Hier komen de laatste 3 forum topics
te staan waarop je hebt gereageerd.
+ Plaats shout
Anoniem
Hey, everybody!
0 | 0 | 0 | 0
0%
Om mee te kunnen praten op het forum dien je ingelogd te zijn.Nog geen account? Klik hier om een gratis account aan te maken.

> Sluiten
Helper
16 van de 24 sterren behaald

Forum

ORPG, gedichten en schrijvers < Virtual Popstar Eerste | Vorige | Pagina: | Volgende | Laatste
ORPG // Bad Luck
Anoniem
Landelijke ster



Zijn hart klopte in zijn keel. Het zweet stond hem op het voorhoofd, zacht sijpelend over zijn huid naar beneden. De speed begon uit te werken en alhoewel hij de afgelopen dagen regelmatig had gebruikt, eiste het nog altijd de tol op zijn lichaam zoals hij deze zich herinnerde. Echter deed zijn broer daar regelmatig nog een schepje bovenop: hij werd aan alle kanten van al zijn energie ontnomen, al was dat maar door hem te weerhouden van slapen en eten. Ondanks dat zijn hongergevoel verminderd was door de injecties, kon hij de pijn in zijn buik voelen steken door een te kort aan eten. 
Het was licht in de kamer, maar dat maakte voor Archer geen verschil meer. Hij was vermoeid en wel zodanig dat hij zijn ogen niet meer open had kunnen houden. Versuft zakte hij weg tegen de muur achter het bed, met als enige beetje macht nog de controle over waar zijn gedachten naar afdwaalden. Waarom hij precies weer besloot om de grens op te zoeken van de andere zijde, wist Archer niet. Hij voelde zich ertoe aangetrokken, maar niet omdat hij het gezelschap van de doden opzocht. Het waren zijn gedachten over Marlow die hem weer de duisternis in hadden geleid. Op de een of andere wijze voelde hij haar aanwezigheid, zelfs al wist hij dat dat niet waar kon zijn. Hij had nog nooit iemand anders kunnen bereiken via zijn gave. Hij was verder altijd in zijn eentje geweest, aan de andere zijde. En toch kon hij zich er niet van bedwingen om het te proberen. Om een poging te doen om haar te bereiken, al was het misschien tevergeefs.
"Marlow..." Zo luid mogelijk probeerde hij haar naam te roepen. De klanken die hij in zijn hoofd uitsprak, bleek echter niet meer dan gefluister te zijn tegenover een doodse stilte. Dat was tenminste vooraleer hij in het donkerte een gestalte zag bewegen in de stroom van geesten, die om haar heen dwaalden als hongerige roofdieren om een prooi. Een dode was het niet; nee, het was een levend persoon waar ze omheen leken te cirkelen. Anders hadden ze geen interesse gehad.
Verbaasd knipperde Archer met zijn ogen, het gedaante dichterbij zien stappen onderwijl een toch wel vertrouwde stem in zijn oren leek te weerklinken. Marlow.... Was dat echt Marlow?
Hij schudde zijn hoofd, zich in alle haast geprobeerd naar haar toe te bewegen. Zijn lichaam liet het alleen niet toe, te zwaar gevoeld om ook maar veel meer te kunnen dan schuifelen. Maar hij moest en zou haar zien te bereiken. Moeizaam begon hij zich naar haar toe te bewegen.
"Marlow..." probeerde hij nogmaals, in de hoop haar aandacht te trekken. "Marlow! Are you there?" Hij schuifelde dichterbij, enkel om haar figuur in de verte ietwat scherper te kunnen zien. "You have to help me. I can't-" Zijn stem werd bruut onderbroken door het verlies van controle. Zijn energie liet hem ook hier in de steek. Gefrustreerd zette hij zijn kaken op elkaar, geprobeerd om weer verder naar haar toe te schuifelen. Om haar te bereiken nu hij er de kans voor had. Ze zag hem wellicht nog niet, maar ze moést hem zien. Ze moest weten dat hij het écht was. En dat hij haar hulp nodig had. Hij zou misschien wel geen andere kans meer hiervoor krijgen.

@Demish 
Demish
Internationale ster



Het waren niet enkel schaduwen die om haar heen krioelden. Het was niet alsof ze naast elkaar leefden, maar alsof Marlow een bron van licht was en zij de motten. Ze kwamen op haar af, reageerden op haar aanwezigheid en draaiden zich om haar armen en benen. De schaduwen vlogen langs haar en het gefluister werd sterker. Niet alleen haar naam, dit was niet anders. Woorden die ze niet kon opmaken, een taal die ze niet herkende, maar ze spraken tegen haar. Haar lichaam rilde, haar hersenen nauwelijks in staat om te verwerken wat er gebeurde.
Iemand riep naar haar, om haar. Het was een stem, een bekende en tegelijkertijd een vreemde. ‘Hello?!’ antwoordde ze, wanhopig dat de stem haar misschien zou kunnen verlossen van de duisternis waar ze zich in bevond. Was dit een droom? Of hadden zij en Damon een verschrikkelijk ongeluk gehad en was dit de dood die langzaam haar lichaam en ziel claimde, terwijl Damon er met een paar schrammen vanaf was gekomen?
Ze veerde overeind toen ze de stem nogmaals hoorde. Duidelijker, een flits van herkenning schoot door haar heen. Nog voordat ze haar vinger kon leggen op de persoon aan wie de stem toebehoorde, was hij verdwenen en voelde het alsof ze achter het net viste.
‘Wait!’ Marlow zette een paar stappen, maar de schaduwen trokken aan haar lichaam. Het waren jagers en zij was de prooi. Eentje die ze niet zomaar zouden laten gaan. ‘Please, come back!’
Verwoed bewoog ze haar armen, hopend zich te ontdoen van de schaduwen die maar om haar heen bleven hangen en hangen. Haar ogen wenden steeds meer aan het duister en nu zag ze duidelijker de vormen. Niet alleen dat, maar in de verte flikkerde het silhouet van een persoon.
Een silhouet wat zichzelf normaal gesproken droeg met een vleug arrogantie en eiste dat iedereen in de ruimte zich omdraaide voor hem.
‘Archer!’ gilde Marlow, haar stem weerkaatste tegen de muren die ze niet zag, maar er daadwerkelijk wel waren. Had ze het goed gezien? Zag ze Archer? Was dat wel mogelijk? Ze schudde haar hoofd. Op dit moment had ze geen tijd om vragen te stellen over de realiteit van dit alles. Al die tijd had ze gelijk gehad: Archer zat in de problemen en nu deed hij zijn best om haar, iemand, te bereiken.
‘Archer, I’m here!’ liet ze hem weten. Haar gave was nutteloos tegen de schaduwen, maar ze wist zich los te maken van de donkere gestaltes en nogmaals een paar stappen te zetten. Verloren keek ze om zich heen, opzoek naar een spoor van de man die haar mee had genomen naar de Outlaws. 
‘Keep talking to me,’ droeg ze hem op, hopend dat hij haar kon horen. ‘I’m coming for you, but you have to keep talking.’

@Paran0id 
Anoniem
Landelijke ster



Ze reageerde. Goddank, ze reageerde. Vastberaden probeerde hij verder in haar richting te schuifelen, hopend dat ze dan eindelijk een hand voor ogen kon zien in de duisternis en hij haar in haar ogen kijken kon. Ze had hem nog niet herkend en als hij zich niet anders kenbaar kon maken, zou ze dat misschien ook niet meer doen voordat ze weer uit deze wereld werd gezogen. Veel tijd hadden ze niet.
"Marlow!" Hij deed zijn best om haar gedaante te kunnen onderscheiden van de rest, maar zo langzamerhand begonnen de doden alsmaar dichterbij te komen en haar te verhullen onder sluiers van rook. Radeloos viel hij stil. Hij moest iets doen om ze van haar vandaan te halen, maar hij wist niet hoe of wat. Laat staan wat hij doen moest voor haar om hem daadwerkelijk te herkennen.
Gelukkig hoefde hij over dat laatste niet lang na te denken. Al snel weerklonk zijn naam door het oneindige oppervlak van de andere zijde. Hij kreeg het voor elkaar om lichtjes te lachen. "Yes. It's me! I'm here." Hij kon het niet geloven dat ze hem dan eindelijk had gevonden. Dat hij haar had kunnen bereiken. Wellicht dat hij hier dan toch uit zou kunnen ontsnappen, als hij Marlow maar duidelijk kon maken waar hij was.
"No, listen. We don't have much time," bracht hij zo luid mogelijk uit. "You do not belong here. They know that." Als een blinde die zich een weg baande door de buitenwereld, begon hij verder te schuifelen richting haar stem onderwijl hij probeerde de stroom van de geesten om haar heen in de gaten te houden. "You have to fi-" Zijn adem stokte voor hij zijn laatste woorden uit had kunnen brengen, hem wederom tot stilte gebracht door zijn gebrek aan kracht. Als het zo doorging, zou hij misschien nog geen zin meer uit kunnen brengen voor de connectie verbroken werd. Hij weigerde echter op te geven. Niet nu hij steeds dichterbij kwam.
Archer kwam tot stilstand, zijn laatste energie gespaard. Met alles dat hij nog in zich had hief hij zijn hand op, deze in een enkele beweging hardhandig naar links geslagen. Wanhopig bleven zijn ogen bij de geesten om Marlow heen, zich op hen gefocust om ze in een raas van haar lichaam weg te gooien. Als veren in de wind vlogen ze naar alle andere uithoeken van het duister. Pas toen zag hij Marlow werkelijk staan, in het beetje licht dat zijn ogen nog gaven door het benutten van zijn gave.
Wat wankelend probeerde Archer zijn balans te vinden en zichzelf staande te houden. "Marlow, you have to find me," wist hij haastig uit te spreken, zijn pupillen heen en weer schietend naar de omgeving waarin de doden wederom begonnen te verschijnen. "You have to get me out of here. Please, I can't-"

@Demish
Demish
Internationale ster



‘I have to what?!’ herhaalde ze zijn woorden wanhopig. Hij was zwak, ze kon het voelen. Hij was het enige, andere levende wezen in haar bijzin en het gebrek aan energie, de pijn die hij voelde, omringde haar samen met de sluierende schaduwen. Ze wilde hem begrijpen, ze wilde zijn woorden aanhoren en hem vertellen dat ze, samen met Damon, onderweg was om hem te vinden. Dat ze wisten dat zijn broer hier iets mee te maken had en dat ze niet zouden rusten voordat ze hem hadden gevonden.
Ze kon niet zien wat Archer wilde doen, maar de harem op haar armen kwamen overeind bij de verandering van energie in de ruimte. Ze sloeg haar armen voor haar gezicht en maakte zichzelf zo klein mogelijk om zich te beschermen van de winden die Archer op haar afvuurde. De schaduwen om haar heen lieten haar los. Schaduwen waar Archer naar had gerefereerd alsof ze toch niet volledig schimmen van haar verbeeltenis waren geweest.
Plotseling hoorde ze zijn stem zo helder. You have to find me. 
‘I’m trying to! I promise you, me and Damon are doing everything we can to track you down.’ De emoties in haar stem verraadden hoe bezorgd ze daadwerkelijk was. Hoeveel het haar speet dat dit Archer was overkomen doordat zij niet naar hem had geluisterd en de aandacht had getrokken bij de race.
‘Archer!’ Zijn woorden stierven weg en Marlow reikte haar hand naar hem uit, schoot naar voren. Ze was te bang om hem kwijt te raken. Wat voor een connectie dit ook was, wie van hun twee dit ook had veroorzaakt met hun gave, ze moest haar best doen om dit niet te verliezen. Ze kon hem niet verliezen, niet nu ze na een week eindelijk contact met hem had.
Ze haastte zich door het duisternis. Waar ze hem eerst nauwelijks had kunnen zien, struikelde ze nu bijna tegen hem aan. Haar handen grepen naar zijn arm en ze trok ze bijna verschrikt terug. Hij voelde klam en bezweet aan, zijn aderen klopten onder haar aanraking.
‘God, what happend to you?’ fluisterde ze. Haar vingers grepen zijn armen steviger vast, hopend dat ze hem zou kunnen blijven ondersteunen. Ze had gehoopt dat ze Archer aan zou treffen zoals hij altijd was. Zelfverzekerd, klaar om een opmerking naar haar af te vuren met een sigaret tussen zijn lippen geklemd.
Ze zocht naar zijn blik, maar zelfs nu ze bij Archer stond, voelde het alsof ze zich in twee verschillende dimensies bevonden. ‘I will find you, I promise. Just tell me something. Tell me where you are, what you see. Anything that can help me find you.’

@Paran0id 
Anoniem
Landelijke ster



Hij kon zich niet meer duidelijk opstellen. Ze had hem maar half verstaan, voor zijn gebrek aan energie hem af had gekapt en de rest van zijn woorden onuitgesproken had gelaten. Pas toen hij zichzelf herhaalde, leek het aan te komen wat hij zeggen wilde. Nadat hij de duistere gestaltes van haar vandaan had geworpen, was zijn boodschap overgekomen. Opgelucht keek hij toe hoe Marlow zich weer staande bracht. Ze was aan het zoeken. Zij en Damon waren naar hem opzoek. Het was voor het eerst in weken dat hij weer ietwat blijdschap in zich op voelde borrelen. Ze zouden hem vinden, dat moest wel.
Archer zag haar hand in zijn richting komen, maar het was nog te ver voor hem om deze aan te kunnen pakken. Datzelfde wat ook Marlow zich leek te beseffen. Voor hij door had wat er gebeurde, snelde de blondine al naar hem toe; hij voelde haar lichaam tegen de zijne botsen in een kwestie van secondes. Ze had zijn armen al vast gehad voor hij zijn evenwicht had kunnen verliezen. Was ze niet verschrikt teruggedeinsd, dan had hij haar mogelijk nog een glimlach kunnen geven.
Verstrooid bleef zijn blik bij de hare. Hij nam maar al te goed het gevoel waar van haar vingers tegen zijn huid, daar waar ze hem stevig vastpakten maar op een zachtaardige manier. Hoewel het koud aanvoelde in deze omgeving, voelde hij een miniem gevoel van warmte onder haar grip. Haar vragen galmden intussen tientallen keren door zijn hoofd. "Ryan," begon hij, haar geprobeerd het antwoord te geven. "I'm at a l-" Het was ditmaal niet zijn lichaam dat hem in de steek had gelaten, maar de omgeving om hen heen. Afgeleid door plotselinge bevingen op het oppervlak en zijn gezichtsveld dat vervaagde, verloren de laatste woorden hun klanken. Nee, dit mocht nog niet gebeuren. Niet nu hij haar eindelijk spreken kon. De geesten hadden haar nog niet eens weer bereikt!
Binnensmonds begon hij zacht te vloeken. Hij bracht zijn hand naar haar pols, deze met zijn vingers omringd om zijn pupillen weer terug te laten schieten naar haar blauwe ogen. Alles om hen heen vervaagde alsmaar meer. Het was alsof de grond onder haar voeten vandaan werd gehaald en er niets was wat Archer eraan kon doen om het te stoppen. Zijn blik vulde zich eveneens de hare met radeloosheid, waarna hij haar zijn laatste woorden kenbaar maakte met toch een lichte glimlach rond zijn lippen, diep van binnen wetend dat hier toch ooit een einde aan moest komen. "I'm glad you were here, blondie," lispelde hij. Het was geen tel later dat hij haar grip voelde verdwijnen voor een leegte en ze verdween in het niets, doende dat ze nooit deze schaduwwereld betreden had.


@Demish 
Demish
Internationale ster



In onzekerheid, niet wetend of haar droom iets had betekend, had Marlow haar reisgenoot in vertrouwen genomen over haar vreemde ontmoeting met Archer. Eerst had ze getwijfeld, denkend dat het enkel een droom was geweest die zo echt had geleken dat ze de stevige grip om zijn pols nog had kunnen voelen toen ze wakker was geworden, maar uiteindelijk had ze besloten dat alles wat met Archer te maken had, hoe vreemd ook, gedeeld moest worden met één van de weinigen die haar had willen helpen.
Jammer genoeg had ze geen nieuwe informatie gehad om te delen met Damon. In haar droom had Archer de naam van zijn broer genoemd, iemand naar wie ze al opzoek waren gegaan. Ook dat was een reden waarom ze in eerste instantie geloofde dat haar onderbewustzijn al haar bezorgdheid had moeten verwerken in de vorm van een droom gehuld in schaduwen.
Iedere nacht dat ze was gaan slapen, had ze gehoopt dat haar dromen haar weer naar diezelfde plek toe zouden brengen. Het kille gevoel van de duisternis en de sissende schaduwen om haar heen hadden haar niet gedeerd en zouden haar ook niet deren als dat zou betekenen dat ze Archer weer zou spreken. Ze begon haast te verlangen om hem blondie te horen zeggen, of dat hij haar aan zou staren met een donkere blik die ze niet volledig kon begrijpen.
Marlow en Damon waren neergestreken aan de rand van route 80 in een motel. Damon had de kamer verlaten en Marlow had daar dankbaar gebruik van gemaakt om te douchen. Hun zoektocht had hun tot nu toe naar Nebraska geleid en ze waren van plan om snel de staatgrens over te steken naar Colorado, naar aanleiding van een hint die ze hadden weten te vergaren.
Met haar vingers draaide ze de, eerder lauwe dan warme stralen, van de kraan dicht. Een korte douche had haar opgefrist, maar het vele reizen begon een tol van haar te eisen, evenals het gebruik aan voldoende voeding en drinken. Ze negeerde haar spiegelbeeld en pakte één van de gratis handdoeken die klaar waren gelegd. Deze vouwde ze rond haar lichaam en verliet ze de badkamer.
Het kwam niet vaak voor dat ze een moment voor haarzelf had. Zij en Damon zaten op elkaars lip en als ze al een motelkamer namen, dan deelden ze die vaak. Dankbaar voor de stilte zakte ze neer op het bed, denkend aan wat ze zouden doen als hun hint vals bleek te zijn en ze totaal op het verkeerde spoor zaten.
‘Where are you?’ mompelde ze in haarzelf, hopend dat Archer opens uit de schaduwen van de kamer zou opdoemen om het haar te vertellen. In plaats daarvan werd haar vraag beantwoord met nog meer van dezelfde stilte.

@Paran0id 
Anoniem
Landelijke ster



De dag had niet verrassender kunnen beginnen. En ook niet beter trouwens. Hoewel Damon totaal geen bezoek had verwacht van buitenaf, hadden zijn oren toch echt de aanwezigheid van iemand anders opgevangen zodra hij zich buiten de motelkamer had begeven. Vanuit de rand van het viezige zwembad dat het motel een verbazingwekkende 5 sterren had gegeven, kon hij een of andere dertiger het pad naar hun deur zien bewandelen. Het enige wat hem nog tegenhield om direct zijn nek open te scheuren, was het feit dat hij iets in zijn handen leek te hebben dat belangrijk genoeg was om zo vast te blijven houden. Uit nieuwsgierigheid had Damon zich dan ook nog even gedwongen om te blijven staan, al waren zijn pupillen niet meer afgeweken van zijn prooi sinds het horen van de voetstappen.
Het was pas nadat het papier op de deurmat werd neergegooid, dat Damon zijn controle losliet. Met een grijns benutte hij zijn gave, meer dan geamuseerd dat hij dan eindelijk wat warm bloed had om zich mee te voeden. Het was niet dat Marlow zich als vrijwilliger opgaf of ook maar toeliet dat hij in haar bijzijn iemand leegzoog; hij had het één keer eerder geprobeerd en het was niet al te fijn, moest hij zeggen. Marshmallow was bijzonder goed in het frituren van zijn bloed als ze het ergens niet mee eens was.
Zijn genot mocht desondanks deze verrassing niet van lange duur zijn. Eens hij het lichaam van al zijn bloed had ontdaan in een recordtijd, was het het papier op de grond dat zijn aandacht had getrokken. Flink, ook. Onderwijl hij met de bovenkant van zijn handpalm het bloed langs zijn lippen wegveegde, was het toch echt verbazing dat hem overnam in plaats van tevredenheid. Wat afwezig liet hij zijn ogen over het blaadje gaan, deze opgepakt om erachter te komen dat het een foto bleek te zijn. En wel een foto van iemand die hij nog uit duizenden herkende.
Hij gooide de deur van de motelkamer open, met een wat afwezige blik rond de kamer gedwaald. Het was pas nadat zijn ogen een ander gestalte in de kamer kruisden, dat hij zich besefte dat Marlow er al stond; met een handdoek om haar lichaam geslagen die redelijk weinig aan zijn verbeelding overliet, stond ze met haar rug naar hem toe. Normaliter had hij haar een grijns geschonken en een opmerking gemaakt die haar van haar stuk af had gebracht, maar nu kon hij niet anders dan wat afgeleid om zich heen kijken met de foto nog altijd geklemd in zijn hand. Het was een goed spoor van Archer en toch twijfelde iets in hem of het wel was waar ze op hadden gehoopt.

@Demish 
Demish
Internationale ster



Ze kon het niet loslaten. Ze wist dat het onlogisch was dat Archer haar op zou zoeken met zijn gave, als hij dat al zou kunnen. Waarom haar? Zo’n goede band hadden ze niet. Maar als dat zo was, waarom was zij dan de enige die door had dat er iets mis was? Waarom niet Melany, Clay of Drew? Iemand die Archer al langer kende, goed kende. Zij waren zijn vrienden, zijn maten. Zij zouden moeten weten wanneer hij in gevaar was en het zou veel logischer zijn als Archer toenadering zou zoeken naar één van hen. Hij zou niet gaan voor de aspirant de in haar eerste weken iemand had vergiftigd en zijn orders had genegeerd.
Verzonken in haar gedachten zat ze op het bed, totdat ze geluiden van buitenaf hoorde en de deur openvloog. Ze sprong van het bed, maar zuchtte geërgerd toen ze zag dat Damon haar weer had opgezocht.
‘Damon, towel! Knock!’ gilde Marlow geïrriteerd. Haastig draaide ze zich om, terwijl ze probeerde om de badstof van de handdoek nog beter rond haar lichaam te klemmen.
‘Marlow, no. No one cares,’ reageerde de vampier achteloos. Marlow opende haar mond om in discussie te gaan over het respecteren van elkaars grenzen, maar haar woorden werden weggevaagd door hetgeen wat Damon in zijn handen had. Vanaf de plek waar ze stond kon ze het niet voldoende bekijken, maar het leek op een foto afgedrukt op dun papier. Zelfs Damon leek een tikkeltje verbaasd door hetgeen wat hij vast had, wat maakte dat Marlow het serieus nam.
‘Sometimes, you make me want to murder people. And by people, I mean you,’ zei ze tegen hem, omdat ze hem er niet mee weg wilde laten komen dat hij zomaar de kamer binnen was gelopen zonder rekening te houden met haar. Ze aren dan al meer dan een week samen, ondertussen bijna twee, maar Marlow was niet van plan om haar lichaam, of haar bloed, toonbaar te maken aan een vampier. ‘Hold on.’
Ze gristte een paar kledingstukken uit de tas die ze mee had genomen en plaatste haarzelf weer in de badkamer, waar ze voor de zekerheid de deur op sloot draaide. Zuchtend liet ze de haar handdoek op de grond vallen en kleedde ze zich om. Haar natte haren bond ze samen in een knot en zodra ze volledig gekleed was, opende ze de badkamer deur weer.
Ze liep naar hem toe en bestudeerde zijn gezicht. Nu pas zag ze zijn lippen, waar de kleine vlekken van bloed nog op te zien waren. ‘’You eat like a child,’ mompelde ze, terwijl ze niet probeerde te denken aan wie zijn slachtoffer deze keer was geweest.
Ze focuste zich weer op het papier wat hij zo krampachtig vasthield. ‘What is it?’

@Paran0id 
Anoniem
Landelijke ster



"Marlow, no. No one cares."
Hoe ze geïrriteerd op zijn aankomst reageerde, kon het hem niet minder schelen dat hij haar op een ietwat verkeerd moment opzocht. Nee, hij had wel meer aan zijn hoofd dan dat. Iets wat Marlow zich overduidelijk nog niet besefte; wat geïrriteerd griste ze een paar kledingstukken uit haar tas vooraleer de blondine verdween in de badkamer.
Het beeld op de foto had hem niet meer los kunnen laten. Hoewel hij meer dan zeker wist wie er op zichtbaar was, was het hem nog niet duidelijk hoe het met hem ging. Of hij inmiddels überhaupt nog leefde. Als er iets wel duidelijk zichtbaar was, was het dat Archer op de foto niet meer de persoon was wie hij voor de inval was. Niet alleen vertelden zijn bleke huid in het felle licht, de cirkels onder zijn ogen en zijn verslapte lichaam op het ijzeren oppervlak. Nee, hij straalde nog wat anders uit, zelfs al waren zijn ogen gesloten en leek hij allesbehalve bij bewustzijn. Er was iets aan het zicht op Archer wat een rilling over zijn rug liet lopen.
Meegesleurd in zijn gedachtengang, had hij de aandacht voor Marlow verloren. Pas zodra haar stem weer weerklonk, voelde Damon zijn focus verschuiven en stopte hij met het malen. Fronsend zocht hij haar ogen op. "You could be a bit more friendly to the guy who just killed our stalker," kaatste hij terug. Zonder meer gooide hij de deur achter zich weer open, zijn gave besloten te benutten om op maximale snelheid het lichaam van de man op de stoep op te rapen en deze voor zich uit te dragen. Voor Marlow ook maar had kunnen knipperen, stond hij alweer binnen met een gesloten deur achter zich en het lichaam van een erg leeggelopen, volwassen man in zijn grip. Voor de ironie had Damon hem nog even staande gehouden, maar het duurde niet lang voor hij het lijf voor hem op de grond neergooide. "He was a great meal too, if you may wonder." Een wat vluchtige, doordringende grijns verscheen rond zijn lippen, althans, voor hoe lang het duren mocht. Ze hadden hier geen tijd voor. Niet nu hij wat belangrijkers in handen had.
"But John Doe here is the least of our concerns." Met Marlow's ogen brandend op het papier in zijn handen, sloeg hij een zucht. "He came carrying gifts." Voor even wist hij niet of hij haar de foto wel geven moest. Of ze het wel zou moeten zien. Maar hij had inmiddels ook wel door hoe erg ze zich vastgebeten had in de zoektocht naar Archer; als hij het haar nu niet liet zien, zou ze er zelf wel achterkomen wat erop stond. Ondanks zijn twijfels, besloot hij haar dan ook toch het papier in handen te geven. Zwijgend reikte hij de foto naar haar uit.

@Demish 
Demish
Internationale ster



Met opgetrokken neus had ze gekeken naar het lichaam dat Damon binnen had gesleept. Ze betwijfelde of hij de man aan had gevallen omdat hij een gevaar was geweest, of simpelweg omdat het nodig was geweest. Al snel leerde ze dat het Damon niet zozeer was gegaan om een tussendoortje, maar om hetgeen wat de man met zich mee had genomen. Het stuk papier wat hij de hele tijd al krampachtig tussen zijn vingers had gehouden.
‘Well, hand it over, big bad vampire,’ zei Marlow ongeduldig. Voor het eerst in weken spotte ze iets in Damon ogen waarvan ze niet had geweten dat het voor hem bestond: twijfel. Toch overhandigde hij haar uiteindelijk hetgeen wat hij afhandig had gemaakt van zijn slachtoffer. De textuur van het papier was anders dan ze had verwacht, het was een foto. Ze draaide het beeld bij en geschrokken sloeg ze een hand voor haar mond.
Het was Archer.
Maar het was hem niet. Marlow herkende de tatoeages die zijn rechterarm sierden, die nu nog meer afstaken tegen zijn bleke huid. De glans uit zijn zwarte haren was verdwenen en zijn lichaam lag zo stil dat ze zich afvroeg of iemand hen wilde vertellen dat ze konden stoppen met zoeken. Dat het niet langer zinvol zou zijn, omdat Archer al ruw van de aarde was verwijderd.
‘Is he…’ stamelde Marlow. Ze bracht de foto dichterbij haar gezicht, zoekend naar aanwijzingen om haar eigen gedachten tegen te spreken. Hij lag op een operatietafel, maar wat betekende dat? Ze spotte het infuus, de slangen nog in zijn huid gegraven. Men hield de doden niet aan en infuus, wat voor haar enigszins een opluchting was. Echter, ze wist niet of een andere situatie beter zou zijn voor Archer.
Marlow haar ogen schoten van de foto naar de man op de grond. Hij was dood. Ze schudde haar hoofd. Damon had haar terecht gewezen dat ze bij de Serpents bijna hun kans op informatie had geëlimineerd met haar gave en nu had hij hetzelfde gedaan. Wat als de man die de foto had gebracht, meer had geweten? Wat als hij hen had kunnen vertellen waar ze Archer hadden kunnen vinden? Die informatie was nu met hem verdwenen.
‘Why did you kill him? We could have interrogated him!’ zei ze tegen Damon, ontdaan door de foto en gevangen in haar emoties. Ze wilde niet om Archer geven. Niet op deze manier, maar sinds haar droom was het alsof hij een link had gemeden tussen hen die niet zomaar te verbreken was en het idee dat hij misschien niet meer lang had, beangstigde haar. Het maakte dat zij en Damon sneller moesten zijn, maar hoe konden ze als Damon zojuist hun enige aanwijzing had vermoord?
‘God, we should have left earlier. Searched for more clues.’ Hoofdschuddend begon ze te ijsberen door de ruimte, de foto nog altijd tussen haar vingers geklemd. Archer had het in haar droom verteld. Het was Ryan. Zijn broer had dit op zijn geweten. Hoe moeilijk kon het zijn om hem te traceren?
Bijzonder moeilijk, aangezien ze nog niet veel verder waren gekomen. ‘We have to do something. This can not be how it ends for him.’

@Paran0id 
Anoniem
Landelijke ster



Het ongeduld was meer dan zichtbaar in haar ogen, zodra hij haar de foto overhandigde. De moeite om haar over te halen, kon hij ook niet meer in zich opbrengen. In plaats daarvan hield hij zijn lippen op elkaar, zijn pupillen nog geen millimeter van de hare af laten dwalen om haar te kunnen peilen. Iets wat allesbehalve lastig bleek te zijn. Nog voor hij ernaar had kunnen vragen, zag hij haar al geschrokken naar de afbeelding kijken, haar hand voor haar mond geslagen.
Een stilte heerste in de motelkamer. Uit onwetendheid hoe hij het beeld precies kon verzachten, hield Damon zich koest. Pas nadat haar gestamel zijn oren bereikte, verbrak hij zijn zwijgen. Hij zuchtte. "We don't know that." Het was nog te vroeg om zulke conclusies te trekken. Dat wisten ze allebei. Wat afwezig staarde hij voor zich uit, voor hij het eindelijk besloot van zich af te zetten. Zij en Archer hadden er niets aan als ze beide bij de pakken neer zouden gaan zitten. Of dit nou een zoektocht was naar de levende mutant ofwel zijn lichaam, hoe dan ook moest dit tot een einde worden gebracht. 
De blondine staarde nog wat langer naar de foto, tot ook zij haar ogen af leek te wenden. Echter niet naar iets waar Damon nog over wilde discussiëren. Hij rolde ongegeneerd met zijn ogen. "Oh, c'mon. You really think they would send a living and breathing piece of evidence right to our front doorstep?" Als ze dat hadden gedaan, dan hadden ze deze zoektocht allang kunnen staken; dan hadden ze de gevangenis van Archer inmiddels al wel gevonden. "If they were that stupid, we would've found Archer a long time ago. They just sent a minion to deliver the message." Hij knikte wat geërgerd naar het levenloze lichaam op de vloer. "I mean, look at him. He's a freaking nut job, a nobody."
Marlow leek enorm aangedaan door de foto, iets wat Damon zich tot zijn frustratie iets te laat besefte. Al snel leek het alsof ze zichzelf de schuld ervan begon te geven. Zuchtend keerde hij zich weer tot haar, enigszins fronsend. Het ijsberen verklaarde al genoeg op zich, maar ondanks dat hij zich normaliter buiten dit soort dingen hield, kon hij hier niet maar staan en niks doen om haar uit deze staat te helpen. Nee, ze zou zichzelf niet verder helpen en hen samen ook niet in het vinden van Archer, als ze zich druk zou bijven maken om iets wat ze niet meer veranderen konden. "Marlow. Hey, hey," lispelde hij, met zijn hand haar arm zacht vastgepakt om haar tegen te houden van het ijsberen. "This is not your fault, nor is it helpful for Archer right now. C'mon, we couldn't have prevented this from happening and you know that." Hij pakte de foto in haar hand vast, deze weggevist om hem in zijn eigen grip te laten rusten. Het was gedurende het pakken dat hem intussen iets anders was opgevallen, en wel iets opmerkelijks.
"Won't you look at that..." Hoe hij eerst fronsend de foto nogmaals bekeek, veranderde zijn blik nu triomfantelijk. Met een grijns hief hij het papier wat voor zich op. "It seems like your prayers have been answered, Marshmallow." Hij kon het haast niet geloven dat diegene die ze begonnen te wanen als onoverwinnelijk, werkelijk zo'n bewijsstuk achter zou laten. Alhoewel het logo deels afgesneden was door de kaders van de foto, was het niet lastig om te herkennen wat er precies opstond. "Our dear Ryan himself left a clue for us to find."
Hij draaide de foto naar haar om, met zijn vingertop getikt onder het kleine logo op de wand, dat aan de zijkant van de foto in beeld was. "Caltech." Al grijnzend viste hij zijn telefoon uit zijn broekzak. "Now all we have to do is find out where that damn building is."

@Demish 
Demish
Internationale ster



Marlow zou het nooit hardop toegeven, maar de felblauwe ogen van Damon wisten haar daadwerkelijk te kalmeren, evenals de hint die hij had gevonden op de foto. Het gaf haar hoop, ondanks dat ze niet wist waar ze precies naar zouden moeten zoeken. Of ze wel op tijd bij Archer zouden kunnen komen. Misschien was hij nu nog niet dood, maar hoe lang zou het duren voordat zijn leven van hem zou worden afgenomen? Was zijn broer daar tot in staat?
Marlow hoopte van niet.
Ze dwong haarzelf om rustig te ademen, om haar gedachten te kalmeren. Damon had zijn telefoon al uit zijn broekzak gevist. Ze moesten aan de slag. Ze gaf Damon een kort knikje en liep naar haar tas, waar ze haar telefoon uit haalde. Ze zette hem aan en wiebelde ongeduldig op haar hakken terwijl het zwarte scherm tot leven kwam. Ondertussen wierp ze een blik op Damon, die met gefronste wenkbrauwen naar het apparaat staarde.
Het bleek lastiger om het gebouw te vinden dan ze hadden verwacht. Ondanks dat ze nu zeker wisten dat Ryan achter de verdwijning van Archer zat, was hij toch niet zo achteloos geweest als dat het had geleken. Zodra ze de naam hadden opgezocht op hun telefoons, waren ze enkel gestuit op de website waar kort beschreven werd dat het bedrijf een aantal laboratoria onder zich had. Als ze zochten op de afbeeldingen, zagen ze niets anders dan hetzelfde logo dat Damon aan had gewezen.
‘The more I look at it, the uglier it gets,’ murmelde Marlow terwijl ze de afbeelding vergrootte op haar telefoon. Zuchtend staarde ze naar de donkere lijnen die een aantal bergen representeerde. De onderste berg vormde het begin van een C die omhoog krulde. De mensen van die organisatie, Ryan, zij hadden Archer. En ze zouden hem niet vinden door naar een telefoon te blijven staren.
Ook Damon leek met de minuut gefrustreerde te worden dat het internet hen niet de hulp bood die ze nodig hadden. Ondertussen was er al meer dan een uur vergaan en veel verder waren ze nog niet gekomen.
‘What if it’s just something to keep us busy? A decoy?’ vroeg Marlow aan Damon, onderwijl ze een spatie zetten tussen Cal en tech, in de hoop dat het nog iets zou veranderen in haar zoekopdracht. Het gaf haar enkel nog minder zoekresultaten.
‘It’s not a decoy.’ Geschrokken door een onbekende stem schoot Marlow overeind, haar handen in een vechtpositie. In de deuropening van hun motelkamer stond een man. Zijn blonde haren waren warrig, maar Marlow herkende zijn slanke postuur overal.
Marlow liet haar handen zakken en stapte op hem af. ‘Charlie! What are you doing here?’ Zonder zijn antwoord af te wachten sloeg ze haar armen om hun medische specialist. Charlie was de eerste die haar vriendelijkheid had getoond bij de Outlaws, degene die haar mee had gesleept toen ze aan waren gevallen. Damon was geen slecht gezelschap, maar de komst van Charlie luchtte haar op.
‘I couldn’t let you two bring Archer back and take all the credit, now could I?’ vroeg hij, maar Marlow bespeurde iets anders in zijn stem. Ernst, besefte ze.
Langzaam liet ze hem los. ‘How did you find us?’

@Paran0id 
Anoniem
Landelijke ster



Een hint die niet veel meer waard bleek te zijn dan een stom woord. Dat was wat het was. Al een uur lang waren zowel hij als de blondine naast hem opzoek naar Caltech. Of wat er dan ook over dat bedrijf te vinden was. Hoewel hij in eerste instantie de zege dichterbij voelde komen zodra hij de site van Caltech aan klikte, was niets minder waar. Het was alsof het bedrijf enkel een naam droeg en niets anders dan dat was.
Zuchtend kneep hij zijn mobiel bijna samen in zijn handpalm, zijn frustratie moeten uiten op iets voor hij het apparaat tegen het gesteente van de muur gooien zou. Marlow's opmerking was precies hoe hij zich voelde. Gegrom ontsnapte aan zijn lippen. "Tell me about it." Het ergerde hem zodanig, dat het hem haast liet verlangen naar de tijd van vroeger. Naar 150 jaar geleden, toen er nog geen internet was en niets als waardeloze bedrijven. Hoezeer hij zijn jeugd en die hele eeuw had gehaat, had hij er nog nooit zo naar verlangd als nu.
"I'm going to throw this damn phone against the wall...," gromde hij voor zich uit. "If I see one that logo one more time." Haar vraag liet hem opkijken, zich even van zijn boosheid afgezet om het idee tot zich te laten bezinken. Hij had Ryan tot nu toe behoorlijk dom ingeschat, zeker toen hij het logo weergegeven zag op de foto. Het glazen plaatje was dan wel deels afgesneden door de kader van de foto, maar zou het echt dat Ryan deze er specifiek op had gezet voor hen om te vinden? Hij schudde zijn hoofd. Als dat zo was, waarom had hij de bezorger dan niet in bedrijfsuniform laten lopen? Dit was haast te subtiel om met voorbedachte rade te zijn gefotografeerd.
Zijn gedachten waren gehoord, dan wel door iemand anders dan Marlow naast hem. Wat verbaasd keek hij op, het wat magere figuur van een welbekende dokter in de deuropening zien staan. Het kon ook niemand anders zijn, zeker niet met dat lange, warrige blonde haar en dezelfde speelse glimlach. Niet te vergeten dat de man totaal geen smaak had voor kleding en er eerder uitzag als een zwerver, dan een Outlaw. Hij begon te grijnzen. Ongeïnteresseerd in wat hij hier precies deed, negeerde hij de luchtige conversatie over zijn aankomst en verlegde hij zijn aandacht eerder naar zijn uitspraak over Caltech. "Doc. Just the man we need, it seems," lispelde hij. "Tell me, what do you know about Caltech that we don't?"
"I'll tell you on the way, Marlow," hoorde hij Charlie zachtaardig zeggen, vooraleer de man zich naar Damon keerde. "We don't have much time."
Hij hief zijn wenkbrauwen naar hem op, er in eerste instantie naar willen vragen, als Charlie hem niet had afgekapt. Damon had nog geen woord uit kunnen brengen voor de dokter al begon met praten.
"Caltech is a hoax. An alias for a company called Westmount Peaks. A company that's property of the government and has labs in, you guessed it, Westmount." Met een toon van haast werd er gesproken, iets wat des te meer Damon's aandacht trok. Wat wist hij nog meer, wat zij niet wisten? "Listen, I would love to elaborate more, but we really don't have the time for it. If we want to make it there before sundown, we have to leave now."

@Demish 
Demish
Internationale ster



Ryan had verwacht dat iemand nog wel om zijn kleine broertje zou geven. Een goede vriend, de blonde mutant waarmee hij was gezien. Iemand die het nog op kon brengen om op zoek te gaan en hem te redden van zijn ondergang. Omdat hij de afgelopen dagen nog geen gefluister hard gehoord over een eventuele inval, maar wel had opgevangen dat twee mutanten inderdaad opzoek waren gegaan naar Archer, had hij de twee een handje op weg geholpen. Een foto van Archer, zodat ze wisten dat hun zoektocht ter vergeefs zou zijn. Volgens zijn contact waren de twee nog te ver weg geweest. Ze zouden het nooit op tijd redden.
Archer was al enkele dagen geleden verplaatst naar een laboratorium. Daar hadden ze hem vastgeketend aan een operatietafel en Ryan had het volgende plan ingezet: de beenmergtransplantatie. Holle naalden zouden in de onderrug van Acher worden gezet en vanuit daar zouden ze de juiste cellen kunnen bemachtigen. Mocht dat niet genoeg zijn, zouden ze ook bloed afnemen. Het was de vraag of Archer sterk genoeg zou zijn om het te overleven. Ze hielden hem aan de minimale voeding die hij nodig had en de drugs deden zijn lichaam geen goed. Daarom had Ryan dat laatste de afgelopen twee dagen afgehouden. 
Het lichaam van zijn broertje moest nog enigszins in tact zijn om het onderzoek te dienen.
Ryan stapte de operatiekamer binnen, een grijns verscheen op zijn gezicht toen hij zag dat Archer bij zinnen was. Niet genoeg om zich te beseffen wat er zou gaan gebeuren, of om zijn krachten te gebruiken, maar het zou voldoende zijn om hem aan te horen.
‘Good morning, Archie,’ sprak hij geamuseerd. Nieuwsgierig liep hij naar de papieren waarop de waardes van Archer zijn lichaam werden bijgehouden. Hij graaide het van het bed en scande de pagina, benieuwd of zijn onderzoekers nog iets hadden gevonden. Jammer genoeg zag hij niets nieuws, maar zijn waardes leken enigszins stabiel te zijn, wat betekende dat de operatie door zou kunnen gaan.
‘You know, it saddens me to find you here all alone. I expected to see some of your friends here, but maybe they were not friends after all?’ prevelde hij. ‘Who’s to say? You can’t really care about a monster, now can you?’
Hij had de twee iets hoger ingeschat. Niet dat Ryan daadwerkelijk had gedacht dat ze het zo ver zouden schoppen dat ze Archer zouden redden, maar wel dat ze een manier zouden vinden om binnen te komen. Op dat moment zou hij de bewakers een seintje geven en kon hij twee mutanten toevoegen aan zijn collectie. Wellicht had hij ze nog toe kunnen laten kijken hoe Archer de operatie was ondergaan.
De stilte van Archer irriteerde hem. Hij had juist gehoopt dat ze nog een laatste gesprek zouden kunnen voeren, broer tot broer. ‘Aren’t you curious wich of your friends I reached out to? Or what is going to happen to you? If I were you, I’d have a million questions and now is your chance to get some answers. I’ll be honest, I promise.’

@Paran0id 
Anoniem
Landelijke ster



Sluipend, als een slang die door het gras ritselt naar zijn doelwit, begon de rook zich te verspreiden. Duister begon zijn gezichtsveld in te nemen, het contrast tussen dat achter hem en voor hem alsmaar groter gemaakt onderwijl gefluister begon te weerklinken. Eerst zacht, daarna alsmaar harder tot een oorverdovend gehoorspel van duivelse muziek in zijn oren. De vage vormen begonnen te verschijnen, de rook achter hen laten verdwijnen in het donkerte met elke centimeter die ze verstreken. Met grote ogen zag hij de doden verschijnen als figuren in de walm van grijs, zwevend boven de grond die verduisterde onder hun gestaltes. 
De UV-lichten om hem heen begonnen uit te vallen, de laatste beetje lichtstralen doen verdwijnen voor een zwarte gloed. Gejaagd begon Archer met rennen, zich al stommelend door de gang van het lab bewogen om de eerste beste uitweg te zoeken. De figuren achter hem begonnen te versnellen, de rook alsmaar sneller achter hem geslopen om hem seconde voor seconde meer in te halen. De geluiden om hem heen verhardden zich tot een niveau dat hij niets anders meer kon horen.  De stemmen van hen die al sinds zijn geboorte in zijn hoofd gevestigd zaten, geen haar verwijderd van zijn wereld als hij zijn focus maar verlegde, weerklonken te snel en zodanig hard dat hij zijn eigen hartslag niet meer hoorde kloppen in zijn keel. 
Archer... Archer... Archer....
Al hijgend sloeg hij de hoek om, over zijn schouder gekeken om het ijzingwekkende beeld van de doden alsmaar dichterbij te zien komen. Meter na meter werden zijn benen zwaarder. Tientallen handen grepen naar zijn lichaam, hem teruggetrokken alsof zijn lichaam slechts zo licht als een veer was. Een vreselijke kou begon hem te overheersen. In een fractie van een seconde werd hij de duisternis in gesleurd, de rook hem achtervolgd tot er van zijn omgeving niets anders over was dan de wereld die hij eerder opzocht om zich op te laden. 
It's time...

Het zweet droop van zijn voorhoofd. Hij schudde zijn hoofd, zijn blik heen en weer door de kamer geschoten om langzaam de kamer om hem heen weer te zien verschijnen. Nog altijd hijgend en met zijn hart in zijn keel probeerde hij op adem te komen. Hij was vermoeid. Zo vermoeid.
Hij keek op, de ogen van zijn broer ontmoet met een kille gloed. Zijn laatste zinnen hadden amper zijn aandacht getrokken, op één vraag na die zich in zijn gedachten bleef herhalen. Het was niet het gevoel wat hij zich herinnerde wat in hem opkwam, het moment dat de woorden zijn lippen huiverig verlieten. Het was geen euforie, energie of rust; het was een dringend verlangen, een ongelooflijke drang dat in hem opborrelde om de grens tussen zijn hallucinaties en de werkelijkheid te vergroten, voor hij het onderscheid niet meer maken kon. Voor hij zich niet meer normaal voelen kon.
"When is my next dose?"

@Demish 
Plaats een reactie
Reageer
Om nieuwe berichten te laden: ingeschakeld
Eerste | Vorige | Pagina: | Volgende | Laatste