Hier komen de laatste 3 forum topics
te staan waarop je hebt gereageerd.
+ Plaats shout
Anoniem
Ik wens jullie allemaal een hele fijne en veilige jaarwisseling toe
0 | 0 | 0 | 0
0%
Om mee te kunnen praten op het forum dien je ingelogd te zijn.Nog geen account? Klik hier om een gratis account aan te maken.

> Sluiten
Helper
17 van de 24 sterren behaald

Forum

ORPG, gedichten en schrijvers < Virtual Popstar
Orpg // Nuclear war
Anoniem
Popster



Naam: Ivory
Leeftijd: 15
Innerlijk: Ivory is over het algemeen een aardig meisje dat het liefste is omringd door andere mensen, omdat ze vrij sociaal is. Ze probeert altijd na te denken voordat ze iets doet, maar dit gaat niet altijd even goed. Ivory lijkt vanaf het eerste gezicht niet zo sterk, maar vanwege haar denkvermogen weet ze altijd wel iets te bedenken waardoor ze haar tegenstander te slim af is. Ze is geen vechttype, maar is zeer goed in het ontvluchten van gevechten. 
Uiterlijk: Ivory heeft ivoorkleurig haar, vandaar haar naam. Ze is een vrij klein meisje, slank met rondingen, heeft lichtblauwe ogen en een vrij lichte huid.
Demish
Internationale ster



Ik houd niet van lijstjes dus je krijgt lekker alleen zijn naam, ha. En die zal zijn... Elix. Oh, en hij is eh, 18.

Mijn ogen gleden over de verschillende schermen die een stad weergaven. Ik bevond me in de controlekamer van een organisatie waar mijn ouders al jaren voor hadden gewerkt. Jarenlang hadden zij zich ingezet voor de doeleinden, namelijk om de ultieme kernwapens te ontwerpen en dan ook te fabriceren. Iets wat noodzakelijk was geweest, sinds de wereld in een kernwapenoorlog was beland, een aantal maanden geleden. Jammer genoeg waren er altijd mensen die ergens tegen moesten zijn, hun eigen belangen boven die van de wereld stelden, waardoor mijn ouders hun leven hadden op moeten offeren om hun eigen werk te beschermen.  Omdat ik hun enige zoon was én veel verstand had van waar ze mee bezig waren geweest, hadden ze mij aangenomen en mocht ik me nu bezighouden met het nieuwste project: een raket die één hele vlakte ter grote van twee steden weg zou kunnen vagen, maar geruisloos. Er zou geen grote ontploffing zijn. Daardoor zou een aanval genadeloos zijn, zou niemand het door hebben. Het was een wapen waar al een hoop landen interesse in hadden getoond.

De stad op de schermen was een spookstad, eentje die al leeg stond sinds het begin van de oorlog. Mensen waren gevlucht, geëvacueerd. Doordat de stad leegstond, was het een perfecte plek om het nieuwe wapen uit te testen. Er zouden geen mensen in de buurt zijn en we zouden kunnen zien wat het zou doen. We konden de wapens niet zomaar op de markt brengen, ze doorverkopen. Als ze niet goed waren getest en niet dienden waarvoor ze nodig waren, dan zou niemand er veel goeds aan hebben.

Ik had de poot van mijn bril tussen mijn lippen geklemd en ik keek bedenkelijk naar de verschillende schermen. Het was een spookstad en volgens onze gegevens was er in maanden al niet meer geweest, maar we wilden er ook zeker van zijn dat er echt niemand in de buurt was. Dat we niemand zouden raken met het wapen dat we er op af zouden sturen, want dat was niet de bedoeling.

‘Elix?’ Een oudere vrouw kwam op me afgelopen. Ik haalde snel de bril uit mijn mond en schoof hem weer op mijn hoofd. ‘Ja?’

‘Zijn er nog mensen in de stad?’ Ze knikte naar de schermen en mijn blauwe ogen gleden er weer heen, waarna ik mijn hoofd schudde. ‘Voor zover ik gezien heb niet nee, mevrouw.’

‘Weet je het zeker?’ Haar vraag had een scherpe toon.

‘Ja, ik weet het zeker,’ zei ik en ik wees naar de schermen. ‘Ik heb nergens een teken van leven gezien. Er is niemand.’

‘Goed. Dan geef ik door dat de raket klaar kan worden gemaakt voor de lancering en dat de test uit kunnen voeren,’ Ze gaf me nog een knikje, waarna ze wegliep. Zelf draaide ik me weer naar de schermen. Dit was de eerste test die ik mee zou maken en ik was benieuwd naar hoe het zou gaan. Mijn ouders hadden er wel over verteld, maar het met eigen ogen zien zou toch een heel ander gevoel geven.

Anoniem
Popster



Zo snel als ik kon rende ik met mijn korte beentjes over de grote velden heen. Ik was nog maar net ontsnapt aan een groep mensen die de stad waarin ik leefde over wilde nemen. Aangezien ze gebruik maakte van kernwapens, was het een eitje voor ze. Iedereen in de stad werd gevangen genomen en mensen die een poging tot vluchten deden werden van het leven ontnomen. Ik had een enorm risico genomen omdat ik één van de mensen was die op de vlucht sloeg. Nu ik eenmaal de keuze had gemaakt te vluchten, kwam ik er niet meer onderuit. Ik was allang gespot en als ik ik de keuze zou maken me ineens terug te trekken zou de dood alsnog het gevolg zijn. Ik probeerde na te denken over hoe ik hier nog onderuit zou komen, maar er lag zoveel druk op me dat helder nadenken even niet ging. Pas toen ik een ondergrondse metro ontdekte kreeg ik een idee. Met haast rende ik het kleine trappetje af en binnen enkele seconden stond ik onder de grond. Het was donker en dus een goede plek om mezelf te verstoppen. Dat het zo donker was, kwam omdat de metro al een tijdje niet meer reed. Het was het enige vervoer naar een stad die nu verlaten was. Het was dus veilig om het spoor te volgen en naar die stad toe te vluchten. Het was niet fijn om zover te lopen, maar ik had geen andere keus. 
Nadat ik het spoor voor een paar uren had gevolgd, kwam ik dan eindelijk aan in de verlaten stad. Mijn benen deden zeer en ik was moe. Het liefste plofte ik gewoon neer in mijn eigen bed dat thuis stond. In de tijd dat ik i de stad woonde, was er eigenlijk vrij weinig te merken van de oorlog. Iedereen ging gewoon goed met elkaar om en het leek haast wel te mooi om waar te zijn. Helaas was het ook niet voor eeuwig, want in totaal had het maar een paar maanden geduurd.
Ik was nog ondergronds en vroeg me af hoe het er boven uit zou zien. In de meeste verhalen zag een spookstad er altijd donker en duister uit. Donkere wolken hingen er dan boven de lucht. Alles was er dan kapotgegaan of versleten geraakt. Waarschijnlijk zou het er gewoon heel erg stil zijn. De kans dat er veel dingen waren vergaan, was ook aanwezig aangezien mensen uit deze stad waren weggevlucht. Ze vluchtten niet voor niets, aangezien er volop kernwapens werden gebruikt. Vreselijk dat mensen elkaar zulke dingen aan konden doen, dacht ik bij mezelf. Hoe dan ook, ik kon hier niet voor eeuwig onder de grond blijven. Ik haalde even diep adem en vervolgens liep ik het trappetje op naar boven.
 

Demish
Internationale ster



Ik geloofde dat degene met de sterkste kernwapens zouden winnen. Dat de landen die de beste, snelste en meest efficiënte wapens, uiteindelijk uit de oorlog zouden komen als overwinnaars, overlevers. Er waren mensen die het er niet mee eens waren, die dachten dat de kernwapens het einde van de wereld zouden worden. Onze organisatie zorgde er voor dat als je niet met ons was, je niet tegen ons kon zijn. We hadden niks aan de mensen die in protest gingen. Als we ze uit de weg ruimden, dan was dat weer één zorg minder. De wereld had al genoeg aan haar hoofd, er hoefden nog niet een hoop sukkels rond te lopen op de aarde.

Ik was nooit mee geweest op een patrouille door een stad, maar ik wist wel hoe het ging. Ik had het gezien, wederom om de schermen. Ik had gezien hoe grote wagens door de stad bulderden, mensen controleerden. Vaak werd er maar één simpele vraag gesteeld. De meeste mensen waren zo slim om te antwoorden dat ze voor de kernwapens waren, maar dat betekende niet dat we ze altijd geloofden. De mensen waar we aan twijfelden, namen we hier mee naar toe en hier werden hun motieven getest. Wat hadden veel technologie, veel apparatuur waarmee we dingen konden bereiken die een paar jaar geleden niet mogelijk waren geweest. Zo hadden we betrouwbare leugendectoren, konden we zelfs in iemand zijn of haar hersenen kijken als het nodig was. Als we er achter kwamen dat we hier iemand hadden die tegen ons was, dan werden er straffen uitgedeeld. Zware straffen. Straffen waardoor de indringers zouden willen dat ze dood waren geweest voordat ze hier waren gekomen.

Plotseling vingen mijn ogen verandering op het scherm. Het scherm waarop de lanceringsruimte te zien was, was leeg. De raket was vertrokken. Ik keek naar de andere schermen en al snel zag ik de raket verschijnen. De raket ging met zoveel snelheid dat het maar enkele seconden duurde om kleine afstanden te bereiken. De spookstad lag op ongeveer vijftig kilometer afstand, wat betekende dat hij er zo zou moeten zijn.

Ik zag iets vanuit  mijn ooghoeken bewegen en mijn ogen werden groter toen ik een meisje in beeld zag komen. Klein, tenger, maar ze was er wel!

‘Stop, stop! Er is iemand in de stad!’ riep ik en ik rende naar de anderen die in de kamer zaten. ‘Stop de raket, er is iemand!’ Al was het al te laat. De raket had zijn doelwit gevonden en was terecht gekomen in één van de straten. Giftige, groene rook dwelde op uit het mechanisme  en bedekte verschillende schermen, waardoor niets meer te zien was.

Anoniem
Popster



Toen ik weer bovengronds was kon ik eindelijk de omgeving zien waarin ik was beland. Ik had al verwacht dat het er niet al te best uit zou zien, maar dat alles zó verwoest was had ik mezelf nooit kunnen bedenken. De kernwapens hadden een grote schade aangericht. De mensen die deze wapens af hadden gevuurd moesten zich er wel bewust van zijn wat ze anderen aandeden, maar ze hadden er totaal geen medelijden mee. Ik vroeg me af hoe je zomaar het leven van duizenden mensen weg kon nemen. 
Ik besloot om de stad ietsjes beter te verkennen. Misschien was er nog wel voedsel te vinden, huizen waar nog een bed in stond. Ik keek om me heen en vond zo een klein winkeltje dat nog wat in tact leek te zijn. Het glas van de etalage was helemaal kapot en overal lagen scherven. Er lag van alles op de grond, maar niet alles was kapot. Zo lagen er nog dozen met bijvoorbeeld koekjes. Ik raapte één van de dozen op. Oma's overheerlijke chocolade koekjes stond er in krulletters op de doos geschreven. Ik bekeek de houdbaarheidsdatum, het was nog eetbaar. Ik hoorde mijn maag rammelen en het was geen moeilijke keuze de doos open te maken. Ik scheurde de doos open en propte meerdere koekjes in mijn mond. Hier moest ik beslist vaker komen.
Toen ik me omdraaide om de winkel te verlaten, merkte ik ineens een gifgroene rook op. ''Kernwapens'' zei ik in mezelf. Ik hees mijn shirt omhoog en drukte het tegen mijn mond en neus aan. Ik moest hier wegwezen, dit kon nooit gezond zijn. Zo snel als ik kon baande ik me een weg door de groene rook, opzoek naar een uitweg. Waar ik ook zocht, overal was de groene rook te bekennen en het lukte me gewoon niet meer om mijn adem in te houden. Ik haalde adem en voelde hoe groene rook mijn longen binnendrong. Ik begon te hoesten en voelde een steek in mijn borst. Hoe kon het dat er een wapen werd afgevuurd in een stad die al maanden leeg stond? Hoe kon het dat er niemand anders te bekennen was? De steek in mijn borst werd heviger en ik knielde neer op de grond. Ik plaatste mijn hand op mijn borst en probeerde de pijn zo te bedwingen, maar het hielp niet.
Plotseling verdween de pijn en voelde ik me ineens heel licht in mijn hoofd. Het duurde niet lang voordat ik neerviel tegen de grond en mijn ogen zich sloten.
Demish
Internationale ster



‘Wat is er gebeurd? Hoe is ze daar gekomen?’ riep één van de observators. Ik slikte en stak mijn handen op. Ik wist het zelf ook niet! Het ene moment was de stad leeg geweest, zoals ik ook had gemeld, het volgende moment had ik opeens iemand rond zien lopen en nu was het te laat!

‘Elix zei dat de kust veilig was!’

‘Dat was het ook!’ riep ik snel en ik gebaarde naar de schermen. ‘Ik zag niets, er was niemand! Ze kwam opeens uit het niets in beeld! Ik weet niet hoe ze daar is gekomen, wat er is gebeurd, maar ze is daar nu wel!’ Dat betekende dat ze het waarschijnlijk niet zou overleven. De kernwapens waren dodelijk, konden steden binnen minuten uitroeien. Dat was juist de reden waarom ze zo gewild waren. Waarom welk land ze in hun arsenaal wilde hebben nu de oorlog echt uitgebroken was, landen elkaar aanvielen. Elk groot land had al een verzameling van de kernwapens, maar ook de kleine wapens deden mee. Dit specifieke kernwapen was echter op aanvraag gemaakt voor Rusland.

Een vrouw, dezelfde vrouw die eerst bij mij was gekomen, liep naar de schermen en keek naar het meisje, dat proestend en kuchend op de grond terecht was gekomen. Haar kleine lichaam was omhuld met groene rook . Ik wist zeker dat ze het niet meer zou halen.

‘Er is niets meer wat we kunnen doen, behalve haar daar weg te halen. Het is onmogelijk dat ze het gaat overleven, maar we kunnen haar lichaam daar niet laten liggen.’ Niet omdat het beter zou zijn voor het meisje, maar omdat het de aandacht zou kunnen trekken van eventuele dieren, of zelfs mensen. Dan zou de spookstad weer vol raken, wat betekende dat ze een waardevolle testplek zouden moeten opgeven.

Ik knikte en liep naar de intercom. Mijn vinger drukte de rode knop in en ik boog me naar de microfoon. ‘Stuur één vrachtwagen naar de spookstad en zoek naar een klein meisje. Ze heeft witte haren en ze ligt op de hoek van Charles street en Second street,’ meldde ik.

Ik zuchtte en keek naar het scherm, waar het meisje nu roerloos op de grond lag. Het was onmogelijk dat ze nog niet dood was. Het kon niet anders. De giftige rook zou een einde aan haar maken, want dat was immers de bedoeling. Het moest hele steden wegvegen en ondanks dat het ook handig was om het op mensen te testen, was dat vandaag niet de bedoeling geweest.

Anoniem
Popster



Ik bevond me in mijn eigen slaapkamer en lag in mijn bed. De zon scheen met kleine beetjes door mijn raam heen en ik hoorde hoe de vogels alweer vrolijk aan het fluiten waren. Ik stapte voorzichtig uit bed en liep naar mijn kledingkast. Mijn ogen zochten naar een blauw jurkje met strikjes erop, mijn lievelingsjurkje. Het duurde niet lang voordat ik hem had gevonden en met gemak aantrok. Vervolgens liep ik naar beneden waar mijn ouders met een grote glimlach op me zaten te wachten. ''Lekker geslapen?'' vroeg mijn moeder aan me waarna ik even kort knikte. Ik nam plaats aan tafel, waar van alles opstond. Mijn ouders hadden zich vandaag zeker wel uitgesloofd.
''Pff, die kernwapens toch de laatste tijd. Vreselijk dat er zo mee wordt omgegaan.'' klonk mijn vader boos en ik keek hem verward aan. ''Kernwapens hebben al zoveel mensen het leven gekost en nu zijn er ook nog eens mensen die de macht over aarde willen bemachtigen door middel van kernwapens. Nou, ik ben daar echt helemaal tegen!'' Hij probeerde rustig te blijven, maar ik zag aan hem dat hem dat veel moeite kostte. Zelf was mijn mening over kernwapens vrij neutraal. Als die mensen de wereld goed zouden besturen, dan had ik er niet zo zeer een probleem mee, maar ik wist niet wat hun ideeën waren. Ik nam een slok uit het glas melk dat voor me op tafel stond en net toen ik iets wilde vragen over deze mensen hoorde we een luide knal. Alles in huis begon te trillen en vazen vielen in scherven op de grond. Mijn ouders trokken me aan mijn handen mee naar buiten. Op straat was het een en al chaos. Veel mensen waren ernstig gewond en sommige leken zelfs... Ik wilde er niet aan denken. ''Harold wat nu?'' hoorde ik mijn moeder wanhopig aan mijn vader vragen. ''We moeten naar Boston, ik weet zeker dat het daar nog wel een tijdje veilig blijft.'' zei hij kalm. Waarschijnlijk was hij vol van angst, maar wilde hij ons niet nog meer van streek maken.
Zo snel als we konden renden we naar de metro, maar toen we er bijna waren werden we tegengehouden door soldaten met geweren in hun handen. Ze hadden gasmaskers op en het zag er erg angstaanjagend uit. ''We bevelen u om naar het grote plein te gaan, waar iedereen zich verzameld.'' sprak de soldaat. Mijn vader had hier echter geen zin in. Hij had een bloedhekel aan mensen die hem probeerde te vertellen wat hij moest doen en hij had al helemaal een hekel aan mensen die onschuldigen aanvielen. ''Vuile nazi's!'' schreeuwde hij tegen de twee soldaten.
Er klonk een schot en vlak daarna viel mijn vader op de grond. Hij was geraakt en tranen stroomde nu volop over mijn wangen heen. Mijn moeder gilde naar me dat ik moest vluchten. Toen ik wegrende hoorde ik nog een schot, maar het kwam niet in mijn richting. Ik kon al raden wat er was gebeurd, maar ik wilde er gewoon niet aan denken als meisje van 13.
Ik nam de overvolle metro die naar Boston toe reed in een poging alles te vergeten en opnieuw te beginnen.

Demish
Internationale ster



In totaal had het twee uur geduurd voordat ik bericht had gekregen dat het meisje was gevonden. Ze hadden de straten af moeten zoeken en ondanks dat ik haar exacte locatie had gegeven, hadden ze meteen de hele stad gecontroleerd, voor het geval ik nog meer over het hoofd had gezien. Dat had ik niet! Ik was er zeker van geweest dat ik niets had gezien, dat er geen enkel mens meer was geweest. In de twee uur dat ik daar had gezeten, had ik een preek gekregen over mijn onvoorzichtigheid. Over dat ik, als zoon van mijn ouders, beter zou moeten zijn. Uiteindelijk hadden ze me laten gaan en toen ik net buiten de kamer was geweest, had ik gehoord dat het meisje was gevonden. Er was echter iets vreemds. Ze was niet dood. De apparatuur in de wagen had een hartslag gehoord, een sterke hartslag. Alsof ze sliep, maar dat was onmogelijk! Niemand hoorde een kernwapen zoals deze te overleven.

De meeste observators en professors hadden zich verplaatst naar een vergaderzaal. Nu iedereen wist dat dit meisje, wie het ook was, nog leefde, vormde ze een probleem. Zeker als ze wakker zou worden. Dus zou er moeten worden besloten wat er met haar zou gebeuren.

‘Ik zeg dat we haar alsnog doden,’ sprak een man.

‘Ben je gek? Ze is de eerste die het heeft overleefd! We moeten weten hoe dat komt, waarom het wapen niet schadelijk is, zoals het hoort te zijn,’ sprak een vrouw hem tegen. Zelf bemoeide ik me er niet mee. Ze zouden toch niet naar me luisteren. Ik was het echter wel eens met de vrouw. Ze had het overleefd. Daar was een reden voor. Daarbij, wie weet wat voor effecten het kernapen dan wél had op haar, nu ze niet dood was. Het was de moeite waard om er achter te komen, toch?

Mijn vingers speelden met mijn bril. Ik liet hem ronddraaien tussen mijn handen, terwijl ik mijn oren gespitst hield en de rest van het gesprek volgde.

‘Ik stel voor dat we haar opsluiten in een beveiligde cel, eentje waar we haar kunnen observeren. We kunnen verschillende tests op haar uitvoeren, misschien wel kijken naar haar genen en of daar iets in zit waardoor ze het heeft overleefd, of dat het ligt aan ons wapen.’

‘Maar wie gaat er op haar letten dan? We hebben geen tijd om een kind in de gaten te houden! We zouden het wapen moeten veranderen. Rusland wil het wapen snel, heel snel en nu hebben we niets.’ Dat was de eerste man, die al had geopperd om haar gewoon dood te maken.

‘Wie kan er beter letten op een kind, dan een kind?’ stelde een vrouw voor en plotseling voelde ik alle ogen op mij gericht. 

Anoniem
Popster



Ik voelde een rilling over mijn lichaam gaan en opende mijn ogen. Angstig keek ik om me heen, waar was ik? Het leek erop dat ik me bevond in een soort cel waar letterlijk niets op mij na instond. Er waren geen tralies, geen ramen, alleen een dichte deur. Hoogstwaarschijnlijk zat de deur op slot, maar ik had geen andere keus dan proberen de deur te openen. Ik probeerde op te staan, maar door een pijnlijke schut die door mijn rug schoot viel ik gillend neer. Met moeite kwam ik 'overeind' en kroop ik naar de deur. Opnieuw probeerde ik op te staan. De pijn in mijn rug was nog steeds aanwezig. Toen ik eenmaal overeind stond, merkte ik pas hoe hoog het handvat zat. Het zat zelfs zo hoog, dat ik er niet eens bij kon. Of de deur nu echt op slot zat, was nog altijd een raadsel, ik kon hier in ieder geval niet weg. Ik liet mezelf weer voorzichtig op de grond vallen om de pijn wat te verzachten. Rustig probeerde ik na te denken over wat er was gebeurd. Mijn stad werd aangevallen, ik vluchtte naar een spookstad die al maanden leegstond en vervolgens kwam ik in aanraking met een kernwapen. Het gene dat ik me eigenlijk nog het meest afvroeg, was hoe ik een enorm wapen als dat had kunnen overleven. Nu pas voelde ik allerlei angstgevoelens. Wie weet wat dat kernwapen wel niet met me zou kunnen doen? Hoe was ik uiteindelijk in deze cel gekomen? Zou ik in verkeerde handen gevallen zijn? Zou ik hier sterven? Talloze akelige vragen spookte er door mijn hoofd heen. Als er nou één manier was om hier weg te komen...


Plaats een reactie
Reageer
Om nieuwe berichten te laden: ingeschakeld