Demish schreef:
Er gingen een hoop dingen door Michael zijn hoofd heen. Hij begreep nog steeds niet waarom Naylene het gevoel had gehad dat ze Ashton te hulp had moeten schieten. Wat maakte het nou uit dat hij haar nodig had gehad. Zij had hem zo vaak nodig gehad en hij was er nooit geweest, alleen als het hem goed uit was gekomen. Nu was het Michael wel duidelijk dat Ashton haar helemaal niet nodig had gehad. Hij had haar alleen maar willen lokken met een smoes, om zo zijn laatste trucje aan haar te laten zien. Een dode Luke. Een dode Luke die binnen een paar uur weer wakker zou worden en voor de keuze kwam te staan: doodgaan of een vampier worden. Naylene deed alsof Ashton hier niet verantwoordelijk voor was, maar dat was hij wel. Michael wist het zeker. Ashton probeerde hun plannen in de war te schoppen, er voor te zorgen dat Naylene niet zou vertrekken naar Japan.
‘We kunnen nu toch niks doen! Behalve Linn bellen dan, maar dat is niet iets wat ik wil doen! Ik wil haar niet vertellen dat haar vriend vermoord is door jouw ex, waarschijnlijk omdat dit zijn fucking vreemde manier is om te laten zien dat je hier moet blijven.’ In Michael zijn ogen was dat gebeurd. Ashton wilde hun reis naar Japan vertragen en daarom had hij dit met Luke gedaan. Hij wist dat ze nooit op reis zouden gaan met een nieuwe vampier. Dat was onmogelijk.
‘Goed, dan ga ik wel alleen met Luke naar binnen.’ Naylene leek duidelijk niet in discussie te willen gaan en draaide zich om, met Luke in haar armen. Ze liep al richting de trap die naar Luke zijn appartement leidde, waardoor Michael alleen in de steeg achter bleef. Hij keek om zich heen en schudde vervolgens zijn hoofd. ‘Nay, wacht!’
Hij snelde achter haar aan en opende de deur. Hij wilde niet alleen in de steeg blijven. Misschien was Ashton er nog wel. Naylene liep, nog altijd met Luke in haar armen, naar binnen en legde de man op de bank. Michael sloot de deur achter zich en liep naar de woonkamer, waar Naylene de barman nog aan het bestuderen was.
Michael pakte zijn telefoon en zocht het nummer van Linn, maar hij drukte nog niet op het groene telefoontje. Wat moest hij zeggen? Dat Luke een vampier zou worden? Naylene had het niet hardop gezegd, en Michael ook niet, maar ze wisten allebei waar Luke voor zou kiezen. Luke zou een keuze maken op basis van Linn. Hij wilde bij haar zijn. Dat betekende dat hij een vampier zou worden. Waarschijnlijk zou hij het bloed zonder na te denken naar binnen gieten. Maar wat zou Linn er van vinden? Bij Benjamin had ze zijn keuze gerespecteerd, ondanks dat Michael hem nog wel eens op andere gedachten had geprobeerd te brengen. Linn vond het echter belangrijk dat mensen de keuze kregen. Luke had die niet. Die moest hem gedwongen maken. Michael wist niet hoe Linn er op zou reageren.
‘Ga je Linn bellen?’ vroeg Naylene, aangezien Michael met zijn telefoon in zijn handen stond. Michael schudde echter zijn hoofd en stak de telefoon uit naar haar. ‘Ik wil haar niet bellen. Ze heeft al zoveel shit te verduren gehad. Nu krijgt ze dit er ook nog eens bij. Dat kan ik echt niet doen!’
Naylene zuchtte en nam de telefoon aan. ‘Ik bel haar wel. Al slaapt ze vast.’
Wat Naylene en Michael echter niet wisten, was dat Linn klaarwakker was. Ze was wakker gebeld, maar niet door haar twee beste vrienden. De ringtone van haar telefoon had haar wakker gemaakt en ze had gezien dat ze twee gemiste oproepen van Luke had gehad, midden in de nacht. In eerste instantie was ze geschrokken. Toen had ze haar berichten geopend en had ze de reden van de telefoontjes gezien.
Luke had haar een foto gestuurd van een verlicht plekje in het bos, met een kleed vol eten en allemaal lampjes. Daaronder had hij geschreven dat hij graag met haar wilde picknicken onder de sterren. Hij had haar de locatie gestuurd en gevraagd of ze zou komen. Met een grote glimlach was Linn haar bed uit gegaan en had ze snel wat warme kleding aangetrokken, waarna ze was vertrokken naar de locatie.
Linn liep al een tijdje door het bos. De telefoon in haar handen had al aangegeven dat ze de locatie had bereikt, maar ze zag niks. Geen Luke, geen picknick. Ze had geprobeerd om Luke te bellen, maar hij had nog niet opgenomen. Hij reageerde ook niet op haar berichtjes. Bezorgd om wat er was gebeurd, begon ze sneller te lopen.
‘Luke?!’ Wie weet was er iets gebeurd. Linn haar ogen gleden naar de maan, die vol was. Over het algemeen hielden de wolven zich afzijdig van de stad. Zo konden ze geen mensen pijn doen. Zelfs Calum, Lotus en Lennon hadden dat nooit gewild. Linn was er echter niet gerust op dat op het moment dat ze een mens tegen zouden komen, ze diegene niks aan zouden doen.
Linn stopte met lopen om zich te concentreren. Luke zijn geur kon ze altijd herkennen, net zoals zijn manier van lopen of ademhalen. Ze hoorde echter geen menselijke voetstappen. De geur van Luke was niet in de buurt. Dat betekende waarschijnlijk dat hij veilig was. Ze rook zijn bloed niet. Wel hoorde ze iets anders. Van achteren klonk het alsof er iets op haar af kwam rennen. Niet met twee voeten tegelijk, maar wel met vier poten.
Zo snel als ze kon rende Linn weg, wetende dat het haast niks anders kon zijn dan een weerwolf. Of het te maken had met de berichtjes en telefoontjes van Luke, wist ze niet, maar ze wilde er niet achter komen.
Ze rende langs de bomen, probeerde zo veel mogelijk kanten op te gaan om de wolf op een dwaalspoor te brengen. Ze bleef de poten echter achter zich horen. Het leek zelfs alsof hij haar aan het inhalen was. Ze keek achterom en zag twee ogen glimmen in het donker. Plotseling verdwenen ze.
Linn draaide zich om, zoekend naar de wolf die haar achterna zat. Haar adem stokte in haar keel, terwijl ze zich probeerde te focussen op waar de wolf naar toe was gegaan. Achter haar klonk een grom en twee poten duwden haar op de grond. Linn slaakte een gil en haalde uit met haar armen, zodat ze de wolf kon raken. Ze wist zich om te draaien en trapte met al haar kracht de wolf van zich af. De wolf vloog piepend enkele meters door de lucht en viel daarna op de grond.
Snel krabbelde Linn overeind, niet lettend op haar telefoon die ze had laten vallen toen de wolf haar aan had gevallen. Ook de wolf was overeind gekomen. Hij leek haar niet met rust te willen laten. Linn wist zeker dat het een hij was. En als het echt zo was, dan wist ze ook wie er tegenover haar stond.
‘Ik ga niet met je vechten, Calum!’ schreeuwde ze naar de wolf, hopend dat haar stem tot hem door zou dringen. Ze wist dat de wolven alles leken te vergeten als ze waren veranderd. Het stukje mens was dan zo goed als vergeten. Hun dierlijke instincten namen het over. De wolf gromde enkel en zette de achtervolging weer in.
Linn rende weg, maar de wolf wist precies waar hij haar naar toe leidde. De omgeving werd steiler, de paden minder zichtbaar. Zelfs met Linn haar zicht werd het lastiger om de juiste plekken te vinden om te rennen. De wolf leek er echter geen problemen mee te hebben. Sterker nog: hij leek het makkelijker te vinden dan Linn.
Hij haalde haar in en sloot de weg voor haar af. De donkere ogen waren op haar gefixeerd. Het was Linn duidelijk: zij was zijn prooi. Ze had niks bij zich waarmee ze zich kon verdedigen, niks behalve haar eigen handen en voeten.
‘Wat?!’ vroeg Linn aan de wolf. Dat had ze beter niet kunnen doen. Hij sprong sneller dan ze had verwacht, waardoor ze niet uit kon wijken. De wolf belandde bovenop haar en samen schoten ze een stuk naar beneden. Linn probeerde de wolf van zich af te vechten. Ze probeerde Calum van haar af te vechten. De grond schuurde echter over haar rug en de poten van de wolf hielden haar op haar plek.
Eenmaal beneden voelde Linn haar lichaam op meerdere plekken pijn doen. Het zou wel weer helen, maar het gaf de wolf net tijd genoeg om zijn tanden te ontbloten. Linn zag ze glimmen in het maanlicht.
‘Calum, stop!’ riep ze uit, hopend dat hij zich zou beseffen wat hij aan het doen was. Calum leek echter niet te stoppen. Hij had maar één doel en dat was om zijn tanden in haar lichaam te zetten. Opnieuw haalde Linn uit. Ze raakte de wolf wel, maar daardoor kwam hij terecht bij haar zij. Hij bedacht zich niet en beet door haar huid heen. Linn gilde het uit van de pijn en ze greep met beide handen naar haar zij.
Nu de wolf zijn taak had volbracht, rende hij weg. Linn probeerde overeind te komen. Er schoten zoveel gedachten door haar hoofd. Een weerwolf had haar gebeteren. Dat betekende het einde. Geen enkele vampier had ooit een manier gevonden om de beet van een weerwolf te overleven. Iedereen was dood gegaan.
En nu stond haar hetzelfde te wachten.
Er gingen een hoop dingen door Michael zijn hoofd heen. Hij begreep nog steeds niet waarom Naylene het gevoel had gehad dat ze Ashton te hulp had moeten schieten. Wat maakte het nou uit dat hij haar nodig had gehad. Zij had hem zo vaak nodig gehad en hij was er nooit geweest, alleen als het hem goed uit was gekomen. Nu was het Michael wel duidelijk dat Ashton haar helemaal niet nodig had gehad. Hij had haar alleen maar willen lokken met een smoes, om zo zijn laatste trucje aan haar te laten zien. Een dode Luke. Een dode Luke die binnen een paar uur weer wakker zou worden en voor de keuze kwam te staan: doodgaan of een vampier worden. Naylene deed alsof Ashton hier niet verantwoordelijk voor was, maar dat was hij wel. Michael wist het zeker. Ashton probeerde hun plannen in de war te schoppen, er voor te zorgen dat Naylene niet zou vertrekken naar Japan.
‘We kunnen nu toch niks doen! Behalve Linn bellen dan, maar dat is niet iets wat ik wil doen! Ik wil haar niet vertellen dat haar vriend vermoord is door jouw ex, waarschijnlijk omdat dit zijn fucking vreemde manier is om te laten zien dat je hier moet blijven.’ In Michael zijn ogen was dat gebeurd. Ashton wilde hun reis naar Japan vertragen en daarom had hij dit met Luke gedaan. Hij wist dat ze nooit op reis zouden gaan met een nieuwe vampier. Dat was onmogelijk.
‘Goed, dan ga ik wel alleen met Luke naar binnen.’ Naylene leek duidelijk niet in discussie te willen gaan en draaide zich om, met Luke in haar armen. Ze liep al richting de trap die naar Luke zijn appartement leidde, waardoor Michael alleen in de steeg achter bleef. Hij keek om zich heen en schudde vervolgens zijn hoofd. ‘Nay, wacht!’
Hij snelde achter haar aan en opende de deur. Hij wilde niet alleen in de steeg blijven. Misschien was Ashton er nog wel. Naylene liep, nog altijd met Luke in haar armen, naar binnen en legde de man op de bank. Michael sloot de deur achter zich en liep naar de woonkamer, waar Naylene de barman nog aan het bestuderen was.
Michael pakte zijn telefoon en zocht het nummer van Linn, maar hij drukte nog niet op het groene telefoontje. Wat moest hij zeggen? Dat Luke een vampier zou worden? Naylene had het niet hardop gezegd, en Michael ook niet, maar ze wisten allebei waar Luke voor zou kiezen. Luke zou een keuze maken op basis van Linn. Hij wilde bij haar zijn. Dat betekende dat hij een vampier zou worden. Waarschijnlijk zou hij het bloed zonder na te denken naar binnen gieten. Maar wat zou Linn er van vinden? Bij Benjamin had ze zijn keuze gerespecteerd, ondanks dat Michael hem nog wel eens op andere gedachten had geprobeerd te brengen. Linn vond het echter belangrijk dat mensen de keuze kregen. Luke had die niet. Die moest hem gedwongen maken. Michael wist niet hoe Linn er op zou reageren.
‘Ga je Linn bellen?’ vroeg Naylene, aangezien Michael met zijn telefoon in zijn handen stond. Michael schudde echter zijn hoofd en stak de telefoon uit naar haar. ‘Ik wil haar niet bellen. Ze heeft al zoveel shit te verduren gehad. Nu krijgt ze dit er ook nog eens bij. Dat kan ik echt niet doen!’
Naylene zuchtte en nam de telefoon aan. ‘Ik bel haar wel. Al slaapt ze vast.’
Wat Naylene en Michael echter niet wisten, was dat Linn klaarwakker was. Ze was wakker gebeld, maar niet door haar twee beste vrienden. De ringtone van haar telefoon had haar wakker gemaakt en ze had gezien dat ze twee gemiste oproepen van Luke had gehad, midden in de nacht. In eerste instantie was ze geschrokken. Toen had ze haar berichten geopend en had ze de reden van de telefoontjes gezien.
Luke had haar een foto gestuurd van een verlicht plekje in het bos, met een kleed vol eten en allemaal lampjes. Daaronder had hij geschreven dat hij graag met haar wilde picknicken onder de sterren. Hij had haar de locatie gestuurd en gevraagd of ze zou komen. Met een grote glimlach was Linn haar bed uit gegaan en had ze snel wat warme kleding aangetrokken, waarna ze was vertrokken naar de locatie.
Linn liep al een tijdje door het bos. De telefoon in haar handen had al aangegeven dat ze de locatie had bereikt, maar ze zag niks. Geen Luke, geen picknick. Ze had geprobeerd om Luke te bellen, maar hij had nog niet opgenomen. Hij reageerde ook niet op haar berichtjes. Bezorgd om wat er was gebeurd, begon ze sneller te lopen.
‘Luke?!’ Wie weet was er iets gebeurd. Linn haar ogen gleden naar de maan, die vol was. Over het algemeen hielden de wolven zich afzijdig van de stad. Zo konden ze geen mensen pijn doen. Zelfs Calum, Lotus en Lennon hadden dat nooit gewild. Linn was er echter niet gerust op dat op het moment dat ze een mens tegen zouden komen, ze diegene niks aan zouden doen.
Linn stopte met lopen om zich te concentreren. Luke zijn geur kon ze altijd herkennen, net zoals zijn manier van lopen of ademhalen. Ze hoorde echter geen menselijke voetstappen. De geur van Luke was niet in de buurt. Dat betekende waarschijnlijk dat hij veilig was. Ze rook zijn bloed niet. Wel hoorde ze iets anders. Van achteren klonk het alsof er iets op haar af kwam rennen. Niet met twee voeten tegelijk, maar wel met vier poten.
Zo snel als ze kon rende Linn weg, wetende dat het haast niks anders kon zijn dan een weerwolf. Of het te maken had met de berichtjes en telefoontjes van Luke, wist ze niet, maar ze wilde er niet achter komen.
Ze rende langs de bomen, probeerde zo veel mogelijk kanten op te gaan om de wolf op een dwaalspoor te brengen. Ze bleef de poten echter achter zich horen. Het leek zelfs alsof hij haar aan het inhalen was. Ze keek achterom en zag twee ogen glimmen in het donker. Plotseling verdwenen ze.
Linn draaide zich om, zoekend naar de wolf die haar achterna zat. Haar adem stokte in haar keel, terwijl ze zich probeerde te focussen op waar de wolf naar toe was gegaan. Achter haar klonk een grom en twee poten duwden haar op de grond. Linn slaakte een gil en haalde uit met haar armen, zodat ze de wolf kon raken. Ze wist zich om te draaien en trapte met al haar kracht de wolf van zich af. De wolf vloog piepend enkele meters door de lucht en viel daarna op de grond.
Snel krabbelde Linn overeind, niet lettend op haar telefoon die ze had laten vallen toen de wolf haar aan had gevallen. Ook de wolf was overeind gekomen. Hij leek haar niet met rust te willen laten. Linn wist zeker dat het een hij was. En als het echt zo was, dan wist ze ook wie er tegenover haar stond.
‘Ik ga niet met je vechten, Calum!’ schreeuwde ze naar de wolf, hopend dat haar stem tot hem door zou dringen. Ze wist dat de wolven alles leken te vergeten als ze waren veranderd. Het stukje mens was dan zo goed als vergeten. Hun dierlijke instincten namen het over. De wolf gromde enkel en zette de achtervolging weer in.
Linn rende weg, maar de wolf wist precies waar hij haar naar toe leidde. De omgeving werd steiler, de paden minder zichtbaar. Zelfs met Linn haar zicht werd het lastiger om de juiste plekken te vinden om te rennen. De wolf leek er echter geen problemen mee te hebben. Sterker nog: hij leek het makkelijker te vinden dan Linn.
Hij haalde haar in en sloot de weg voor haar af. De donkere ogen waren op haar gefixeerd. Het was Linn duidelijk: zij was zijn prooi. Ze had niks bij zich waarmee ze zich kon verdedigen, niks behalve haar eigen handen en voeten.
‘Wat?!’ vroeg Linn aan de wolf. Dat had ze beter niet kunnen doen. Hij sprong sneller dan ze had verwacht, waardoor ze niet uit kon wijken. De wolf belandde bovenop haar en samen schoten ze een stuk naar beneden. Linn probeerde de wolf van zich af te vechten. Ze probeerde Calum van haar af te vechten. De grond schuurde echter over haar rug en de poten van de wolf hielden haar op haar plek.
Eenmaal beneden voelde Linn haar lichaam op meerdere plekken pijn doen. Het zou wel weer helen, maar het gaf de wolf net tijd genoeg om zijn tanden te ontbloten. Linn zag ze glimmen in het maanlicht.
‘Calum, stop!’ riep ze uit, hopend dat hij zich zou beseffen wat hij aan het doen was. Calum leek echter niet te stoppen. Hij had maar één doel en dat was om zijn tanden in haar lichaam te zetten. Opnieuw haalde Linn uit. Ze raakte de wolf wel, maar daardoor kwam hij terecht bij haar zij. Hij bedacht zich niet en beet door haar huid heen. Linn gilde het uit van de pijn en ze greep met beide handen naar haar zij.
Nu de wolf zijn taak had volbracht, rende hij weg. Linn probeerde overeind te komen. Er schoten zoveel gedachten door haar hoofd. Een weerwolf had haar gebeteren. Dat betekende het einde. Geen enkele vampier had ooit een manier gevonden om de beet van een weerwolf te overleven. Iedereen was dood gegaan.
En nu stond haar hetzelfde te wachten.