Hier komen de laatste 3 forum topics
te staan waarop je hebt gereageerd.
+ Plaats shout
Anoniem
Hey, everybody!
0 | 0 | 0 | 0
0%
Om mee te kunnen praten op het forum dien je ingelogd te zijn.Nog geen account? Klik hier om een gratis account aan te maken.

> Sluiten
Helper
16 van de 24 sterren behaald

Forum

ORPG, gedichten en schrijvers < Virtual Popstar Eerste | Vorige | Pagina:
ORPG | Ashes to dust
Hadesu
Wereldberoemd



Pijnstillers. Ontsmettingsmiddelen. Verband. Ze noemde een aantal dingen waar Raphael erg blij van werd. Het enige dat hij miste was water, maar hij had eigenlijk niet verwacht dat ze dat boven gevonden zou hebben. Het had gekund dat deze familie water in flessen had gehad, maar als dat zo was dan hadden ze het niet bewaard.
Aangezien Raewynn overduidelijk haar spullen aan het verzamelen was en zich klaarmaakte om te vertrekken, volgde Raphael haar voorbeeld. Niet geheel soepel pakte hij zijn tas, die wonder boven wonder nog heel was. Gegeven, hij zat onder het opgedroogde bloed, maar dat was te verwachten met de aanval van gisteren. De pijlkoker en boog werden ook opgeraapt, maar Raphael voelde al dat hij ze niet om zou kunnen binden zonder zichzelf heel veel pijn te doen.
'Waarschijnlijk zijn die mensen dood,' antwoordde hij droog op de vraag van Raewynn. Haar vraag mocht misschien wat retorisch geweest zijn, hij antwoordde toch. Niet veel mensen hadden een oorlog en een kernramp overleefd. Al helemaal niet zo lang geleden. Hij begreep haar nieuwsgierigheid echter wel: Plaatsen zoals deze deden denken aan vroeger, aan simpelere tijden. Raphael had het nooit meegemaakt en verwachtte ook niet ooit een wereld mee te mogen maken waarin alles was zoals het in deze verlaten plaatsen leek te zijn. Het was een tijdperk dat voorbij was, permanent.
'Ja, laten we gaan,' antwoordde hij op haar laatste woorden. Nog een keer keek hij de ruimte door. Wonderbaarlijk hoeveel herinneringen -en gaten in zijn geheugen- hij overgehouden had aan deze plek. Toch was hij niet rouwig om een andere woning op te zoeken. Er lag te veel bloed in dit gebouw.
Eenmaal buiten liepen ze in eerste instantie zwijgend naast elkaar. Het dorpje was niet echt dichtbebouwd, dus het was een klein stukje lopen naar het volgende gebouw. Eenmaal daar aangekomen, bleek dat het eerste gebouw al direct onbruikbaar was. De voordeur was uit zijn voegen geslagen, waardoor wolven het huis compleet vernield hadden. Dus ze liepen door, op weg naar het volgende gebouw.
'Kan je boogschieten?' vroeg Raphael ineens, ogenschijnlijk vanuit het niets. Hij had er echter over na zitten denken en aangezien hij en Raewynn hetzelfde doel hadden nu, haar naar de basis krijgen, zag hij er geen gevaar in om haar een wapen te geven. Als ze hem echt van kant had willen maken, had ze hem beter kunnen laten liggen en niet oplappen. Dit had haar veel te veel spullen gekost. Hij streek even met zijn hand over de pees van zijn boog. Als het nodig was, zou hij haar een spoedcursus geven. Het was een stuk veiliger als ze wapens voor langere afstand hadden. Tenminste, als ze bruikbare wapens voor langere afstand hadden. Op dit moment was hij echt niet in staat om de boog op te pakken en te gebruiken.

@Daynty 
Daynty
Internationale ster



Zonder dat ze er iets over zei, pakte Raphael zijn eigen spullen bij elkaar. Het ontlokte een minuscule, haast onzichtbare glimlach aan haar lippen, met een zweem van tevredenheid erin. Wellicht zou het toch nog wat worden met hem als reisgenoot. Ze wilde echter niet te vroeg juichen - wellicht gedroeg hij zich alleen zo voorbeeldig omdat hij de energie en kracht niet had om tegen haar in te gaan of haar bevelen uit te delen. 
Of misschien had gisteravond bij hem ook iets veranderd.
Net zo snel als die belachelijke gedachte in haar opkwam, drukte ze hem weer weg. Waarschijnlijk herinnerde hij zich nauwelijks meer iets van gisteravond, zo geïntoxiceerd en half doodgebloed als hij was geweest. En hoezo "ook"? Alsof er bij haar iets veranderd was. Hoe kwam ze erbij? Het liet haar haast denken dat de alcohol nog niet geheel uit haar bloedbaan verwijderd was. Ze hadden echt nieuw drinkwater nodig, en snel.
Raewynn vertrok geïrriteerd haar lippen toen Raphaels droge antwoord op haar overpeinzingen haar oren bereikte. 'Ja, en jij ook als je nog een keer zo'n dom antwoord geeft', zei ze bits. Het kwam er botter uit dan ze bedoelde. Ze zuchtte. 'Ik bedoelde, zouden ze op hun werk zijn geweest? Op school?' Raewynn pakte een fotolijstje van het ladekastje en veegde met haar andere hand de laat stof van het glas. 'De hond aan het uitlaten?' Ze kneep haar ogen samen en bracht de foto iets dichter naar haar gezicht toe, om het pluizige, donkerbruine huisdier dat erop stond beter te bekijken. Wat zou ermee zijn gebeurd? Zou het zijn gegrepen door de wolven uit het nabijgelegen bos? Dit keer sprak Raewynn haar gedachten niet hardop uit. Nog zo'n antwoord uit Raphaels mond en ze gaf hem er met alle plezier een verwonding bij.
Met een klap zette ze het lijstje terug op het kastje, waarna ze achter Raphael aan naar buiten liep. De zon, die eerder al fel door de ramen had geschenen, begroette hen met zijn oogverblindende licht en aangename warmte. Terwijl ze achter haar reisgenoot aan het tuinpad af liep, hees ze haar rugtas beter over haar schouders. Tussen het onkruid op de tegels waren druppels opgedroogd bloed te zien. Duidelijker dan ze gehoopt had, maar met een beetje geluk zou het wegspoelen in de eerstvolgende regenbui. 
'Boogschieten?' Een tikkeltje verrast trok ze haar wenkbrauwen op voor ze haar gezichtsuitdrukking weer gladstreek. 'Mijn vader heeft me vroeger wat boogschieten geleerd, alleen -' 
Zodra Raewynn besefte wat ze had gezegd, klapte ze haar mond dicht. Mijn vader. Had ze die woorden echt hardop uitgesproken? 
'Nee. Nee, ik kan het niet meer.' Ze versnelde haar pas iets, hopend dat Raphael niet had gehoord wat ze had gezegd. Naïeve hoop, wist ze, hij was dan wel gewond, met zijn gehoor was niets mis. 'Hoezo wil je dat weten?' 
Hadesu
Wereldberoemd



Ze kon zijn opmerking over de doden niet op prijs stellen, maar Raphael had het laten gaan en er verder geen aandacht meer aan besteed. Hij kon haar nieuwsgierigheid naar het verleden niet plaatsen, maar besloot om het verder niet te denigreren. Als zij er gelukkig van werd om te fantaseren over levens die al lang geleefd waren, dan was ze daar vrij in. Hij zou haar niet stoppen.
Bij een volgend huis stopte hij. De deur leek intact, wat hem goede hoop gaf. Hij gaf er een duwtje tegen, maar de deur gaf niet mee. Een goed teken, dan was de kans dat er hier voorraden waren nog iets groter. Hij had echter niet de kracht om de deur nu open te beuken. Was hij ook niet van plan. Raphael zette een stap terug, bestudeerde het huis. Uiteindelijk griste hij een sleutel achter een verstopt randje vandaan en de deur klikte open. Bingo.
Het huis was verlaten, bleek direct. Gelukkig. Raphael had geen zin in verrassingen. Nu konden ze rustig rondkijken, net zoals in het eerdere gebouw.
Haar vader. Raewynn was de zin begonnen, maar had hem niet afgemaakt. Raphael maakte er een mentale notitie van. Ze had veel geheimen, bleek maar weer. Eden zat achter haar aan. Ze wilde wraak op één van zijn collega's. Er was iets met haar ouders dat ze liever verborgen hield. Hoe langer Raphael met haar reisde, hoe meer raadsels en geheimen er rondom de jonge vrouw leken te ontstaan. Weer iets waar hij niet nu naar zou vragen, maar hij onthield het terwijl hij nonchalant doorging op wat ze had gezegd.
'Ik kan in mijn huidige staat geen gebruik maken van mijn boog,' legde hij uit, 'maar het is wel ons enige wapen voor langere afstand. Aangezien we hier toch nog wel even zullen blijven, minstens nog een dag en misschien zelfs twee, leek het mij een idee om je wat basisdingen te leren. Dan hebben we iets meer bescherming, al helemaal op langere afstand, als de groep van Eden's Elite ons inhaalt.' Hij haalde zijn schouders op, maar vertrok zijn gezicht terwijl hij dat deed. Niet handig.
Ondertussen liep hij de keuken in, waar een minder prettige geur hing en een briefje op tafel lag. Naast een schaal met wat ooit fruit geweest zou moeten zijn. Het briefje was geadresseerd aan ene Evie, met een adres waar ze naartoe moest gaan als ze dit briefje vond. Raphael twijfelde er niet aan dat Evie het briefje nooit gevonden had. Alles in het huis leek verder onaangeroerd, al had iemand wel een noodpakket aan voorraden meegenomen zo te zien. Hier moesten ze echt wel bruikbare dingen kunnen vinden. Kon niet anders. 'Check de eerste verdieping,' instrueerde hij Raewynn. Traplopen was voor hem iets te veel inspanning op dit moment, vandaar dat hij haar met dat klusje opzadelde. Hij zocht ondertussen beneden verder. Erg soepel ging het niet, maar er waren tenminste spullen. Het was iets.

@Daynty 
Daynty
Internationale ster



Het eerste gebouw waar ze langs kwamen bleek al betreden te zijn door de wolven, maar het volgende huis zag er veelbelovender uit. Kniehoog onkruid rees tussen de tegels omhoog, zachtjes meedeinend op het briesje dat over de omgeving streelde. Vroeger werd onkruid gezien als de vijand, wist ze, als iets dat verwijderd moest worden uit tuinen en tussen tegels. Raewynn kon zich er weinig bij voorstellen. Ongerept onkruid als op dit tuinpaadje groeide was iets waar ze in iedere plaats als een magneet door aan werd getrokken. Vrijelijk groeiend onkruid, niet vertrapt of geknakt, betekende onaangeroerd terrein.
Terwijl Raphael de deur controleerd, hield Raewynn de omgeving in de gaten. Met in haar hand één van haar dolken keek ze de omgeving rond. Een smalle weg vormde de straat waaraan de huizen stonden. Een stoep met schots en scheve tegels en een verwilderde berm met daarachter een verroest rasterwerk vormden de grens tussen het dorp en het bos. Tussen de bomen lagen de schaduwen een stuk dichter op elkaar gepakt dan tussen de huizen, waar het zonlicht niet belemmerd werd door een bladerdak. Vanaf hier oogde het bos donker, dreigend. Ze snapte het hek, maar hadden de mensen echt gedacht dat een knutselwerk van anderhalve meter hoge paaltjes met gaas ertussen de dieren die in de schaduwen lagen tegen zouden houden? Met de wolven was het in ieder geval niet gelukt.
Raewynn scheurde haar blik los van het bos op het moment dat ze Raphael de deur hoorde openen. Ze verslapte de greep op de dolk iets, maar stopte het wapen nog niet weg. Na een laatste blik op de omgeving, waarbij ze zich ervan verzekerde dat er verdee geen teken van leven te bekennen was, stapte ze achter haar reisgenoot aan naar binnen. Ze trok de voordeur achter haar dicht. Dat er geen wolven of andere vijanden te zien waren, betekende niet dat ze niet in de buurt waren.
Tot haar opluchting vroeg Raphael niet door over haar onafgemaakte zin - niet dat hij antwoorden zou hebben gekregen als hij dat wel had gedaan.
 'En jij vertrouwt mij met een boog?' Raewynn kon de scepsis niet weghouden uit haar stem. 'Wat maakt je ineens zo zeker dat ik jou er niet mee neer ga schieten?' 
Misschien het feit dat je gister zijn leven hebt gered, zei een stemmetje in haar hoofd. Raewynn drukte het weg.
'Niet dat ik het geen goed idee vind hoor', voegde ze eraan toe. 'Ik vind het juist een heel goed idee.'
Raphael kon zijn pijl en boog inderdaad niet fatsoenlijk hanteren zolang zijn verwonding hem zo in de weg zat en zij had geen wapens die nuttig waren op lange afstand. Ze zou een mes kunnen gooien, maar daar hield het op. Boogschieten was een vaardigheid die ze graag opfriste - en wellicht bood het tevens wat afleiding van haar overuren werkende gedachten.
Behoedzaam liep Raewynn de trap op naar de bovenverdieping, om routinematig eerst elke kamer te controleren op mogelijke ongewenste aanwezigen. Het was leeg, tot ze de deur aan het einde van de gang open duwde. Er lag een persoon op bed. In een reflex hief ze haar dolk. 
'Lekker dan', mompelde ze. Ze zuchtte en liet haar wapen zakken. De persoon op het bed ging hen niets doen, tenzij skeletten ineens het vermogen hadden zich te bewegen. Raewynn wierp een vlugge blik de kamer rond om te kijken of er iets nuttigs was. In één ruimte zijn met een dode was niet haar favoriete bezigheid. Ze griste een halfleeg potje pijnstillers van het nachtkastje naast het bed - het was niet moeilijk om te raden waaraan de persoon was overleden - en verliet de kamer.
Nadat ze een rondje over de bovenverdieping had gedaan om de bruikbare spullen te verzamelen, daalde ze de trap weer af.
 'Veel nuttige dingen, maar dit is geen plek om te blijven', deelde ze Raphael mee. 'Tenzij je natuurlijk houdt van het gezelschap van een lijk.'
Hadesu
Wereldberoemd



'Je hebt me nodig,' was zijn simpele antwoord, 'en anders had je me gisteren wel voor dood achtergelaten,' voegde hij er na een korte stilte aan toe, al vond hij dat het eigenlijk wel voor zich sprak dat die twee argumenten aan elkaar gekoppeld waren. Hij was al tevreden dat ze het met zijn voorstel eens was, het zou hem in ieder geval een veiliger gevoel geven wanneer ze een betrouwbaar wapen voor langere afstand hadden.
De meeste etenswaren in de keuken waren al lang vergaan, maar toen Raphael enkele van de kastjes open trok, bleek daar gelukkig nog wel iets in te staan. Verschillende blikken met etiketten die al lang niet meer leesbaar waren, maar Raphael had uit ervaring geleerd dat dingen in blik vaak nog lang goed bleven. Achterin een kast vond hij een fles zonder verdere opdruk. Bij het opendraaien vertrok zijn gezicht even, maar daarna glimlachte hij. Alcohol. Hij besloot de fles mee te nemen, omdat het in ieder geval goed zou zijn om zijn wonden en eventuele toekomstige verwondingen te behandelen. En wie weet, misschien kwamen ze nog wel een keer in de stemming voor wat sterke drank. Hij betwijfelde of dat snel zou zijn, maar dat even terzijde.
Nog even speurde hij de kastjes in de andere ruimtes af, maar hier leken niet echt nuttige dingen te liggen. Wel vond hij een doosje met lucifers, nog half gevuld. Deze stak hij in zijn tas.
Niet veel later hoorde hij Raewynn weer naar beneden komen en net toen hij wilde voorstellen om hier te blijven, deelde ze mee dat er boven een lijk lag. Of, wat er na zo veel jaar nog van over was. 'Ik kan me wel beter gezelschap indenken,' antwoordde hij dan ook. Ze zouden dus verder moeten gaan. Misschien toch maar goed ook, want drinkwater had hij nog steeds niet gevonden. Hij hoopte dat er hier ergens een riviertje liep of een klein meertje was, of misschien hadden ze geluk en zouden ze ergens nog waterflessen tegenkomen. Dat laatste leek onwaarschijnlijk, maar wie weet.
Ze verlieten het huis, Raphael sloot de deur weer zorgvuldig en stopte de sleutel in zijn zak. Hij verwachtte niet dat hij hier ooit nog terug zou komen, maar voor het geval dat het nodig was, zou hij hier in ieder geval weer naar terug kunnen.
Er waren nog een aantal huizen, dit keer wat dichter op elkaar. Raphael vermoedde dat er hier wel een huis zou zijn waar ze een nacht konden blijven. Hij voelde zijn lichaam nu al protesteren tegen de inspanning die hij verrichtte, wat betekende dat hij binnenkort moest gaan rusten. Hij haatte de zwakte.

@Daynty 
Daynty
Internationale ster



Ze haatte het, besefte ze terwijl ze luisterde naar wat Raphael zei. Iemand nodig hebben. Het was lang geleden sinds de laatste keer dat ze iemand nodig had gehad. Veel liever wilde ze dat ze zelf alles kon, dat ze geen anderen nodig had om iets te verkrijgen. In haar ogen was dat een vorm van zwakte, afhankelijkheid. 
Raphael stemde ermee in om hun verblijfplaats voor de rest van de dag en waarschijnlijk ook de komende nacht niet in dit huis te vestigen. Raewynn stopte de bruikbare spullen in haar rugtas, voor zover dat nog paste nu ze twee onaangeroerde huizen hadden geplunderd. Dat was misschien wel het enige dat meezat aan deze dag: voorraden aanvullen was niet vaak zo gemakkelijk. Alleen nieuw drinkwater liet nog op zich wachten. 
‘Bang dat het lijk je achterna komt?’ Met haar aandacht verdeeld tussen de omgeving en Raphael keek ze toe hoe hij de voordeur zorgvuldig weer op slot draaide, waardoor het leek alsof er niemand binnen was geweest. Alleen de paar stukjes geplette onkruid op het tuinpad verraadden een recente aanwezigheid bij het huis. 
Een tijdje liepen ze in stilte verder door de straat, die uitkwam op een smallere zijstraat met kleinere huizen zonder zulke royale tuinen als de huizen die grensden aan het bos hadden. Deze straat oogde een stuk minder onaangeroerd. Van meerdere gebouwen waren ramen ingeslagen of -gegooid, een deur hing scheef in de scharnieren en bij een andere deur waren diepe krassen in het hout te zien. Wolvenklauwen. De muren van een blok rijtjeshuizen werden gesierd - of ontsierd, het was maar hoe je het bekeek - door graffiti. Het was weinig kunstzinnige graffiti. Met rood en zwart waren woorden en zinnen op de bakstenen muren gekalkt. De boodschap ervan zou ze niet bepaald labelen als vrolijk. 
‘Dus, wanneer -’
Een beweging schoot door de rand van haar blikveld. Raewynn greep Raphaels arm en trok hem opzij achter een auto langs de rand van de weg. Ze voelde hem onder haar greep ineenkrimpen. Snel liet ze hem los, ook al was het een beetje te laat om rekening te houden met zijn wond.
‘Ik zag iets bewegen’, fluisterde ze. De vingers van haar ene hand rustten lichtjes tegen het blik van de auto, haar andere hand hield haar wapen vast. Raewynn kwam iets overeind uit de gehurkte positie en gluurde door de ruiten van de auto naar de plek waar ze iets had gezien. ‘Ik kon het niet goed zien, maar het leek groot en donker. Geen mens, ik denk een dier.’ Ze knikte in de juiste richting. ‘Achter die rijtjeshuizen.’ 
Het was moeilijk om haar blik te focussen tegen het zonlicht in. De hoofdpijn, die nog steeds gepaard met een dof gebonk aanwezig was, maakte het er niet veel beter op. 
Raewynn wierp een schichtige blik over haar schouder om de weg achter hen af te speuren op tekens van leven. Of ze nu daadwerkelijk iets gezien had of dat het een speling van de schaduwen, de zon en haar verdwaasde hersenen waren geweest, het beviel haar niet om hier zo open rond te lopen. 
‘Zie je dat huis daar met die donkerblauwe voordeur?’ vroeg ze op gedempte toon aan Raphael. Ze wees naar een huis een kleine dertig, veertig meter verderop, schuin tegenover het huizenblok met graffiti. ‘Te zien aan de staat van de andere huizen is het vast niet zo onaangeroerd als de vorige twee, maar de deur ziet er nog redelijk intact uit. Als we die kunnen blokkeren, is dat misschien een plek om wat langer te schuilen. Ik wil in ieder geval van deze straat af, we zijn veel te makkelijk te zien.’




@Hadesu 

Hadesu
Wereldberoemd



Een flinke pijnscheut schoot door zijn arm heen, door naar de rest van zijn lichaam, en even was Raphael compleet verdoofd en gedesoriënteerd. Pas enkele tellen later realiseerde hij zich wat er aan de hand was en wat Raewynn zei. Hijzelf zag niets, maar dat was niet onverwacht. Zij was nu eenmaal degene met de beste zintuigen van hun tweeën, het zou eerder verbazingwekkend zijn wanneer hij het eventuele gevaar eerder gezien had dan zij. En aan haar beschrijving te horen kon het best wel eens een van de wolven zijn die het gevecht van gisteren overleefd had. Of een andere roedel, misschien wel nog gevaarlijker. Raphael wilde vandaag liever niet oog in oog komen te staan met weer een Alpha. Hij wist niet of het misschien enkel een schaduw geweest was. Misschien hun zenuwen die hen te parten speelden. Wat Raphael wel zeker wist, was dat ook hij liever niet op de straat wilde blijven. Ze hadden geen enkele beschutting en hoewel het handig was dat ze heen en weer konden tussen verschillende huizen, maakte het ze ook kwetsbaar. Hij knikte dan ook naar Raewynn dat hij het met haar keuze eens was. ‘Jij gaat eerst, kijk of je die deur open kunt krijgen zonder hem te slopen,’ instrueerde hij haar. Normaal zou hij eerst gegaan zijn, maar de verwondingen maakten hem traag. Als ze zo snel mogelijk uit het zicht wilden, was dit de betere en meest wijze keuze. Raphael speurde de straat nog een keer af voor eventuele bewegingen. Hij hoorde of zag in ieder geval niets, maar geheel zeker was hij er niet op. De schaduwen leken ineens een stuk donkerder en onheilspellender.‘Nu.’ Hij wilde dat ze zo snel mogelijk zou gaan, dan kon hij binnen enkele seconden achter haar aan gaan. Op deze manier verloren ze zo min mogelijk tijd in het zicht van eventuele roofdieren. Ondanks de pijn pakte Raphael toch zijn boog en een pijl. Hij wist dat als het erop aankwam, hij liever zijn bestaande wonden openreet dan te sterven aan nieuwe wonden. Op deze manier kon hij Raewynn misschien nog dekking geven ook. God, het was zo veel makkelijker als ze zelf met het wapen overweg zou kunnen. Het liefste zou hij vandaag nog beginnen met het haar leren, maar dat had hij niet meer kunnen zeggen voordat ze hem achter de wagen had getrokken. Was nu ook even niet belangrijk.

@Daynty 
Daynty
Internationale ster



Misschien hadden ze zich gewoon over een lijk op de bovenverdieping heen moeten zetten. Nu ze hier verscholen achter een auto stonden, Raphael half vergaand van de pijn door de onverwachte beweging, met wel of geen wolf in de buurt en veertig meter open terrein tussen hen en beschutting in, leek het vorige huis ineens helemaal niet zo’n slechte optie meer. 
Krampachtig krulde Raewynn haar vingers beter om de dolk heen, tot ze zich bewust werd van het nerveuze trekje en haar grip weer iets verslapte. Het was niets voor haar om zo in spanning te zitten door een dreiging. Angst zou ze het niet noemen, maar ze voelde zich ook niet zo op haar gemak als doorgaans het gevoel was, wanneer haar zelfvertrouwen elke vorm van paniek of nervositeit wegdrukte. Nog een aandenken aan de aanval van de wolven gister. Het had zo weinig gescheeld… Het gevoel van kwetsbaarheid had zich als een teek in haar vastgebeten. Een blik op Raphaels gespannen gelaat, vertelde haar dat hij evenmin erg enthousiast werd van deze situatie.
‘Kom op’, mompelde Raewynn in zichzelf tegen hetgeen dat ze net gezien dacht te hebben. ‘Laat je nog eens zien.’ 
Naast dat ze hier veel te onbeschut rondliepen, beviel het haar ook niet dat ze geen zekerheid hadden over de bron van de beweging. Voor hetzelfde geld was het wel een losgeslagen hersenspinsel van haar geweest en maakten ze zich druk om niets. 
‘Ik hoop dat de deur niet op slot zit’, antwoordde ze. ‘Anders ben ik bang dat slopen de enige optie is.’ 
Een tikkeltje sceptisch keek ze toe hoe Raphael zijn boog erbij pakte. Hoe hard hij het ook probeerde te verbijten, ze zag dat de bewegingen hem pijn deden. Het was niet anders nu - en het stelde haar enigszins gerust dat hij haar een vorm van dekking kon geven als ze de afstand naar het huis overbrugde. 
Raewynn reikte over haar schouder om ook haar andere dolk te pakken wees met de punt ervan naar Raphael. ‘Niet doodgaan in de tussentijd.’
Ondanks dat ze haar best deed haar voeten zo zacht mogelijk neer te laten komen, klonk het getik van haar schoenen op het asfalt hard in de doodse stilte, te hard. Met vlugge passen bewoog ze zich van de pickup waarachter ze verstopt zaten naar een auto een klein stukje verderop. Een paar seconden hurkte ze neer achter het voertuig, om de resterende meters naar het huis en de omgeving nogmaals af te zoeken met haar ogen. Er was niets te zien. Toch vertrouwde ze het niet. 
Behoedzaam stapte ze achter de auto vandaan. Dit keer met langzamere passen begon ze de straat over te steken naar het huis met de blauwe voordeur. In het midden van de straat verstijfde ze. Het was terug. Dezelfde beweging, groot en donker en zich voortbewegend als een dier, flitste door de rechterkant van haar blikveld. Met een ruk draaide Raewynn haar hoofd opzij, maar voor ze haar blik op het dier kon vestigen, was het weg. 
‘Verdomme’, vloekte ze, terwijl ze zich draaide in de richting waar de beweging heen was gegaan. Waar was het gebleven? Het leek er niet op dat iets anders zich nu schuilhield achter de auto waar zij vlak daarvoor had gescholen. Maar het kon onmogelijk zo snel hebben bewogen dat het in minder dan twee seconden de beschutting van het huizenblok had bereikt. Toch? Ze mocht niet vergeten dat het een gemuteerde wolf kon zijn. 
Een paar seconden bleef ze staan, iedere centimeter van het huizenblok afzoekend naar beweging, maar het lag er net zo doods bij als eerst. Resoluut bracht ze haar benen in beweging, sneller dit keer. 
Ze zag de reflectie van twee felle, met haat doordrenkte ogen in de ramen op hetzelfde moment dat een wolk voor de zon schoof. Even deed ze alsof ze de wolf, die naast de auto stond, nog niet had gezien, om het dier nog een klein stukje dichterbij te lokken. Ze pakte haar dolken steviger vast. Een langzame grijns verspreidde zich over haar gezicht. Deze wolf had een grote fout gemaakt door alleen achter haar aan te komen.
Nog twee stappen dichterbij. 
Ze bleef stilstaan.
Nog één.
Het dier zakte door zijn knieën en nam een aanvalshouding aan, klaar om zich op haar te storten. 
‘Rae!’
Alles gebeurde tegelijk. Raphael schreeuwde haar naam. De wolf zette zich af. Raewynn draaide zich om, haar dolken geheven. Een oorverdovende knal sneed dwars door de stilte en de adrenaline heen. Vlak voor de wolf zichzelf aan één van haar dolken reet, zakt het dier middenin de lucht opzij. Met een doffe klap lande het op het asfalt. Piepend en grommend probeerde het overeind te krabbelen. Bloed droop uit een wond in de flank van de wolf. Een schotwond, besefte ze verbijsterd.
Nog een knal volgde. 
Bloedspetters vlogen uit de kop van de wolf en glinsterden op het asfalt in de zon. 
‘What the hell... ‘ was het enige dat ze uit kon brengen. Een eind verderop zag ze Raphael achter de pickup truck vandaan komen, maar haar aandacht werd getrokken door een jongeman die vanaf de rijtjeshuizen op haar af kwam gelopen. 
‘Geen dank voor het redden van je leven’, merkte hij nonchalant op.

@Hadesu 
Hadesu
Wereldberoemd



Raphael had de wolf pas op het allerlaatste moment gezien. Te laat. Maar hij was overduidelijk niet de enige hier, want de wolf werd onschadelijk gemaakt. Niet door hem, al stond zijn boog op spanning. Niet door Raewynn, die had haar dolken nog in haar handen. Het was een geweer geweest. Knallen. Raphael vloekte binnensmonds, richtte zijn wapen op de plek waar het geluid vandaan was gekomen. De rijtjeshuizen hadden zijn zicht negatief beïnvloed, ze blokkeerden namelijk veel te veel van de omgeving. Had Raphael beter opgelet, was dit nooit gebeurd.
De pijl werd wat strakker gelegd. De pijn werd verbeten, al had Raphael het gevoel dat hij zijn wonden weer openscheurde. Deed er niet toe. Hij kende deze vreemdeling niet, maar een aantal dingen wist hij zeker.
Één. Hij kende deze man niet.
Twee. Raewynn had al eerder gezegd dat ze alleen was.
Dat betekende dat deze man, wie hij ook mocht zijn, geen enkele persoonlijke connectie met een van hen had.
Dat betekende dat de vent blijkbaar een voordeel dacht te kunnen halen aan het doden van de wolf.
Drie. Er hadden twee knallen geklonken. Twee kogels verspild. Niet alleen dat, de knallen zouden alles in de straal van twee kilometer op laten schrikken. Ze hadden net zo goed een vuur kunnen stoken en roepen waar ze waren.
Dat betekende dat de man idioot was, of hen in de nesten probeerde te helpen.
Vier. Hij mocht dan wel de wolf gedood hebben, voor hetzelfde geld had hiJ Raewynn geraakt. Misschien was dat eigenlijk wel zijn doel geweest, maar probeerde hij zijn misser nu te maskeren.
Raphael vertrouwde de vent in ieder geval niet. Niemand hielp zomaar een ander in deze wereld. Hij had Raewynn gered omdat hij haar nodig had. Raewynn had hem gered omdat zij hem nodig had. Ze hadden de geëvolueerden gedood omdat ze wilden leven. Simpel. Het betekende dat deze kerel een agenda moest hebben.
'Leg je wapens neer,' gromde hij dan ook, voordat Raewynn kon reageren op de nonchalante, bijna speelse opmerking van de vent. Ze moest toch begrijpen wat er door zijn hoofd schoot. Ze was niet achterlijk.
'Nou nou,' begon de jongeman, die was gestopt met lopen toen hij de boog zag, 'dat is toch nergens voor nodig?'
'Wapens. Neer.' Raphael richtte de boog iets beter. Hij nam de gok dat de jongeman niet zou zien dat zijn hand trilde, niet op deze afstand. Geen zwakte tonen, hoeveel zeer het ook deed.
Blijkbaar overtuigde hij de jongeman. Dit vertelde Raphael dat het geen geëvolueerde was, anders was hij wel door de mand gevallen. Ietwat twijfelend pakte de vreemdeling zijn vuurwapen, hield deze omhoog en hij verwijderde de kogels. Dat liet Raphael iets ontspannen. Gelukkig maar, want hij had ongelofelijk veel zeer.
'Waarom deed je dat?' Hij gaf de man geen kans om verder nog iets te zeggen. Hij was beter getraind dan deze vreemdeling, zowel in de intimidatie als in het vechten als in de communicatie. En hij zou zich niet laten verrassen door een blaaskaak die zich hoog voelde omdat hij een wolf om het leven had gebracht. Raewynn en hij hadden het ook gehaald. Zij had haar dolk in de aanslag gehad en hij had binnen no time de pijl los kunnen laten. Dat alles in de fractie van een seconde. Misschien twee. Hij had geen hulp nodig.

@Daynty 
Daynty
Internationale ster



Staren.
Een paar seconden lang was dat het enige dat ze kon doen, naast het instinctief verstevigen van haar greep op de dolk, voor het geval de vreemdeling de loop van zijn wapen na de wolf op haar zou richten. De schoten galmden nog na in haar hoofd, evenals de zelfingenomen stem van de persoon die het geweer gehanteerd had. 
‘Hoezo -’ Toen ze de verbijstering eindelijk te boven was, was Raphael haar voor met een reactie. Hoezo mijn leven gered? had ze willen zeggen, je gaf me verdomme niet eens de kans! 
Misschien was het maar beter dat Raphael het woord had genomen, want Raewynn was beter in het opfokken van anderen met haar woorden dan in het voeren van een delicaat gesprek als dit. 
De vijandigheid golfde van Raphael af alsof hij radioactief was en in de ogen van de vreemdeling flakkerde ergernis. Vanaf haar positie kon ze zien hoe de pijl die Raphael had gespannen iets trilde op de boog - een bijna onzichtbare beweging die zijn zwakte verraadde. Ze bracht haar blik terug naar de vreemdeling, zijn bewegingen nauwlettend volgde. Hoe groot waren de kansen dat hij een geëvolueerde was? Dat hij ook zag dat het omhoog houden van de boog Raphael al zijn moeite kostte? 
Of hij zag het daadwerkelijk niet of hij deed alsof. De jongeman verwijderde de kogels uit zijn wapen en stopte ze in zijn broekzak. Automatisch maakte Raewynn er een mentale aantekening van. Kogels waren schaars en hoewel het geluid van een vuurwapen lang niet altijd praktisch was, kon een pistool een groot voordeel bieden. Bovendien vertrouwde ze de jongeman niet. Hij had de kogels dan wel uit zijn wapen gehaald, hij had ze nog steeds binnen handbereik. 
De vreemdeling opende zijn mond, ze vermoedde om er nog een opmerking uit te gooien, maar Raphael was sneller met zijn vraag. Geïnteresseerd keek ze terug naar de onbekende. Dit was iets dat zij ook wel wilde weten. Ze geloofde niet dat hij niet had gezien dat ze voldoende tijd had gehad om de wolf met haar dolk te raken. 
‘Zouden jullie me geloven als ik zeg dat ik het deed omdat ik niet graag mensenlevens verloren zie gaan?’
Raewynn snoof. ‘Wat denk je zelf?’ Met trage, behoedzame passen liep ze een rondje om de jongeman heen. ‘Er is geen ruimte voor zulke goedheid in deze wereld.’ 
Ze had het wel eens gezien. Iemand die het leven van een vreemdeling redde, met als dank een mes door zijn hart. Ze was nog jong geweest, maar dat beeld stond op in haar geheugen gegrift. Zelfs al bestond er nog iets goeds in dit verdorven universum, deze jongeman was dat niet. Ze vertrouwde hem niet. Hij was te arrogant, te ontspannen. 
Raphael nam ook geen genoegen met het antwoord. Het bevestigde haar vermoeden enkel. Als ook hij het niet vertrouwde, was er een goede reden om waakzaam te blijven. Raewynn kon van de ODAV-jagers zeggen wat ze wilde, maar goed opgeleid waren ze over het algemeen wel. Het kon niet anders dan dat Raphael wist hoe hij een mens moest lezen en uithoren. 
De vreemdeling zuchtte en liet een halfslachtig lachje horen, alsof hij zijn leugen bekende. ‘Jullie hebben gelijk. Ik doodde de wolf vooral omdat ik die gedrochten niet bij mijn woonplek in de buurt wil hebben.’ Hij keek van Raphael naar haar. ‘Dat ik daarbij je leven redde, is alleen maar mooi meegenomen toch?’ 
Raewynn wisselde een blik met Raphael. Het hing onuitgesproken tussen hen in dat ze de vreemdeling niet vertrouwden. De volgende vraag was wat ze met hem zouden doen.

@Hadesu 
Hadesu
Wereldberoemd



Bullshit, dat was wat de man vertelde. Tenminste, het eerste wat hij zei was bullshit. Liefdadigheid bestond  niet meer in deze wereld. Gelukkig was Raewynn hem voor en beantwoordde ze de woorden van de vreemdeling. Niet zo subtiel als Raphael misschien gedaan had, maar het kwam op hetzelfde neer. Gelukkig had hij zelf ook door dat zijn leugen niet werkte, want de man krabbelde al snel terug op zijn woorden en gaf een verklaring die iets realistischer was. Toch, Raphael vertrouwde de vent voor geen meter.
Net toen hij dit uit wilde spreken hoorde hij echter een geluid aan zijn linkerkant. En hij hoorde het eerder dan de jongeman tegenover hen. Geen geëvolueerde. Onmogelijk. Niet dat Raphael veel tijd had om daar over na te denken, want het geluid bleek gevaar met zich mee te brengen. In een fractie van een seconde vlogen er meerdere donkere figuren uit de bosjes, In nog een fractie van een seconde had Raphael zijn boog weer volledig gespannen en vloog één van de pijlen in de richting van de figuren. Een hoog gepiep klonk en het was duidelijk dat een vijand uitgeschakeld was. Er sprongen echter vier grote wolven tevoorschijn, ongeveer hetzelfde formaat als degene die Raewynn eerder had aangevallen.
De vreemdeling had geen kogels in zijn wapen. Raewynn had alleen haar dolken. Hij kon geen pijlen blijven vuren. Ze moesten rennen, anders zouden ze het niet overleven. 'Nu is een uitstekend moment om te gaan rennen naar die zogenaamde woonplek,' gromde hij dan ook, wat hem een nerveuze blik opleverde van de jongeman. Die leek zich echter te realiseren dat ze geen schijn van kans hadden als ze gingen vechten op deze manier. Zonder nog een woord te zeggen draaide hij zich om en begon te rennen.
Raphael wisselde even een blik met Raewynn, maar veel tijd om te overleggen was er niet. Ze gingen rennen en hopen dat het beter uitpakte dan de vorige keer dat hij en zij moesten rennen voor wolven.
Het volgen van de jongeman was niet makkelijk. Er waren een heleboel steegjes en smalle weggetjes die hij insloeg, waarbij het duidelijk was dat hij zijn best deed om Raphael en Raewynn af te schudden. Misschien om de wolven bezig te houden. Het lukte het tweetal echter om hem bij te houden, zelfs met de verwondingen van Raphael. Die zouden straks wel weer compleet open zijn en opnieuw verbonden moeten worden, maar op dit moment nam de adrenaline de leiding.
Ze schoten een gebouw in met slechts een smalle opening. Direct nadat ze binnen waren, werd de opening geblokkeerd. Trappen op, naar boven. Ook hier waren verschillende barricades opgesteld. Op zijn minst zouden ze hiermee tijd winnen, al hoopte Raphael dat de wolven niet door de eerste barricade heen konden komen.
Een gang door. Nog een trap op. Ze vluchtten uiteindelijk een kleine ruimte in, die afgesloten kon worden met een grote, ijzeren deur. Een soort van bunker, bijna.
Met zijn drieën konden ze de deur op tijd dicht krijgen en Raphael was er vrij zeker van dat het onmogelijk was voor de wolven om daar zomaar doorheen te komen. Gelukkig maar, want hij was uitgeput. En hij was niet de enige, aan de zware ademhaling van de jongeman te horen. Toch leek het niet af te doen aan diens arrogantie.
'Had je me nou maar niet bevolen om mijn kogels uit het wapen te halen, hm?' vroeg hij, met een arrogante zweem van een glimlach rond zijn lippen. Raphael kon zijn nek wel omdraaien, maar op dit moment had hij te veel pijn om zoiets te doen. Misschien wilde Raewynn hem wel een kopje kleiner maken.

@Daynty 
Daynty
Internationale ster



Raewynn had graag meer tijd gehad om met Raphael te overleggen wat ze met de jongeman aan moesten. Hij had wellicht nuttige voorraden, maar het liefst sleepte ze Raphael mee deze straat uit en zorgde ze voor zoveel mogelijk afstand tussen hen en deze onbekende voor het vallen van de nacht. Het probleem was dat haar reisgenoot niet bepaald in staat was om nu kilometers te voet af te leggen en ze betwijfelde of de auto's in de straat nog in beweging te waren krijgen. Ze kreeg niet genoeg tijd om dat uit te vinden.Wat een domme fout om in de straat rond te blijven hangen, bedacht ze zich terwijl ze haar best deed om de onbekende man door een doolhof aan steegjes en verlaten panden te volgen en tegelijkertijd te voorkomen dat Raphael te ver achterop raakte. Wolven waren nooit alleen. Dit hadden ze aan kunnen zien komen. De vreemdeling met zijn geweer had hen echter zodanig verrast dat ze er geen moment bij stil had gestaan. En haar hoofd voelde nog steeds alsof het gevuld was met watten. Raewynns borstkas bewoog gejaagd op en neer toen ze eindelijk konden stoppen met rennen. Terwijl de vreemdeling een dubbele vergrendeling op de ijzeren deur schoof, leunde zij tegen de muur om haar adem terug te vinden alvorens naar de ramen te lopen. Met de mouw van haar vest trachtte ze wat van de viezigheid die het uitzicht vertroebelde weg te vegen, maar het mocht weinig baten. Door de groenige waas heen tuurde ze naar buiten. Een overwoekerde klinkerweg scheidde het pand waar ze in waren gevlucht van een haast identiek fabriekspand aan de overkant. De straat bevond zich drie verdiepingen lager en oogde verlaten - nog wel. Een gesmoord geluid trok haar aandacht weg bij de straat. Raphael steunde met zijn onderarm tegen de muur naast de deur, zijn andere hand tegen zijn buik gedrukt. Hij zag eruit alsof hij ieder moment in ging storten en zo voelde hij zich waarschijnlijk ook. 'Ga zitten', droeg Raewynn hem op terwijl ze zich naast hem op haar knieën liet vallen. Ze schudde haar rugtas van haar schouders af en trok het vak open waar de medische spullen in zaten. 'Doe je shirt omhoog.' Ze rommelde in haar verbanddoosje tot ze de schaar had gevonden waarnaar ze opzoek was. Vlak voor ze het oude verband om Raphaels wond ermee door kon knippen, hield een stem haar tegen.'Wat ga je daarmee doen?' De vreemdeling keek haar argwanend aan. Raewynn wist niet of ze hem moest negeren of slaan om die domme vraag. 'Wat dacht je van voorkomen dat hij leeg bloedt?' grauwde ze. 'Tenzij je een plas bloed op de vloer een mooie accessoire voor het interieur vindt.''Deze ruimte kan wel wat kleur gebruiken.' Slaan was de meest aanlokkelijke optie, maar ze besloot hem te negeren. Terwijl ze het verband voorzichtig los knipte, mompelde de jongeman nog wat in zichzelf. 'Nee... nee... mag niet leegbloeden... niet heel. Daar houden ze niet van.'
Plaats een reactie
Reageer
Om nieuwe berichten te laden: ingeschakeld
Eerste | Vorige | Pagina: