Demish schreef:
Het had hem verbaasd dat hij had mogen blijven. De eerste paar keren dat hij haar op had gezocht, had ze van hem gevraagd of hij weg had willen gaan en ook nu had hij verwacht dat het wel genoeg was geweest voor haar, maar ze had hem gevraagd of hij had willen blijven. Iets waardoor hij met een glimlach naast haar was gaan zitten, al probeerde hij wel gepast afstand te houden. Het leek er op dat ze hem begon te vertrouwen, maar hij wilde niet te snel geloven dat ze dat ook echt deed.
‘Iets over mezelf.’ Nathan herhaalde haar woorden. Hij voelde er nooit veel voor om iets over zichzelf te vertellen. Hij had al snel het idee dat het te egoïstisch over kwam, alsof hij het alleen maar over zichzelf wilde hebben. Dat terwijl hij juist veel meer wilde weten over Kayra, het meisje wie zojuist haar naam aan hem had voorgelegd. Hij was blij dat hij nu haar naam wist. Het maakte haar iets minder mysterieus. Misschien dacht zij ook wel zo over hem en wilde ze daarom meer van hem weten. Hij wist echter niet wat hij moest vertellen. In zijn eigen ogen was hij een redelijk normaal iemand. Veel bijzondere vaardigheden had hij niet, zoals Kayra met haar pijl en boog, en zijn leven was uiterst normaal verlopen. En daar had hij vrede mee.
‘Je hebt mijn vader al ontmoet,’ zei Nathan bedenkelijk, terwijl hij zijn ogen gericht hield op de vlammen. ‘Hij is geen slechte man, maar sinds hij een groot deel van zijn klanten en inventaris kwijt is geraakt, gaat de verkoop van zijn leer wat moeizaam. Daarom was hij denk ik zo… Voorzichtig toen hij jou zag.’ Hij had het hart niet om haar te vertellen dat zijn vader had gedacht dat ze een heks was. Nathan twijfelde daar nog niet eens aan. Als ze een heks was, dan had ze vast een beter leven voor haarzelf getoverd. In ieder geval een warm huisje, genoeg eten en drinken en waarschijnlijk was de wond op haar arm dan ook zo verdwenen. Kayra kon geen heks zijn.
‘Hoe kan het dat hij zijn inventaris kwijt is geraakt?’ vroeg Kayra stilletjes. Nathan snapte haar nieuwsgierigheid. Hij zou waarschijnlijk dezelfde vraag hebben gesteld.
‘Er was een brand in zijn werkplaats. Niemand weet hoe dat precies is gebeurd, maar daardoor is er veel verloren gegaan. Mensen uit het dorp vonden hem onvoorzichtig, dus velen wilden niks meer van hem kopen. Ik probeer hem zoveel mogelijk te helpen, zowel op de werkplaats als op de markt.’
‘Dat is heel erg aardig van je,’ zei Kayra. ‘Ik weet zeker dat zo’n vriendelijk gezicht het goed doet op de markt.’
Wat verlegen lachte Nathan. Hij wendde zijn gezicht af naar de grond, niet weten wat hij er op moest zeggen. Hij wist van zichzelf dat hij vriendelijk was, hij probeerde dat ook oprecht tegen iedereen te zijn, maar hij betwijfelde of zijn vriendelijkheid zijn vader echt op weg zou kunnen helpen. Het was niet zo dat de man zelf onvriendelijk was. Hij was enkel wat voorzichtiger met zijn vertrouwen dan Nathan.
Er heerste even een stilte, maar vervolgens schraapte Kayra haar keel. ‘Heb je nog meer familie?’
Nathan knikte. ‘Mijn moeder en mijn zusje.’
‘Je hebt een zusje.’ Het was geen vraag van Kayra, het was eerder alsof ze iets constateerde. Alsof deze informatie iets voor haar bevestigde. Hij kon echter wel de glimlach in haar stem horen. Zelf had hij ook een glimlach op zijn gezicht gekregen, want zijn zusje betekende letterlijk alles voor hem.
‘Ja, haar naam is Leah. Ze is tien jaar oud,’ vertelde hij Kayra. ‘Ze vond het altijd heel erg leuk om naar buiten te gaan en daar spelletjes te spelen. Ze kon het heel goed vinden met de andere kinderen, maar nu ze ziek is, komt ze niet meer zo vaak buiten. Dus ik probeer binnen spelletjes met haar te spelen.’
Het deed hem pijn dat zijn zusje nog steeds ziek was. Al vond hij het nog erger dat hij er niets aan kon doen. Als haar grote broer zou hij in staat moeten zijn om haar te kunnen beschermen, maar dat ging nu niet.
Het had hem verbaasd dat hij had mogen blijven. De eerste paar keren dat hij haar op had gezocht, had ze van hem gevraagd of hij weg had willen gaan en ook nu had hij verwacht dat het wel genoeg was geweest voor haar, maar ze had hem gevraagd of hij had willen blijven. Iets waardoor hij met een glimlach naast haar was gaan zitten, al probeerde hij wel gepast afstand te houden. Het leek er op dat ze hem begon te vertrouwen, maar hij wilde niet te snel geloven dat ze dat ook echt deed.
‘Iets over mezelf.’ Nathan herhaalde haar woorden. Hij voelde er nooit veel voor om iets over zichzelf te vertellen. Hij had al snel het idee dat het te egoïstisch over kwam, alsof hij het alleen maar over zichzelf wilde hebben. Dat terwijl hij juist veel meer wilde weten over Kayra, het meisje wie zojuist haar naam aan hem had voorgelegd. Hij was blij dat hij nu haar naam wist. Het maakte haar iets minder mysterieus. Misschien dacht zij ook wel zo over hem en wilde ze daarom meer van hem weten. Hij wist echter niet wat hij moest vertellen. In zijn eigen ogen was hij een redelijk normaal iemand. Veel bijzondere vaardigheden had hij niet, zoals Kayra met haar pijl en boog, en zijn leven was uiterst normaal verlopen. En daar had hij vrede mee.
‘Je hebt mijn vader al ontmoet,’ zei Nathan bedenkelijk, terwijl hij zijn ogen gericht hield op de vlammen. ‘Hij is geen slechte man, maar sinds hij een groot deel van zijn klanten en inventaris kwijt is geraakt, gaat de verkoop van zijn leer wat moeizaam. Daarom was hij denk ik zo… Voorzichtig toen hij jou zag.’ Hij had het hart niet om haar te vertellen dat zijn vader had gedacht dat ze een heks was. Nathan twijfelde daar nog niet eens aan. Als ze een heks was, dan had ze vast een beter leven voor haarzelf getoverd. In ieder geval een warm huisje, genoeg eten en drinken en waarschijnlijk was de wond op haar arm dan ook zo verdwenen. Kayra kon geen heks zijn.
‘Hoe kan het dat hij zijn inventaris kwijt is geraakt?’ vroeg Kayra stilletjes. Nathan snapte haar nieuwsgierigheid. Hij zou waarschijnlijk dezelfde vraag hebben gesteld.
‘Er was een brand in zijn werkplaats. Niemand weet hoe dat precies is gebeurd, maar daardoor is er veel verloren gegaan. Mensen uit het dorp vonden hem onvoorzichtig, dus velen wilden niks meer van hem kopen. Ik probeer hem zoveel mogelijk te helpen, zowel op de werkplaats als op de markt.’
‘Dat is heel erg aardig van je,’ zei Kayra. ‘Ik weet zeker dat zo’n vriendelijk gezicht het goed doet op de markt.’
Wat verlegen lachte Nathan. Hij wendde zijn gezicht af naar de grond, niet weten wat hij er op moest zeggen. Hij wist van zichzelf dat hij vriendelijk was, hij probeerde dat ook oprecht tegen iedereen te zijn, maar hij betwijfelde of zijn vriendelijkheid zijn vader echt op weg zou kunnen helpen. Het was niet zo dat de man zelf onvriendelijk was. Hij was enkel wat voorzichtiger met zijn vertrouwen dan Nathan.
Er heerste even een stilte, maar vervolgens schraapte Kayra haar keel. ‘Heb je nog meer familie?’
Nathan knikte. ‘Mijn moeder en mijn zusje.’
‘Je hebt een zusje.’ Het was geen vraag van Kayra, het was eerder alsof ze iets constateerde. Alsof deze informatie iets voor haar bevestigde. Hij kon echter wel de glimlach in haar stem horen. Zelf had hij ook een glimlach op zijn gezicht gekregen, want zijn zusje betekende letterlijk alles voor hem.
‘Ja, haar naam is Leah. Ze is tien jaar oud,’ vertelde hij Kayra. ‘Ze vond het altijd heel erg leuk om naar buiten te gaan en daar spelletjes te spelen. Ze kon het heel goed vinden met de andere kinderen, maar nu ze ziek is, komt ze niet meer zo vaak buiten. Dus ik probeer binnen spelletjes met haar te spelen.’
Het deed hem pijn dat zijn zusje nog steeds ziek was. Al vond hij het nog erger dat hij er niets aan kon doen. Als haar grote broer zou hij in staat moeten zijn om haar te kunnen beschermen, maar dat ging nu niet.