Hier komen de laatste 3 forum topics
te staan waarop je hebt gereageerd.
+ Plaats shout
Anoniem
Hey, everybody!
0 | 0 | 0 | 0
0%
Om mee te kunnen praten op het forum dien je ingelogd te zijn.Nog geen account? Klik hier om een gratis account aan te maken.

> Sluiten
Helper
17 van de 24 sterren behaald

Forum

ORPG, gedichten en schrijvers < Virtual Popstar Eerste | Vorige | Pagina: | Volgende | Laatste
ORPG | Light up a spark
Demish
Internationale ster



Waarom voelde het alsof hij vijandelijk gebied binnen wandelde? Hij had de nerveuze misselijkheid in zijn maag die hij één van de eerste keren had gevoeld, toen hij nog maar net een soldaat was geweest en zich had moeten bewijzen in een eerste belegering. Die nervositeit was echter snel weg gegaan toen hij zich de kernwaarden van de Onyx had herinnerd. Nu kon hij die zich ook nog herinneren, maar hij identificeerde zich er niet meer mee. De eerder zo volmaakte zinnen, die haast als een religie voor hem waren geweest, waren nu niks meer dan aan elkaar geplakte woorden, zonder betekenis.
‘Te lang geleden, generaal,’ stemde hij in, terwijl hij de man een amicale begroeting gaf. Dimitri leek iets minder enthousiast te worden begroet, maar desalniettemin beter dan dat hij de meeste oud-leerlingen zou verwelkomen. 
Bij het horen van de avondplannen, het diner, draaide Dain zijn maag om. Hij wist niet of hij een heel diner zou kunnen overleven. Hij probeerde zichzelf gerust te stellen, wetend dat het enkel over oorlogsverhalen zou gaan en dat als hij zich stil zou houden. Dragos en Dimitri het woord wel over zouden nemen. Wellicht zou het niet zo erg worden. Toch had hij er geen goed gevoel bij. 
Dain zijn ogen gleden naar Rheana, die meteen werd bestempeld als een bediende en werd verwacht zich te voegen bij de bedienden, of slaven, hier op het kamp. Iets waar Dain het niet mee eens was. Aangezien ze bij hem hoorde, vond hij dat hij het recht had om te bepalen wat er met haar zou gebeuren nu ze net op het kamp aan waren gekomen.
‘Oh, Rheana verdient ook haar rust,’ merkte Dain op. Het was vast een vermoeiende reis voor haar geweest, gezien ze het niet gewend was. Daarnaast had ze met Dimitri om moeten gaan, was ze enkele dagen geleden aangevallen door een Eilin en had ze een flinke klap gemaakt. Ook had ze nog eens voor hem moeten zorgen, terwijl hij zo nu en dan ook te eigenwijs was geweest. Als er iemand was die het verdiende om bij te komen, in ieder geval tot het diner, dan was het Rheana.
‘Wel nee, ze is hier toch om te werken? Ze kan niet verwachten dat ze hier vakantie krijgt. Daarbij, ze past vast goed tussen de rest.’ Hij praatte over haar alsof ze honderden meters verderop stond. Alsof ze hem niet kon horen. Dain wist dat het wel zo was. Hij vroeg zich af of Dragos altijd al zo had gepraat. Had Dain dat dan nooit gemerkt? Of had hij het simpelweg niet erg gevonden, omdat hij zelf ook zo had gedacht? Hoe had hij zo blind kunnen zijn voor alles wat er zo duidelijk voor hem af had gespeeld.
‘Hij heeft gelijk. Rheana past er perfect tussen,’ zei Dimitri. Het liefst wilde Dain hem laten weten dat dit niet de tijd was om zich ergens mee te bemoeien, maar dat zou opvallen. Alles zou opvallen. Het werd hem steeds duidelijker dat het geen goede keuze was geweest om naar kamp Haldor te reizen.
‘Dat is dan geregeld!’ Dragos klapte in zijn handen en wenkte daarna naar Maurelle. ‘Nou, waar wacht je op? Begeleid ze naar hun vertrekken.’
Het donkere meisje, wiens haren niet leken te willen blijven zitten in de staart die zo zorgvuldig had geprobeerd te maken, knikte naar Dragos en liep vervolgens naar het drietal. Ze behield echter haar afstand. Wat ze wel deed, was hen één voor één bekijken. Iets wat hij niet gewend was van een gevangene.
‘Volgt u mij. Jullie zullen verblijven in de gastvertrekken, bij de opzichters in de buurt. Behalve jij,’ ze richtte zich kort op Rheana. ‘Jij zal verblijven in de slavenvertrekken.’ De bediende, Maurelle, liep voor hen uit. Het zag er naar uit dat ze langs de steengroeve zouden wandelen. Ze hoefden zich geen zorgen te maken over de spullen die ze mee hadden genomen. Andere gevangenen leken daar al voor te zorgen.
Dimitri leek zijn ogen uit te kijken op het kamp. Dain wist dat dit kamp een reputatie had. Het was één van de meest wrede werkkampen die er bestond sinds keizer Darius de macht had gegrepen. Dimitri leek alles in zich op te willen nemen en het leek haast alsof hij er van genoot. Dain probeerde echter de schreeuwen, het geluid van de harde arbeid, te negeren. Hij twijfelde, maar leek hetzelfde te zien bij Rheana.
Ze volgden Maurelle naar binnen. Het leek alsof ze onzichtbaar kon bewegen tussen alle andere mensen die ze tegen kwam. Ze bewoog zonder iemand in de weg te zitten. Ze stopten op de eerste verdieping en opende de deur. ‘Dit vertrekt is voor de heer Wright, aan het einde van de gang bevindt zich die van de heer Sindri,’ vertelde ze. ‘Om kwart voor zeven zullen jullie worden opgehaald voor het diner.’
Daynty
Internationale ster



Overweldigend. Anders dan dat kon Rheana de eerste minuten in het kamp niet omschrijven. De omvang ervan was overweldigend, het leed dat overal om haar heen te zien en te horen was, drong door tot diep in haar ziel. De manier waarop Dragos de leiding nam, niet alleen over de situatie maar ook over wat er met haar zou gebeuren, was overweldigend. Heel even had ze een sprankje hoop dat ook zij wat rust zou krijgen op het moment dat Dain zei dat ze dat verdiende, maar die hoop vervloog vlak daarna als sneeuw voor de zon. Geen rust tot aan het diner. Ze kon Dimitri wel iets aan doen om de manier waarop hij onmiddellijk met de opzichter instemde. Hoorde hij niet juist achter Dain zijn beslissingen te staan? Dat was toch de persoon aan wie hij het meest loyaal was? 
Terwijl ze door het kamp naar een enorm gebouw liepen, dat indrukwekkend uit het rotsplateau omhoog torende, probeerde Rheana de geluiden om haar heen zoveel mogelijk buiten te sluiten. Ze probeerde niet ineen te krimpen iedere keer als er een zweepslag klonk of als de stem van een soldaat door de omgeving bulderde om een paar gevangenen op te jagen. Toch prentte ze tegelijkertijd alles dat ze zag en hoorde zo zorgvuldig mogelijk in haar geheugen. Dit was waarvoor ze het deed. Voor alle mensen die hier iedere dag moesten lijden, voor al het onrecht waarmee het kamp doordrenkt was. Er was geen betere motivatie dan het met eigen ogen zien. 
De slaaf, Maurelle, toonde Dimitri en Dain de vertrekken waar ze de komende dagen konden verblijven. Door een van de openstaande deuren kon Rheana een glimp opvangen van de kamers. Haar blik bleef even verlangend hangen op het bed. Ze zou er alles voor over hebben om ook heel even te kunnen gaan liggen, al was het maar een half uurtje. Even haar ogen sluiten, even haar lichaam wat rust gunnen. 
Maurelles stem trok haar terug naar het hier en nu. ‘Volg mij, we gaan naar de keukens,’ kondigde ze aan. Rheana scheurde haar blik los van het bed en knikte, waarna ze achter Maurelle aan liep. In het voorbijgaan bleef ze heel even staan bij Dain. Ze opende haar mond om iets te zeggen, maar de woorden stierven weg op haar tong. Ze had hem willen zeggen dat hij zich niet schuldig hoefde te voelen voor haar, dat ze begreep dat hij niet zomaar tegen Dragos in kon gaan, maar ze was bang dat Dimitri het zou horen. En waarom maakte het haar überhaupt uit dat hij zich er mogelijk schuldig over voelde? 
Rheana haastte zich naar Maurelle toe, die al een paar meter verderop liep, en liet zich door het doolhof aan gangen en wenteltrappen naar de begane grond leiden. Hier waren de brede gangen aanzienlijk drukker dan op de verdieping waar ze vandaan kwamen. Toch voelde ze zich onzichtbaar. Vrijwel niemand keurde hen een blik waardig, alsof ze hen niet eens zagen. Als bediende op het kasteel was het al wennen geweest om met de nek aan te worden gekeken en in het rond te worden gecommandeerd, maar hier leken de soldaten en het personeel haar niet eens waardig genoeg te vinden voor een dergelijke blik. 
‘Heb je wel eens eerder brood gemaakt?’ vroeg Maurelle eens ze bij de keukens aan waren gekomen. De hitte van alle vuren en ovens sloeg als een muur tegen Rheana op zodra ze over de drempel heen stapte. Ze knikte instemmend. Ze had haar moeder zo vaak geholpen met het maken van brood dat ze het met haar ogen dicht nog zou kunnen. 
‘Goed, dan beginnen we daarmee.’


Demish
Internationale ster



Na een aantal dagen te hebben gewerkt op de plekken waar ze nodig was geweest, wat letterlijk overal was geweest, had Maurelle niet verwacht dat ze twee belangrijke gasten had mogen verwelkomen. Drags had met lof over de luitenant en soldaat gesproken. Met name luitenant Sindri leek bij hem in goede aarde te zijn gevallen. Nu Maurelle de luitenant had gezien, begreep ze waarom dat het geval was geweest. Hij was behoorlijk imposant, statig. Met zijn donkere ogen was hij ook dreigend. Al was het haar ook snel duidelijk geworden dat de soldaat zijn persoonlijkheid een stuk aanweziger was.
En dan was er nog de bediende. Rheana, had ze opgevangen. Maurelle wist niet of ze meer medelijden met haar zou hebben dan met haarzelf. Maurelle haatte de positie waar ze in was gebracht door het plan van Kian, maar wellicht zou ze het nog erger vinden om voor de Onyx te werken. Zij waren immers degenen die zoveel pijn en woede hadden veroorzaakt onder haar eigen volk. Onder alle volkeren die vast werden gehouden op kamp Haldor. Daarbij, een bediende van een belangrijke Onyx had vast een beter leven dan een slaaf hier op het kamp. 
Maurelle had haar meegenomen naar de keuken, waar het al behoorlijk druk was. Aangezien er die avond een diner zou zijn voor de twee gearriveerde gasten, Dragos en zijn beste mannen, moest er veel voedsel klaar worden gemaakt. Brood zou ten alle tijden op tafel moeten staan. Dragos zou het niet waarderen als hij zijn gasten een lege schaal zou moeten presenteren, dus er waren al enkelen begonnen aan het kneden van deeg en het afbakken van brood. Maurelle had de opdracht gekregen om zich daar bij te voegen, samen met Rheana.
Maurelle nam plaats achter één van de werkbanken en gebaarde naar Rheana dat zij naast haar kon gaan zitten. ‘Wij focussen ons alleen maar op het maken van het deeg. We leggen het in een rijskast en de anderen bakken het af,’ legde ze uit. Ze pakte twee kommen en schoof er eentje naar haar tijdelijke hulp toe. Daarna begon ze haar eigen ingrediënten te verzamelen.
Ondanks dat ze Kian al enkele dagen niet meer had gesproken, het mocht immers niet opvallen dat ze nog altijd contact hadden, wist Maurelle dat hij het belangrijk zou vinden dat ze haar kans zou pakken. Wanneer sprak ze nou iemand die van buiten het kamp kwam? Bijna nooit. Rheana was de perfecte persoon om bij te peilen hoe het buiten het kamp was, wat er allemaal speelde. Wie weet zou ze zelf wel iets los laten over luitenant Sindri en zijn soldaat.
‘Dus, jullie komen helemaal uit Lavarr?’ vroeg Maurelle, zo onopvallend mogelijk. Het leek haar een redelijk normale vraag. ‘Dat lijkt me nogal een reis.’
Rheana humde in eerste instantie alleen maar. Iets wat Maurelle begreep. Als zij in haar positie zou zijn, dan zou ze vast moe en overwerkt zijn. Waarschijnlijk had ze ook bepaalde instructies gekregen. Misschien mocht ze niet eens praten over wat hen hier bracht, of was het überhaupt uit den bozen om in contact te komen met de mensen van het kamp. 
‘Zijn jullie op doorreis? Ik kan me niet voorstellen dat Dragos hen helemaal heeft laten reizen, alleen maar voor een diner. Dan zou hij waarschijnlijk eerder zelf naar Lavarr zijn vertrokken.’ Hij had immers genoeg bruten in zijn achterzak, klaar om het kamp voor enkele dagen over te nemen. Waarschijnlijk stonden enkelen zelfs te springen om zelf eens te bepalen wie er gemarteld werd en op welke manier.
Terwijl ze het antwoord afwachtte, mengde ze al haar ingrediënten bij elkaar en begon ze aan het kneden van het deeg. Ze hoopte dat de bezigheid een afleiding zou zijn voor Rheana en dat ze daardoor sneller zou praten. Maurelle hield, bewust, haar ogen op haar eigen werk.
‘We zijn inderdaad op doorreis,’ vertelde Rheana. Door het geluid van de keuken was het lastig te verstaan, maar het leek alsof ze er het woord “gelukkig” achteraan mompelde. Ze hoefde Maurelle niet uit te leggen waarom ze dat zei. Niemand wilde hier langer dan een paar uur blijven.
‘Werk je al lang voor luitenant Sindri?’ vroeg Maurelle, oprecht nieuwsgierig. Ze had meegekregen dat de luitenant haar had willen laten rusten, maar Dragos had de overhand gehad in het gesprek en daardoor zat Rheana nu naast haar. ‘Hij lijkt erg… begaan met je.’
Daynty
Internationale ster



Rheana luisterde zwijgend naar Maurelles uitleg over hun bezigheden in de keuken. Deeg maken en het in de rijskast leggen. Ondanks de vermoeidheid merkte ze zowaar dat ze het eigenlijk helemaal niet zo erg vond om brooddeeg te maken. Het was een heerlijk routineus klusje, dat niet zoveel nadenken vereiste en haar even af kon leiden van haar gedachten. Gelukkig was het in de keukens vrijwel niet merkbaar dat ze in een werkkamp waren. Ze kon zich moeiteloos inbeelden dat dit de kasteelkeukens waren, waar drukte heerste omdat er belangrijke edellieden op bezoek kwamen. 
Rheana stroopte de mouwen van haar jurk iets op en ging aan de slag met de ingrediënten. Het proces van deeg maken was iets waar ze nauwelijks nog bij stil hoefde te staan. Het deed haar denken aan alle keren dat ze samen met haar moeder brood had gemaakt. Wanneer het in de oven zat, had het het hele huis altijd zo heerlijk laten ruiken. Geen enkel brood kon tippen aan zelfgebakken brood dat net uit de oven kwam. 
‘Ongeveer vier weken nu,’ antwoordde ze op Maurelles vraag. Het was nog niet heel lang dat ze voor Dain werkte - een klein maandje. En pas de laatste twee weken bracht ze iedere dag met hem door tijdens het reizen. Dat betekende alleen niet dat ze veel met elkaar hadden kunnen praten. Als de gedachte aan het feit dat Dimitri alles dat ze zei zou horen haar niet afschrikte, dan waren het wel de indringende blikken die hij haar af en toe toewierp. Elke keer als ze haar mond open deed bij hem in de buurt, was ze bang dat ze per ongeluk iets verkeerds zou zeggen. 
Haar handen vielen even stil. Was Dain begaan met haar? Zelf kon ze geen bevredigend antwoord op die vraag vinden. Vanaf hun korte gesprek de avond nadat de Eilin hen aan hadden gevallen, had ze geprobeerd om hem te doorgronden, maar hij was en bleef verwarrend. 
Zodra ze merkte dat ze even in haar gedachten was weggeglipt, dwong ze haar handen om snel verder te gaan met het kneden van het deeg. ‘Ik… Ik weet niet,’ zei ze. ‘Is hij dat?’ Rheana tilde het deeg uit de kom en gluurde even opzij naar Maurelles werkplek om te zien wat voor afmetingen de broden ongeveer moesten hebben. ‘Maar dat is voor zijn eigen bestwil, natuurlijk. Wat heeft hij aan me als ik neerval van vermoeidheid?’ Ze trok het deeg met enige moeite uit elkaar tot ongeveer even grote stukken, waar ze iets langwerpige bollen van maakte. 
‘Ik kan me niet voorstellen dat hij geen andere bedienden kan gebruiken als jij te moe bent,’ reageerde Maurelle. ‘Onderweg is dat misschien anders, maar hier lopen er genoeg.’ 
Tussen Rheana’s wenkbrauwen verscheen een lichte frons terwijl ze nadacht over die woorden. Hoe ze het ook wendde of keerde, Maurelle had gelijk. Ze aarzelde een kort moment voor ze de volgende woorden uitsprak. 
‘Hij is eigenlijk altijd goed voor me geweest in die vier weken.’ Teveel over Dain wilde ze ook niet loslaten. Wat als Maurelle hierna onmiddellijk naar Dragos zou lopen om hem alles te vertellen wat ze over Dain had gezegd? Ze schatte het meisje niet in als iemand die dat zou doen, maar tegelijkertijd vond ze het moeilijk om haar zomaar te vertrouwen. 


Demish
Internationale ster



Zou de bediende van een luitenant veel loslaten? Zou ze überhaupt informatie vrijgeven die van pas zou kunnen komen in het plan van Maurelle en Kian? Misschien niet. Misschien was dit een nutteloze poging, maar Maurelle wist dat ze het zou moeten proberen. Zij was de enige die contact kon hebben met de mensen op het kamp. Degene die alles in de gaten kon houden. Hij zat nog altijd vast in de toren. Het minste wat ze zou kunnen doen, was informatie vergaren over de gast die ze nu hadden ontvangen en over de wereld buiten het kamp.
Rheana leek haar een vriendelijk persoon. Iemand die deed wat ze moest doen, maar tegelijkertijd ook bewust leek te zijn van wat er om haar heen gebeurde. Het gesprek over de luitenant leek haar alert te maken. Misschien zelfs wel bewust van hoe de man met haar om ging. Ergens was het verrassend om te horen dat een Onyx zo begaan kon zijn met iemand die hem bediende. Dat hij iemand met respect behandelde, terwijl diegene onder hem stond. Dat was iets wat niet typerend was voor een Onyx. Aan de andere kant: hoe wist Maurelle dat Rheana echt de waarheid sprak? Dat ze niet enkel zei wat ze hoorde te zeggen?
Uit Rheana haar woorden kon ze opmaken dat ze nog niet lang voor de luitenant werkte. Pas vier weken. Zelf hield Maurelle al lang niet meer de dagen en de weken bij. Die waren ondertussen verdwenen in een bos van jaren en zelfs die waren wazig. Dat Rheana nog wel de tijd bijhield, was een stuk vanzelfsprekender. Voor haar was de tijd die ze had waarschijnlijk waardevol.
‘Je hebt het getroffen,’ zei Maurelle, al klonk het niet volledig gemeend. Ze wist niet of de jonge vrouw naast haar het echt getroffen had met haar leven. Ze had in ieder geval werk, verdiende geld. Ze was vrij. Vrijer. Ook Rheana had vast restricties en voorwaarden waar ze zich aan zou moeten houden, maar ze was nog altijd vrijer dan Maurelle. Na haar verblijf zou ze immers weer de poorten uit wandelen op haar paard, terwijl Maurelle achter zou blijven.
‘Hoe was de reis hier naar toe? Rustig?’ In werkelijkheid gaf Maurelle weinig om of ze een goede reis hadden gehad. Het was belangrijker om te weten hoe de wegen rondom het kamp eruit zagen. Lag er gevaar op de loer? Of waren alle onderdrukte volkeren ondertussen opgepakt en bevonden zij zich in kampen, net zoals Maurelle? 
Rheana leek wat verbaasd te zijn door de vraag, waarop Maurelle haar een schuldige glimlach schonk. ‘Ik ben al een lange tijd niet meer buiten het kamp geweest. Als je hier zit, voelt het aan als één grote bubbel. De buitenwereld bestaat niet.’ Dat was geen leugen. Er werd nooit gesproken over wat er buiten het kamp speelde. Het was al gevaarlijk als je er naar vroeg. Hier in de keukens, tussen al het lawaai, leek het Maurelle echter wel veilig genoeg.
‘Rustiger dan verwacht,’ beantwoordde Rheana haar vraag, waarna ze zich weer op haar deeg focuste. Dat deed Maurelle vermoeden dat ze misschien iets achterhield. Kon ze het haar kwalijk nemen? Niet echt. Zij zou immers ook niet zomaar alles delen. ‘Maar het is al jaren onrustig en het lijkt ieder jaar drastischer te worden.’
Het waren zorgvuldig gekozen woorden. Drastisch. Het klonk negatief, maar het weergaf niet wat de vrouw daadwerkelijk dacht van de situatie buiten het kamp. Maurelle nam aan dat Rheana geen mening mocht hebben. Dat ze simpelweg die van de luitenant, en daarmee de generaal en de keizer, moest volgen.
Daynty
Internationale ster



Slechts de helft van Rheana’s aandacht was bij de vragen die Maurelle stelde over de reis naar het kamp. Haar gedachten waren blijven hangen bij de terloopse opmerking die het meisje daarvoor had gemaakt. Een doodgewone opmerking, waar Maurelle zelf waarschijnlijk geen seconde langer bij stil had gestaan, maar bij Rheana zakten de woorden niet zo gemakkelijk naar de achtergrond. Had ze het getroffen? Het klonk haar zo absurd in de oren, maar als ze er langer over nadacht, zat Maurelle er eigenlijk helemaal niet ver naast. Ze had haar ouders verloren, haar vrienden, haar broer was gearresteerd en ze had geen idee of hij nog in leven was in een van de gevangenissen. Ze zat klem tussen wat het verzet wilde en wat zijzelf wilde. Maar, buiten dat om, kon het slechter. Ze had nog enige vrijheid, ze had voldoende te leven en afgezien van Dimitri’s scherpe blik was er niemand die haar opjaagde of toeschreeuwde, zoals overal in het kamp gebeurde. Dus misschien had Maurelle wel gelijk en had ze het inderdaad getroffen – het maakte Rheana enkel meer vastberaden om die positie in te zetten om op een dag hopelijk ook anderen hoop op een betere toekomst te kunnen geven, hoe flinterdun die hoop bij haarzelf af en toe ook was.
‘We zijn één keer aangevallen onderweg,’ ging ze verder, om zichzelf af te leiden van haar eigen gedachten. ‘Een paar Eilin. Op de vlucht voor de soldaten van de keizer, denk ik.’ Terwijl ze gedachteloos een nieuwe lading deeg in gelijke stukken verdeelde en er langwerpige bollen van maakte, probeerde ze de beelden aan de Eilin van haar netvlies te verbannen. ‘Ze waren met z’n vijven en vielen ons aan.’
Rheana gluurde opzij naar Maurelle om haar reactie te peilen. Kon ze zich vinden in wat de Eilin hadden gedaan? Was het iets waar ze zelf wellicht eveneens over nadacht? Rheana wílde niet denken dat Maurelle haar situatie had geaccepteerd, dat ze willoos deed wat van haar gevraagd werd zonder te denken aan een weg uit deze ellende.
‘Ze vielen twee Onyx aan?’ Hoewel Maurelle haar stem nagenoeg vlak hield, meende Rheana er een vleugje verbazing in te bespeuren. Of hoopte ze daar gewoonweg zo erg op dat ze zich dingen verbeelde?
Ze knikte instemmend. ‘Ze moesten wanhopig zijn geweest. ‘Twee hebben het met hun leven moeten bekopen, maar de andere drie niet. Eentje van hen heeft zelfs wat voorraden weten te stelen.’
Nu bewogen Maurelles wenkbrauwen zichtbaar een klein stukje omhoog. Haar handen vielen even stil. ‘Hoe… Dat klinkt onmogelijk.’ Ongelovig schudde ze haar hoofd. Ze keek opzij en Rheana sloeg snel haar blik neer naar het deeg, bang dat haar ogen meer zouden vertellen dan ze wilde.
‘Het gebeurde in de chaos.’ Rheana haalde kort haar schouders op, alsof ze daarmee de vraag weg kon schudden. ‘Het was geluk. Maar ik vraag me af hoelang ze het volhouden met de dingen die ze hebben gestolen.’ Ze vormde het laatste bolletje deeg en legde het bij de andere in de rijskast.
‘Is er nog meer dat we moeten doen?’ vroeg Rheana, blij dat ze net op dit moment door alle deeg heen was en hopend dat Maurelle niet verder zou vragen over de Eilin. Bijna had Rheana spijt dat ze er überhaupt over was begonnen, maar de subtiele reacties die Maurelle had gegeven, hadden haar een klein beetje meer vertrouwen gegeven in de dame. Toch was het nog slechts een heel aarzelend, minuscuul sprankje.
Maurelle legde haar laatste stukken deeg ook in de rijskast en klopte het meel van haar handen. ‘De eerste broden zijn al klaar, die kunnen we vast uit de oven halen. Als dat klaar is, kunnen we kijken of we kunnen helpen met het klaarmaken van de eetzaal. Daarna kunnen we ons zelf omkleden.’
 
Demish
Internationale ster



Hoe was het mogelijk dat drie Eilin weg waren gekomen van twee Onyx soldaten? In Maurelle haar hoofd klonk het niet logisch. Ze wist dat de Eilin ook niet weerloos waren. Ze hadden een gave om in de nabije toekomst te kijken, wat betekende dat ze enkele acties en handelingen zouden kunnen voorspellen. Ze hadden kunnen voorzien wanneer één van de twee mannen hun zwaard had getrokken, maar de Onyx waren daar op voorbereid. Dat moesten ze wel zijn. Ze waren zo snel en sluw, dat een Eilin niet altijd wist of wat ze in de nabije toekomst zagen, ook daadwerkelijk de waarheid was.
Dat ze het overleefd hadden was al bijzonder. Het bleek dat ze ook nog geslaagd waren om het trio van hun voorraden te bestelen. Dat maakte dat Maurelle nog meer twijfelde aan het verhaal. Het leek onmogelijk, zoals ze al kenbaar had gemaakt. Niemand kon een Onyx aan. Laat staan dat ze van hen zouden kunnen stelen en er mee weg zouden kunnen komen.
Eén van de soldaten, de luitenant, was dan wel gewond, maar toch. Maurelle vond het een vreemde situatie. Geen enkele Eilin had het moeten overleven, zeker niet als ze al even op de vlucht waren geweest. Maurelle wist niet wat ze van de hele situatie moest denken. Ze probeerde Rheana te peilen, maar daarvoor kende ze haar niet goed genoeg. Ze had geen idee of de vrouw haar de waarheid vertelde.
‘Kom, de ovens zijn daar.’ Het onderwerp was afgesloten en Maurelle wilde geen vragen stellen die ze in eerste instantie al niet hoorde te bedenken. Ze nam Rheana mee naar de hete ovens, waar de eerste broden al in hadden gelegen en nu waren gegaard. De geur van vers brood was iets wat Maurelle al een lange tijd niet meer had geroken. Ze was immers nog niet lang aan het werk als slaaf en ondanks dat de wachters en Dragos altijd goed eten hadden, was dit de eerste keer dat de geur van het verse brood iets met haar deed. 
‘Voorzichtig.’ Maurelle overhandigde de ovenwanten aan Rheana, zodat ze de eerste broden uit de oven konden halen. In de tussentijd hield ze Rheana goed in de gaten. Iets aan haar verhaal zat Maurelle niet lekker, maar ze kon haar vinger niet op leggen. Het voelde alsof de bediende een deel verzweeg. Alsof ze niet opzettelijk loog, maar wel bewust de waarheid achterhield. Iets wat Maurelle ook deed. Of begon ze spoken te zien, door alles wat zij en Kian van plan waren?
Kian! Denkend aan de jongen die nu verstopt zat in de Toren, weg van alles en iedereen, deed Maurelle beseffen dat ze hem wat eten toe moest smokkelen. Het was niet iets wat ze af hadden gesproken en het was gevaarlijk, maar Maurelle had het idee dat het iets was wat ze voor hem moest doen. Hij had zich immers opgeofferd om daar te verblijven en alle martelingen te doorstaan.
Terwijl ze samen met Rheana de warme broden uit de ovens haalde, wist ze een stuk brood af te breken en onopvallend in de zakken van haar uniform te steken.
‘Dat waren de laatste broden,’ merkte ze op. Ze veegde de kruimels van haar handen. ‘Dan kunnen we kijken of we in de eetzaal kunnen helpen.’ Ze had in de korte tijd een plan bedacht. Ze zou Rheana aanwijzingen geven over hoe ze bij de eetzaal moest komen en haar vertellen dat ze nog iets moest doen bij de Toren. Met een beetje geluk zou Rheana het niet vreemd vinden. Ze zouden slechts een paar minuten van elkaar gescheiden zijn. Genoeg tijd voor Maurelle om het brood af te leveren aan Kian. Te weinig om achterdochtig te worden.
Buiten was het een stuk kouder dan in de warme keukens. ‘De eetzaal is in het gebouw waar je als eerste naar binnen ging,’ Maurelle wees het gebouw aan. ‘Volg de rest van de bediendes en je komt er vanzelf. Iedereen is nu druk bezig met de voorbereidingen. Ik kom er zo aan. Ik moet nog wat doen, daar,’ dit keer gebaarde ze naar de toren waar Kian zich bevond.
Maurelle stond klaar om te vertrekken naar Kian, maar de woorden van Rheana hielden haar tegen. ‘Ga je daar het brood naartoe brengen dat je mee heb genomen uit de keukens?’
Nee. Dat was het antwoord wat ze moest geven. Of moest ze anders reageren? Ontkennen? Smeken dat ze niks aan haar baas, of Dragos, zou vertellen? Ze had niet gedacht dat Rheana haar door had gehad, maar ze moest het gezien hebben.
Maurelle bekeek de jonge vrouw van top tot teen. Zoals ze al eerder had gezegd, Rheana had het getroffen met haar positie. Zij niet. ‘Je weet niet hoe het hier is.’
Zonder nog in te gaan op haar eigen woorden, draaide ze zich om en beende ze naar de toren, hopend dat ze niet zojuist haar eigen glazen in had gegooid.
Daynty
Internationale ster



Waar ze er eerder tegenop had gezien om door te moeten blijven werken in plaats van te kunnen rusten, bleek het meehelpen bij het voorbereiden van het diner uiteindelijk een zegening. Hoewel haar benen zwaar aanvoelden en verlangden naar rust, hadden haar gedachten de afleiding gretig aangegrepen. 
Samen met twee andere slaven die bij het diner zouden bedienen - Maurelle en een meisje dat de naam Valeria droeg - stond Rheana langs de zijkant van de eetkamer opgesteld. De massieve, eikenhouten tafel in het midden was gedekt met een dieppaarse tafelloper, dezelfde kleur die terugkwam in de jurk die zij even geleden aan had moeten trekken. De zwarte stof sloot nauw om haar bovenlichaam en viel vanaf een paarse band om haar middel luchting rond haar benen. Het was een simpel kledingstuk en de paarse accenten en het Haldorembleem dat erin verwerkt was, gaven duidelijk aan van wie de slaven het eigendom waren. Ondanks dat het fijn was om eindelijk een schone jurk aan te hebben kunnen trekken na een lange dag werken, haatte ze dit kledingstuk. 
Rheana draaide haar hoofd onopvallend iets opzij en keek vanuit haar ooghoeken naar Maurelle, die naast haar stond. Ze keek strak vooruit, haar gezicht nagenoeg uitdrukkingloos. Rheana had geen kans meer gehad om met haar te praten nadat Maurelle het stuk brood naar een ander gebouw had gebracht. Eigenlijk wist Rheana ook niet goed wat ze erover moest zeggen. Dat ze het niet door zou vertellen? Dat ze het begreep? Maar ze wist inderdaad niet hoe het in het kamp was, zoals Maurelle fijntjes had opgemerkt. Dus kon ze het wel echt begrijpen? 
Achter de dubbele deuren die naar de eetkamer leidden, klonken voetstappen. Een zware, stampende tred die haar deed denken aan de voetstappen van soldaten, van Dimitri. Dat was nog een reden waarom het eigenlijk niet zo erg was geweest om te moeten helpen met de voorbereidingen: ze was een hele middag weg geweest van de priemende blik van de soldaat. Ironisch genoeg had Dimitri dat zelf veroorzaakt. 
De twee wachters, die tot dan toe onbeweeglijk als standbeelden bij de deuren hadden gestaan, schoten in beweging om deze te openen. Rheana verwachtte dat Dain en zijn rechterhand de eersten zouden zijn, maar het was Dragos die over de drempel heen stapte samen met twee andere mannen in belangrijk uitziende uniformen. 
Naast haar zag Rheana Maurelle en Valeria snel hun hoofd buigen en na een steelse blik op het klokwerk boven de deur volgde ze hun voorbeeld. Het was precies kwart voor zeven, wat betekende dat Dragos aan de vroege kant was - Dain en Dimitri zouden nu pas worden opgehaald. 
Het werd al snel duidelijk waarom de opzichter vroeg was. Hij vouwde zijn handen achter zijn rug en liep met langzame passen de ruimte door. Rheana gluurde onder haar wimpers door zijn kant op. Hij bleef af en toe staan. Bij de ramen, om te inspecteren of deze inderdaad smetteloos waren. Bij de tafel, om te bekijken of de borden glommen als spiegels en ieder stuk bestek kaarsrecht lag. En ten slotte bleef hij voor hen drieën staan. 
‘Waarom zit er een vlek op je jurk?’ 
Rheana verstijfde bij het horen van de barse stem, ondanks dat deze niet aan haar was gericht. Zijn kille ogen rustten op Valeria. 
‘Dat moet erop zijn gekomen met het in de manden leggen van de broden, meneer,’ antwoordde de jongedame vlug. 
‘Maak het schoon en wees terug voor onze gasten hier zijn.’ Hoewel Dragos niet zei wat het gevolg was als ze niet op tijd terug was, hing de dreiging van een straf onmiskenbaar in de lucht. Valeria wist niet hoe snel ze weg moest komen om haar jurk te poetsen. Rheana voelde de blik van de opzichter verplaatsen naar Maurelle en daarna naar haar. 
‘Rheana.’ De dreiging sloot zich strakker om haar borstkas heen, samen met de afschuw. Hij sprak haar naam uit alsof het een vloek was. Hij verdraaide de lettergrepen en de klanken alsof hij het een lelijk woord vond. Waarschijnlijk was dat precies wat hij dacht. Ze was zich er pijnlijk van bewust dat ook de Syraca als minderwaardig werden gezien en dat deze man medeverantwoordelijk was voor de onderdrukking en afranseling van haar volk. ‘Ben je het eens met luitenant Sindri? Vond je dat je rust verdiende in plaats van mee te helpen?’
Ze voelde haar hartslag omhoog schieten. De vraag voelde als een valstrik. Als ze antwoordde dat ze inderdaad rust had verdiend, ging ze tegen Dragos in. Maar als ze zei dat ze inderdaad geen rust had verdiend, betekende dat dat ze tegen haar luitenant in ging. Geen van beide antwoorden voelde aan als het juiste, daarom koos ze wat haar de minst erge leek. 
‘U had gelijk, meneer,’ antwoordde ze zachtjes. ‘Ik verdiende geen rust.’


Demish
Internationale ster



Zijn spiegelbeeld was een compleet ander persoon. De man die tegenover hem stond, in de wereld van reflecterend glas, was de Onyx die iedereen kende en vreesde. De luitenant die zijn troepen in gevechten had geleid, die steden en huizen had geplunderd. De man die orders had gegeven om families uit elkaar te trekken. Het was iemand die Dain verachtte, maar dat kon hij niet laten zien aan de buitenwereld. Zeker nu niet, nu Dimitri zich in dezelfde kamer als hij bevond. 
Dain zijn donkere haren waren samengebonden. Zijn gezicht was gewassen en de donkere blik in zijn ogen was verraderlijk. Hij droeg zijn formele uniform, zoals van hem verwacht werd op avonden als deze. Hij droeg zijn onderscheidingen, maar met minder trots dan dat hij ooit had gedaan. Dimitri had ze nog bewonderend bekeken, dromend van de tijd dat hij hetzelfde aantal onderscheidingen op zijn borst zou mogen dragen als zijn luitenant. Als het kon, had Dain meteen afstand van ze gedaan.
Omdat Rheana aan het werk was gezet door Dragos, had Dimitri aangeboden om hem te helpen met het voorbereiden op het diner. Dain had getwijfeld, maar had uiteindelijk geweten dat hij hulp nodig had gehad met het vinden van zijn uniform, het aankleden en zichzelf presenteren alsof hij de trotse, harde luitenant was die Dragos had getraind.
‘Kunnen we openlijk praten?’ vroeg Dimitri vanaf de andere kant van de kamer. 
‘Natuurlijk,’ antwoordde Dain vlak. De paniek gierde door zijn lichaam, maar dat probeerde hij te verbergen. Hij besloot dat het gemakkelijker zou zijn als hij niet naar zijn beste vriend zou hoeven kijken. Daarom hield hij zijn blik op de spiegel voor hem. Niet dat het een prettige beeld was.
‘Er is iets met je aan de hand. De manier waarop je vocht tegen de Eilin, het feit dat ze weg zijn gekomen en ons hebben weten te beroven. Dat had niet mogen gebeuren. En dat je iemand als Rheana een pauze gunt? Waar is de luitenant die mensen zoals haar overuren liet werken? Die lachte als iemand door hun knieën zakte van het zware werk?’
Weg. Dat was wat Dain wilde antwoorden. Hij was die persoon niet meer. Hij haatte het dat Dimitri hem nog wel zo zag. Dat de mensen om hem heen zo’n ander beeld van hem hadden. Een bruut beeld, maar ze zagen hem als de held. Hoe had hij zichzelf ooit zo kunnen zien? Hoe had hij zich zo gemakkelijk kunnen laten hersenspoelen door de academie, Dragos en de visies van de keizer? 
Al die twijfels zou hij echter niet kenbaar kunnen maken. De enige manier waarop hij dit gesprek zou kunnen ontwijken, was door de rol aan te nemen die Dimitri zojuist had besproken.
Dain rechtte zijn rug en draaide zich om. Met zijn ogen strak op Dimitri, zijn beste vriend, gericht, beende hij naar hem toe. ‘Soldaat Wright.’
‘Luitenant,’ antwoordde Dimitri, vrijwel automatisch. Ook hij nam zijn positie aan.
‘Durf jij te beweren dat je hardop aan mijn beweegredenen en motieven twijfelt? Suggereer je dat ik, jouw luitenant, de verkeerde keuzes maak?’ Dain had zijn werk altijd van zijn band met Dimitri kunnen scheiden, evenals Dimitri zelf. Als luitenant was hij duidelijk, sterk. Niemand twijfelde aan hem. Iedereen volgde hem, door zijn houding. De houding die Dragos hem aan had geleerd. Een houding die iedereen respecteerde.
Dimitri bleef stil. Was hij verward doordat hij in eerste instantie toestemming had gekregen om openlijk te spreken en Dain zijn eerlijkheid nu niet waardeerde? Op dit moment deed het er niet toe. Als Dain de schijn op wilde houden, dan moest hij zich op deze manier gedragen. Juist tegenover iemand die zomaar zijn act door zou kunnen helpen.
‘Was mijn vraag niet duidelijk genoeg, soldaat?’ beet Dain hem toe. Hij zag de twijfel in Dimitri zijn ogen. Zelfs nu had hij het nog in zich om angst en respect af te dwingen.
‘Nee, luitenant. Natuurlijk twijfel ik niet aan uw motieven en keuzes.’ Dimitri zette een stap naar achteren en boog zijn hoofd.
‘Onthoud waar je staat.’ Dain draaide zich om naar de spiegel en trok zijn uniform recht. Het voelde alsof een ander zijn lichaam over had genomen. Iemand die er voor de komende paar uur nog in zou moeten blijven, gezien het gezelschap waar hij zich in zou bevinden.
Om klokslag zeven uur werd op de deur geklopt. Dimitri opende hem. 
Het was tijd voor het diner. 
Daynty
Internationale ster



Ze had zich nog nooit zo klein gevoeld. De dagen dat ze bij Kaspian en het verzet was geweest, had ze durven dromen van een betere wereld. Flarden van die droom hadden zich door de afgelopen weken heen geweven - op het moment dat ze de Eilin wat voorraden had kunnen geven, op het moment dat Dain haar een minuscuul beetje had laten zien van de man die hij onder de Onyx was of kon zijn. Maar Dragos had de gave dat teniet te doen alsof de droom niets meer dan een constructie van as was. Met een paar woorden blies hij het geheel weg. 
Dragos leek verheugd met haar antwoord. Voor zo ver dat kon bij een man met een gezichtsuitdrukking van staal bewogen zijn mondhoeken zich haast ontzichtbaar iets omhoog en hij hief zijn kin iets in triomf. Heel even dacht Rheana dat het daarmee gedaan was, maar ze had beter moeten weten. 
‘Dus je bent het niet eens met je luitenant.’ Het klonk als een conclusie in plaats van een vraag. ‘Ik kan me nog goed herinneren hoe heer Sindri slaven op de academie die het niet met hem eens waren graag strafte.’
Haar adem bleef hangen in haar keel. Dit was geen verhaal dat ze wilde horen.
‘Hij brak hun kaken.’ Dragos knikte in zichzelf, alsof hij verwonderd was om deze oplossing. ‘Zo simpel, maar zo effectief. Een paar dagen lang doet elk woord dat je spreekt pijn, zoals het zou moeten zijn als slaven ingaan tegen hun superieuren.’
Rheana had het idee dat haar hart zo hevig tekeer ging in haar borstkas dat de opzichter en Maurelle het moesten kunnen horen. Het beeld van Dain die een ongehoorzame slaaf strafte, stond zo helder op haar netvlies dat ze bijna geloofde dat ze het met eigen ogen had gezien. Zijn sterke handen om het gezicht van een slaaf, zijn vingers verfijnd genoeg om figuurtjes uit hout mee te bewerken en sterk genoeg om kaken mee te breken. 
Kennelijk kon Dragos de afschuw van haar gezicht af zien druipen. Hij lachtte spottend, minachtend. ‘Ach liefje, maak je geen zorgen. Ik zal er niets over zeggen tegen hem. Het zou zonde zijn als we vanavond tegen een verminkt gezicht aan moeten kijken.’ 
In de gang klonken opnieuw voetstappen. Dragos wierp nog een blik op Maurelle en draaide zich daarna van hen af, om naar de tafel toe te lopen. Haar lichaam ontspande zich weer, maar haar gedachten bleven malen over wat hij over Dain verteld had. De afgelopen dagen had ze zichzelf graag wijs gemaakt dat Dain heel misschien een goede kant in zich had - de kant die hij haar heel even had getoond de avond na de aanval van de Eilin - maar Dragos herinnerde haar er onverbiddelijk aan hoe naïef die gedachten waren. Dain was een luitenant van de Onyx en dat was hij niet geworden door zacht te zijn.
Valeria glipte terug de eetkamer in vlak voor Dain en Dimitri in de deuropening verschenen. Opgelucht liet Rheana haar adem ontsnappen, blij dat er voor nu geen straf uitgedeeld zou worden. Als Dragos’ woorden al zo wreed waren, wilde ze niet weten hoe het met zijn straffen zat.
Of met die van Dain, fluisterde een stemmetje op het moment dat de luitenant de zaal in stapte. De hoeken van zijn gezicht leken scherper, zijn mond strakker en de blik in zijn ogen harder. Misschien kwam het door het idee van Dain die de kaken van een slaaf brak, misschien door de vele onderscheidingen die op zijn uniform prijkten, maar voor het eerst sinds ze hem had ontmoet, kon ze hem niet anders zien dan als de Onyx die hij was. 
Maurelle stootte haar zacht aan. Rheana schrok op uit haar gedachten en scheurde haar blik los van Dain, naar wie ze onbewust had zitten staren. Snel volgde ze Maurelle naar de kleinere tafel die in een hoek van de ruimte stond. Terwijl Maurelle een kan wijn vastnam, pakte Rheana een kan met water. Zwijgend liep ze naar de tafel en vulde ze elk glas met water, beginnend bij die van Dragos aan het hoofd van de tafel. Als laatste kwam ze bij Dain, die direct schuin naast de opzichter zat. Ze kon het niet helpen heel even opzij te kijken naar hem, om een fractie van een seconde zijn gezicht af te zoeken naar een teken dat het beeld dat Dragos van hem geschetst had verder bevestigde.
Demish
Internationale ster



De zaal was imposant versierd. Het teken van het kamp was overal in te vinden, net zoals de paarse kleur die Dragos altijd al had gedragen. Het was zijn kenmerk. Een kleur die hij zichzelf toe had geëigend. En nu droeg ook zijn bediende, Rheana, de kleur van de opzichter. Het voelde vreemd om te weten dat deze man, die voor hem altijd een voorbeeld was geweest, in staat was om alles op te eisen. Dat hij zelfs het zeggenschap had over de bediende van een ander, simpelweg omdat hij dat zelf had besloten. Niet dat Dain hem zou durven tegen te spreken.
Hij voelde de blik van Rheana op zich branden toen ze hem het water serveerde. Hij negeerde het. Hij negeerde haar, zoals hij hoorde te doen. Ze was niemand. Slechts een bediende die hij naar zich toe kon roepen als hij dat nodig vond. Hij had een fout gemaakt om haar te willen laten rusten. Dimitri had het door gehad. Dragos vast ook. Om geen argwaan te wekken, moest hij haar negeren en behandelen alsof ze niets voor hem was. Het deed hem pijn, wetend dat ze hem bestudeerde en dat hij haar niet gerust kon stellen. Niet hier, niet nu.
‘Valeria, wat staat er op het menu?’ Het roodharige meisje stapte naar voren en schraapte haar keel. ‘De avond zal beginnen met brood, gepaard met verschillende soorten soep. Daarna volgt het voorgerecht, bestaande uit…’ Dain verloor zijn interesse bij het horen van het menu. Hij was drukker met de situatie waar hij zich nu in bevond. Wees de Onyx die ze kennen. Dat was het enige wat er nu door zijn hoofd ging.
Valeria had haar zegje gedaan en werd weer gevraagd om op haar plek te staan. Rheana en Maurelle hadden voor iedereen wijn en water ingeschonken. Waarschijnlijk zou de wijn een stuk sneller vloeien dan het water.
‘Jullie staan vast te springen om terug te keren naar de academie. Het is altijd enerverend om de plek te bezoeken waar het allemaal begonnen is. De plek die jullie zoveel glorie heeft gebracht.’ Dain slikte. Hij hield zijn kaken op elkaar en staarde straks voor zich uit. Het was alles behalve enerverend om terug te keren naar de plek die hem had getraind om een monster te worden. In eerste instantie had hij gedacht dat hij zijn positie daar gemakkelijker zou kunnen verlaten, maar die zekerheid nam steeds meer af.
‘Ik blijf slechts een paar dagen, generaal. Dain is degene die daar aan het werk zal gaan. Dezelfde positie die u ooit had, als ik me niet vergis,’ zei Dimitri.
‘Dain zal daar perfect werk leveren, zoals ik van hem gewend ben.’ Dragos hief zijn glas en gebaarde dat de rest hem moest volgen. Ook Dain pakte zijn glas vast, met zijn linkerhand. Hij moest immers oefenen om zijn grip weer volledig te beheersen.
‘Het leger moet te vroeg afscheid nemen van een sterke luitenant, maar de academie en de Onyx zijn een wijze leermeester wijzer,’ zei Dragos. Dain bespeurde enigszins wat vreugde en trots in zijn stem. Trots dat hij iemand tot dit niveau had weten te tillen. Dat Dain in zijn voetsporen zou treden. Zelf zag hij het nog niet voor zich, maar dat zou hij wel moeten kunnen. Al was het maar om mee te doen in het gesprek.
Ze proostten op Dain zijn nieuwe baan en het onderwerp van het gesprek werd al snel gefocust op de tijd die ze door hadden gebracht op de academie. Dragos als leermeester, zij als Onyx-aspiranten. Het was niet Dain zijn favoriete onderwerp. Hij moest zichzelf tegenhouden om niet ongemakkelijk te bewegen op zijn stoel, terwijl de eerste gang werd geserveerd.
‘Het moment dat ik wist dat jullie het in je hadden, maar vooral Dain, was tijdens één van de eerste invallen waar jullie aan meededen. De manier waarop er werd gevochten, hoe vastberaden Dain op zijn doel af ging. De mensen vreesden hem vanaf de eerste seconde dat hij de deur intrapte en die angst heeft iedereen keer op keer gevoeld bij het zien van zijn gezicht.’
‘Vergeet niet de keer dat hij vier rebellen in zijn eentje wist te verslaan, en te doden. Met één zwaard door twee lichamen heen,’ voegde Dimitri toe. Ze hemelden hem op waar hij bij zat. Jaren geleden had hij zich tevreden gevoeld, gewaardeerd. Hij probeerde die gevoelens uit de diepste groeven van zijn bewustzijn te vinden. Hij moest zich weer zo voelen.
‘Wat scheelt er aan, Sindri?’ Dragos gebaarde naar Maurelle dat zijn wijn bijgevuld moest worden en boog zich naar voren. ‘Normaal gesproken had je de complimenten al lang in ontvangst genomen.’
‘Ik…’ Dain zijn woorden stokten in zijn keel. Wat wilde hij eigenlijk zeggen? Hij kwam met de eerste de beste smoes die hij kon bedenken: ‘Ik ga het missen, dat is alles. Zodra ik op de academie mijn plek inneem als leermeester, dan is dat deel van mijn leven voorbij. Ik zal toekijken hoe anderen het werk doen voor het keizerrijk wat ik zo waardevol vindt. Waar ik het liefst mijn leven aan wil wijden.’
Daynty
Internationale ster



Na het vullen van de glazen met water hielp Rheana Valeria met het uitstallen van de schalen brood op de tafel, gevolgd door enkele grote kommen soep. De geurende dampen die van de soepen afkwamen sloegen in haar gezicht tijdens het lopen. Haar maag rammelde als herinnering aan het feit dat haar laatste maaltijd een vlugge, karige lunch was geweest in het bos voor Kamp Haldor. Ze betwijfelde of het hongerige gevoel vanavond gestild zou worden. Waarschijnlijk niet.
Terwijl de heren begonnen aan het brood liep Rheana zwijgend terug naar haar plek tegen de muur. Het liefste was ze de ruimte helemaal uit gelopen, zoals Valeria die in een kamer ernaast toe moest zien dat andere slaven de volgende gerechten op tijd overbrachten vanuit de keukens. In de ruimte blijven, betekende dat ze de gesprekken die aan tafel gevoerd werden aan moest horen. De enige geruststelling was dat de gruwelijke details over Dains vaardigheden in de strijd haar honger onmiddellijk wegnamen. In plaats daarvan voelde het alsof zich een loodzware steen in haar maag nestelde. Dain die een kaak brak, Dain die twee mensen tegelijk aan zijn zwaard reeg. Dain die huizen van mensen binnenviel, Dain die onschuldige mensen wegrukt uit het leven. 
Haar ogen brandden op het gezicht van de luitenant. Hij was stil. Het waren vooral Dragos en Dimitri die de herinneringen ophaalde, breed grijnzend en met knikjes met elkaar instemmend. Dain zat er al die tijd onbeweeglijk bij. Hij had een brood in stukken gesneden, maar deze lagen nu onaangeroerd op zijn bord. Zij was niet de enige die het opviel - Dragos had het ook gezien. 
Het was de tweede keer dat ze Dain zag aarzelen, dat hij niet onmiddellijk een antwoord of een handeling klaar had liggen. Toch kwamen zijn woorden daarna vlekkeloos over zijn lippen en heel even geloofde Rheana dat hij het leven als krijger inderdaad zou missen. 
Maar vlak daarna drong de herinnering aan de vorige keer dat Dain had geaarzeld zich aan haar op. De fractie van een seconde die hij had getwijfeld om de Eilin te doden, lang genoeg om hen aan een fatale klap te laten ontsnappen. Hij had haar die avond verteld dat hij ze had laten leven om ze te laten lijden, maar daarna was hij teruggekomen op die woorden. 
Ik gaf je simpelweg een antwoord wat een Onyx je zou geven. Alsof hijzelf geen Onyx was. 
‘Jij zal anderen opleiden om dat werk uit te kunnen voeren voor de keizer,’ reageerde Dragos. Als de opzichter al enige twijfel had bij de aarzeling in Dains stem liet hij dat niet merken. ‘Dat is misschien nog wel een grotere eer.’
‘Dat is zeker een erg grote eer.’ Dimitri knikte instemmend. Rheana kon alleen zijn rug en achterhoofd zien, maar de vleierij die van de soldaat af stroomde, was niet te missen. Ze walgde ervan, maar kon niet zeggen dat ze verbaasd was. ‘En je zal het ongetwijfeld goed doen als leermeester,’ vervolgde hij tegen Dain. ‘Je hebt immers het beste voorbeeld gehad.’
‘Enkele van de slaven die er werkten ten tijde van je laatste jaren op de academie zijn er misschien nog steeds wel.’ Dragos nam een slok van zijn wijn. ‘Ze zullen je vast herinneren. Ik heb Rheana hier net nog verteld wat er gebeurde met slaven die tegen je in gingen.’
Het gesprek verplaatste zich naar hoe Dragos was geweest als leermeester. De details van sommige van zijn methodes en opdrachten gruwelden Rheana nog steeds, maar het zware gevoel in haar maag verlichtte iets nu Dain niet langer de aanstichter was van de gruwelijkheden in de herinneringen die werden opgehaald. Terwijl ze af en toe nieuw water in schonk, luisterde ze aandachtig naar de gesprekken. Tot haar grote frustratie werd er weinig gezegd dat als nuttige informatie voor het verzet kon dienen. 
‘Hoe was de reis hiernaartoe?’ De vraag was afkomstig van een van de twee mannen die blijkbaar belangrijk genoeg waren om aanwezig te mogen zijn bij het diner. ‘Ik hoor dat er sinds het neerslaan van de opstand nog steeds onrust heerst hier en daar. Hopelijk zijn jullie niet lastig gevallen door de barbaren onderweg.’
Rheana liet het vieze bestek dat ze van de tafel af ruimde bijna uit haar handen vallen. Daarna wilde ze een van de messen het liefst door de keel van de man heen drukken. Barbaren? Hoe durfde hij? 
Verman jezelf, siste ze zich in gedachten toe. Haastig ging ze verder met het afruimen van de borden van het voorgerecht. 
Demish
Internationale ster



Hoe deden mensen dit? Hoe was men in staat om te liegen, om zo de schijn op te houden? Dain dissocieerde zich van het gesprek. Zo nu en dan gaf hij een kort antwoord, knabbelde hij een klein stuk van het brood wat voor hem lag. Hij telde de minuten op de klok, hopend dat het snel avond zou worden. De tijd ging echter traag.
Dain zijn maag draaide om toen er werd gevraagd naar de reis. Dat was het enige onderwerp wat hij absoluut wilde vermijden. Juist omdat Dimitri ook al zijn vragen had gehad bij Dain zijn handelingen.
‘De reis is voor een groot deel rustig verlopen, bedankt voor het vragen.’ Dain reikte naar zijn glas met water. De wijn had hij nauwelijks aangeraakt, net als het brood wat op zijn bord had gelegen. Hij kon geen hap door zijn keel krijgen. Zijn hele lichaam stond straks van de spanning, bang om het verkeerde antwoord te geven en door de mand te vallen tegenover twee mannen die hem te goed kenden.
‘Geen problemen?’ vroeg de man schuin tegenover hem. Dimitri antwoordde al voordat Dain dat kon.
‘We zijn een groep Eilin tegen gekomen. Op de vlucht, uiteraard. Vijf in totaal, maar het gevecht ging niet zoals we hadden gehoopt.’ Dain wierp een strenge blik over de tafel naar Dimitri. Was hij nou echt van plan om aan Dragos te vertellen dat ze hadden gefaald om vijf Eilin van kant te maken? Had hij net niet goed naar hem geluisterd?
‘Jullie voorraad was karig toen jullie hier binnen kwamen, is mij verteld,’ merkte Dragos op. ‘Je gaat me toch niet vertellen dat de Eilin jullie het afhandig hebben gemaakt?’ De vraag was niet gericht aan Dimitri. De ijzige ogen van Dragos waren op Dain gericht. Logisch, want hij was de luitenant. Hij was de leider, die had moeten voorkomen dat de Eilin zoiets hadden gedurfd.
Voor de eerste keer die avond keek Dain naar Rheana. Nadat ze de borden van het voorgerecht weg had gehaald, had ze haar plek bij de muur ingenomen. Ze keek niet naar hem. Logisch, hij had haar ook genegeerd aan het begin van de avond. Nu wilde hij dat ze naar hem keek. Zij wist dat hij anders had gehandeld dan anders, het had zelfs geleken alsof ze dat had geprefereerd. Rheana bleef echter naar de grond kijken.
‘Ik vrees dat mijn blessure nog teveel invloed heeft op mijn vaardigheden,’ zei Dain snel, toen hij besefte dat de hele tafel op zijn antwoord zat te wachten. Spijtig hief hij zijn linkerhand, waar een deel van het verband omheen was gewikkeld. ‘De Eilin zagen mijn zwakke punt en maakte het hun sterke punt.’
‘Ik denk niet dat dat het was,’ merkte Dimitri op. ‘Iedere Onyx leert om met twee handen te vechten, om niet teveel te vertrouwen op één. Ja, je bent rechts minder sterk dan met links, maar niet hulpeloos.’
‘Wat suggereer je, Wright?’ De scherpe toon in Dain zijn stem bleef niet onopgemerkt. ‘Als ik het me niet vergis, zette jij de achtervolging in op de Eilin en kwam je zonder hem terug.’
‘Dain heeft een goed punt, Dimitri. Waar was jij in dit verhaal? Was jij niet mee om juist jouw luitenant te ondersteunen, nu hij een blessure heeft?’ Dragos fixeerde zich op Dimitri, wat Dain een paar seconden denkruimte gaf. Waas was Dimitri mee bezig? Wat probeerde hij te bereiken? Dat hij Dain met zijn eigen, vreemde gedrag confronteerde, was één ding. Dragos erbij betrekken riep veel argwaan op. Alsof Dimitri wilde dat Dragos in zou zien dat zijn favoriete leerling langzaam aan het afbrokkelen was.
‘Ik heb twee van de vijf Eilin gedood. Een derde ontsnapte, met de voorraad. Daar ben ik achteraan gegaan. Dain bleef achter met de laatste twee. Toen ik omkeek had hij ze al op de grond gewerkt. Ik naam aan dat hij ze zou doden. Ze laten betalen met hun leven voor hun misdaden tegen ons en het keizerrijk.’ Onder de tafel balde Dain zijn handen tot vuisten. Wat dacht Dimitri wel niet?! Wat voor een spel was hij aan het spelen? Eerst hemelde hij hem op, om hem vervolgens naar beneden te trekken. Was het ophemelen en alle vleierij niet voor hem bedoeld? Misschien praatte de soldaat alleen maar Dragos na en zag hij nu zijn kant.
Nee, Dimitri was zijn vriend. Zo kon hij niet denken. Dain kon echter geen andere verklaring bedenken voor het gedrag van Dimitri.
‘Dain?’ drong Dragos aan, gezien het nu zijn beurt was om uit te leggen waarom er drie Eilin waren ontsnapt. 
Wat moest hij zeggen?
Daynty
Internationale ster



Waar was Dimitri in godsnaam mee bezig? Als ze niet beter wist, zou ze denken dat hij simpelweg een jaloerse soldaat was die een ander omlaag praatte in een poging zelf in een beter daglicht te komen staan. Alleen was degene die hij omlaag praatte zijn eigen meerdere, zijn beste vriend nota bene. Hij was eerder kritisch geweest op Dains omgang met de Eilin, maar deze kritiek zo openlijk uiten waar belangrijke mensen bij waren, was ronduit onbeleefd. Als ze hen de afgelopen twee weken niet als één geoliede machine samen had zien werken en bij het kampvuur horen lachen om dingen die alleen zij snapten, zou ze niet raden dat het beste vrienden waren. 
Maar ze kon Dimitri niet geheel ongelijk geven in zijn kritische houding, want Dain had de Eilin inderdaad kunnen doden. Dimitri vermoedde dat, zij had het met eigen ogen gezien. Wellicht was dat het enige dat zij en de soldaat gemeen hadden: ze vroegen zich beiden af waarom Dain de Eilin niet gedood had. Dimitri omdat dat niet paste binnen het beeld dat hij van zijn luitenant had. Zij omdat ze diep vanbinnen hoopte dat Dain wroeging kreeg om zijn daden als Onyx. 
Onwillekeurig kromp Rheana iets in elkaar bij het horen van de scherpe ondertoon in Dains stem, ondanks dat deze niet aan haar gericht was. Het was de stem van een luitenant, hard en onverbiddelijk. Ze moest het Dimitri nageven dat hij geen centimeter bewoog onder Dains onbewogen blik. Het was de eerste keer dat ze hem zo tegen zijn soldaat had horen praten. 
Rheana hield haar ogen zorgvuldig op de tegels voor haar voeten gericht maar haar oren waren gespitst op het gesprek, hopend dat Dain iets zou verraden in zijn stem of zijn antwoord, iets dat haar kon helpen om het beeld van hem als Onyx te doen vervagen. Ergens wist ze echter dat het hopeloos was om daarop te hopen - Dain zou niet zo dom zijn om iets te laten doorschemeren waar iedereen bij zat. Daarvoor zou ze hem apart moeten nemen, besefte ze. 
‘Ik zou ze hebben kunnen doden,’ bracht Dain de aanwezigen in herinnering, ‘als hun gave hen geen voordeel had gegeven. Ze wisten van mijn verwonding én van mijn volgende stap.’ 
Ingespannen probeerde Rheana een glimp op te vangen van Dragos gezicht. Hij nam Dain schijnbaar uitdrukkingsloos in zich op. Ieder ander aan de tafel leek te geloven wat Dain antwoordde, maar Dragos was onpeilbaar. Terwijl hij zijn voormalige leerling in zich opnam, liet hij zijn vinger gedachteloos langs de rand van zijn wijnglas glijden. Dat bracht haar op een idee. 
‘Hun gave was voor mij anders geen probleem.’ Ze kon zijn gezicht niet zien, maar aan Dimitri’s stem hoorde ze dat hij zijn wenkbrauwen iets optrok. Hoewel haar passen beheerst waren op het moment dat ze naar de wijnkan toeliep, borrelde ze vanbinnen van frustratie. Hoorde Dimitri zijn beste vriend niet te steunen? ‘Als ik niet beter wist, zou ik haast denken dat je de Eilin niet wilde doden.’
Rheana struikelde bijna over haar eigen voeten. Als zelfs Dimitri dat dacht, die Dain al jarenlang kende, zouden haar eigen vermoedens er dan inderdaad niet ver naast zitten? Hoe blij ze ook was met deze vorm van bevestiging, Dain zou een verdomd goede leugen op moeten hangen wilde hij zijn geloofwaardigheid herstellen. Zelfs dan betwijfelde ze of Dragos hem zou geloven. Ze was niet van plan om dat af te wachten. 
Met de kan wijn in haar handen liep ze naar de tafel toe, waar de spanning voelbaar in de lucht hing. Ze vulde Dragos glas bij, blij dat de man een vlugge drinker was. In het wegstappen van de tafel deed ze alsof ze struikelde over één van de vloertegels. Ze liet de wijnkan bijna uit haar handen glippen. De rode vloeistof klotste rijkelijk over de rand heen en belandde vol op de luitenant. De aandacht van de hele tafel was in één klap weg bij het gespreksonderwerp. Tot zover was het plan geslaagd - alleen hoe erg had ze zich hiermee in de problemen gewerkt? 
Demish
Internationale ster



Dimitri had hem door.
Dat was de enige verklaring die Dain kon bedenken voor zijn gedrag. Hij probeerde hem niet expres omlaag te halen. Dat zou hij nooit doen. Dit was een test. Hij wilde hem uitlokken, hij wilde zien hoe Dain zich zou opstellen tegenover Dragos. Dimitri had gemerkt dat er barsten in zijn houding waren ontstaan en hij deed zijn best om de barsten te herstellen tot hun eerdere glorie. Hij had zijn twijfels naar Dain uitgesproken en Dain had niet geluisterd. En nu plaatste hij hem bewust in een moeilijke situatie. Niet omdat hij hem wilde zien falen, maar omdat hij wilde zien dat Dain zichzelf zou moeten bewijzen.
Dain zijn gedachten en de overhoring werden verstoord door een flats van rode wijn die hem overspoelde. Naast hem stond Rheana, met een lege kan in haar handen en een schuldige, geschrokken blik op haar gezicht.
‘Jij imbeciel!’ Het was Dragos die als eerste reageerde op de fout van Rheana. Woest kwam hij overeind uit zijn stoel. Hij bleef staan, voor nu. Zijn woede voor Rheana overbrugde echter gemakkelijk de afstand. ‘Je zou denken dat ze in het kasteel wel weten hoe ze een bediende op moeten voeden! Weet je wel hoeveel deze wijn kost?’
‘Generaal.’ Langzaam kwam Dain overeind. De rode wijn had zijn uniform geraakt en het sijpelde langs zijn rug en benen naar beneden. Het zou niet lang duren voordat de alcoholische drank aan zijn lichaam zou blijven plakken.
Hij keek naar Rheana en schudde zijn handen. De wijnspetters tikten op de stenen vloer. ‘Jij…’ Hij wees naar Rheana, die angstig naast hem stond. ‘Jij, hebt een ontzettend groot probleem.’
Voor een moment nam de Onyx in hem het over. De man die kaken had gebroken van bedienden die niet naar hem hadden geluisterd. Die hen had gestraft voor een ongeluk, gelijk aan wat Rheana zojuist had veroorzaakt. Hij greep haar bij de arm en trok haar de eetzaal uit.
In een verlaten gang, weg van de eetzaal, keukens en bediendes, liet hij haar los. Hij greep naar de lege wijnkaraf en hield hem dreigend voor haar gezicht. ‘Waar denk je dat je mee bezig bent?!’
Was Rheana echt zo klunzig? In de tijd dat hij haar had leren kennen, had ze nooit zo’n fout gemaakt. Ze was altijd voorzichtig en bedachtzaam geweest. Kwam dit door haar gebrek aan rust? Ze had veel gereisd, weinig gegeten. Was het haar lichaam die haar had verraden?
‘I-ik,’ stamelde ze, verder dan dat kwam ze niet. Dain schudde zijn hoofd en liet de karaf zakken. Hij zette een stap naar achteren en draaide zich van haar weg. ‘Weet je wel wat je hebt veroorzaakt? Wat er nu verwacht wordt?!’
Hij had Rheana altijd met respect behandeld. Ook al was ze zijn bediende geweest, hij had haar altijd gezien als een mens. Iemand die zijn respect en aandacht waardig was. Iemand die hij op een normale manier hoorde te behandelen. Nu ze de wijn had laten vallen, stond daar een straf op. Als hij haar niet zou straffen, dan zou zijn gehele plan in elkaar storten.
Ze herstelde zich, iets. Haar lichaam verried dat ze nog altijd bang was, maar in haar ogen veranderde iets. ‘Had je liever Dimitri’s vraag beantwoord dan wijn over je heen?’
Ze had meegeluisterd. Natuurlijk had ze dat. In de tijd dat ze tegen de muur had gestaan, was niet veel nuttigs gebeurd. Het was vanzelfsprekend dat ze naar de gesprekken had geluisterd. Kon het zijn dat ze zich had geërgerd aan Dimitri? Dat ze klaar was geweest met zijn vragen en om hem te beschermen, ze dit ongeluk had gecreëerd? Of was dit simpelweg Rheana die een grote mond had en vond dat ze hem maar moest bedanken?
Hij wilde nu niet nadenken over haar bedoelingen. Hij wilde niet gissen.
‘Buk en gil,’ droeg hij haar op.
‘Wat?’
‘Ik zei: buk en gil.’ Dain wachtte tot haar lichaam de kleinste beweging maken die duidde op dat ze naar beneden zou gaan. Hij smeet de karaf in haar richting en hij spatte kapot tegen de muur. Dat leverde de gil van Rheana op die hij nodig had. Scherven van glas raakten de grond en het gerinkel stierf langzaam weg.
Twijfelend stak hij zijn hand uit naar Rheana, om haar overeind te helpen. Hij hoopte dat ze inzag dat hij haar had gespaard. Dat hij met zijn actie een situatie had geschetst die voor iedereen in de eetzaal goedgekeurd zou worden. Dat terwijl ze ongedeerd was gebleven.
‘Ik heb nieuwe kleding nodig.’ Hij kon zo niet terugkeren naar de eetzaal. ‘En deze moeten gewassen worden,’ vervolgde hij zijn woorden. ‘Laten we naar mijn kamer gaan.’
Plaats een reactie
Reageer
Om nieuwe berichten te laden: ingeschakeld
Eerste | Vorige | Pagina: | Volgende | Laatste