van het onbekende. Ze zal hierbij echter wel altijd als een echte onderzoeker de situatie eerst goed beoordelen voordat ze actie onderneemt of een oordeel over iemand moet vellen. Ze houdt van goede discussies en vindt het intrigerend om erachter te komen wat de beweegredenen van mensen zijn en waarom bepaalde dingen gebeuren. Ze is daardoor een oprecht geïnteresseerde luisteraar. Aan het eind van het dag vindt ze het uiteindelijk het fijnst om zich lekker terug te trekken en alles te laten bezinken.
Extra: Omdat Isa zichzelf snel kwijt kan raken in haar werk, heeft ze vaak weinig aandacht en tijd over voor andere dingen, wat haar een aardige chaoot maakt. Daarnaast wordt ze graag Isa genoemd in plaats van volledig "Isabella". Afgekort naar "Bella" vind ze in ieder geval helemaal niks.