Demish schreef:
Ze waren van ruimte gewisseld, maar Linn haar vingers tintelden nog steeds. Het kon door de warme mok thee komen, maar diep van binnen was het de warmte van Elijah zijn vingers dat zijn spoor achter had gelaten. Het was niet de eerste keer dat ze elkaar aanraakten. Hij had vaak genoeg haar hand vastgenomen, haar geknuffeld of zelfs een kus op haar wang gegeven, maar het waren de kleine momentjes die haar hart sneller lieten kloppen. De momenten waarop het leek alsof alleen zij op de wereld waren. Zo voelde het ook nu ze samen op de bank zaten.
‘Je blijft dat zeggen, ook al wijs ik het iedere keer af.’ Linn blies op haar thee en keek toe hoe de dampwolkjes een andere vorm aannamen. ‘Ik dacht dat je mijn eigenwijsheid wel beu zou worden.’
Elijah lachte en Linn voelde haar hart samenknijpen, op een goede manier. Het geluid kalmeerde haar. ‘Je hebt mijn familie ontmoet. Jouw eigenwijsheid is nog niet half zo groot als die van Niklaus. En ik heb hem ook nog niet opgegeven.’
Hij leek daarmee te zeggen dat hij haar ook niet op zou geven, maar Linn durfde het niet te vragen. Straks beeldde ze zich iets in wat er simpelweg niet was.
In plaats van haar vraag te stellen, zei ze: ‘Ik hoop dat Naylene er ook zo over denkt. Ik wil haar alle tijd geven die ze nodig heeft. Het is geen lichte beslissing die iemand zomaar kan maken.’
Elijah knikte begrijpelijk. Hij legde zijn arm op de leuning van de bank. ‘Ik vermoed dat ze zal willen wachten op de terugkomst van Finn, om er achter te komen of hij wat heeft geleerd over de vorm van haar magie.’
Linn wist niet wanneer ze Finn terug konden verwachten, maar Elijah had hoogstwaarschijnlijk gelijk. Als er iemand was in dit huis die Naylene vertrouwde, dan was het Finn. Ze zou de situatie aan hem voor kunnen leggen, al hoopte Linn wel dat Naylene discreet om zou gaan met haar verhaal. Finn hoefde niet te weten wat de precieze reden was van haar verzoek. Ze hoopte echter wel dat Finn het juiste advies aan Naylene zou kunnen geven.
Of hij zou haar aanraden om niet met haar mee te gaan. Linn had begrepen dat Finn vampiers, inclusief hijzelf, niet in een goed daglicht zag staan. Misschien zou hij Naylene wel behoeden voor de fout die ze zou kunnen maken als ze zich bij Linn aan zou sluiten. Plots hoopte dat ze Finn zijn komst nog even op zich zou laten wachten.
‘Als Finn is teruggekeerd…’ Elijah trok haar aandacht en Linn keek naar hem op. Naast de bezorgdheid in zijn blik, zag ze iets anders in zijn ogen. ‘Zal dat betekenen dat jullie, afhankelijk van Naylene haar antwoord, vlak daarna zullen vertrekken?’
Linn sloeg haar ogen neer, niet wetende wat ze moest antwoorden. Wellicht kwam dat omdat ze niet wist wat hij van haar vroeg. De eerste avond, na het diner, hadden ze samen op de kliffen gestaan. Ze hadden uitgekeken op het sprookjesachtige Aberdeen en hij had haar verteld dat zij en Naylene welkom zouden zijn zolang ze dat zouden willen.
Het liefst wilde ze hem vertellen dat ze nog geen haast had om te vertrekken, ongeacht wat Naylene haar antwoord zou zijn. Als Naylene haar zou willen helpen, zou ze alsnog moeten oefenen met haar magie. Dit was een plek waarop dit in alle veiligheid kon. En als Naylene zich terug zou trekken, dan zou Linn niet zomaar afscheid van haar willen nemen. En ook niet van de familie.
Van Elijah.
‘Ik denk niet dat we niet van plan zijn om Aberdeen te verlaten.’ Linn gaf hem een zwakke glimlach en ze nam een slok van haar thee. ‘Zolang we hier welkom zijn, natuurlijk.’
Er kon een moment komen waarop hun aanwezigheid ongewenst zou zijn. De familie had hun eigen leven, misschien wel hun eigen plannen. Linn hoopte dat ze hier nog een lange tijd in alle rust zouden kunnen verblijven, maar ze herinnerde zich nog maar al te goed hoe gehaast ze waren vertrokken toen ze hadden vernomen dat hun vader hen op de hielen had gezeten.
Buiten donderde het en ondanks dat haar gesprek met Elijah hielp, schrok Linn van het harde geluid. De thee klotste over de rand en landde op haar handen. Linn ademde scherp in en zette haar thee aan de kont. In een seconde was Elijah naar haar toe geschoven en controleerde hij haar handen op eventuele brandwonden. Als ze er al waren geweest, dan had haar lichaam ze al geheeld.
‘Het is maar thee,’ fluisterde ze. Toch lagen zijn vingers nog op de rug van haar hand. En toen ze opkeek, stokte haar adem in haar keel bij het zien van hoe dichtbij hij weer was.
Ze keken elkaar aan. Linn focuste zich op zijn ademhaling, in plaats van op de storm die buiten raasde. Naylene had haar sterk genoemd, maar op deze avond voelde ze zich nauwelijks zo. Iets wat Elijah ook leek te zien, want voorzichtig sloeg hij zijn armen om haar heen en trok hij haar tegen zijn borstkas aan.
‘We kunnen hier blijven zolang je wil,’ gaf hij aan. Linn knikte en sloot haar ogen, terwijl ze zich concentreerde op zijn hand die door haar haren gleed. ‘Vertel me wat ik voor je kan doen.’
Hij had al teveel gedaan. Hij zou altijd teveel doen, besefte ze zich. Hij had haar meer vriendelijkheid en bezorgdheid getoond dan ieder ander in haar leven. En er leek geen einde aan te komen. Hij offerde zelfs zijn slaap op om haar te kalmeren.
‘Misschien een verhaal, om me af te leiden?’ opperde ze voorzichtig. Ze had altijd aan zijn lippen gehangen, bij ieder verhaal wat hij haar had verteld. En nu zou het haar vast afleiden van de duistere gedachten die haar hoofd probeerden binnen te dringen.
Ze waren van ruimte gewisseld, maar Linn haar vingers tintelden nog steeds. Het kon door de warme mok thee komen, maar diep van binnen was het de warmte van Elijah zijn vingers dat zijn spoor achter had gelaten. Het was niet de eerste keer dat ze elkaar aanraakten. Hij had vaak genoeg haar hand vastgenomen, haar geknuffeld of zelfs een kus op haar wang gegeven, maar het waren de kleine momentjes die haar hart sneller lieten kloppen. De momenten waarop het leek alsof alleen zij op de wereld waren. Zo voelde het ook nu ze samen op de bank zaten.
‘Je blijft dat zeggen, ook al wijs ik het iedere keer af.’ Linn blies op haar thee en keek toe hoe de dampwolkjes een andere vorm aannamen. ‘Ik dacht dat je mijn eigenwijsheid wel beu zou worden.’
Elijah lachte en Linn voelde haar hart samenknijpen, op een goede manier. Het geluid kalmeerde haar. ‘Je hebt mijn familie ontmoet. Jouw eigenwijsheid is nog niet half zo groot als die van Niklaus. En ik heb hem ook nog niet opgegeven.’
Hij leek daarmee te zeggen dat hij haar ook niet op zou geven, maar Linn durfde het niet te vragen. Straks beeldde ze zich iets in wat er simpelweg niet was.
In plaats van haar vraag te stellen, zei ze: ‘Ik hoop dat Naylene er ook zo over denkt. Ik wil haar alle tijd geven die ze nodig heeft. Het is geen lichte beslissing die iemand zomaar kan maken.’
Elijah knikte begrijpelijk. Hij legde zijn arm op de leuning van de bank. ‘Ik vermoed dat ze zal willen wachten op de terugkomst van Finn, om er achter te komen of hij wat heeft geleerd over de vorm van haar magie.’
Linn wist niet wanneer ze Finn terug konden verwachten, maar Elijah had hoogstwaarschijnlijk gelijk. Als er iemand was in dit huis die Naylene vertrouwde, dan was het Finn. Ze zou de situatie aan hem voor kunnen leggen, al hoopte Linn wel dat Naylene discreet om zou gaan met haar verhaal. Finn hoefde niet te weten wat de precieze reden was van haar verzoek. Ze hoopte echter wel dat Finn het juiste advies aan Naylene zou kunnen geven.
Of hij zou haar aanraden om niet met haar mee te gaan. Linn had begrepen dat Finn vampiers, inclusief hijzelf, niet in een goed daglicht zag staan. Misschien zou hij Naylene wel behoeden voor de fout die ze zou kunnen maken als ze zich bij Linn aan zou sluiten. Plots hoopte dat ze Finn zijn komst nog even op zich zou laten wachten.
‘Als Finn is teruggekeerd…’ Elijah trok haar aandacht en Linn keek naar hem op. Naast de bezorgdheid in zijn blik, zag ze iets anders in zijn ogen. ‘Zal dat betekenen dat jullie, afhankelijk van Naylene haar antwoord, vlak daarna zullen vertrekken?’
Linn sloeg haar ogen neer, niet wetende wat ze moest antwoorden. Wellicht kwam dat omdat ze niet wist wat hij van haar vroeg. De eerste avond, na het diner, hadden ze samen op de kliffen gestaan. Ze hadden uitgekeken op het sprookjesachtige Aberdeen en hij had haar verteld dat zij en Naylene welkom zouden zijn zolang ze dat zouden willen.
Het liefst wilde ze hem vertellen dat ze nog geen haast had om te vertrekken, ongeacht wat Naylene haar antwoord zou zijn. Als Naylene haar zou willen helpen, zou ze alsnog moeten oefenen met haar magie. Dit was een plek waarop dit in alle veiligheid kon. En als Naylene zich terug zou trekken, dan zou Linn niet zomaar afscheid van haar willen nemen. En ook niet van de familie.
Van Elijah.
‘Ik denk niet dat we niet van plan zijn om Aberdeen te verlaten.’ Linn gaf hem een zwakke glimlach en ze nam een slok van haar thee. ‘Zolang we hier welkom zijn, natuurlijk.’
Er kon een moment komen waarop hun aanwezigheid ongewenst zou zijn. De familie had hun eigen leven, misschien wel hun eigen plannen. Linn hoopte dat ze hier nog een lange tijd in alle rust zouden kunnen verblijven, maar ze herinnerde zich nog maar al te goed hoe gehaast ze waren vertrokken toen ze hadden vernomen dat hun vader hen op de hielen had gezeten.
Buiten donderde het en ondanks dat haar gesprek met Elijah hielp, schrok Linn van het harde geluid. De thee klotste over de rand en landde op haar handen. Linn ademde scherp in en zette haar thee aan de kont. In een seconde was Elijah naar haar toe geschoven en controleerde hij haar handen op eventuele brandwonden. Als ze er al waren geweest, dan had haar lichaam ze al geheeld.
‘Het is maar thee,’ fluisterde ze. Toch lagen zijn vingers nog op de rug van haar hand. En toen ze opkeek, stokte haar adem in haar keel bij het zien van hoe dichtbij hij weer was.
Ze keken elkaar aan. Linn focuste zich op zijn ademhaling, in plaats van op de storm die buiten raasde. Naylene had haar sterk genoemd, maar op deze avond voelde ze zich nauwelijks zo. Iets wat Elijah ook leek te zien, want voorzichtig sloeg hij zijn armen om haar heen en trok hij haar tegen zijn borstkas aan.
‘We kunnen hier blijven zolang je wil,’ gaf hij aan. Linn knikte en sloot haar ogen, terwijl ze zich concentreerde op zijn hand die door haar haren gleed. ‘Vertel me wat ik voor je kan doen.’
Hij had al teveel gedaan. Hij zou altijd teveel doen, besefte ze zich. Hij had haar meer vriendelijkheid en bezorgdheid getoond dan ieder ander in haar leven. En er leek geen einde aan te komen. Hij offerde zelfs zijn slaap op om haar te kalmeren.
‘Misschien een verhaal, om me af te leiden?’ opperde ze voorzichtig. Ze had altijd aan zijn lippen gehangen, bij ieder verhaal wat hij haar had verteld. En nu zou het haar vast afleiden van de duistere gedachten die haar hoofd probeerden binnen te dringen.