Elysium schreef:
Er was niemand met wie Edyn liever door het Verboden Bos wilde lopen dan met Michael. Linn had vanaf het eerste jaar duidelijk gemaakt dat ze de plaats niet vertrouwde. Ze had Edyn zelfs laten beloven dat ze er niet in haar eentje naar toe ging. Linn viel dus al af. Op het moment zou Edyn niet eens naar Calum in de klas willen zitten, laat staan dat ze met hem op zoek had gewild naar een eenhoorn. Rhi had behoorlijk duidelijk gemaakt dat ze nooit meer het bos in had gewild. Ergens had Edyn het ook niet erg gevonden om met Naylene door het bos te lopen. Toch verkoos ze Michael echt boven ieder ander. Zeker omdat er een kans was dat ze een eenhoorn zouden zien. Dat moment wilde Edyn het liefste met Michael delen.
De duisternis van het bos deed niets met Edyn. Voor haar voelde het als ieder ander bos. Met uitzondering van het bos bij haar huis. Dat was echt háár bos. "Als je van het zomer op bezoek komt, neem ik je mee naar het bos achter mijn huis." Edyn had Michael er wel eens over verteld. In de kerstvakantie hadden ze niet echt de tijd gehad om het bos te bezoeken. Dan werd het snel donker, wat betekende dat ze op tijd weer terug moesten zijn. In de zomer hadden ze dan de hele dag!
Edyn knikte, ze hoopte dat het bos zou luisteren. De vorige keer was het niet gelukt en toen had Edyn ook wel gevraagd of ze de eenhoorns had mogen zien. Er waren toen genoeg andere wezens geweest met wie ze een praatje had gemaakt. Uiteindelijk had ze dat ook heel erg leuk gevonden. Als dat vandaag weer zou gebeuren, zou ze het ook niet erg vinden. Toch zou ze nog blijer worden als ze een echte eenhoorn kon zien.
"Lief bos." Begon Edyn zachtjes. "Ik ben Edyn en dit is Michael." Ondanks dat Edyn hier al eerder was geweest, wilde ze zichzelf wel even voorstellen. Daarbij wist ze niet of Michael hier ooit was geweest, dus hij moest ook even voor worden gesteld. "We zouden graag eens eenhoorns zien. Weet u waar we dan naar toe moeten?" Edyn keek omhoog naar de bomen die hoog boven haar uittorenden, alsof ze ieder moment de weg konden gaan wijzen.
Het duurde eventjes, voordat er ook echt iets gebeurde. Er veranderde dan wel niets aan het bos. Er waren zelfs geen blaadjes die opwaaiden en ergens naar toe leidden. Niets van dat alles. Edyn had haar ogen dicht toen ze het voelde. Een kracht in haar lichaam die haar een kant op leek te willen trekken.
Voorzichtig opende Edyn haar ogen en keek ze naar Michael, misschien had hij het gevoel ook wel gehad?
"We moeten deze kant op." Fluisterde Edyn. Omdat ze de hand van Michael nog vast had, kon ze hem voorzichtig in de juiste richting trekken. Ze vond het fijn op deze manier met hem te lopen. Nog niet zo heel lang geleden waren de twee nog niet eens bevriend geweest. Nu wilde Edyn er niet eens over na denken dat ze Michael niet op de ze manier kende. Ze hadden al heel wat gesprekken gehad, die er voor zorgden dat ze elkaar hadden leren kennen. Daarbij kreeg Michael het altijd voor elkaar om Edyn aan het glimlachen te maken, zelfs als ze zich niet zo lekker voelde. Want zelfs Edyn was niet altijd haar vrolijke zelfs. De eerste keer dat ze echt met elkaar hadden gesproken bewees dat wel. Ook vandaag was een goed voorbeeld. Michael liet haar nu ook helemaal vergeten dat zij en Calum nog een half uur geleden een ruzietje hadden gehad.
Edyn liep een tijdje, af en toe stelde ze haar richting een beetje bij. Haar gevoel trok haar de juiste richting uit, zo voelde het in ieder geval.
Na een tijdje in stilte te hebben gelopen, voelde ebde het gevoel bij Edyn weg. Ze wist niet meer welke kant ze op moest. Wat voor haar betekende dat dit de plek was waar ze had moeten. Hoopvol keek ze om zich heen, maar ze zag niet zo snel een eenhoorn. Het kon ook best zijn dat de bos ook aan de eenhoorns vroeg om op deze plek te komen.
"We moeten hier even wachten."
Edyn liet de hand van Michael los, zodat ze hem even kon omhelzen. "Dankjewel dat dit voorstelde." Er was nog nooit iemand geweest die haar had gevraagd om naar het Verboden Bos te gaan. Op de Slytherin meisjes na. Die wilde Edyn echter niet meetellen. Ze hadden haar immers alleen gelaten. Nu was ze niet alleen, ze was met Michael in het bos. Iets wat ze echt geweldig vond, of er nou eenhoorns zouden komen of niet.
De armen van Edyn bleven niet lang om Michael zijn middel liggen. Niet omdat ze niet meer verder wilde knuffelen, maar omdat ze een geluid hoorde, dat ze nog nooit eerder had gehoord. Het leek alsof het tegen haar praatte.
Voorzichtig stapte Edyn naar voren. "Hallo?" vroeg ze zachtjes. Ze hoorde ook geritsel van de bosjes die om zich heen bevonden. "Wij zijn Edyn en Michael. Je hoeft niet bang voor ons te zijn, we willen niets kwaads doen." Er kwamen haast nooit kwade gedachten bij Edyn naar boven. Ze zou zichzelf het nooit vergeten als ze iemand pijn deed, voor haar viel het bos, gras en al het andere van het natuur daar ook onder. Daarom vroeg ze nog altijd of ze over een grasveld mocht lopen en ze zou nooit een bloem plukken als ze niet kon beloven dat hij bleef leven.
Uit de duisternis lijkt het licht te verschijnen. Een sneeuwwit wezen verscheen in het zicht van het tweetal. Het was het meest magische wat Edyn ooit had gezien. De eenhoorn liep op een trotste manier op het tweetal af.
"Je bent zo mooi." Fluisterde Edyn zachtjes.
Er was niemand met wie Edyn liever door het Verboden Bos wilde lopen dan met Michael. Linn had vanaf het eerste jaar duidelijk gemaakt dat ze de plaats niet vertrouwde. Ze had Edyn zelfs laten beloven dat ze er niet in haar eentje naar toe ging. Linn viel dus al af. Op het moment zou Edyn niet eens naar Calum in de klas willen zitten, laat staan dat ze met hem op zoek had gewild naar een eenhoorn. Rhi had behoorlijk duidelijk gemaakt dat ze nooit meer het bos in had gewild. Ergens had Edyn het ook niet erg gevonden om met Naylene door het bos te lopen. Toch verkoos ze Michael echt boven ieder ander. Zeker omdat er een kans was dat ze een eenhoorn zouden zien. Dat moment wilde Edyn het liefste met Michael delen.
De duisternis van het bos deed niets met Edyn. Voor haar voelde het als ieder ander bos. Met uitzondering van het bos bij haar huis. Dat was echt háár bos. "Als je van het zomer op bezoek komt, neem ik je mee naar het bos achter mijn huis." Edyn had Michael er wel eens over verteld. In de kerstvakantie hadden ze niet echt de tijd gehad om het bos te bezoeken. Dan werd het snel donker, wat betekende dat ze op tijd weer terug moesten zijn. In de zomer hadden ze dan de hele dag!
Edyn knikte, ze hoopte dat het bos zou luisteren. De vorige keer was het niet gelukt en toen had Edyn ook wel gevraagd of ze de eenhoorns had mogen zien. Er waren toen genoeg andere wezens geweest met wie ze een praatje had gemaakt. Uiteindelijk had ze dat ook heel erg leuk gevonden. Als dat vandaag weer zou gebeuren, zou ze het ook niet erg vinden. Toch zou ze nog blijer worden als ze een echte eenhoorn kon zien.
"Lief bos." Begon Edyn zachtjes. "Ik ben Edyn en dit is Michael." Ondanks dat Edyn hier al eerder was geweest, wilde ze zichzelf wel even voorstellen. Daarbij wist ze niet of Michael hier ooit was geweest, dus hij moest ook even voor worden gesteld. "We zouden graag eens eenhoorns zien. Weet u waar we dan naar toe moeten?" Edyn keek omhoog naar de bomen die hoog boven haar uittorenden, alsof ze ieder moment de weg konden gaan wijzen.
Het duurde eventjes, voordat er ook echt iets gebeurde. Er veranderde dan wel niets aan het bos. Er waren zelfs geen blaadjes die opwaaiden en ergens naar toe leidden. Niets van dat alles. Edyn had haar ogen dicht toen ze het voelde. Een kracht in haar lichaam die haar een kant op leek te willen trekken.
Voorzichtig opende Edyn haar ogen en keek ze naar Michael, misschien had hij het gevoel ook wel gehad?
"We moeten deze kant op." Fluisterde Edyn. Omdat ze de hand van Michael nog vast had, kon ze hem voorzichtig in de juiste richting trekken. Ze vond het fijn op deze manier met hem te lopen. Nog niet zo heel lang geleden waren de twee nog niet eens bevriend geweest. Nu wilde Edyn er niet eens over na denken dat ze Michael niet op de ze manier kende. Ze hadden al heel wat gesprekken gehad, die er voor zorgden dat ze elkaar hadden leren kennen. Daarbij kreeg Michael het altijd voor elkaar om Edyn aan het glimlachen te maken, zelfs als ze zich niet zo lekker voelde. Want zelfs Edyn was niet altijd haar vrolijke zelfs. De eerste keer dat ze echt met elkaar hadden gesproken bewees dat wel. Ook vandaag was een goed voorbeeld. Michael liet haar nu ook helemaal vergeten dat zij en Calum nog een half uur geleden een ruzietje hadden gehad.
Edyn liep een tijdje, af en toe stelde ze haar richting een beetje bij. Haar gevoel trok haar de juiste richting uit, zo voelde het in ieder geval.
Na een tijdje in stilte te hebben gelopen, voelde ebde het gevoel bij Edyn weg. Ze wist niet meer welke kant ze op moest. Wat voor haar betekende dat dit de plek was waar ze had moeten. Hoopvol keek ze om zich heen, maar ze zag niet zo snel een eenhoorn. Het kon ook best zijn dat de bos ook aan de eenhoorns vroeg om op deze plek te komen.
"We moeten hier even wachten."
Edyn liet de hand van Michael los, zodat ze hem even kon omhelzen. "Dankjewel dat dit voorstelde." Er was nog nooit iemand geweest die haar had gevraagd om naar het Verboden Bos te gaan. Op de Slytherin meisjes na. Die wilde Edyn echter niet meetellen. Ze hadden haar immers alleen gelaten. Nu was ze niet alleen, ze was met Michael in het bos. Iets wat ze echt geweldig vond, of er nou eenhoorns zouden komen of niet.
De armen van Edyn bleven niet lang om Michael zijn middel liggen. Niet omdat ze niet meer verder wilde knuffelen, maar omdat ze een geluid hoorde, dat ze nog nooit eerder had gehoord. Het leek alsof het tegen haar praatte.
Voorzichtig stapte Edyn naar voren. "Hallo?" vroeg ze zachtjes. Ze hoorde ook geritsel van de bosjes die om zich heen bevonden. "Wij zijn Edyn en Michael. Je hoeft niet bang voor ons te zijn, we willen niets kwaads doen." Er kwamen haast nooit kwade gedachten bij Edyn naar boven. Ze zou zichzelf het nooit vergeten als ze iemand pijn deed, voor haar viel het bos, gras en al het andere van het natuur daar ook onder. Daarom vroeg ze nog altijd of ze over een grasveld mocht lopen en ze zou nooit een bloem plukken als ze niet kon beloven dat hij bleef leven.
Uit de duisternis lijkt het licht te verschijnen. Een sneeuwwit wezen verscheen in het zicht van het tweetal. Het was het meest magische wat Edyn ooit had gezien. De eenhoorn liep op een trotste manier op het tweetal af.
"Je bent zo mooi." Fluisterde Edyn zachtjes.