Lespoir schreef:
Een flauwe glimlach wist ook deze keer Jaces gelaat te kleuren. Het deed hem goed hoe ze dacht dat hij goed voor haar was. Dat ze hem niet evenaarde met het kwaad. De donkere kant. Desalniettemin wist hijzelf beter wie hij was dan wie dan ook, waar hij vandaan kwam, in welk milieu hij leefde. Ondanks Jace heel weinig over haar wist, gezien Ova haar eigen achtergrond merendeels voor zichzelf had gehouden, wist hij dat haar leven er anders uitzag. Rooskleuriger. Beter, zonder hem. "Ik ben niet goed voor je, Ova. Dat besef je je nu misschien nog niet, maar dat komt nog wel. Maar tot die tijd ga ik blij zijn met de aanwezigheid die ik van je krijg," zei hij, vastberaden. Hij wàs blij, dat Ova weer op zijn pad was gekomen, dat ze hem had gevonden en hem zonder aarzeling tegemoet kwam. Toch was dat gevoel dubbel. Het was egoïstisch van hem om haar in zijn leven te betrekken. Te gevaarlijk.
"De belangrijkste plek uit mijn leven," was zijn antwoord geweest. Naarmate hij de route, die hij inmiddels uit zijn hoofd kende, deed vorderen, kwam Josephs huis in zicht, evenals de aangebouwde garage waar Jaces auto al jaren stond te vertoeven. Hij lachte zacht en kort bij Ova's vraag. Hij zou niets liever dan er wonen. Uiteindelijk wist hij dat Derek en zijn vader erachter zouden komen en Joseph zich in een gevaarlijke positie zou bevinden. Uit dankbaarheid kon Jace het hem niet aandoen, hoe vaak Joseph hem al een plekje had aangeboden.
"Ik wou dat ik hier woonde," begon Jace te vertellen. "Toen mijn moeder nog leefde, woonden we in dat huis daar," vertelde hij terwijl hij naar het relatief grote huis, rechts van Josephs huis wees. "Toen ze uiteindelijk overleden was, heeft mijn vader het huis verkocht omdat hij er niet meer wou wonen en een kleiner huis gekocht, gezien ons gezin een stukje was uitgedund." Jace nam een korte pauze van het vertellen en dacht na over hoe graag hij er gewoond had. Aan hoeveel veiliger de buurt was. Vervolgens baande hij zijn weg naar de garagedeur, die hij door middel van een sleutel opende en vervolgens de grote deur naar boven trok. Het witte doek dat over zijn oldtimer lag, verwijderde hij evenzeer en gooide hij aan de kant.
"Dit is die auto waarover ik je vertelde," zei hij, toch best wel trots. "Er was nogal een onenigheid met wie de auto van mama kreeg, gezien ze er heel erg gesteld op was. Toen kreeg mijn vader het idee om hem gewoon te verkopen, net zoals alles van haar. Uiteindelijk heeft Joseph, onze toenmalige buurman hem van ons overgekocht en heb ik hem terug van hem overgekocht," legde hij uit. Jace had de auto niet met geld overgekocht, maar met de eeuwige garantie dat Joseph altijd iemand had die voor hem zou zorgen, indien dat nodig was. Hij zorgde dat de tuin die belangrijk was voor hem in orde was en deed geregeld boodschappen voor hem. Uiteraard kon hij dat niet zeggen tegen Ova. Dat was alleszins hoe hij erover dacht.
"Je mag zo weggaan hoor, ik zie aan je dat dat is wat je wil. Dat begrijp ik ook, ik zou hetzelfde willen in jouw plaats. Maar ik wou je dit toch laten zien, omdat ik het je beloofd had."