Hier komen de laatste 3 forum topics
te staan waarop je hebt gereageerd.
+ Plaats shout
Anoniem
Hey, everybody!
0 | 0 | 0 | 0
0%
Om mee te kunnen praten op het forum dien je ingelogd te zijn.Nog geen account? Klik hier om een gratis account aan te maken.

> Sluiten
Helper
10 van de 24 sterren behaald

Forum

ORPG, gedichten en schrijvers < Virtual Popstar Eerste | Vorige | Pagina: | Volgende | Laatste
O// Florence
Demish
Internationale ster



Het was alsof ze de afgelopen dag in een waas had geleefd. Alsof ze naar een film had gekeken, maar wel door een wazige bril. Constant had de mist haar bril beslagen en had ze niet precies kunnen registeren wat er was gebeurd. Aan het begin had Loué nog begrepen dat de gevaarlijke rook die ze had gezien bij één van haar ontvoerders, een weg had gevonden naar haar longen en zo haar hele lijf aan had getast. Hoe meer rookz e echter had ingeademd, hoe minder bij bewustzijn ze was geweest. Haar gedachten waren nauwelijks nog naar boven gekomen. Alles was afgevlakt geweest. Zo ook haar reactie, toen één van de Carnefice broers recht tegenover haar had gestaan en haar zelfs had aangeraakt.
Nu de rook uit haar lichaam was verdwenen, voelde ze zich langzaam weer helderder worden. Echter, niet helder genoeg om tegen te stribbelen. Dat terwijl ze dat wel wilde. Want de woorden hadden haar gealarmeerd. Ze wilden hen injecteren. Haar en de andere vrouw. Loué wist wat dat betekende. Ze was voldoende op de hoogte van de twee broers en wat ze van plan waren. En nu zouden zij onderdeel worden van hun plan.
Doordat ze vast was gemaakt aan de tafel, was het onmogelijk voor Loué, of voor de vrouw naast haar, om haar lichaam zo te draaien dat niemand haar kon bekijken. Ze voelde de starende ogen van Samaël en ze vond het verschrikkelijk. Vooral omdat ze wist wat er zou gaan komen. Ze herinnerde zich dat lang niet iedereen het plan van de broers overleefde. En vooral vrouwen niet. Dus als de naald eenmaal door haar huid had geprikt en de injectie was gedaan, was er geen weg terug en zou ze, hoogstwaarschijnlijk, niet meer leven.
Samaël, de man die haar gezicht zojuist al had aangeraakt en haar had bestempeld met de naam “kleintje” had één van de injecties gepakt. Hij had een paar keer met zijn vingers tegen het plastic aangetikt en hij keek naar Loué met een grote grijns. Zodra hij dichterbij kwam, schudde Loué haar hoofd. Ze wilde het niet. Ze wilde niet doodgaan, maar ze wilde ook geen deel uitmaken van hun zogenaamde leger. 
Uri was ondertussen alleen maar blij dat zijn broertje had voorgesteld om het zelf te doen. Het was zeker het leukste onderdeel. Het injecteren van het gen was iets wat heel erg pijnlijk was voor de persoon in kwestie, en iedereen reageerde er anders op. Uriël had al mensen voorbij zien komen die meteen knock out waren gegaan. Anderen hadden er nauwelijks last van gehad, maar hij had ook nog veel vreemdere reacties voorbij zien komen. En hij was ontzettend nieuwsgierig naar hoe Emrys zou reageren.
Ook hij had een injectienaald, al gevuld met het gen, van de tafel gepakt. Hij liep naar de tafel waar Emrysae op neer was gelegd. Ze had nog geen antwoord op haar vraag gekregen en dat leek haar ontzettend te irriteren.
‘Als je goed je best doet, vertel ik je misschien wel wat hier in zit,’ stelde Uriël haar gerust, terwijl hij de naald al zachtjes over haar ontblote bovenlichaam liet glijden. Hij volgde de rondingen van haar borsten en heel even liet hij de naald cirkelen rond haar tepel. ‘Maar, wat zou daar nou leuk aan zijn?’ Het was een retorische vraag. Hij hoefde er geen antwoord op. Zeker niet van haar.
Hij haalde de naald van haar huid en liet hem vervolgens boven haar linkerborst bungelen, recht boven haar hart. Zonder waarschuwing sloeg hij toe, duwde hij de naald door haar huid heen, net zolang tot hij merkte dat hij haar hart had geraakt. Hij liet het gen zich verspreiden in haar vers gepompte bloed, waardoor het vervolgens door heel haar lichaam zou trekken.
Nog geen seconde nadat hij de naald weer uit haar lichaam had getrokken, begon haar lichaam te trillen. Al haar ledematen, al haar spieren leken zich in korte momenten samen te spannen. Alsof haar lichaam het meest intense orgasme ooit aan het ervaren was. Iets wat Uriël een leuke toevoeging zou vinden aan de lijst met reacties. 
Anoniem
Wereldberoemd



Uit alle macht probeerde ze haar ledematen los te krijgen. Het maakte niet eens uit dat de mannen om haar heen haar borsten zagen, daar kon ze wel mee leven, maar ze wilde hier weg. Natuurlijk had Emrys verhalen gehoord over de Carnefice broers, maar ze had er nooit al te veel aandacht aan besteedt. Dat had een ver van haar bed show geleken, iets dat alleen gebeurde bij mensen in de omgeving. Rome had veilig moeten zijn, Rome behoorde tot de overheid en die zou haar burgers moeten beschermen. De inwoners van Florence hadden misschien pech, maar zij niet? Ze kreeg geen van haar ledematen uit de leren banden, alles zat strak vast en ze kon alleen toekijken terwijl Uriël haar kant op kwam gelopen. 
'Val dood,' ze siste de woorden naar hem toe, terwijl ze iedere beweging die hij maakte in de gaten hield. Dat veranderde niets aan het feit dat ze moest toekijken hoe hij de naald in zijn handen had en deze uiteindelijk haar lichaam in duwde. Emrys wist een gil tegen te houden, maar de pijn die zich door haar lichaam verspreidde was te intens om niet op te reageren. Haar hele lichaam begon onophoudelijk te trillen, de pijn schoot alle kanten op en ze wist niet welke kant ze op moest om het te stoppen. Ze kon niet eens een kant op, omdat ze nog steeds vast zat in de leren banden. Iets dat er alleen voor zorgde dat het extra pijn deed. Het enige wat ze wilde was in een bal krullen en wachten tot de pijn verdween. Tot haar lichaam niet langer voelde alsof het uit elkaar zou barsten, tot de rillingen haar lichaam weer verlieten. Tranen van pijn liepen over haar wangen. Ze had geprobeerd hen tegen te houden, maar wat maakte het ook uit? De mannen hier konden echt wel zien dat ze pijn had, of ze nu huilde, of niet.
'Laat het stoppen,' de woorden kwamen amper over haar lippen, ze wist niet eens zeker of ze wel hoorbaar waren.

Hij wist dat ze langzaam weer wakker werd en dat maakte het des te leuker. Veel meer dan haar hoofd schudden deed ze nog niet, maar dat weerhield hem er niet van om de naald hard in haar hart te drukken. Zijn blik was gefocust op haar gezicht terwijl hij tergend langzaam het goedje in haar lichaam liet lopen. Er gebeurde niets. Niets opvallend met haar lichaam tenminste, niets waar hij aan kon zien dat ze pijn had. Dat was niet per se iets ergs, zeker niet als je zag wat er met de dame aan zijn linkerkant gebeurde, aangezien de meeste mensen die weinig last hadden van het gen, het overleefden. Misschien had hij inderdaad de juiste keuze gemaakt door Loué te kiezen, hij had van tevoren al geweten dat ze een goede keuze was, maar dit onderbouwde zijn gevoel nog een keertje. Altijd fijn.
'Zo te zien ga je de weddenschap niet winnen broer, wat jámmer,' Samaël richtte zijn aandacht op zijn broer, terwijl hij nog even richting Emrys keek. Arme meid. Sommigen mensen, hoewel dat er echt heel weinig waren, hadden het geluk om gewoon weg te vallen en te sterven, dat leek voor haar in ieder geval niet het geval te zijn. Zijn blik ging terug naar Loué, die inmiddels ook niet meer heel blij leek te zijn met haar lichaam. Hij zag het aan haar houding, pijn begon te komen.
'Je houdt het nog wel even vol, kleintje, geen zorgen,' hij zou haar persoonlijk door de hel slepen om zijn broer deze weddenschap te laten verliezen.
Demish
Internationale ster



Eerst had het als niets meer dan een vaccinatie gevoeld. Een pijnlijke vaccinatie in haar hart, dat wel. Maar zodra de naald er weer uit was gehaald, had het haar daar aan doen denken. Het verbaasde haar dat ze met een soort stekende pijn overbleef, terwijl de vrouw naast haar aan het trillen was en haar eigen lichaam niet meer onder controle had. Zij had dat niet. En ondanks dat ze opgelucht was dat haar lichaam er niet zo dramatisch slecht op reageerde als bij de andere vrouw, vertrouwde ze het ook niet.
En toen begon het. Een soort brandend gevoel, recht in haar hart. Maagzuur, leek het wel. Maar dan veel heftiger. Alsof het door haar hart naar haar hele lichaam trok. Eerst was het onaangenaam. Ze probeerde haar houding aan te passen, waardoor het verlichten aan zou voelen. Haar knieën iets omhoog, haar rug gehold. Alles om het gevoel weg te laten varen. Het gevoel ging echter niet weg. Het werd alleen maar erger. 
Het branderige gevoel begon alleen maar meer aan te zetten. Daardoor leek het alsof haar aderen langzaam verzuurd werden. Ze klemde haar kaken op elkaar, want ze gunde het Samaël niet dat hij haar zou horen schreeuwen. Ze zag echter in zijn ogen dat hij maar al te goed door had dat ze pijn had. En hij leek er nog van te genieten ook.
Loué wendde haar gezicht af en kneep haar ogen dicht. Ze probeerde haarzelf af te leiden van de pijn, te doen alsof hij niet bestond. De pijn werd echter steeds heviger en ze kon zich niet langer uithouden. Ze schreeuwde het uit en als snel veranderde één schreeuw in twee, en daarna in drie en vier. Samen vormden ze een klagelijk gejammer, gevuld met de hoorbare pijn.
‘Che palle! Figlio di puttana!’ Haar woorden waren aan Samaël gericht. Hij was degene die het haar had aangedaan. Hij was degene die er voor had gezorgd dat de pijn nu door haar lichaam trok. Het voelde alsof ze in vuur en vlam stond en de vlammen aan haar likten. Tranen gleden over haar wangen, terwijl ze bleef schreeuwen.

‘Zeg dat maar niet te snel, broertje. Zo’n reactie betekent niet altijd een negatieve uitkomt,’ suste Uri zijn broer. Ja, het leek op dit moment alsof Emrys haar lichaam de mutatie niet aan leek te kunnen, maar hij had nog hoop voor haar. Haar lichaam was het aan het verwerken. En vaak was het niet eens het moment van muteren waarop de vrouwenlichamen het begaven. Het was het moment dat de gaves naar boven kwamen. Dat was wat hun lichaam niet aan kon.
‘Ach,’ sprak hij liefkozend tegen Emrys. Hij veegde haar donkere haren uit haar gezicht. ‘Het gaat vanzelf wel een keer over. En ondertussen weet ik wel iets anders, om je af te leiden.’ Uriël zijn gave had hem behoorlijk sterk gemaakt. Fysiek was hij een stuk sterker dan de meeste mannen van zijn leeftijd. Daarnaast was zijn huid ondoordringbaar. Dat betekende dat kogels, messen en andere wapens geen invloed op hem zouden hebben. Voor nu gebruikte hij zijn kracht om het trillende lichaam van Emrys op de tafel te houden. Hij voelde de trillingen nog steeds, maar doordat hij haar zo stevig tegen de tafel aanhield, kon hij geen kant meer op.
Hij plaatse zijn lippen ruw op haar mond. Ondanks dat een luid protest uit haar keel kwam, al kon dat ook een combinatie zijn van de pijn en de weerstand, duwde Uri zijn tong vastberaden naar binnen. Zoals hij en zijn broer al hadden benoemd: deze vrouwen waren nu van hen. Dat betekende dat ze mochten doen wat ze maar wilden, wanneer ze wilden. Nu was Uri nog net zo respectvol dat hij een vrouw niet zou verkrachten voor de ogen van zijn broer, al wist hij zeker dat Samaël nog het één en ander van hem zou kunnen leren, maar een zoen was nog redelijk onschuldig.
Uriël trok zich terug en maakte de vrouw los. ‘Dat was nog maar een klein voorproefje, Emmy,’ beloofde hij haar. Door zijn eigen kracht had hij totaal geen moeite om het lichaam van de vrouw naar zich toe te trekken en op te tillen, en ook tevens zo vast te houden dat het getril hem niet volledig irriteerde.
Hij nam haar mee naar de ruimte die ooit als koelcel had gediend. Het was er vochtig en donker en er stonden nog altijd een paar lege schappen, maar de apparatuur die de ruimte koel had gehouden, was al jaren geleden verdwenen.
Zonder pardon liet hij haar net naast het oude matras vallen wat op de grond lag. Het was een kamer waar ze hun experimenten soms lieten rusten, of opsloten. Wat er maar eerst kwam.
Anoniem
Wereldberoemd



Ze voelde zijn vingers en normaal gesproken zou Emrys geprobeerd hebben ze weg te slaan of in ieder geval haar hoofd weg te trekken, maar ze had de energie niet om haar hoofd te bewegen. Het was teveel moeite. Dus liet ze toe dat hij haar haren uit haar gezicht streek en langzaam dichterbij kwam. Uriël had het over afleiding. Afleiding van de pijn? Voor ongeveer drie seconden was er een klein beetje hoop dat de afleiding voor haar iets positiefs betekende, maar dat verdween zodra hij haar hard tegen de tafel duwde. Ze hapte naar adem, alsof haar lichaam nog niet genoeg pijn deed. 
Uriël boog naar voren en voor ze door had wat hij van plan was, haar hersenen waren niet heel snel met interpreteren wat haar omgeving deed door de pijn die ze al registreerden, drukte hij zijn lippen op die van haar. Klootzak. Haar aanranden op het moment dat ze werkelijk niets terug kon doen, dat ze niet eens de mogelijkheid had om hem eens goed uit te schelden. Dat was nog laffer dan ze gedacht had dat hij zou zijn. Geluiden van pijn en afschuw ontsnapten haar toen hij zich weer terug trok. Zijn tóng had in haar gezeten. Ze wist wel dat dat niet het ergste was wat hij kon doen, maar hij was haar lichaam zich aan het toe-eigenen en ze vond het verschrikkelijk. Er liepen nog steeds tranen over haar wangen, hoewel ze niet helemaal zeker was of dit van de pijn was of door wat Uriël met haar deed.
'Emrys,' haar stem was zacht en ze werkte niet tegen toen hij haar van de tafel haalde, maar ze liet wel even merken dat ze niet gediend was van de gegeven bijnaam. Ze kwamen in een of andere donkere kamer terecht en hij liet haar met een klap op de grond vallen. Geschrokken hapte ze naar adem. Haar ogen openden wat verder en ze keek om zich heen. Nee. Zolang de deur open was, was er genoeg licht, maar ze vond dit helemaal niet leuk. De pijn begon een heel klein beetje af te nemen en Emrys trok haar lichaam langzaam naar achteren, weg an Uriël. Weg van wat hij met haar wilde doen. Voor ze echter iets tegen hem kon zeggen, klapte haar lichaam dubbel en gaf ze over. De mannen hadden haar de laatste twee dagen af en toe iets laten eten, dat verliet haar lichaam nu weer. Ze had het net op tijd aan voelen komen waardoor de kots niet op haar terecht kwam, maar het maakte de situatie niet bepaald beter.

De pijn begon te komen, hij zag het aan haar lichaam en de blik in haar ogen. Hij kende die blik maar al te goed. Zo'n blik behoorde tot koppige mensen, mensen die niet wilden laten zien dat ze pijn hadden aan de persoon die hen deze pijn toebracht. Meestal waren mannen koppiger dan vrouwen, maar de mannen hielden het vaak ook langer vol. Loué was geen uitzondering op de regel, al snel begon ze te schreeuwen van de pijn, in combinatie met een paar scheldwoorden zijn kant op. Zachtjes grinnikte hij.
'Ik kan de pijn stoppen, als dat is wat je wilt?' Hij vertelde er alleen niet bij dat daar een heel ander soort pijn voor in de plaats zou komen. Als hij zijn gave gebruikte, dan verdween de wereld van het slachtoffer. Loué zou niet meer weten waar ze was en ze zou de pijn van de injectie niet voelen, ze zou niet eens weten dat hij naast haar stond. Daar kwam voor in de plaatst dat haar grootste angsten werkelijkheid werden. Als ze er meerdere had, dan verscheen er eentje random, maar de meeste mensen hadden maar één angst waar ze echt niet mee konden leven. Het was zo mooi om te zien hoe het lichaam, hoe de ziel daarop reageerde. Hij kon meekijken in het hier en nu, maar ook bij de angst. Dat was hoe hij achter interessante informatie van de persoon in kwestie kwam.
'Ja, ik denk dat we jouw pijn maar even op een laag pitje moeten zetten. Denk je niet, kleintje?' Zijn vingers streelden zachtjes over haar wang, arme meid. Samaëls ogen werden wazig, er kwam een soort zwarte gloed over zijn ogen terwijl hij zijn gave aanwendde. De ogen van Loué werden echter helemaal zwart, ze verdween uit het heden en ging naar haar grootste angst. 
Ze kwamen terecht in een of ander huis en na eens goed rondkijken, zag Samaël een bekend gezicht tevoorschijn komen. Rivenditore. Er werd een paar keer in het Italiaans gescholden, waarna de man zich op een stoel liet vallen en zijn handen door zijn haren haalde.
'Jij zal nooit goed genoeg zijn, Loué. Je ouders waren dat niet, jij kan dit werk ook niet aan. Je bent zwák, je laat je manipuleren en je verwacht dat ik je wel kom redden iedere keer. Niet dit keer, niet nu. Ik kan je niet langer in de organisatie gebruiken, je bent geen Rivenditore meer.' Samaël had de tijd van zijn leven. Schijnbaar zat Loué hoger in de organisatie dan hij had geweten, of ze hechtte er zelf meer waarde aan. In ieder geval was het duidelijk waar ze bang voor was, ze wilde haar opa niet teleurstellen. Het betekende te veel voor haar dat ze een Rivenditore was, maar Sam had dat weg genomen. De angst was zeer reëel, het kon best eens zijn dat Tore haar niet meer wilde nadat ze geclaimd was door de Carnefice broers. 
Hij liet haar nog even in de angst ronddwalen, tot hij haar weer naar het hier en nu haalde. De angst verdween, maar de fysieke pijn zou weer terug komen.
Demish
Internationale ster



Angst was een emotie die een mens volledig over kon nemen. De hersenen sloegen op tilt op het moment dat zij de signalen doorkregen en geen enkele prikkel leek nog te worden opgenomen, laat staan verwerkt. Het was een gevoel dat door merg en been ging. Zo ook bij Loué, toen ze de harde woorden van haar grootvader hoorde, die haar vertelde dat ze nooit goed genoeg zou zijn om zijn werk over te nemen. Dat was hetgeen waar ze al die jaren bang voor was geweest en nu was die angst uitgekomen. Loué wilde welt terug schreeuwen, maar haar hele lichaam leek in de bevroren stand te staan, waardoor ze niks kon beginnen.
De kamer waar ze in stond en de stoel waarin Rivenditore had gezeten, was verdwenen. De pijn die ze eerder had gevoeld, was weer terug gekeerd. Verward door wat er was gebeurd, keek Loué om haar heen. Ze zag alleen het grijnzende gezicht van Samaël, wat haar deed beseffen dat er iets moest zijn gebeurd. Iets wat hij had veroorzaakt. Had hij haar niet beloofd de pijn weg te halen? Ze had de pijn inderdaad niet gevoeld, maar de angst die door haar lichaam had gejaagd, was niet een verbetering geweest.
‘Ik heb nog liever deze pijn dan dat je die verschrikkelijke gave van je tegen me gebruikt,’ wist ze tussen haar tanden door te zeggen. Ze klemde nog altijd haar kiezen stevig op elkaar, om zo de pijn letterlijk te verbijten. Ze probeerde ieder deel van haar lichaam te krommen, om zo haar spieren te laten rusten. Het had echter geen zin. De pijn trok door haar lichaam en het werd erger met de seconde. Het zou niet zomaar over gaan. Op dit moment twijfelde Loué zelfs of het ooit wel over zou gaan. Misschien was dit wel waarom iedere vrouw dood ging. Omdat ze het niet aankonden.

‘Gatver, wat een smerige slet ben je ook.’ Emrys was over haar nek gegaan en ondanks dat het niet de eerste keer was dat iemand zoiets had gelikt, was het wel de eerste keer dat het was gebeurd op het moment dat hij zich uit had willen leven op een vrouwelijk lichaam. Hij kon wel vaststellen dat de zin die hij had gehad, nu volledig weg was. Hij zou zijn tong niet in een mond steken die naar braaksel smaakte, en zeker niet zijn lul niet. 
Uriël liep naar haar toe en gaf haar expres een duw met zijn voet, zodat haar lichaam verschoof en ze alsnog in de kots belandde. ‘Ik hoop dat je er in stikt.’
Vandaag was duidelijk niet de dag dat hij zijn kans zou kunnen grijpen, maar dat maakte niet uit. Er zouden er nog meer komen. Emrys was nu van hem. Hij zou bepalen wat er met haar zou gebeuren en wanneer. Als hij haar een dag voor zichzelf wilde hebben, zodat ze zou kunnen voldoen aan al zijn wensen, dan zou hij die dag krijgen. Dan zou ze later wel weer verder worden onderzocht. Het had misschien wel haast, maar Uriël bepaalde wel hoeveel haast het precies had. 
Hij liep weg van de vrouw en trok de deur achter zich dicht. Het voordeel aan de deur van een oude koelcel was dat Emrys er zelf niet uit zou kunnen, omdat er slechts een klink aan de buitenkant zat. En het mechanisme dat er voor zou zorgen dat de deur automatisch ging als er aan de binnenkant op een knop werd gedrukt, was al zo verouderd dat het niet meer werkte. Emrys zat daar vast, wat ook prima was. Uriël zou haar vanzelf wel weer een keer zien, en hij zou morgen wel iemand opdragen om haar er uit te halen. Al zou diegene zich dan wel moeten voorbereiden op een smerige geur. 
Anoniem
Wereldberoemd



Op een gegeven moment was Emrys in slaap gevallen, de pijn was steeds een beetje minder geworden, maar  een paar uur later was ze weer wakker geworden. De pijn was weg, helemaal verdwenen. Er was momenteel niets dat haar gelukkiger kon maken, hoewel het verlaten van deze kamer op de tweede plaats stond. Geen probleem, daar ging ze voor zorgen. Ze was bang van kleine, donkere ruimtes, maar dit was niet klein genoeg. Er was ruimte voor haar om rond te lopen en er kwam een klein beetje licht van de kieren in de deur, genoeg voor haar om op zoek te gaan naar een uitweg. 
Ze schudde de kots uit haar haren, wat echt heel vies was en niet goed genoeg lukte, terwijl ze met haar handen langs de muur ging. Er stonden nog een paar rekken, maar er was verder niets dat haar zou helpen om de deur open te krijgen. Tot haar handen langs een paar verroeste stangen gingen. Als zij de deur niet open zou kunnen krijgen, dan moest ze er maar voor zorgen dat het mechanisme overbelast werd. Met beide handen pakte ze de verroeste stang vast en gaf er een ruk aan. En ze viel met een klap achterover terwijl water uit het plafond begon te stromen. De stang was verroest, dat was zeker waar, maar schijnbaar werd deze nog wel gebruikt. Ietwat verbaasd keek ze naar het water dat zich nu over de vloer verspreidde. Ze kon de deur niet openmaken nee, maar er kwam nu flink wat water onder de deur door, dus misschien ging iemand anders hem wel openen.
Het was anders wel een geluk bij een ongeluk, ze kantelde haar hoofd achterover en begon haar haren nat te maken. Als ze dan toch in water stond, kon ze net zo goed het vuil van haar lichaam wegwerken.

Hij had nog even genietend gekeken naar Loué, maar op een gegeven moment had ook Samaël de kamer verlaten en was naar bed gegaan. Er was op dat moment geen reden om langer bij haar in de kamer te blijven. Ze moest rusten, er ging toch niets interessants gebeuren en hij had de vorige nacht al doorgehaald om te werken aan een ander project. Ook maffiabazen verdienden zo nu en dan een nacht rust. 
Inmiddels was hij beneden aangekomen, waar hij al meerdere van zijn mannen rond zag lopen. Het zou een drukke dag worden. De twee dames kregen hun eerste testen, als ze allebei nog leefden, een aantal mannen hadden klussen buiten Florence en Uriël en hij moesten alles in goede banen leiden. Zowel de dames als de heren. Hij zou wel gek zijn als hij iemand anders Loué liet trainen. Alle training was anders, iedereen kon een nieuwe mutant trainen, omdat je nooit wist wat voor training de persoon nodig had om de mutatie tot uiting te laten komen. Pijn was over het algemeen een goede motivatie, het spoorde het lichaam aan om terug te vechten, wat de mutatie kon triggeren. Meestal begon hij fysiek en als dat niet werkte, dan ging hij mentaal verder. Tot hij geen zin meer had, dan gaf hij het aan andere mensen. Mannen gaf hij aan andere mensen, Loué was zijn eigendom.
'Samaël,' zijn gedachtes werden verstoord door Allegandro, 'er komt water uit een van de oude koelcellen, is daar iets gaande waar ik wat aan moet doen?' Hij kon er niets aan doen, maar hij moest lachen. Emrys. Hij wist wel waar zijn broer haar gelaten had en schijnbaar had ze er genoeg van gehad.
'Ga Uriël maar zoeken, hij regelt het wel.'
Demish
Internationale ster



Het was een oncomfortabele nacht geweest voor Loué. De pijn had nog een lange tijd aangehouden, ook nadat Samaël er genoeg van had gehad, was zij blijven schreeuwen om te pijn maar te kunnen verbijten. Tegen de tijd dat de pijn eindelijk haar lichaam had verlaten, was haar lichaam zo kapot geweest dat ze meteen in slaap was gevallen. Goed had ze echter niet geslapen, door de manier waarop ze vast was gebonden op de tafel én het feit dat ze halfnaakt erop lag. Daardoor had ze het halverwege de nacht erg koud gekregen. Diezelfde kou was er nog geweest toen ze ruw wakker was gemaakt door de mensen die al in de kamer waren geweest.
De mannen in de kamer hadden haar wel opgemerkt, maar ze hadden gereageerd alsof ze nog slapend op de tafel had gelegen. Alsof ze er niet eens was geweest. 
‘Ik wil met één van de broers praten,’ verkondigde ze. Nu de rook volledig uit haar lichaam was verdwenen en ze de injectie had overleefd, voelde ze zich een stuk beter. Ze had het idee dat ze zichzelf nu duidelijk kon maken en dat ze een stuk sterker in haar schoenen stond. Ze was dan wel doodsbang voor wat de injectie precies met haar had gedaan, maar dat probeerde ze nu weg te drukken. Want als ze haar angst zouden zien, dan zouden ze er alleen nog maar meer gebruik van maken. Zoals Samaël dat al had gedaan.
‘Willen we dat niet allemaal?’ vroeg één van de mannen. Hij liep naar haar toe. Aan zijn witte jas leek hij een dokter te zijn, of misschien wel een onderzoeker. Loué vertrouwde hem niet. Ze probeerde haar lichaam van hem weg te draaien, maar werd meteen herinnerd aan hetgeen wat haar aan de tafel had vastgebonden.
De man pakte haar arm stevig vast en duwde hem op zijn plek, waarna hij met een vochtig watje over een bepaalde plek gleed. Opnieuw probeerde ze haar arm weg te trekken, maar er zat weinig beweging in. Boven haar flikkerde een lamp. Het was haar nog niet opgevallen, maar als de lamp dat zou blijven doen, zou ze er snel hoofdpijn van krijgen.
‘Dit wordt een stuk minder pijnlijk als je stil blijft liggen,’ zei de man. Loué zag dat ook hij een injectiespuid vasthad, waardoor ze alleen nog maar meer tegen begon te stribbelen. Wat ze gisteren in haar hadden gestopt was al erg genoeg geweest. Ze wilde het niet opnieuw meemaken.
‘Nee, nee! Ik wil het niet!’ riep ze dan ook. De man leek zich er echter niks van aan te trekken en duwde de naald in haar arm. Het was behoorlijk pijnlijk. In plaats van dat er weer iets werd geïnjecteerd, trok de man juist aan het mechanisme van de spuit, waardoor hij bloed bij haar afnam.
‘Wat…’
‘We moeten weten of het gen voldoende gemend is met dat van jou.’ Het was een wonder dat hij het haar nog uitlegde, want dat had ze niet verwacht. De man haalde de naald weer uit haar arm. Hij veegde het bloed weg, maar voorzag haar niet van een pleister. Natuurlijk niet. Dat hadden ze de vorige avond ook niet gedaan. 

Uriël begon zijn ochtend altijd met koffie aan zijn bureau, alsof hij de meest normale baan had van de wereld. Hij controleerde een aantal van zijn berichten, liet een ander er op reageren en dicteerde zo hele uitgebreide bedreigingen, die iemand anders vervolgens weer op wist te sturen. Hij werd echter ruw verstoord door iemand die aanklopte en binnen was gestapt. Uriël had in doodse stilte afgewacht tot de man zou beginnen met praten. 
‘Er is een lek ontdekt, meneer. Bij één van de oude koelcellen,’ meldde de jongeman. Uriël trok zijn wenkbrauwen op en vroeg zich af waarom hij in godsnaam werd lastig gevallen door iemand met zo’n logistiek probleem. Het was misschien onhandig, maar hij was geen klusjesman en hij was ook zeker niet van plan om het op te lossen.
‘Dus? Los het maar op. Ik hoef niet te zwemmen beneden.’
‘Meneer,’ stribbelde de jongeman tegen. Uriël fronste zijn wenkbrauwen en keek hem afwachtend aan.
‘Het komt van de cel waar u één van de vrouwen heeft opgesloten.’
Nu pas herinnerde hij zich weer dat hij Emrys daar achter had gelaten. Dan kon de lek niet toevallig zijn. Emrys was heel vindingrijk, dat had hij al wel geweten. En nu had ze naar een manier gezocht om de aandacht te trekken en zodat ze er uit zou komen. Dat eerste was haar duidelijk gelukt. En ze leek ook al door te hebben dat hij haar niet zou laten verzuipen. Niet omdat hij ook maar iets om haar gaf, maar omdat ze wist wat haar waarde voor hem was. Ze had nog gelijk ook.
‘Stuur drie mensen die de deur voor me openen en dan nog eens drie die er voor zorgen dat al het water wordt opgeruimd. Ik zal wel met haar dealen.’ Uriël kwam achter zijn bureau vandaan en haalde een hand door zijn blonde haren, waarna hij zijn hoofd met een kleine glimlach schudde. Die Emrys. Ze werd nog een handvol, maar dat was juist wat hij had gewild.
Voor hem heen waren mannen al uitgerend. Eenmaal beneden was de vloer nat en stroomde het water langs zijn schoenen. Voor zich zag hij hoe de deur werd geopend en er een stroom van water naar buiten kwam. Er had al een flinke laag in de kamer gestaan. Ook Emrys kwam naar buiten en ze leek zich nog aardig snel voort te kunnen bewegen.
Uriël stapte op haar af en greep haar met gemak weer vast, ondanks dat ze nog langs hem heen probeerde te komen en hem leek te willen ontwijken. Met een stevige greep pakte hij haar armen bij elkaar en draaide hij deze op haar rug.
‘Wat een vindingrijkheid. Ik zou het bijna belonen, bijna.’ Als ze één van zijn mannen was geweest, dan had hij dat misschien gedaan. Nu was ze echter nog zijn bezit, zijn kleine experimentje. Zijn natte, halfnaakte experimentje, overigens. ‘Maar misschien kunnen we ons avontuurtje van vannacht voortzetten? Als je het tenminste niet weer flikt om te kotsen.’



Anoniem
Wereldberoemd



Emrys was zeiknat, maar het had gewerkt. Dit was nooit haar plan, maar soms moest je werken met wat je toegeworpen kreeg en in dit geval was dat een heleboel water. Ze vond het niet eens erg dat ze zo nat was, alle kots was uit haar haren en ze voelde zich weer enigzins schoon. Voor zover dit schoon water was.
Zodra de deur open ging, probeerde ze langs de mannen te komen, maar Uriël wist haar te onderscheppen. Ergens had ze gehoopt dat hij er niet bij zou zijn. Bij de rest van de mannen had ze nog een kans gehad, bij hem was die al snel verkeken. Chagrijnig trok ze aan haar armen. Hij had ze strak naar achteren getrokken en hoewel de pijn nog veel erger kon zijn in deze positie, werd ze er toch niet heel gelukkig van.
'Kan je geen dames vinden die vrijwillig met je naar bed willen? Of, laat me raden, daar moet je zeker voor betalen?' Als hij dacht dat ze nu net zo'n makkelijk slachtoffer zou zijn als de vorige avond, dan had hij het echt mis. Toen had ze plat gelegen van de pijn en was ze ook bang geweest voor nog meer pijn, daar had ze nu weinig last van. Ze wist dat niets Uriël tegen ging houden als hij haar wilde, maar ze kon op z'n minst haar onvrede laten horen. Op z'n minst, als ze de kans kreeg dan zou ze hem ook in zijn ballen trappen.
'Meneer, wilt u dat we nu bloed bij haar afnemen om te testen of op een later tijdstip?' Er was een of andere arts naast hen verschenen en nieuwsgierig richtte Emrys haar blik op hem.
'Ga je gang, zolang er niets ín mij komt,' en ja daar bedoelde ze Uriël ook mee, 'zal ik je niet tegenwerken.' Voor nu. Ze maakte nooit beloftes voor de toekomst, kans was te groot dat ze die toch niet na ging komen.

Er was geen reden voor Samaël om zich bezig te gaan houden met Loué voordat de resultaten van het bloedonderzoek terug waren. De mannen konden haar makkelijk aan terwijl ze vastgebonden lag in de kelder, als bloed afnemen dan al een probleem was, zou hij andere mannen moeten zoeken.
Uiteindelijk kwam het resultaat binnen: het gen was genoeg verspreid om te beginnen met de elektroshock therapie. Een grijns kwam op zijn gezicht te staan, arme meid was het ook. Hij stond op en liep richting de kelder.
'Hallo kleintje, lekker geslapen?' Terwijl hij binnen kwam, gebaarde hij naar de mannen dat ze de therapie klaar moesten gaan zetten. Hij wilde erbij zijn als ze elektriciteit door haar lichaam gingen pompen. 'Het gaat nog even pijn doen vandaag, maar je mag kiezen: pijn of mijn wereld.' Hij knipoogde, maar wist wel wat ze zou kiezen. Niemand koos ooit zijn wereld, niemand wilde vrijwillig geconfronteerd worden met z'n grootste angsten.
'Meneer, we zijn klaar,' Samaël knikte terwijl zijn blik weer richting Loué ging. Er zaten meerdere plakkers op haar lichaam, voornamelijk in de buurt van haar hart, waar de elektriciteit doorheen zou gaan. Hij liep haar kant op en liet zijn hand door haar haren gaan, hij had haar gedeeltelijk gekozen om haar uiterlijk, maar tot nu toe stelde haar karakter hem een beetje teleur. Ze was het nichtje van Rivenditore, hij had iets meer pit verwacht. Hopelijk kwam dat nog, de rook en het serum hadden haar natuurlijk geen goed gedaan, maar zo was er niet veel plezier aan haar te beleven.
'Zeg het maar, Loué, wat voor pijn wil je hebben?'
Demish
Internationale ster



Loué had overwogen om de onwetende kleindochter te blijven spelen. Dat zou het idee van het stille muisje, dat zo gemakkelijk te pakken was geweest en was gedrogeerd, alleen maar bevestigen. Maar Samaël had al gezien waar ze bang voor was. Hij wist al dat haar rol in de drugsoperaties veel groter was dan dat ze door lieten schemeren aan de buitenwereld. Dus het onschuldige meisje spelen had geen zin meer. Hij wist al teveel. Loué had nog wat geheimen in haar gedachten bewaard, maar ze zou hem niet de kans geven om er achter te komen.
Ze rolde met haar ogen toen Samaël de kamer binnen kwam. Op dat moment gingen de mannen in de kamer meteen aan de slag. Er werden verschillende apparaten bij gepakt en al snel werden er speciale plakkers op haar lichaam geplakt. Loué kon opmerken dat de handen van de mannen soms iets langer bleven hangen dan nodig was. Meer dan boze blikken op hen afvuren kon ze, jammer genoeg, niet doen. Ze draaide haar hoofd naar Samaël, die ondertussen al een naam voor haar had gevonden. Een bespottelijke, kleinerende naam. En nu dacht hij ook nog eens dat hij haar een keuze gaf.
‘Je denkt toch niet dat ik voor die fucked up wereld voor jou ga kiezen, omdat hij zogenaamd alle pijn wegneemt?’ Loué had genoeg tijd gehad om na te denken over wat Samaël had geprobeerd te doen. Hij had gedaan alsof hij haar had beloond, door heel even de pijn bij haar weg te nemen de vorige avond. Daarvoor had ze haar grootste angst echter recht in de ogen moeten kijken. Hij had daar alleen maar voordelen uit weten te halen en dat was niet iets wat ze hem gunde. Dan wilde ze liever hetgeen ondergaan wat er nu klaar stond voor haar. Ze had wel gezien wat het was: de draden, de nummers in voltage geschreven rondom een knop. Het zou pijnlijk worden, zoals Samaël haar al had verteld, maar alles beter dan dat ze hem weer in haar hoofd zou laten.
‘En als je denkt dat ik echt dat zwakke, stille kleintje ben dat gisteren voor je lag, dan heb je duidelijk niet voldoende onderzoek naar me gedaan. Ik ben getuigen geweest van doden, moorden. Ik was soms zelfs de oorzaak van die moorden. Ik heb veel meer macht dan dat jij en je broer denken. Dus als Rivenditore zlef niet zijn mannen stuurt, dan zullen de mannen die achter mij staan, me komen zoeken. En zelfs al zouden ze dat niet doen, dan vind ik nog wel een manier om van deze tafel te klimmen, je lul er af te hakken om hem vervolgens door je eigen strot te duwen.’ Ze duwde haar lichaam omhoog, voor zover het kon, en spuugde in zijn gezicht. 

‘Oh, ze heeft nu al wensen. Luister daar nou eens naar,’ zei Uri grijnzend. Hij zou nooit onderhandelen met zijn slachtoffers. Hoeveel mannen hadden hem wel niet gesmeekt? Lang niet iedereen vond het een eer om door de broers uitgekozen te worden. Nu moest Uri ook toegeven dat hij zich minder bezighield met het testen van de mannen. Alleen de mannen die moeilijk deden, dat vond hij nog wel vermakelijk. Ze hadden hem gesmeekt om hun vrouwen en kinderen met rust te laten. Ze hadden terug gewild naar hun moeder. Hij had hen nooit gegeven wat ze hadden gewild.
‘Voor vandaag kan ik wel doen alsof ik in een goede bui ben, speciaal voor jou.’ Hij zou Emrys nooit haar volledige wens geven. Natuurlijk niet. Ze had echter gezegd dat ze mee zou werken, zolang er niks in haar zou komen. Daar bedoelde ze hem mee. Hij was niet dom. Hij kon best voor enkele uren doen alsof er echt niks zou gaan gebeuren, maar hij zou zich niet aan die afspraak houden. Emrys had namelijk niets te wensen. Zij bepaalde niet meer wat er in haar lichaam kwam, laat staan wat er mee gebeurde. Het was nu zijn lichaam, en misschien zelfs dat van anderen als hij ooit eens zou besluiten te delen.
‘De bloedtest, maar niet in de ruimte waar Sam is. Hij is al aan het spelen met zijn kleintje en het kan daar nog wel eens heel naar gaan ruiken als de elektriciteit haar lichaam teveel wordt.’ Het zou niet de eerste keer zijn dat de wetenschappers het voltage te hoog hadden gezet, waardoor het lichaam zodanig was verbrand en de huid was verschroeid, dat het dagenlang had gestonken naar verbrand vlees in de kamer. En aangezien Uri nog geen hoge pet had van dat kleintje van Sam, zou ze het wel niet lang volhouden.
Normaal gesproken had hij de kletsnatte Emrys van zich afgeduwd en had hij haar overgelaten aan de wetenschappers, maar hij was er wel zeker van dat ze haar niet aan zouden kunnen. Daarom duwde hij haar voor zich uit, terwijl hij haar vast bleef houden. Gelukkig hadden ze meer ruimtes tot hun beschikking en kwamen ze in een ruimte waar twee mannen aanwezig waren, met een aantal onderzoekers. Eén van de mannen zat geboeid aan een loopband en moest verplicht blijven rennen om zijn conditie te testen. De ander lag op de tafel, maar hij zag er meer dood dan levend uit.
‘Zet haar in de stoel en bind haar goed vast.’ Er waren nog tafels tot hun beschikking, maar Uri zou zichzelf niet ontzeggen van het uitzicht van een zittende Emrys, haar borsten trots vooruit en de druppels water die er overheen gleden, en zelfs even bleven hangen aan haar tepels. Als hij zich aan zijn “afspraak” moest houden, moest hij zichzelf toch een beetje plezier gunnen. 
Anoniem
Wereldberoemd



'Het eerste uur zeker,' ze wist heus wel dat Uriël haar nooit echt ging geven wat ze hebben wilde. Ze wilde namelijk dat hij zijn poten van haar af hield en dat hij van een klif viel en dood was. Dat ging niet gebeuren. Ten eerste hadden ze hier geen klif en daarnaast zag hij haar als zijn bezit, dus zijn handen van haar af houden, was ook geen optie. Misschien als ze zijn handen eraf kon hakken, dat was op zich nog een optie. Ze wist alleen niet hoe. Kon iemand zijn handen er eigenlijk wel afhakken? Ze had verhalen gehoord over zijn gave, kogels en dergelijke deden hem niets, misschien waren messen dan ook geen optie. Vergif dan, was ze meteen helemaal van hem af in plaats van alleen zijn handen. 
Emrys liet zich meetrekken zonder zich te verzetten. Uriël had indirect gezegd dat hij van haar af zou blijven, voor zolang dat duurde, en daar stond tegenover dat zij mee zou werken. Ze hield de route goed in de gaten, zodat ze de weg terug wist, mocht dat nodig zijn. Je wist maar nooit? Eenmaal in de andere ruimte, waar al meerdere mensen aanwezig waren die ze nieuwsgierig bekeek, werd ze op een stoel vast gezet.
'Werkelijk? Hoorde je het stuk niet waar ik zei dat ik niet zou tegenwerken? Of is het libido verhogend als ik vastgebonden zit?' Alle personen in de ruimte, zelfs de half dode vent, wisten toch wel dat Uriël uiteindelijk gebruik van haar zou maken op een seksuele manier, dan kon ze hem net zo goed af en toe een venijnige opmerking rond zijn oren gooien. Het was niet alsof het ook maar iets uitmaakte wat zij deed, of vond. 
De man die hen was komen halen voor het bloedonderzoek, had inmiddels een spuit in zijn handen die hij in haar arm plaatste. Na het broodnodige droog en schoonmaken natuurlijk, aangezien Emrys nog steeds zeiknat was. Haar blik was op Uriël gefocust omdat ze nog iets tegen hem had willen zeggen, maar een vreemd soort trekkend gevoel in haar arm liet haar opzij kijken. Ze had echt niets tegen naalden, maar de man was wel een beetje raar bezig. Hij wilde bloed uit haar arm halen, er kwamen echter niet meer dan drie druppels. De man leek zelf ook verbaasd te zijn. Hij pakte haar arm wat strakker vast, zodat hij zeker wist dat hij een goede ader had, maar het was hetzelfde resultaat. Alsof haar bloed niet uit haar lichaam wilde komen. 
'Weet je, ik heb hier geen opleiding voor gehad hoor, maar ik kan het ook zelf doen als je prestatiedruk voelt?' De derde keer lukte het echter wel, het was nog steeds geen vol buisje, maar ze moesten het maar met een halve doen. Interessant. De man wierp een veelbelovende blik op zijn baas, waarna hij weg liep met het bloed.
'Wat was die blik? Wat denkt hij, wat weet hij dat ik niet weet?' Verder was Emrys heel goed met de onwetendheid waarin ze nu verkeerde, daar kon ze super mee omgaan.

'Laat ze maar komen,' hij glimlachte richting het meisje terwijl Samaël naast haar kwam staan. 'Weet je wat er gebeurt als ik mijn gave te lang op iemand gebruik? Als ik mensen hun grootste angsten keer, op keer, op keer door laat maken? Dan stopt hun hart. Mensen kunnen de stress niet aan, een uurtje, hoewel vaak zelfs minder, en het is klaar. Als jouw mannen hier durven te komen, dan zullen ze onderschept worden, want deze stad is van mij. Ze zullen gevangen worden en ik laat jou toekijken terwijl ze hun grootste angst doorstaan, ik laat je de horror op hun gezichten zien, net zolang tot er geen leven meer aanwezig is. Dus laat ze komen, Loué, het zou mij een plezier zijn. Hun dood staat net zo goed op jouw naam, als die van mij.' 
Hij veegde het spuug van zijn gezicht en glimlachte. Het maakte niet zoveel uit dat ze dacht stoer te kunnen doen, hoewel hij blij was dat ze eindelijk wat meer pit toonde dan voorheen, het zou haar namelijk niet helpen in haar situatie. Ze mocht eigenlijk nog blij zijn dat hij haar had gekozen en niet Uriël. Zijn broer en hij waren zeer verschillend, waar Uriël Emrys fysiek alle hoeken van de kamer ging laten zien, zou hij zich meer mentaal richten. Het uiteindelijke doel was om van Loué een mutant te maken die naar hem luisterde, die deed wat haar opgedragen werd. Niet eentje die de hoek van de kamer in kroop zodra hij binnen kwam. Het zou niet de eerste keer zijn dat Uriël zo'n persoon creëerde. 
'Zet het maar aan,' de stroom begon door de draden te lopen, je kon het bijna horen knetteren, maar het leek niet binnen te komen bij Loué. Er was geen reactie, geen vorm van pijn... Helemaal niets. Zijn blik ging richting de doktoren die daar rondliepen, die elkaar inmiddels verbaasde blikken aan het toewerpen waren. Het voltage werd steeds hoger gezet, tot het niet hoger kon en er nog steeds geen zichtbare reactie was. Niemand zou dit soort pijn kunnen weerstaan, het was duidelijk dat er niets gebeurde. Tot boven hen de lamp met een klap uit elkaar sprong. Het werd steeds interessanter wat er in deze kamers gebeurde. Samaël wist wel dat mutaties soms heel snel opkwamen door het geïnjecteerde gen, maar hij had nog nooit meegemaakt dat iemand daardoor geen effect voelde van de elektriciteit die ze door hun lichaam lieten stromen. Interessant. Blijkbaar was Loué een leuker project dan hij had gehoopt.
Demish
Internationale ster



Haar mannen hadden misschien niet de gaves die ze hier wel tot hun beschikking hadden, maar zij hadden genoeg andere dingen. Zij hadden wapens, sluwheid en techniek. Ze zouden de mutanten wel aan kunnen, daar was Loué van overtuigd. Zelfs als ze zouden moeten vechten voor haar naam, omdat zij er niet meer zou zijn.
Voor even had ze gedacht dat het een soort placebo-effect had moeten zijn. Dat ze hadden gedaan alsof er echt iets mis was geweest, om te testen in hoeverre ze haar nu al mentaal zouden kunnen dwars zitten, en wie weet haar zelfs zouden kunnen beïnvloeden. Loué had echter met eigen ogen gezien hoe ze steeds het aantal voltage omhoog hadden gewerkt. Iedere keer had ze zich voorbereid op de schok die zou komen. Het was echter niet gebeurd. Het enige wat het veroorzaakt leek te hebben, was dat de lamp boven haar was geknapt. Zij was ongedeerd.
De hele situatie was lachwekkend. Loué leek daar echter als enige zo over te denken, want het was alleen haar lach die door de ruimte klonk. ‘Als dit de verhalen moet waarmaken van de grote Carnefice broers, die mensen gek weten te martelen totdat ze hen smeken om hun dood, dan is dit uitermate teleurstellend. Zeker als hun mensen niet eens weten hoe ze een aantal simpele machines moeten bedienen.’ Haar zou niks gebeuren. Nu in ieder geval niet. 
‘Het spijt ons ontzettend, meneer. We weten niet wat er mis is gegaan. Bij de test vanochtend leek alles nog in tact te zijn. We kunnen het opnieuw proberen? Want er stroomde wel degelijk elektriciteit door de draden. Wellicht moeten we er nog een tweede accu bijzetten, om zo meer voltage te creëren,’ ratelde één van de onderzoekers. Natuurlijk, ze zouden het nog niet opgeven.
‘Ja. Wie weet reageert haar lichaam pas bij een hoger procent voltage, hoger dan hetgeen wat één accu kan produceren.’ Er werd al een tweede accu bijgepakt.
‘Weten jullie zeker dat jullie het wel goed doen? Het was net niet echt een succes, of wel? En jullie willen de grote Samaël de Carnefice niet teleurstellen, toch?’ vroeg Loué aan hen, terwijl de wetenschappers haar lichaam voor de tweede keer bedekten met de plakkers en de snoeren. 
Opnieuw werden de machines aangezet. Loué hoorde de elektriciteit en het voelde ook wel degelijk alsof er iets haar lichaam binnendrong, maar het was niet vervelend of pijnlijk. De machines leken op hun hardst te werken, maar het haalde niks uit. Loué reageerde niet zoals ze had moeten reageren, wat de wetenschappers zo verbaasde dat ze een hoop aan het opschrijven waren.
De machines werden weer uitgezet. Loué draaide zich naar Samaël en trok haar wenkbrauwen op. ‘Het ziet er naar uit dat ik de juiste keuze heb gemaakt.'

Dat Emrys eigenwijs was, was hem al bekend. Nu leek haar lichaam dat echter ook nog te zijn, want het was verrekte moeilijk om het bloed bij haar af te nemen. Emrys trok zijn mannen in twijfel, maar Uri wist dat dat niet het geval was. Er was meer aan de hand. Zijn mannen wisten maar al te goed welke aders ze moesten hebben, hoe ze het beste bloed af konden nemen. Dat konden ze wel. Het lag aan haar. Haar lichaam leek te weten wat er stond te gebeuren en weigerde om mee te werken. 
‘Kom nou, het is veel leuker als we het nog even geheim houden, toch? Maar ik waardeer de nieuwsgierigheid wel.’ Uriël grijnsde en veegde haar natte haren uit haar gezicht. ‘Maar omdat je het zo lief vraagt: het betekent dat het gen wat ze gisteren in je hebben gespoten, zich voldoende heeft gemengd met jouw bloed en dat de mutatie is geslaagd. Nu is het alleen nog de vraag hoe je lichaam er verder mee om gaat.’
Ze hadden veel verschillende testen. Ze moesten namelijk voor de volle honderd procent weten dat de mutanten het vol zouden kunnen houden in een gevecht. Ze zouden met gemak moeten kunnen winnen van anderen met wapens, maar ook in een fysiek gevecht zouden ze moeten kunnen winnen. Een gave kwam altijd goed van pas en het maakte de winkansen zeker een stuk groter, maar het betekende niet dat iemand er altijd op zou moeten vertrouwen. Diegene zou het ook zonder goed genoeg moeten kunnen. Dat was waar ze Emrys nu op zouden testen.
‘Maak haar maar los, dan gaan we naar de volgende test.’ Uri gebaarde naar de touwen waarmee ze vast was gemaakt. Het was namelijk niet meer nodig. Ze zouden een aantal andere testen doen. Eén van zijn favorieten was toch wel de elektroshock, aangezien het uitermate pijnlijk was en hij genoot er van om de pijn langzaam maar zeker zichtbaar te zien worden op het gezicht. Jammer genoeg was die test al bezig bij Loué en hadden ze niet genoeg middelen, of elektriciteit, om dat tegelijkertijd uit te voeren. Al leek het niet geweldig te gaan, want Uriël had nog geen geschreeuw gehoord vanuit de andere kamer.
Emrys werd los gemaakt. Uriël liep naar haar toe, maar hij besloot om haar zelf op te laten staan. ‘Wellicht moeten we iets vinden om die borsten van je onder controle te houden, voor het geval we je conditie gaan testen. Al zie ik ze liever heen en weer zwaaien, als je het mij vraagt.’

Anoniem
Wereldberoemd



'Dus ik ben binnenkort dood of een mutant? Wat een geweldig vooruitzicht!' Een van haar wenkbrauwen ging omhoog terwijl ze naar Uriël keek. Ze wilde hem wurgen. Wilde hem pijn doen voor wat hij met haar deed, voor het feit dat hij had besloten de baas te zijn over haar leven, hoe lang dat dan nog zou duren. Hij had haar vermoord. Misschien letterlijk, misschien figuurlijk, maar hij had haar menselijke kant sowieso verwijderd, zelfs al zou ze dit overleven. Ze wilde hem daar pijn voor doen, er moest zich alleen een kans voordoen. Een kans die zich dan ook snel voordeed.
'Niemand vroeg het dan ook aan jou,' hij vond het misschien leuk dat haar borsten zo zichtbaar waren, zij vond het niet bepaald fijn dat iedereen ze zo kon zien. Emrys was niet preuts, zeker niet, en ze was ook geen maagd, maar dit soort vieze mensen hoefde niet haar gehele lichaam te zien. Bovendien had Uriël ze al meer dan eens aangeraakt en daar was ze ook niet van gediend. Gelukkig had ze voor het eerst sinds ze hem had ontmoet de mogelijkheid om de andere kant op te lopen, hij had de opdracht gegeven om haar los te maken en de touwen verdwenen al snel. Argwanend hield ze hem in de gaten, maar ze ging de kamer wel rond. Hoewel ze af en toe zijn kant op keek.
Haar aandacht ging als eerste richting de man die half dood op de tafel lag. Ze tikte tegen zijn wang, maar er kwam geen reactie, niets dat erop wees dat hij nog leefde, behalve dat zijn borstkas heel langzaam op en neer ging. Zo wilde ze niet eindigen. Dan kon Uriël haar beter meteen vermoorden. Ze wisten beide dat hij dat niet ging doen. Zelfs al eindigde deze reis voor haar in de dood, dan nog zou Uriël haar lichaam eerst zoveel mogelijk misbruiken voor zijn eigen zieke fantasieën. Na de dode vent liep ze langs de man die aan het joggen was, dat was een test die ze prima vol kon houden, maar ze ging vast iets minder makkelijks krijgen. Ze draaide met de kamer mee, zodat ze weer richting Uriël en de deur ging,
'Weet je, ik heb altijd moeite met geloven wat mij verteld wordt. Mensen praten en praten en de waarheid komt vaak pas later... Daarom wil ik altijd graag zelf meemaken wat ik van anderen hoor,' ze had een vrij scherp mes gevonden op een van de tafels die ze nu in haar hand sloot, draaide om en boorde hem in Uriëls borst. Tenminste, dat laatste was de bedoeling, het mes kwam echter niet door zijn huid heen. Zijn shirt overleefde het niet. Langzaam vergrootten haar ogen. Dus het was waar.

Hoewel zijn mannen het helemaal niet leuk vonden, vond Samaël het wel interessant. Zeker toen de lamp kapot sprong. Er was wel degelijk elektriciteit in de kamer aanwezig en het apparaat was waarschijnlijk niet eens kapot, maar het was Loué die hier verantwoordelijk voor was. Niet expres, het zag er niet uit alsof ze wist wat ze aan het doen was, maar haar lichaam had besloten om voor haar te zorgen. Sterker nog, de mutatie was al naar buiten aan het komen om haar te beschermen. Veel mutaties kwamen pas op het moment dat het lichaam dat nodig had, dat een emotie te hoog werd of dat iemand besloot het op te geven. Dan kwam de mutatie om te helpen. Het verbaasde hem wel dat Loué die hulp al zo snel nodig had, maar dat maakte niet veel uit. Meer reden voor hem om zijn broer te pesten met de jongedame die hij uit had gekozen.
'Je hebt zeker goed gekozen, kleintje, maar je snapt natuurlijk wel dat dit betekent dat er een mutatie aan het intreden is? Dat, of je bent binnenkort dood. Ik weet wel waar mijn voorkeur zou liggen,' hij grijnsde. Samaël gebaarde naar zijn mannen dat ze Loué los konden maken. Er was geen reden voor hen om door te gaan met deze test als het duidelijk niet werkte. Hij geloofde niet dat het aan de mannen of de test lag, maar dat ging hij de mannen niet vertellen. Ze mochten wel even zweten voor wat hij met hen van plan was. Het was hem lang geleden al opgevallen dat mensen banger waren voor wat er ging komen, dan voor wat er eigenlijk kwam. Dat was na zijn gave natuurlijk anders geworden, er was niets ergers dat ze konden verwachten omdat hij het ergste kon laten zien, maar het effect van angst bleef. Als mensen bang voor je waren, dan deden ze wat je wilde. Simpel.
'Kom, we gaan eens kijken wat voor test bij jou past,' hij pakte haar arm losjes vast, hoewel het strak genoeg was dat Loué zich niet zomaar los kon trekken. Hij loodste haar naar een van de andere ruimtes, waar mensen aan het trainen waren. En hij liet haar los. 'Heb je een voorkeur qua training? Je hebt een prachtig lichaam, ik kan me niet voorstellen dat je nog nooit in een sportschool geweest bent.' Ze mocht kiezen, maar hij ging het haar wel een beetje lastiger maken dan ze dacht. Als ze wilde boksen, dan mocht ze dat tegen hem doen. Koos ze voor conditietraining, dan ging het level steeds hoger tot haar lichaam het opgaf. Hij wilde haar pushen tot het uiterste, maar hij zou dit doen door haar te laten sporten hoe zij wilde. Dan zou ze eerder te veel, te snel willen, wat de mutatie naar buiten zou krijgen. Die mutatie zat überhaupt al aan de oppervlakte, het hoefde alleen nog even door te breken.
Demish
Internationale ster



Nu Loué eindelijk eens van de tafel af was, voelde het ontzettend gek. Haar benen moesten wennen aan de vloer die onder hen was verschenen, maar kregen daar niet lang genoeg de tijd voor. Ze werd al door de gangen meegenomen. Samaël had haar stevig genoeg vast. Ze zou zich niet zomaar los kunnen trekken om weg te rennen. En ver zou ze ook niet komen, aangezien er teveel mensen in dit gebouw waren die voor de broers werkten Ontsnappen was onmogelijk. Het enige wat ze nu kon doen, was Samaël volgen en, eindelijk, eens haar lichaam bedekken met haar vrije arm.
Ze kwamen aan in een ruimte die haar deed denken aan een doe-het-zelf sportschool. Er stonden hier en daar wat apparaten om aan kracht en conditie te werken. Er waren een paar anderen aan het trainen. Loué sloeg, nu ze haar beide armen vrij had, haar armen stevig rond haar borsten, zodat deze niet te zien waren voor de andere aanwezigen. 
‘Ik doe aan yoga.’ Het was niet haar keuze, want ze wist dat dat niet voldoende zou zijn. Samaël wilde haar testen. Hij wilde zien wat haar wel pijn zou doen, aangezien de vorige test dat duidelijk niet had gedaan. Natuurlijk trainde ze ook haar conditie en kracht, zodat ze zichzelf kon verdedigen. De yoga was echter ook haar manier om haar spieren te trainen en haar lichaam te pushen tot hetgeen waarvan het dacht niet in staat te zijn.
Loué kom om zich heen en zag dat er verderop een paar shirts aan haakjes hingen. Ze liep er naar toe en reikte er met een arm naar haar toe. Over haar schouder keek ze naar Samaël, maar hij leek er niks van te zeggen. Daarom pakte ze een grijs shirt en trok ze dat aan. Het was veel te groot voor haar, maar dat maakte niks uit. Ze was al lang blij dat ze eindelijk een stuk stof rond haar lichaam kon voelen.
‘Ik ga rennen,’ informeerde ze hem.  Ze liep naar één van de vrije loopbanden toe en ging er op staan. Ze zette hem aan en zocht vervolgens het juiste tempo. De band onder haar voeten begon langzaam te bewegen, in een rustig tempo. Het beste was om eerst op te bouwen, zodat het lichaam zich voor kon bereiden. Om in één keer te gaan rennen, was nooit goed.
Ze voelde de ogen van Samaël in haar rug. Als hij enkel zou kijken hoe ze zou trainen, was dat toch wel een verspilling van zijn dacht. 

Aan het begin had Uriël enkel gedacht dat hij sterker was geworden. Dat hij gemakkelijker zware objecten op had kunnen tillen en mensen van zich af had kunnen duwen alsof het niks was geweest. Hij en zijn broer waren één van de eersten geweest met ene gave, dus ze hadden alles zelf moeten ontdekken. Het was pas weken later gebeurd dat hij had geleerd wat zijn lichaam nog meer kon. Hij was niet enkel heel erg sterk, maar zijn huid leek een soort harnas te zijn geworden. Niets kon hem raken. Geen mes kon zijn huid doorboren. Een kogel weerkaatste enkel. Alsof hij gemaakt was van staal. Hij had in jaren geen wonden of schrammen meer gehad. 
Lachend pakte hij haar hand vast. Hij kneep zodanig hard in haar pols dat haar vingers vanzelf het mes loslieten en het op de grond viel. Hij zag de schrik in haar ogen. Het geloof dat het echt waar was. Dat ze hem niet kon raken. Tenminste, niet met een mes of een ander wapen. Hij wierp een korte blik op zijn kapotte shirt. Iets wat hem weinig uitmaakte, omdat hij zo een nieuwe kon krijgen als hij er om zou vragen. Mensen zouden vereerd zijn als hij vroeg om een nieuw shirt van hen.
‘Indrukwekkend, is het niet? Ik was zelf ook best geschrokken, toen ik er achter kwam. Het is echter een gave die me uiterst goed van pas komt, zeker met donderstenen zoals jij, Emrys.’ Hij had kunnen verwachten dat ze iets had willen proberen. Dat ze hem iets aan had willen doen voor hetgeen wat hij tot nu toe had gezegd en had gedaan. Hij was immers alles behalve onschuldig. Hij had de orders gegeven om haar te ontvoeren, hij had besloten dat haar leven er compleet anders uit zou zien én hij had ook al meerdere keren laten vallen dat er vroeg of laat een moment zou komen waarop hij seks met haar zou hebben, of ze dat wilde of niet. Geen wonder dat ze hem pijn wilde doen.
‘Maar zoals je al zei: mensen praten en de waarheid komt later. Je hebt me nu al laten zien dat je je niet kan gedragen. In ieder geval niet lang genoeg. Dus ik denk dat ik mijn eerdere woorden ook wel van de tafel kan vegen?’ Met een glimlach duwde hij haar van zich af, op de grond.
‘Ik zou je hier en nu doen, maar ik denk dat ik je wat meer uit wil putten, zodat ik er zeker van ben dat je geen andere domme trucjes gaat proberen.’

Anoniem
Wereldberoemd



Al vrij snel liet ze het mes uit haar hand vallen. Het was duidelijk dat hij niet los zou laten voordat het mes niet meer in haar bezit was en het was duidelijk dat hij sterker was dan zij, dus veel keuze had ze hier niet in. Ze probeerde haar hand terug te trekken, maar hij liet die niet meteen los. Ja, het was indrukwekkend. Ze had nog geen gaves van dichtbij gezien, dit was de eerste keer. Hij had haar gedragen toen ze de vorige avond zo trilde, dus ze wist wel dat hij sterk was, maar hij was niet de enige man die haar op kon tillen. Ze was niet heel groot in verhouding tot hem en hij had wel degelijk spierballen, dus dat had ze niet als een gave geregistreerd. Dit was echter heel wat anders. Ze was er niet blij mee. Hij was echt onaanraakbaar, hoe moest ze van hem af komen, als zelfs messen en kogels het werk niet voor haar konden doen?
'Ik kan me prima gedragen,' ze stond snel weer op van de grond en zette een paar stappen naar achteren om wat meer ruimte tussen hen in te creëren, 'en ik heb me aan mijn woord gehouden. Ik heb niet tegen gewerkt. Het is niet mijn schuld dat jij nooit zei dat ik niet mocht proberen je neer te steken.' Hij dacht daar vast anders over, maar dat lag aan hem, niet aan haar. Opnieuw kwam het dreigement dat hij haar ging verkrachten en ze was slim genoeg om er dit keer niet op in te gaan. Het prikken van een slapende beer was al niet slim, laat staan eentje die wakker was en in de aanval ging. Met haar rug had ze inmiddels de muur bereikt, ze kon niet verder achteruit. Vooruit was ook geen optie, ze wist dat hij haar er niet voorbij zou laten. Niet nadat ze geprobeerd had hem neer te steken. Met de nadruk op proberen. 
'Het was geen dom trucje, je wilt mij testen, toch? Waarom kan ik dan niet nagaan of wat er over jullie gezegd wordt klopt? Je hebt dat gen in mij gespoten, maar ik had nog nergens gezien wat voor effect het kan hebben. Als je nog niet door had dat ik nieuwsgierig ben, dan moet je beter op letten.' Misschien kon ze hem afleiden door te blijven praten. Zolang hij met haar praatte, was het in ieder geval geen verkrachten. Zelfs uitputten was beter dan verkrachten, hoewel ze er niet zeker van was dat ze leuk ging vinden wat hij het uitputten van haar lichaam vond.
Er kwam inmiddels een andere man binnen die een briefje gaf aan Uriël en daarna de kamer weer verliet. Ze wilde echt heel graag weten wat erop stond, maar ze vroeg er niet naar. Daarentegen was Emrys vrij zeker dat haar blik haar nieuwsgierige aard wel wist te verraden.

Yoga? Was dat een grapje? Wat moest hij in godsnaam met yoga doen om haar breekpunt te bereiken, letterlijk haar botten breken? Nee, dat was niet iets waar hij wat mee kon en het was zeker geen antwoord dat hij had verwacht. Hij was niet heel makkelijk te verrassen, maar dit had hij niet aan zien komen. 
Loué was inmiddels naar een van de rekken gelopen en had een shirt gepakt, ze hield zijn reactie wel in de gaten, maar hij liet haar. De mannen hier hoefden niet al te veel afleiding. Het was vrijwel meteen opgevallen dat Loué halfnaakt was, iets wat ze zelf duidelijk niet leuk gevonden had. Haar armen hadden haar borsten meteen bedekt. Schattig, preuts. Hij kon er wel om lachen. Als hij wilde dat zijn mannen haar lichaam konden zien, dan zou ze er echt niets aan hebben om haar handen voor haar lichaam te slaan. Dan presenteerde hij haar wel gewoon in de woonkamer met haar handen in ijzeren boeien. Dat was overigens best een goed idee voor later, als ze besloot zich niet te gedragen. Dat gebeurde vast nog wel.
Hij volgde haar richting de loopband en liet toe dat ze ging rennen. Het opbouwen vond hij een beetje overbodig, dus hij zette de loopband meteen een paar kilometer per uur harder dan ze zelf nodig had gevonden. En daarna nog een keertje. 
'Luister Loué,' hij wist haar naam wel, hij vond de bijnaam gewoon leuker, 'het is de keuze tussen op deze band blijven tot ik je toestemming geef om er vanaf te komen, of je komt eraf wanneer je daar zelf behoefte aan hebt en dan laat ik mijn gave op je los. En daarna geef ik je aan mijn mannen, je leek zo te genieten van hun blikken toen je hier binnen kwam. Is dat duidelijk?' Hij zette de loopband nog iets harder en klopte op haar schouder. Hij liep naar een van de mannen toe en gebaarde dat hij bij Loué moest gaan staan en dat hij om de zoveel tijd de loopband wat hoger moest zetten. Om de paar minuten eigenlijk, hij wilde het haar moeilijk maken. 
In de tussentijd was hij echter van plan om met de mannen hier wat gesprekken aan te gaan. De meesten die hier trainden waren net gemuteerd en het was altijd goed om een band met hen op te bouwen. Dit waren de mannen die vrijwillig het programma in gegaan waren, dat waren de mannen waar ze uiteindelijk het meeste aan hadden. Het was makkelijker om iemand in vertrouwen te nemen wanneer die de mutatie vrijwillig aan was gegaan, dan iemand die het eigenlijk niet wilde hebben. Vroeger of later ging dat fout.
Demish
Internationale ster



Op het briefje had de locatie van zijn broer gestaan. Waarom Sam hem had willen laten weten waar hij mee bezig was, wist Uri ook niet. Hij vond het echter wel interessant om Emrys eens mee te nemen naar Loué. Ze hadden elkaar de vorige avond misschien al gezien, maar ze hadden vast nog niet het genoegen gehad om kennis met elkaar te maken. Misschien zou er wel wat meer uit Emrys komen als ze een persoon zou zien die ze vertrouwde. Of in ieder geval iemand die in hetzelfde schuitje als haar zat. Wie weet zou dat iets uit haar trekken. Uri had immers nog niks van haar gave gezien. Hij wist dat het langer kon duren. Hij had net immers zelf gezegd hoe het bij hem was geweest, maar hij was toch wel erg nieuwsgierig naar Emrys en waar haar lichaam nu toe in staat was.
‘Ik denk dat we eens gaan kijken hoe sportief je nou eigenlijk echt bent, en of al die lessen op de sportschool nog ergens goed voor waren.’ Als hij het zich goed herinnerde, dan gaf Emrys les in fitness, of misschien ook wel in andere vormen van sport. Hij schatte haar wel in als iemand die aan boksen deed. Als dat zo was, dan wilde hij dat graag zien. Wellicht zou ze zelfs tegen hem kunnen boksen. Het zou hem geen pijn doen. In ieder geval niet voor lang. Hij had het puntje van het mes net ook nauwelijks gevoeld. Alsof er een vliegje op zijn borstkas had gezeten, dat was alles. 
Uriël knipte in zijn vingers en gebaarde naar Emrys. Hij had immers geen zin meer om haar zelf nog alle kanten op te sleuren, dus dat kon beter iemand anders doen. Twee mannen namen haar vast en Uriël wees vervolgens in de richting van de sportruimte. ‘We gaan haar vriendinnetje eens opzoeken en eens kijken hoe het eigenlijk gaat met dat broertje van me.’ Uriël was nog altijd van mening dat hij de juiste vrouw had gekozen, maar dat zijn broertje wellicht beter voor een ander model had kunnen kiezen. Veel pit had ze nog niet laten zien, dat kleintje. Maar goed, zolang zijn broertje iets mee had om te spelen, was het eigenlijk al goed.
Ze kwamen aan bij de sportruimte, waar een aantal van hun andere mutanten hard aan het werk waren. De mutanten zonder begeleiden waren al zeker meerdere maanden in dienst en deden alles wat hen werd opgedragen. Hier en daar waren er nog één of twee die het nodig hadden om begeleid te worden, zodat ze niks zouden proberen. Dat was bij Emrys en Loué ook het geval. Al werd Loué in de gaten gehouden door iemand anders, zag hij. Zij was hard aan het rennen, terwijl Samaël een aantal gesprekken voerde met de andere mutanten.
Uri liep naar de plek waar de shirts hingen en graaide er eentje af, waarna hij die naar Emrys gooide. ‘Het wordt tijd dat je maar eens wat aantrekt,’ zei hij. ‘Zet haar straks maar op één van de hometrainers, als ze hier klaar zijn.’ Ze waren nu nog bezet, maar die training leek hem het beste, al kon het zijn dat Emrys er anders over dacht. Daarom draaide hij zich ook naar haar. ‘Tenzij je liever iets anders wil?’

Rustig trainen had er duidelijk niet ingezet. Samaël had de machine meteen hoger ingesteld en niet veel later was de snelheid nogmaals verhoogd, waardoor Loué nu al hard aan het rennen was op de loopband. Ze kon het tempo wel bijhouden, maar omdat ze geen goede warm-up had gedaan én een slechte nachtrust had gedaan, wist ze nu al dat ze dit niet lang vol zou houden. Heel even had ze gedacht dat ze hem zelf weer lager had kunnen zetten toen Samaël weg was gegaan, maar hij had iemand de opdracht gegeven om bij haar te blijven staan en haar tempo goed in de gaten te houden. ‘Volgens mij kan je nog wel sneller dan dat,’ merkte de man op, waarna Loué het nummer van de snelheid weer een paar keer omhoog zag gaan. Ze probeerde het zo goed mogelijk bij te houden, want ze wist wat er zou gebeuren als ze zou stoppen met rennen. Dan zou ze wéér haar angst onder ogen moeten komen door Samaël en daarna zouden zijn mannen ook nog eens alles met haar mogen doen wat ze maar zouden willen. Ze had er nog mee kunnen leven dat iedereen naar haar lichaam had gestaard, maar als ze haar aan zouden mogen raken… Dat wilde ze niet meemaken.
Ze hield haar blik gefocust op één punt in de muur en probeerde haarzelf in haar hoofd toe te spreken dat ze het wel kon. Dat snelheid en tijd maar relatief waren en dat haar lichaam hier voor was gebouwd. Haar lichaam vertelde haar echter iets anders. Want hoe hoger het tempo werd, hoe meer moeite ze er mee kreeg. Ze kreeg het warm en ze voelde haar hart in haar keel kloppen. Meerdere keren veegde ze haar haren uit haar gezicht, terwijl ze et één hand al op de machine moest lopen om haarzelf staande te houden. Het was haar niet eens opgevallen dat er twee anderen de ruimte waren binnengetreden, zo erg focuste ze zich op het rennen.
‘Niet… hoger… Alsjeblieft,’ hijgde ze, toen ze zag dat de man het tempo nog meer wilde opvoeren. Ze wist zeker dat haar benen dat niet meer zouden trekken. Nu wisten ze het nog voor elkaar te krijgen om stappen te zetten, maar als het nog sneller zou gaan, dan zou het haar niet meer lukken om op de band te blijven. Maar van de band af gaan was ook geen optie.
‘Volgens mij mag je er af wanneer je dat maar wil,’ merkte de man op, waarna ze hem een vuile blik toewierp. Hij wist ook wel dat ze niet in haar angsten wilde belanden. Iets wat wel zou gebeuren als ze er af zou gaan. 
Het tempo ging weer omhoog en Loué moest zich nu met beide handen vastgrijpen aan de machine om te blijven rennen. Het zweet druppelde over haar gezicht en haar gehijg vulde de ruimte. Haar zicht werd wazig en ze had het idee dat de rode nummers van de machine voor haar ogen leken te veranderen. Ze versprongen van hoog naar laag, soms stond er nul en soms stonden er streepjes. Ook de band leek van streek te raken, maar Loué dacht allemaal dat ze het inbeeldde, totdat alle lampen in de ruimte knapten en de machines er mee ophielden. Door de plotselinge stop viel Loué van de machine op de grond.
Plaats een reactie
Reageer
Om nieuwe berichten te laden: ingeschakeld
Eerste | Vorige | Pagina: | Volgende | Laatste