Hier komen de laatste 3 forum topics
te staan waarop je hebt gereageerd.
+ Plaats shout
Anoniem
AWAEAEA3AEA3A3A3AEAEAWAWAEAW
0 | 0 | 0 | 0
0%
Om mee te kunnen praten op het forum dien je ingelogd te zijn.Nog geen account? Klik hier om een gratis account aan te maken.

> Sluiten
Helper
15 van de 24 sterren behaald

Forum

ORPG, gedichten en schrijvers < Virtual Popstar
ORPG trouble and war
Ladybambi
Internationale ster



Wij weten, jij niet
1 keer onthouden
Tips en tops mogen
Niet mee doen. De wolf bijt en de jager schiet.

Ik:
Travis Cilan Blackwolfs~16 jaar oud~weerwolf~nog niet getransformeerd~komt in de normale wereld~mjw~picca


Jij+ begin
Lespoir
Wereldberoemd



Ik: Alison Howard - 16 jaar - Weerwolf jager - Picture

{option}{option}
Mijn begin komt in het bericht hieronder. c:
Ladybambi
Internationale ster



Travis
Harde knallen rond mijn huis. Geschreeuw en gegil om me heen. Gevloek en gescheld. Geen normaal woord doorklinkt mijn oren. De oorlog is nu al jaren aan de gang. Sinds mijn peuter tijd. Ik heb het nog nooit een rustig moment mee gemaakt. Nu ook, zit ik in een schuilkelder die mijn vader voor zijn dood gegraven had. Het was een diepe kelder, waar alleen een geboren weerwolf in kan komen. Er zit een speciaal iets in ons dna wat de deur kan openen. Mam had het me ooit eens uitgelegd, maar ik snapte er toen niets van en nu wil ze er niet meer over praten. Ik was een jaar of 7 toen ze het me uitlegde. Toch moet er iets anders zijn tussen ons en gebeten weerwolven.
Stil kijk ik door het kleine raampje naar buiten. Voetstappen van een vampier lopen langs de kelder. Snuivend, opzoek naar een weerwolf. Toch kunnen ze mij en mijn moeder niet vinden. Dan klinkt er een gil. Een jong weerwolfmeisje van net 10 jaar oud wordt een huisje uit getrokken. "Laat me los! LAAT ME LOS! PAPAAAA" gilt ze angstig en probeert los te komen, maar wordt dan voor onze schuil plaats neergezet. Een vampier kijkt haar grijnzend aan. "Papa komt je niet halen" grijnst hij en knielt bij haar neer, terwijl hij haar bij haar nek vasthoudt. Vervolgens verdwijnen zijn tanden in haar nek en breekt hij het meisje haar nek. Ik slik zacht en blijf stil toe kijken.
Een paar uur later is alles rustig. De vampiers hebben zich terug getrokken, maar de ravage is echt verschrikkelijk. Langzaam kom ik de schuilkelder uit en kijk mam aan. "Travis, ik heb nagedacht" begint mam dan en ik bijt op mijn lip. De laatste tijd denkt mam veel na. Veel meer dan toen papa nog leefde. "Ik heb besloten je naar de mensenwereld te sturen" zegt ze dan en ik kijk haar geschrokken aan.
"M-maar mam" zeg ik zacht.
"Nee Travis, hier is het niet veilig. De mensenwereld is veel veiliger" zegt ze
"En jij dan?"
"Ik blijf hier. Ik heb hier mijn verantwoordelijkheden"
Dan loopt mam weg, om niet veel later met een tas vol met mijn spullen weer terug te komen en me mee te nemen naar de geheime grens die naar de mensenwereld lijdt.
Lespoir
Wereldberoemd



Alison:
Ik zocht in mijn kast naar mijn zwarte skinny-jeans, mijn zwart shirt en mijn zwart vestje die ik echt altijd aandeed voor het jagen. Toen ik eindelijk de kledingstukken had gevonden, trok ik ze aan. Douchen deed ik na het jagen aangezien er bloed bij kon komen kijken en dan kon ik dat na het jagen van me afspoelen. Toen ik mijn zwarte kleding aanhad, nam ik een elastiekje voor mijn haar en bond ik mijn haren in een hoge staart. Ik liep mijn kamer uit en ging naar de wapenkamer van mijn ouders. Net zoals ik, waren mijn ouders jagers. Mijn moeder was een vampier jager en mijn vader een weerwolf jager. Ik was het allebei, ondanks ik iets meer gespecialiseerd was op het jagen naar weerwolven. Mijn vader had me meer trainingen gegeven dan mijn moeder, dat was dus de reden dat ik meer wist over jagen op weerwolven. Er kwamen ook meer weerwolven voor hier, vampieren waren er ook, maar minder.
Toen ik in de wapenkamer stond, nam ik een aantal spullen. Ik nam mijn riem en deed die om mijn middel, daarin haakte ik mijn pistool. Ik nam ook wat kogels waarin deeltjes van de Monnikskap plant zaten. Weerwolven konden namelijk niet tegen Monnikskap. Het doodde hen niet meteen, maar het kon hen wel leidden naar de dood, een heel erg pijnlijke dood. De deeltjes van de Monnikskap kwamen stilaan doorheen hun aders en uiteindelijk vond het zijn weg naar het hart van de weerwolf waardoor de weerwolf dus dood ging, zo simpel was het. Ik nam ook mijn pijl en boog, ik kon beter werken met een pijl en boog, gewoon omdat ik dat leuker vond om te doen. Het was spannender vond ik.
Toen ik al mijn spullen had, liep ik naar beneden toe waar mijn ouders op de bank zaten. "Ga je jagen?" hoorde ik mijn moeder vragen. "Nee, ik heb er gewoon zin in om bewapend in mijn jachtkleding naar buiten te gaan," "Natuurlijk ga ik jagen." zei ik tegen haar. "Wees wel voorzichtig. Ben je zeker dat je geen hulp nodig hebt?" vroeg mijn vader aan me. "Pap, dit is niet de eerste keer dat ik alleen ga jagen, ik heb geen hulp nodig. Ik doe heus wel voorzichtig," zei ik tegen hem. "Ik zie jullie later!" zei ik dan nog voor ik vertrok. Ik liep naar de voordeur en opende die. Ik liep naar buiten toe. Daarna ging ik naar het bos toe. Ik wist precies op welke plekken er vaak weerwolven kwamen, ik achtervolgde ze wel vaker. Het was handig als je de verstop plekken van de weerwolven wist. Ik wist ook wel waar ik een paar vampieren kon vinden, maar weerwolven waren belangrijker. Ze waren namelijk gevaarlijker. Ze konden mensen bijten, maar de kans dat die persoon een weerwolf werd was er ook niet altijd. Sommige mensen hadden de kracht om te ontwaken als weerwolf, sommigen niet en dus gingen ze gewoon dood. Als een vampier je beet, had je nog de kans dat de wonde genas en kon je zonder problemen weer verder leven. Bovendien jaagden sommige weerwolven al op vampieren, één beet van een weerwolf kon al fataal worden voor een vampier. De vampier ging niet meteen dood, maar er zat iets in het speeksel van een weerwolf wat giftig was voor vampieren. De vampier werd dan zwakker en zwakker en uiteindelijk ging de vampier dood.
Ladybambi
Internationale ster



Travis
Het rijk van het bovennatuurlijke werd met een geheime muur van het mensenrijk gescheiden. Een muur waar normale mensen niet doorheen konden en gemaakt was om ons te beschermen tegen de jagers. Er waren vele soorten jagers. Weerwolfjagers, vampiersjagers, feeënjagers, zombiejagers (al waren die niet moeilijk te vangen) en ga zo maar door. Meestal waren de andere soort jagers geen gevaar voor het wezen, alleen diegene die gespecialiseerd was in jou soort. De anderen konden je verwonden, maar niet doden. Toch waren er jagers die gespecialiseerd waren in meerdere monsters. Daar moest je voor uitkijken. Toch gingen er altijd veel wezens door de muur heen. Het maakte ze niet uit. Hoe groot was de kans ook om een jager tegen te komen? Een op de miljoen ongeveer. Er waren niet zoveel jagers, aangezien we altijd ons best deden om onopvallend te zijn en lang niet iedereen van ons bestaan wist. Sterker nog, de meeste mensen lachten je uit als je vertelde van ons bestaan.
Even kijk ik mam aan, terwijl ik voor de muur sta. Ondanks dat het niet heel gevaarlijk is, vind ik het toch een beetje eng om naar de mensenwereld te gaan. Anders-zijn, dit is het veiligste moment. Ik ben nog niet veranderd, al kan de verandering bijna komen. Mochten er in de omgeving waar ik uitkom jagers zijn, zullen ze minder snel denken dat ik een wolf ben, als ik bij de eerste ontmoeting nog niet veranderd ben. Dan zullen ze vaak denken dat ze zich vergist hebben. Mensen gaan niet op in mogelijkheden en de veranderingen die erbij horen. Dwaas, maar voorspelbaar. Al ben ik er ook wel een beetje blij mee.
“Moet ik echt weg?” vraag ik zacht aan mam, terwijl ik weer naar de muur staat en voel dat ze knikt. “Je kunt hier niet helpen. Het is alleen maar gevaarlijk. Je hebt een gave die geen enkele andere weerwolf bezit. Je moet veilig zijn tot die gave zich ontwikkeld” antwoord mijn moeder en ik zucht zacht. De legende, het begint me een beetje de keel uit te hangen. Toen ik geboren werd, zei een wijze uit het dorp dat ik in staat zou zijn om te veranderen wanneer ik wilde. Ik was niet afhankelijk van een stand van de maan, zoals de meesten. Het had niets te maken met volle maan, maar met elke maanstand was er een groep weerwolven die kon veranderen. Ook de dag dat de maan niet zichtbaar was. Ik zou echter in staat moeten zijn om elk moment te veranderen. Welke maan die dag ook was, welk tijdstip het ook was. (Niet dat een tijdstip belangrijk was, de maan stond ook overdag aan de hemel). Daarom werd ik als held van het dorp gezien. Ik zou de oorlog van de weerwolven moeten kunnen doen stoppen. Veel zijn dan ook erg ongeduldig en willen dat ik meteen verander, maar mijn tijd is nog niet gekomen.
Een zachte zucht verlaat dan ook mijn lippen, terwijl ik langzaam door de muur loop. Het ziet er misschien een beetje vreemd uit, maar ik heb ooit een mensenfilm gezien waar precies het zelfde in gebeurt. Hoe heet die film ook alweer? Owja, Harry Potter. Best een vage film. In een van die films komt ook een weerwolf voor. Logisch dat mensen bang voor ons zijn, dat was echt een monster. Zo zien we er echt niet uit.
Aan de andere kant van de muur, komt echter geen treinstation tevoorschijn. Slechts een diep, donker bos. Geen muur meer te bekennen, in plaats daarvan een boom met een wolvenpoot. Het teken van onze wereld. Even leg ik mijn hand tegen de poot aan en zie de muur weer kort verschijnen. Dan zucht ik zacht en kijk om me heen. Ik moet dit bos uit zien te komen, maar welke kant? Na een paar minuten denken, besluit ik maar gewoon mijn instinkt te volgen en een kant uit te gaan. Op een bepaald moment moet ik toch wel ergens uitkomen toch? De bossen aan de menselijke grens zijn iets anders dan de bossen aan onze kant. De bomen zijn bij ons thuis veel groener. Ze lijken hier groen, voor menselijke ogen, maar als je dieper kijkt zie je de waarheid. Een bruine gloed zit erover heen. Waarschijnlijk omdat de natuur verdrietig is. Als ik de verhalen moet geloven, moet de mens de natuur vernietigen. Wij proberen zoveel mogelijk in harmonie te leven met de natuur, maar de mens vernietigd hem en waarvoor? Voor palmolie, hout en dorpen. Ze denken niet na. Ze vernielen alles wat op hun pad staat. Het is gewoon gekkenwerk. De mens zou allang dood zijn, als wij er niet waren. Onze bomen geven nog schoon zuurstof. De uitlaatgassen komen niet bij onze bomen in de buurt, maar onze zuurstof gaat wel over het mensenrijk heen.  
Even dacht ik na, over waar ik precies heen moest. Volgens het dorpshoofd waren er speciale weerwolf huizen. In die huizen konden weerwolven logeren, als ze net in de mensenwereld leefden. Daar hielpen andere weerwolven om voor hen een echt onderkomen te vinden. Een echt huis. Nu is het probleem nog dat ik die huizen nog moet vinden. Even zucht ik zacht en loop rustig verder, tot ik op een bepaald moment de bladeren op een onnatuurlijke manier hoor ritselen. Een geluid dat betekend dat er iemand aankomt. Even kijk ik om me heen en slik. “Wie is daar?” roep ik en zie een jongen met rode ogen tevoorschijn komen. “Vampier” zeg ik zacht en hij grijnst.
“Betrapt” antwoord hij en loopt naar me toe. “Je komt hier niet vandaan he? Of wel?” vraagt hij vervolgens.
Plaats een reactie
Reageer
Om nieuwe berichten te laden: ingeschakeld