Hier komen de laatste 3 forum topics
te staan waarop je hebt gereageerd.
+ Plaats shout
Anoniem
Hey, everybody!
0 | 0 | 0 | 0
0%
Om mee te kunnen praten op het forum dien je ingelogd te zijn.Nog geen account? Klik hier om een gratis account aan te maken.

> Sluiten
Helper
16 van de 24 sterren behaald

Forum

ORPG, gedichten en schrijvers < Virtual Popstar Eerste | Vorige | Pagina: | Volgende | Laatste
O | A rebellion among the stars
Demish
Internationale ster



Misschien had hij har betrapt op een leugen als hij beter had opgelet, maar de informatie die Ryszard in zijn handen had, leidde hem teveel af. Hij wist niet of het goed nieuws of slecht nieuws was dat de koning wist dat er een grote groep mensen buiten de muur was en dat die groep de explosie had veroorzaakt. Wat zeker slecht was, was dat ze vermoedens hadden dat er infiltranten waren in de Torens. Ze konden hem zomaar op het spoor zijn.
Zaniah pakte de map uit zijn handen en sloeg hem open. Terwijl zij las, probeerde hij zijn gedachten op orde te krijgen. Hij was zeker van een aantal dingen: zijn naam stond niet op één van de papieren, ze leken niet te weten wie de leider was van het verzet of waar ze zich bevonden en als ze al een onderzoek waren gestart naar mogelijke infiltranten, dan had hij er nog niets over gehoord.
Hij moest het Nirah vertellen. Ze moest zich voorbereiden op een terugslag van de elite.
Ryszard keek op naar Zaniah en meteen verdween die gedachte uit zijn hoofd. Met grote ogen keek ze naar het papier, haar vingers waren gekromd van de spanning en rustten tegen haar lippen.
‘Mijn oom had het over een klein groepje,’ stamelde ze en ze keek op naar hem. ‘Een paar mensen, maar dit?’ Ze hield de documentmap omhoog. Hij begreep wat ze bedoelde. Hetgeen wat haar oom had genoemd was niet te vergelijken met wat hier op papier stond.
Hij wist niet goed wat hij nu moest doen. Het liefst wilde hij de map uit haar handen nemen en haar verzekeren dat ze zich geen zorgen hoefde te maken, maar dat kon hij niet zeggen. Hij was één van de infiltranten, hij werkte voor de persoon die de aanslag had gepleegd. Hij speelde een dubbelspel, hoe gemakkelijk hij dat ook kon vergeten als hij bij de prinses in de buurt was.
Zaniah sloeg de bladzijde om. ‘Hoeveel mensen zijn er wel niet in de buitenlanden? Ik dacht dat daar nauwelijks overlevenden waren.’
‘De buitenlanden zijn geen fijne plek om te wonen, maar men kan daar overleven als ze op de juiste plekken zijn,’ zei hij zonder na te denken. Hij was zelf één van die mensen. Hij had een groot deel van zijn leven buiten de muur gewoond. Het was slechts een paar jaar geleden dat hij Silurian had betreden en een woonplaats had gekregen in de Torens.
‘Maar Chipherus? Dat heerst toch in de buitenlanden?’ Het was duidelijk dat Zaniah probeerde om alles te relativeren, om te begrijpen wat er getypt was in de documenten voor haar, maar Ryszard zag de paniek in haar ogen. Alle onbeantwoorde vragen spookten door haar hoofd. Ondanks dat hij zelf kalm was, had hij geen idee wat hij moest doen om haar te kalmeren. Of hij dat überhaupt zou kunnen.
‘En die groep mensen…’ Ze schudde haar hoofd en klapte de dossiermap dicht. ‘Wat als ze nog een aanslag plegen? Wat als ze iets groters raken? Wat als-’
‘Hé.’ Ryszard legde zijn handen op haar schouders en liet ze afglijden naar haar handen. Vrijwel meteen haakte ze haar vingers in die van hem. Zacht kneep hij in haar handen, terwijl hij haar blik niet losliet. ‘Ik zal dat niet laten gebeuren.’
‘Rys, jij kunt ook niet voorkomen dat er nog een keer zoiets gebeurd.’ Ze zei het bijna met medelijden. Alsof ze het lief vond dat hij haar probeerde gerust te stellen, maar dat het geen zin had. Zaniah wist niet dat hij hier wel invloed op had. Dat hij er voor kon zorgen dat Nirah niet nogmaals zoiets riskants zou doen. En als hij dat niet kon, dan hoopte hij dat Elijah haar wel kon overtuigen.
‘Dat weet ik,’ zei hij met een zucht. Hij wilde haar vertellen dat hij dat wel kon, maar met de informatie in zijn achterhoofd durfde hij het niet. Nog niet. Zaniah zou hem meteen wegduwen als ze zou weten wie hij echt was. Dat was het niet waard. Dan kon hij beter behouden wat ze nu hadden. ‘Maar ik zal jou beschermen, wat er ook gebeurd.’
Zaniah keek hem aan en het raakte iets in hem. Het was onbeschrijflijk, wonderlijk en allesomvattend ineen. Ze geloofde hem, realiseerde hij zich. Ze geloofde dat hij haar zou blijven beschermen, al zou de wereld om hen heen ontploffen en de glazen ramen stukslaan. Want dat was wat hij deed.
Zijn horloge piepte, wat aangaf dat ze nog maar een minuut de tijd hadden voordat de volgende bewaker terug zou keren. Hij liet haar handen los en pakte de dossiermap zodat hij die weer op kon bergen.
‘We kunnen naar boven. Daar kunnen we praten, maar we moeten nu weg.’ Hij wilde Zaniah niet het idee geven dat hij geen aandacht had voor haar verwarde gevoelens en de schok die door haar heen moest gaan op het moment, maar als ze het kantoor niet op tijd zouden verlaten, zouden ze zich allebei moeten verantwoorden tegenover de koning.
Ryszard liep naar de deuren en opende die voorzichtig. Hij keek om de hoek en zag een, nog, lege gang. Hij gebaarde naar Zaniah om als eerste de ruimte uit te lopen. Zodra zij zich in de open ruimte bevond, sloot hij de deuren achter zich en draaide Zaniah ze met een trillende hand op slot.
Kort ontmoette hij haar ogen. Hij knikte naar haar. Ze moesten nu gaan, voordat ze ongewenste tegenliggers zouden ontmoeten.  
Daynty
Internationale ster



De wandeling terug naar haar vertrekken was een waas in haar geheugen. Met elke stap dreunden de woorden door haar gedachten. Een huwelijk, rebellen, infiltranten, indringers binnen de veilige muur van het koninkrijk. Als Zaniah de woorden niet met haar eigen ogen had gezien, zou ze het niet hebben geloofd. Als ze niet de schrik op Rys’ gezicht had gezien, zou ze hebben gedacht dat haar eigen ogen haar bedrogen. William had een paar overlevenden genoemd als mogelijke veroorzakers van de aanslag en zelfs dat had haar onwaarschijnlijk geleken. De Buitenlanden waren geen plek waar mensen lang konden overleven, laat staan dat ze genoeg kracht of technologie hadden om zich een weg door de Muur te banen.
‘Zaniah?’ Ryszard raakte zacht haar arm aan en ze knipperde verward met haar ogen. Met vragende ogen hield hij de deur van haar vertrekken voor haar open. ‘Kom je binnen?’
De zachtheid in zijn stem streelde de spanning in haar lichaam en suste de paniek die woekerde in haar borstkas. Zaniah ademde diep in en stapte langs hem heen over de drempel. Nu ze veilig terug waren in haar vertrekken, gleed de spanning van het inbreken in het kantoor van haar schouders. Ze had gehoopt zich triomfantelijk te voelen omdat ze de informatie had gevonden die haar vader bij haar weghield, maar ze voelde zich enkel hol vanbinnen. 
In stilte liet ze zich door Rys naar de bank leiden, net zoals zij enkele dagen geleden had gedaan, toen hij daar daarna in slaap was gevallen. Misschien als ze haar ogen sloot en wegzonk in een diepe slaap, was deze avond slechts een droom. Ze zou wakker worden in haar bed en tegen de tijd dat de pasteltinten van de zonsopgang waren opgelost, zou de droom weinig meer zijn dan onsamenhangende flarden. 
‘Hier, drink wat water.’ Zaniah had niet gemerkt dat Rys twee glazen had gevuld, waarvan hij er eentje aan haar gaf. Ze waardeerde het dat hij deed alsof hij niet zag hoe hevig haar hand trilde toen ze het glas naar haar lippen bracht. Hij kwam bij haar op de bank zitten en herschikte een kussen in zijn rug. Ze staarde naar het beetje ruimte dat hij tussen hen in liet, wensend dat het er niet was. Ze verlangde ernaar om zijn armen om haar heen te hebben en zijn kalme stem bij haar oor te horen terwijl hij haar nogmaals vertelde wat hij in het kantoor beloofd had. 
Ik zal je beschermen, wat er ook gebeurt.
De kleine slokjes water hielpen om een stukje kalmte terug in haar lichaam en gedachten te krijgen. Al die tijd zij Ryszard geen woord. Hij was er alleen, een geruststellende aanwezigheid terwijl hij haar de tijd gaf om zichzelf te herpakken.
Toen ze het glas half leeg had, zette ze het op de salontafel. ‘Waarom zou mijn vader zoiets voor me achterhouden?’ vroeg ze zich hardop af. Ze schopte haar schoenen uit en trok haar benen op. ‘En hoe… Zoveel mensen in de Buitenlanden, genoeg om een rebellie te vormen. Dat kan niet.’
Ryszard schonk haar een vreugdeloze glimlach. ‘Je hebt het zelf gelezen, het kan wel. Misschien wilde je vader je niet ongerust maken en heeft hij het daarom niet verteld.’
Voor vanavond zou Zaniah dat zonder aarzeling als de waarheid hebben aangenomen. Het klonk als iets dat haar vader zou doen, maar met de notulen van de vergadering in haar achterhoofd, was ze daar niet langer zo zeker van. Had hij het haar niet verteld, omdat hij vond dat ze er niet klaar voor was? Dat ze niet sterk genoeg was, nog niet genoeg de kroonprinses die hij wilde zien? Iemand met een toekomstige koning aan haar zijde. 
Zachtjes schudde ze haar hoofd om haar eigen gedachten te verdrijven. Het maakte nu niet uit wat hij van haar vond. Het nieuws van de rebellen was groter dan wat zij wilde, groter dan haar eigen twijfels. 
‘Ze denken dat er infiltranten zijn,’ herhaalde ze een van de hoofdpunten van het document, al had Ryszard die regels zelf ook gelezen. ‘Misschien zelfs hier, in de Torens. Hoe kan ik me hier nog veilig voelen? Wat als de aanslag op het feest niet de eerste was?’ Zaniah merkte hoe haar gedachten afgleden terug richting de kolkende diepte van de paniek in haar borstkas. Ze kon er niets aan doen om het tegen te houden. De beelden van vuur, vliegende glasscherven en losgerukte ledematen stonden glashelder op haar netvlies. 
Een warme hand vouwde zich om de hare heen. Ryszard nam haar vingers vast en gaf haar een zacht kneepje. ‘Hé, weet je nog wat ik zei? Ik ben bij je. Ik bescherm je.’
Haar vingers krulden zich automatisch verder om die van hem. ‘Moy zashchitnik,’ zei ze zacht. Mijn beschermer. ‘Wat is de prijs die je daarvoor moet betalen?’ Hij had haar beschermd op het feest. De prijs die hij daarvoor had betaald was in de vorm geweest van sneeën overal op zijn armen en rug. De volgende keer bleef het daar misschien niet bij. Haar maag draaide zich om, maar tegelijkertijd fladderde haar hart bij de realisatie: ze wilde hem niet kwijt.
Demish
Internationale ster



Hij had Zaniah al oneindig veel leugens verteld. Zelfs door zijn mond te houden loog hij tegen haar. Ze wist niet wie hij was, of waar hij vandaan kwam. Hij kon haar onmogelijk meer over zijn leven vertellen zonder argwaan te wekken. Hij was hier om het koningshuis en de elite tegen te werken, en daarmee ook haar. Toch was dit geen leugen. Hij zou haar beschermen. Tegen Nirah, tegen alle andere gevaren die nog op haar wachtten. Er was veel waar hij over kon liegen, maar haar veiligheid zou daar nooit een van zijn.
‘Ga je me ooit vertellen wat dat betekent?’ vroeg hij in plaats van te antwoorden wat het het hem precies kostte om haar te beschermen. Hij herkende de woorden en de manier waarop ze haar lippen verlieten, maar de betekenis was ver buiten zijn bereik. Misschien zou hij er zelfs wel vrede mee hebben als ze het hem niet zou vertellen, zolang ze hem maar zo zou blijven noemen.
‘Rys,’ drong ze hem aan. ‘Als er echt infiltranten zijn, als het te gevaarlijk wordt-’ 
‘Dan ben ik er om tussen jou en het vuur in te staan,’ maakte hij zijn zin af. Hij hoorde Nirah en Elijah lachen in zijn achterhoofd. Wat zouden zij er van denken als ze zouden merken dat hij gevoelens had voor Zaniah? Nirah zou hem dwingen ze weg te drukken, hem vertellen dat waar ze mee bezig waren veel groter was dan wat hij voelde voor een prinses. Misschien dat als Nirah eens zou voelen hoe het was om verliefd te zijn, ze zou snappen dat het niet zo eenvoudig was.
Zaniah bleef stil. Nu pas besefte hij zich hoe strak haar vingers om zijn hand waren gekruld, hoe stevig ze hem vasthield. Alsof hij zou verdwijnen als ze elkaar los zouden laten. Voorzichtig legde hij zijn andere hand om die van haar. 
‘Wil je dat ik je afleid?’ Dat was wat zij voor hem had gedaan, de vorige keer dat ze op deze bank hadden gezeten. Zaniah had hem verteld over de planten en bloemen die ze kende, en de dieren en insecten die daar op af kwamen. Hij was weggezakt in een diepe slaap onder begeleiding van haar stem. Hij zou zelf niet meerdere minuten kunnen praten, maar hij zou zijn best kunnen doen. Voor haar.
Ze knikte, haar blik gericht op hun handen samen.
‘Ik… Ik kan je vertellen over mijn ouders?’ stelde hij voor. Hij wist dat hij zich op glad ijs zou begeven met dit onderwerp. Als hij teveel zou vertellen, dan zou Zaniah kunnen opmerken dat zijn verhalen zich niet afspeelden in de stad. Maar vlak na de aanslag had ze hem gevraagd of hij zijn ouders, of anderen, niet had moeten laten weten dat hij nog veilig was geweest.
Zaniah knikte opnieuw. ‘Graag.’
‘Het begint niet zo vrolijk,’ fluisterde hij. ‘Ze zijn al jaren dood.’
Geschrokken keek Zaniah naar hem op. Ze kneep in zijn hand. ‘Rys, dat is verschrikkelijk. Het spijt me zo voor je.’
Hij haalde onwillekeurig zijn schouders op terwijl hij zijn hoofd schudde. ‘Ze hadden een goed leven. Wij hadden een goed leven. Daar denk ik liever aan.’
Hij kon haar niet vertellen over de avonden onder de open lucht, met Silurian nog ver buiten bereik. Hij kon haar niet vertellen dat zijn vader in staat was om met nutteloze voorwerpen iets te maken wat hen kon helpen in de donkere nachten, of dat zijn moeder meerdere talen had gesproken en daarmee verschillende vluchtelingen op hun gemak had kunnen stellen.
Maar er waren andere dingen. Kleinere dingen.
‘Ze maakten altijd ruzie over het eten,’ vertelde hij Zaniah. ‘Niet echt ruzie, maar ze hadden altijd discussies over de hoeveelheid kruiden. En als mijn moeder had besloten dat het zo voldoende was, leidde mijn vader haar af en stopte hij snel nog iets in de pan.’ De herinnering bracht een glimlach op zijn gezicht. ‘En ze waren zo verliefd op elkaar. En dat vertelden ze elkaar iedere keer als de een voor even vertrok.’ Omdat het zomaar de laatste keer had kunnen zijn.
‘Je mist ze vast.’ Voorzichtig schoof Zaniah dichter naar hem toe, de afstand negerend die ze expres open hadden gelaten. Ze wisten allebei dat die er hoorde te zijn, maar geen hen van probeerde hem weer terug te halen nu Zaniah naast hem zat en haar hand op zijn schouder legde.
‘Altijd,’ bekende hij. Soms dacht hij dagen niet aan ze, totdat hij iets zag wat hem aan zijn ouders deed denken. En op sommige momenten voelde hij zich schuldig, omdat hij wist dat zijn ouders het verdienden om herinnerd te worden. ‘Maar dit,’ hij gebaarde naar hem en Zaniah, ‘dit helpt.’
Zaniah glimlachte, al voelde het aan als een glimlach vol medelijden. ‘Had je geen broertjes of zusjes?’
‘Niet echt.’ Al voelde Nirah soms aan als een vervelende stiefzus. ‘Goede vrienden van mijn ouders vingen me op. Ik kende hen al. Ze hadden twee dochters waarmee ik al vaak speelde. Ik denk dat je hen wel als zusjes zou kunnen beschouwen.’
Daynty
Internationale ster



Zaniah voelde haar hart een stukje breken voor Ryszard, voor de jongen die altijd zo onbaatzuchtig klaarstond voor haar en haar wilde troosten terwijl hij zelf geplaagd werd door zijn eigen herinneringen. Ze wist niet goed wat ze kon zeggen. Dat het haar speet, dat ze het erg vond, waren uitspraken die tekort schoten. Rys’ aanwezigheid hield haar eigen demonen op afstand, ze kon alleen maar hopen dat zij hem diezelfde verlichting kon geven op de enige manier die ze kon bedenken: door simpelweg bij hem te zijn. 
Het was fijn om te horen dat Rys een onderkomen had gevonden bij andere mensen, al zou dat natuurlijk nooit een vervanging kunnen zijn voor zijn eigen ouders. 
‘Zie je hen nog wel eens?’ vroeg ze zachtjes. Haar hand rustte op zijn schouder, haar vingers gedachteloos over de stof van zijn shirt strijkend. Zachtjes leunde Rys dichter naar de aanraking toe. Zaniah wist dat ze afstand tussen hen moest herstellen, moest terugbrengen naar de centimeters die het even geleden waren geweest, maar ze kon zichzelf er niet toe zetten. Het voelde fijn om zo dicht naast hem te zitten. 
‘Soms.’ Zijn lippen toonden een weemoedige glimlach. Hij staarde voor zich uit naar het tapijt voor de bank, maar in zijn groene ogen zag ze dat zijn gedachten ergens anders waren. ‘Eén van hun dochters zie ik nog wel eens, maar niet vaak. En haar ouders wonen ver weg, te ver om even naartoe te gaan.’
Het viel Zaniah op dat Ryszard slechts één van de dochters benoemde. Ze voelde een knoop ontstaan in haar maag. Het kon betekenen dat hij de ander simpelweg niet langer zag, maar haar onderbuikgevoel fluisterde dat de reden erachter duisterder was, somberder. De vraag erover kreeg ze echter niet over haar lippen. Ze wilde Rys’ niet herinneren aan nog een droevige gebeurtenis uit zijn leven. Het voelde nu al alsof ze daar inbreuk op maakte, ondanks dat hij zelf had aangeboden haar iets te vertellen. Het voelde niet goed dat haar afleiding zijn verdriet betekende. 
Zaniah slikte de brok in haar keel weg. ‘Als je vrij wil om ze op te zoeken, dan hoef je het alleen maar te vragen.’ Ze kon hem zijn ouders niet teruggeven, maar ze kon hem wel de mogelijkheid schenken om de mensen die hem daarna in huis hadden genomen op te zoeken. ‘Een paar dagen, een paar weken…’ Met haar vrije hand maakte ze een los gebaar, haar eerdere woorden ondersteunend: hij hoefde het maar te vragen en ze zou het voor hem regelen. 
Rys tilde zijn hoofd op. De zweem van een glimlach om zijn lippen bereikte zijn ogen nu wel. Onbewust wilde Zaniah dichter naar hem toe leunen, dichter naar die zachte blik in zijn ogen en de warmte als een deken over haar uit laten rollen. 
‘Dat is een lief aanbod van je,’ reageerde hij. ‘Maar ik kan niet zomaar naar ze toe. Het is… lastig om bij ze te komen.’ Er lag iets over zijn gezicht en in zijn stem waarvan het haar niet lukte om het goed te plaatsen. Het maakte haar hoe dan ook somber dat hij de enige mensen die hij nog had, niet kon bezoeken. Hij was altijd een kalme, geruststellende aanwezigheid aan haar zijde en in haar schaduw, maar voor het eerst zag ze hem voor wie hij achter dat masker van kalmte moest zijn: een eenzaam persoon, afgesneden van zijn familie en geplaatst in een wereld waarin hij net niet helemaal paste. Hoe soepel hij zich ook door de Torens en in het bijzijn van de elite bewoog, Zaniah kon aan hem merken dat hij hier niet thuishoorde. Ze kon echter niet zeggen waar ze dacht dat hij dan vandaan kwam, de tweede of de derde ring. Er was iets aan hem dat maakte dat geen van de delen van Silurian helemaal bij hem paste, alsof hij was gemaakt van de weidsheid en stilte van de Buitenlanden zelf, daar als een handvol wilde bloemen weggegrepen en binnen de Muur gestopt. 
‘Ik zou je afleiden, maar volgens mij heb ik je alleen maar droevig gemaakt.’ Het uitblijven van een reactie van haar kant vormde Rys’ zijn lippen tot een bezorgde streep. ‘Het spijt me, ik… Ik ben niet zo goed in praten.’ 
Hij wilde zich iets terugtrekken van haar, alsof hij het niet verdiende om zo dichtbij haar te zijn, maar voor hij die kans had, legde Zaniah zonder na te denken een hand tegen zijn wang. Haar vingers vormden zich perfect naar de vorm van zijn gezicht, naar de lijn van zijn kaak. ‘Jawel, dat ben je wel,’ zei ze met een kleine glimlach. ‘Ik vind het fijn om je te horen vertellen.’ 
Demish
Internationale ster



Haar hand brandde tegen zijn wang. Ryszard kon niet negeren wat het in hem veroorzaakte om haar zo dichtbij zich te hebben. Hij wist dat hij zich terug moest trekken. Dat hij haar hand moest pakken en hem zou moeten verplaatsen naar een plek die wel passend was voor hun relatie, maar haar vingers hadden zich zo gemakkelijk gevormd naar de lijnen van zijn gezicht dat het voelde alsof ze daar hoorden. En juist omdat ze daar hoorde, kon hij het niet in zich opbrengen om haar te vertellen dat dit niet mocht.
‘Dat zeg je alleen maar omdat je aardig tegen me wil zijn,’ zei hij met een lichte, plagende toon. ‘Ik weet best dat ik niet de beste ben in het vertellen van verhalen, of het voeren van een gesprek.’
Zaniah schudde haar hoofd. Ze streek met haar duim langs zijn wang. Haar vingertop raakte nog net de kleine snee die de glasscherven van de explosie hadden veroorzaakt. Als hij zichzelf nog meer vrijheid zou geven dan dat hij nu deed, zou hij zijn ogen sluiten om zich te kunnen focussen op haar aanrakingen. 
‘Ik vind het fijn om met je te praten,’ benadrukte ze nogmaals. Ryszard zag niet goed in waarom, aangezien hij vaak korte antwoorden gaf en hij meestal alleen maar luisterde naar haar. Daarbij had Zaniah vast politieke, hooggeplaatste vrienden die haar verhalen konden vertellen over de buitenwereld en hun eigen steden. Hij kon haar niet eens vertellen waar hij vandaan kwam zonder dat hij zichzelf, en iedereen van het verzet, te verraden.
Hij keek op naar Zaniah en hij voelde rillingen over zijn armen bij het ontmoeten van haar blik. De manier waarop ze hem aankeek was niet normaal. Het viel zelfs niet te beschrijven wat het met hem deed, maar het was onmogelijk om nog weg te kijken. Hij wilde hier blijven zitten, bij haar op de bank. Hij wilde blijven staren in de rustige, kabbelende rivier die haar ogen vulde met liefde en begrip. En nog iets anders waarvan hij niet wist wat het was.
Een klop op de deur trok Ryszard uit zijn magische gevoel. Hij draaide zijn gezicht weg van de prinses en Zaniah schoof meteen naar de andere kant van de bank. Geen van hen had hardop hoeven zeggen dat ze de regels niet volgden. Hun acties deden het voor hen. 
Zanniah schraapte haar keel. ‘Wie is daar?’
‘Novik, prinses. Ik ben hier om de dienst van Zajac over te nemen.’ De bodyguard die voor vannacht de dienst op zich zou nemen. Ryszard was hem volledig vergeten.
Hij kwam overeind van de bank en knikte naar Zaniah. ‘Goedenavond, prinses.’ Hij liep naar de deur, ondanks dat zijn lichaam van binnen protesteerde. Hij wilde geen afscheid nemen van haar, ook niet voor de paar uur dat hij zou slapen. Na de informatie die ze hadden gevonden, zou ze niet alleen moeten zijn. 
Bij de deur draaide hij zich naar haar om. ‘Mocht er iets zijn, dan kun je me bereiken. Of als je… Wil praten.’ Ze hadden hun telefoons en tablets. Als haar nog iets te binnen zou schieten over hetgeen wat ze had gelezen, of als ze afleiding wilde van de sombere gedachte dat iemand binnen de Torens haar iets aan wilde doen, dan wilde hij er voor haar zijn. 
Hij legde zijn hand op de deurklink. 
‘Rys?’
‘Ja?’ Zijn vingers kromden zich om het koele ijzer. Hij keek naar de grond, bang dat als hij op zou kijken hij weer verloren zou raken in haar blik. Dan zou hij zichzelf niet over de drempel kunnen duwen, weg van de warme aanwezigheid van de prinses.
‘Als je niet kan slapen… Weet dat je mij ook kan bereiken.’
Een glimlach verscheen rond zijn mondhoeken. Hij negeerde de eerdere belofte aan zichzelf en keek toch naar haar op. Ze beantwoordde zijn glimlach geruststellend. Zou hij haar ooit kunnen vertellen dat de enige manier waarop hij in slaap kon komen, onder de zachte begeleiding van haar stem was?
‘Ik zou je niet willen belasten met mijn slapenloosheid, Zaniah,’ zei hij weemoedig. Hij maakte een korte buiging. ‘Goedenacht, prinses.’
Hij opende de deur, waar zijn collega stond te wachten. Zijn gezicht was uitdrukkingsloos, zijn lichaam strak en gespannen. Klaar voor een aanval. Ryszard knikte naar hem en liep naar zijn vertrekken. Hij herinnerde zich nog dat hij ook zo had gestaan.
Nu gleed het strakke masker langzaam van zijn gezicht. Zaniah had de linten zachtjes losgetrokken en de knoop uit elkaar gehaald. Het ergste was nog dat hij er niet eens erg in had.  
Daynty
Internationale ster



Goedenacht, prinses. Zo’n simpel en formeel afscheid na een moment dat alles behalve die twee dingen was geweest. Met een diepe zucht zakte Zaniah in de kussens van de bank. De leegte die Rys had achtergelaten maakte haar nog meer bewust van alle plekken waar hun lichamen elkaar hadden geraakt. Haar vingers tintelden na van de aanraking van zijn wang, haar knie brandde op de plek waar deze tegen zijn bovenbeen had gedrukt. En zijn ogen, zijn blik op haar gezicht. Haar hart kneep samen in haar borstkas. Hij had haar aangekeken alsof zij de zon in zijn universum was, zijn groene ogen gevuld met meer emoties dan hij ooit aan haar had getoond. 
Zaniah draaide haar hoofd naar de deur, een bijna hoopvol verlangen op haar gezicht, alsof hij ieder moment terug de kamer in kon lopen en zich weer naast haar op de bank zou nestelen. Ze vroeg zich af wat er zou zijn gebeurd als zijn collega niet aan had geklopt. Zaniah dacht niet dat ze het zou hebben kunnen weerstaan om nog dichter naar hem toe te schuiven en ook haar andere hand tegen zijn gezicht te leggen, om het kleine beetje ruimte tussen hun lippen te overbruggen. 
Het is beter zo. De gedachte was een koude snee door haar gedachten, maar wel een waarheid. Een relatie tussen haar en Ryszard was onmogelijk. Hoe fijn het ook klonk, hoe aanlokkelijk het ook was, het bevatte geen toekomst. Hun samenzijn zou nooit meer kunnen zijn dan heimelijke momenten achter gesloten deuren, tot een huwelijk met een man die wel van haar stand was ook die vonkjes liefde zou verstikken. 
Zaniah voelde haar maag zich omdraaien, dit keer op een heel andere manier dan met de vlinders die er even geleden hadden gefladderd. Onzichtbare vingers hadden ze vastgegrepen en verpulverden hun tere vleugeltjes, ze omvormend tot een hoopje stof dat als een steen in haar lag. 
Wilde haar vader echt dat ze haast achter een huwelijk zou zetten? Zaniah boog zich naar voren op de bank, haar ellebogen steunend op haar knieën, en liet haar hoofd in haar handen zakken. Haar vingers begroeven zich in haar donkere lokken. De notulen van de vergadering hadden alleen het voorstel genoemd, niet de persoon die het had uitgesproken en evenmin het oordeel van haar vader erover. Zou hij het ermee eens zijn? Zou hij degene zijn die het voorstel had gedaan? 
De onzekerheid knaagde aan de cocon van kalmte die Rys om haar heen had achtergelaten. Ze wilde dat ze hem kon laten voelen hoe fijn en rustig hij haar maakte, wat voor effect zijn woorden en zijn aanwezigheid op haar hadden. Hij beweerde dat hij slecht was in praten, wat een onzin. 
Maar nu hij weg was en de dingen die ze in haar vaders kantoor had geleerd haar alleen aantroffen, viel ook de betovering die Rys creëerde weg. Een huwelijk, overlevenden in de Buitenlanden - niet een paar, maar tientallen. Overlevenden met de middelen om Silurian binnen te komen en explosieven te plaatsen in het hart van het koninkrijk.
Zaniah kneep haar ogen dicht, alsof dat de gedachten kon buitensluiten. Het hielp niet - achter haar gesloten oogleden dreven vlammen en glasscherven en afgescheurde ledematen rond. Terwijl ze zich resoluut overeind duwde van de bank, haalde ze diep adem, welke ze in een korte zucht uitblies. Haar vingers prikten om naar haar smartphone te reiken en Rys een berichtje te sturen dat ze wilde praten, nu al. Met de gedachten aan een huwelijk in haar achterhoofd wist ze echter dat ze hen beide daar alleen maar meer mee zou kwellen. 
Hen beide. Alsof hij hetzelfde voor haar voelde. Misschien ging hij enkel mee in haar handelingen en haar emoties omdat hij dat zag als zijn plicht aan haar. Hij was loyaal, hechtte waarde aan het juist uitvoeren van zijn taken. Wat als ze niet meer was dan dat voor hem: een taak? 
Haar hand, die onbewust toch naar haar mobiel had gereikt, drukte hem resoluut terug in haar broekzak. Zaniah had het gevoel dat een minuut langer met haar piekerende gedachten haar gek zou maken. Ze dimde de lichten in haar woonkamer. Haar schoenen tikten zacht op de glanzende vloertegels voor ze werden gedempt door het tapijt in haar slaapkamer. Op haar bureau lag haar schetsboek open op een half afgemaakte tekening van een atalanta. Zaniah nam plaats in de comfortabele bureaustoel, sloeg de tekening van de vlinder om en zette de punt van haar potlood tegen de blanke pagina. Vrijwel nooit tekende ze mensen, maar nu vloeiden de lijnen van Rys’ lichaam zonder dat ze erbij na hoefde te denken op het papier. Ze tekende hem staand met zijn rug naar haar toe, een paar plukjes van zijn haren opstandig opzij gebogen in de wind en zijn handen rustend op de balustrade van de Muur. Daarachter tekende ze de Buitenlanden. De gedachten in haar hoofd krabbelden zich terug en verstilden met elke lijn die ze zette. Van de Rys op het papier straalde een haast tastbaar verlangen naar de uitgestrekte landen waar hij over uitkeek, en Zaniah kon niet zeggen waar zijn verlangen precies ophield en haar eigen begon. 
Demish
Internationale ster



Het was maanden geleden dat Nirah voor het laatst binnen de muren van Silurian had gelopen. In de tunnels waande ze zich veilig, maar in de straten van de tweede ring voelde ze zich beken. Mensen trokken hun wenkbrauwen naar haar op, alsof ze haar daarmee wilden vertellen dat ze hier niet thuishoorde.
Dat was ook niet iets wat ze wilde, bedacht ze zich grauw. Het leven in de stad had haar nooit getrokken. De betegelde stoeppaden, de hoge gebouwen en het constante geluid van verkeer om haar heen irriteerden haar nu al, evenals iedere beoordelende blik die ze kreeg.
Een vrouw kruisde haar pad en bekeek haar van top tot teen. Nirah’s versleten laarzen, legergroene spijkerjas die een paar maten te groot was en wilde haren oogden onverzorgd tegenover de vrouw in haar mantelpakje.
‘Kijk lekker ergens anders naar,’ snauwde Nirah naar de vrouw, waarna ze snel doorliep en een smalle straat tussen twee gebouwen in sloeg.
Toen Elijah haar had verteld dat hij iemand had gevonden die hen meer kon vertellen over de locatie waar de medicijnen werden bewaard die ze zo nodig hadden, was ze blij geweest. Toen hij had vervolgd dat hij verwachtte dat ze samen met hem die persoon zou opzoeken, in Silurian, had ze met haar kaken op elkaar toegestemd. 
Ze had afgesproken op de hoek van twee grote straten, waar veel mensen rond zouden lopen op dit tijdstip. Op die manier zouden zij en Elijah niet teveel opvallen. Hij zou haar vervolgens leiden naar de plek waar zijn bron zich bevond. 
Nirah bereikte de drukke straat en keek zoekend om zich heen. Zelfs in de drukte herkende ze Elijah. De meeste mensen droegen een pak, maar hij droeg een wit overhemd rond zijn bovenlijf. Zijn brede schouders torenden net iets boven de menigte uit.
Ze liep tegen de stroom mensen in en negeerde de geërgerde blikken die ze kreeg. Voor Elijah kwam ze tot stilstand. ‘Ik haat het hier echt, wist je dat?’
‘Deze plek lijkt jou ook te haten. Ze kijken naar je alsof je de derde ring uit bent gesneakt.’ Hij gebaarde naar haar kleding. Nirah wierp een blik op haar jas en stak vervolgens haar handen diep in de zakken. In de derde ring had ze zich al meer op haar gemak gevoeld, maar tegelijkertijd was de derde ring een te grote herinnering aan hetgeen wat er zo fout was aan Silurian.
‘Ze mogen denken wat ze willen,’ zei Niiah, terwijl ze nog een vuile blik schonk aan een man die hen passeerde. Ze richtte zich weer tot Elijah. ‘Waarom kon je jouw bron niet gewoon meenemen naar mij?’
Elijah trok één wenkbrauw op, waardoor ze niet verder doorvroeg. Ze herinnerde zich nog maar al te goed wat hij tegen haar had gezegd. Door haar zaten ze zonder medicijnen. Als ze het goed wilde maken, zou ze meer inzet moeten tonen. Als iemand anders uit het verzet zo tegen haar had gepraat, had ze diegene uitgescholden. Elijah had een vreemde werking op haar.
‘Goed,’ verzuchtte ze en ze sloeg haar armen over elkaar. ‘Welke kant op?’
‘Die kant,’ Elijah wees naar links, ‘het is niet ver.’
Ze draaide zich om en volgde hem door de drukke straat. In de verte zag ze de twee hoogste torens in Silurian: de plek waar de koninklijke familie verbleef. De plek waar Ryszard was, dichterbij dan dat ooit iemand was gekomen. Hij spendeerde dag en nacht met de prinses. Hij was hun toegang naar de elite. Ze zou daar mee bezig moeten zijn, in plaats van door de tweede ring te wandelen.
Het beeld van Trevor zijn zieke lichaam schoot door haar hoofd en meteen voelde ze zich schuldig. Dit was ook belangrijk. Misschien nog wel belangrijker, bedacht ze zich terwijl ze samen met Elijah overstak. Zonder een team om haar heen zou ze nooit de Torens kunnen infiltreren.
‘Heb je Ryzard nog gesproken?’ vroeg ze, terwijl ze winkels en bedrijven passeerden. Ze moesten nu in het commerciële gedeelte van de tweede ring zijn.
Elijah schudde zijn hoofd. ‘Niet sinds onze laatste ontmoeting.’
‘Ik heb geprobeerd om contact met hem te zoeken,’ bekende Nirah, ‘maar ik denk dat hij te voorzichtig is. Nu hij te dicht bij de prinses is, durft hij geen risico’s meer te nemen.’
‘Hij neemt al meer dan genoeg risico’s. Wij allemaal.’
Nirah beet op haar lip. Ze had gehoopt dat Elijah haar al iets meer had vergeven voor haar impulsieve acties, maar het was duidelijk dat ze zijn vergiffenis nog niet had verdiend.
Iets wat ze wel wilde, besefte ze zich terwijl hij met grote passen voor haar uitliep en haar door smalle achterstraatjes loodste.
Daynty
Internationale ster



Elijah had vaak heimelijk gemopper van rebellen gehoord over Nirahs onvoorspelbaarheid en haar neiging haar gedachten en plannetjes voor zichzelf te houden, maar zelf had hij zich nooit kunnen vinden in de dingen die achter haar rug om werden gefluisterd. Terwijl hij over zijn schouder een blik op haar wierp om zich ervan te verzekeren dat ze hem volgde en niet een van de passanten aanvloog, zag hij hoe ze op haar lip kauwde, hoe haar donkere ogen verbeten naar zijn rug hadden gestaard. Het waren die kleine dingetjes in haar houding die haar gedachten weggaven aan hem. Het was als een stille taal die hij had geleerd in de momenten die ze samen doorbrachten. En hij wilde die blijven leren, besefte hij, blijven verkennen. 
Voor zijn gedachten verder die afgrond in konden glijden, rukte Elijah zijn blik van haar los. Op dit moment verraadde haar houding dat ze had gehoopt dat hij haar vergeven had voor haar roekeloze aanslag op het jubileumfeest. Hij had het overwogen. Het was verleidelijk om te vergeten wat er was gebeurd, om de schuld bij haar weg te nemen omdat ze Rori was verloren, maar dan drong het beeld van de patiënt die hij had achter moeten laten op de operatietafel zich op voor zijn geestesoog. Dat kon hij haar niet zomaar vergeven.
Elijah liet zijn handen in zijn broekzakken glijden en probeerde een rustige tred aan te houden, zijn gezicht een neutraal masker. Het was eenvoudig voor hem om op te gaan in de mensenstroom die de straten vulde, maar het ontging hem niet dat er continu schuine blikken achter hem werden geworpen. 
Elijah vertraagde zijn pas tot hij naast Nirah liep. ‘Had je geen betere kleren liggen?’ Hij nam niet de moeite om de irritatie uit zijn stem te weren. ‘Mensen werpen één blik op je en ze weten dat je hier niet thuishoort.’ 
Nirah snoof en drukte een zwarte krul terug achter haar oren. In ieder geval had ze de moeite genomen om haar wilde bos haren bij elkaar te vinden, al waren niet alle lokken het daarmee eens. Elijah verwachtte een snauw terug, maar toen draaide ze haar hoofd zijn kant op en verscheen er een fonkeling in haar ogen. ‘Misschien moet je mij jouw overhemd dan maar geven.’
Zijn voeten kwamen abrupt tot stilstand. Op een ander moment zou hij een opmerking als dit van mijlenver aan hebben zien komen, maar hij zat enkel met zijn hoofd bij de informatie waarnaar ze op weg waren. Hoe had Nirah nog tijd voor zulke luchtige grapjes? 
Een man in een grijs pak passeerde hem mopperend omdat hij stil was blijven staan. Elijah dwong zijn benen om weer in beweging te komen.
‘Dit is geen moment voor grapjes.’ Hij veegde Nirahs geniepige grijns het liefst van haar gezicht af. ‘Er is maar één persoon die je hier te misplaatst hoeft te vinden, één persoon die achterdochtig wordt en ze sturen de stadswacht op je af.’ Elijah keek nadrukkelijk opzij naar haar. ‘En je weet wat er gebeurt met mensen uit de Buitenlanden die tegen de stadswacht aan lopen.’ 
Zodra hij de grauwe uitdrukking op haar gezicht zag glijden, wenste Elijah dat hij zijn laatste woorden terug kon nemen. Het was een gemene steek onder water geweest, om haar te herinneren aan Rori’s dood. 
‘Dat weet ik inderdaad.’ Nirahs stem was ijzig kil, elk spoortje humor van even geleden opgelost in het niets. 
Elijah wreef met een hand over zijn gezicht en zuchtte. ‘Ik wil alleen dat je begrijpt wat er op het spel staat.’ Hij gebaarde naar de zijstraat die ze in moesten en sloeg de hoek om. ‘Deze man, deze bron, heeft toegang tot de voorraad medicijnen tegen cipherus. Als we hem kunnen overtuigen om ons te helpen, hebben we misschien deze week nog een eerste dosis om aan Trevor te geven. Dat moet je…’
‘Ik weet het,’ kapte Nirah hem met een snauw af. ‘Ik weet het, oké? Ik weet dat ik het verpest heb. Breng me nou maar gewoon naar hem toe.’
Een moment nam Elijah haar zwijgend in zich op, overwegend of hij nog iets moest zeggen. Uiteindelijk knikte hij alleen maar. Ieder woord dat hij kon zeggen, zou enkel meer olie op het vuur gooien. Ze had gezegd dat ze wist dat ze het verpest had. Hij hoopte dat ze dat daadwerkelijk meende. Het was een beter idee geweest als hij in zijn eentje naar deze afspraak was gegaan.
Demish
Internationale ster



Nirah vroeg zich af of er een moment zou komen waarop Elijah haar zou vergeven voor hetgeen wat ze had gedaan. Ze wist dat hij de verloren levens rekende tot haar fout en ze begreep het, maar hoe lang zou het nog duren voordat hij zijn gesnauw zou staken en zou inzien dat ze hier daadwerkelijk was om hem te laten zien dat ze wel iets goeds in zich had. Dat ze niet zo onbezonnen en wanhopig was als dat hij nu dacht?
Ze dacht er over na om het aan hem te vragen, maar besloot het niet te doen. Het belangrijkste was nu dat hij haar mee zou nemen naar zijn bron. Daar zouden ze de man moeten overtuigen om hen te helpen, om hen ieder geval één dosis van het medicijn mee te geven, zodat ze Trevor zouden kunnen redden.
Elijah leidde haar door verschillende straten en steegjes. Ze raakten steeds verder weg van het centrum van de tweede ring. Zonder hem had ze de weg nooit kunnen vinden. In haar ogen leken alle straten hier op elkaar. Overal stonden hoge gebouwen, met grote borden van de bedrijven die daar waren gevestigd. Hij zou haar straks ook nog moeten helpen om haar weg terug te vinden.
Ze kauwde op haar wang. Ze haatte het om zo afhankelijk van hem te zijn, in ieder geval op een plek als deze.
In een achtergelegen steeg kwam Elijah tot stilstand. Er stonden een paar containers, gevuld met zakken vol met vuilnis. Aan de weerskanten van de steeg stonden twee gebouwen. Eén van de twee had een deur, maar het leek erop dat het een deur was die alleen van binnenuit geopend kon worden.
Elijah knikte naar de deur. ‘Als het goed is, is hij daar binnen.’
Hij liep naar de deur. Nirah volgde hem. ‘Hoe heeft hij eigenlijk toegang tot het medicijn? Zelfs in de ziekenhuizen is dit toch goed beveiligd?’
‘Hij is één van de wetenschappers die de werking monitort,’ legde hij uit zonder naar haar om te kijken. Hij klopte in een bepaald patroon op de deur en wachtte af. 
Nirah trok haar wenkbrauwen op en sloeg haar armen over elkaar, wachtend op een reactie vanaf de andere kant van de deur.
Het bleef stil.
Alert keek ze om zich heen. Ondanks dat er een tal van mogelijkheden waren, bekroop een naar gevoel haar. Er was iets aan de hand. 
‘Kan het zijn dat hij later is?’ opperde ze, deels om haarzelf te kalmeren. Misschien voelde ze het verkeerd aan.
Elijah schudde echter zijn hoofd, wat maakte dat haar maag omdraaide. Ze greep in de zak van haar jas, maar realiseerde zich te laat dat ze expres geen wapen mee had genomen. Mocht ze gepakt worden door de stadswacht, dan hadden ze niets om tegen haar te gebruiken.
Ze vloekte binnensmonds. Ze had toch iets mee moeten nemen.
‘Stap naar achteren.’
‘Wat?’ vroeg ze verward.
‘Stap naar achteren,’ zei Ellijah dwingend. 
Zonder protest zette ze een paar stappen naar achteren. Elijah haalde een pistool tevoorschijn. 
‘Je hebt een pistool meegenomen?’ vroeg ze verbaasd. 
Hij keek over zijn schouder. ‘Jij niet?’
‘Ik dacht dat je een preek zou geven als ik dat wel zou doen,’ mompelde ze, in plaats van de rechte reden te benoemen.
Elijah rolde met zijn ogen. Hij zette ook een paar stappen naar achteren, nam het pistool stevig vast in zijn hand en nam een flinke aanloop. Hij wierp zijn lichaam tegen de deur.
De deur vloog open, gevolgd door Elijah. Nirah volgde hem naar binnen. De kamer was donker, op het licht na dat door de opening van de deur naar binnen scheen. Het leek alsof er niemand anders aanwezig was, maar dat kon ze niet met zekerheid zeggen.
‘Blijf achter me,’ zei Elijah, waarschijnlijk omdat hij het wapen had en zij niet. Nirah was echter niet van plan om daarom naar hem te luisteren.
‘Dat ging veel te makkelijk,’ fluisterde ze. Het was haast alsof iemand de deur open had gelaten, zonder beveiliging.
Ze keek om zich heen, opzoek naar een lichtknop. Ze liep weg van Elijah en tastte de muur af.
‘Nirah, blijf hier,’ siste Elijah.
Op dat moment vond ze waar ze naar zocht. Ze drukte op de knop en langzaam flikkerden de zoemende TL-buizen aan.
Zodra ze zag wat ze onthulden, wenste ze dat ze het licht nooit aan had gedaan.
Een paar meter verderop lag een lichaam in een plas bloed.
Daynty
Internationale ster



Het onverwachte tafereel dat zich voor hun ogen ontvouwde, vormde een gruwelijke aanblik. Het lichaam lag met het gezicht naar boven op de vloer van de stoffige opslagruimte van een kantoorgebouw. Om hem heen waren dozen omgevallen en een stel ordnermappen lag op de grond. Er was gevochten. Het kille licht van de tl-buizen glinsterde in de rode vloeistof die om het lichaam heen lag. Elijah had maar één blik nodig om vast te stellen dat de man zo goed als verloren was. Zoveel bloedverlies kon een lichaam niet aan zonder fatale gevolgen.
Achter hem hapte Nirah geschrokken naar adem. ‘Vertel me alsjeblieft dat dat niet onze afspraak is,’ fluisterde ze, starend naar de vlekken in het overhemd van de man.
Dat kon hij niet. Hij had de man slechts een paar keer ontmoet, maar het litteken dat over zijn linkerkaak liep was onmiskenbaar, zelfs nu. Hij had het opgelopen toen hij als kind van de trap was gevallen, had hij Elijah een keer verteld. 
Elijah keek grimmig achterom naar Nirahs hoopvolle gezicht, daarmee een grondige vloek aan haar lippen onttrekkend. Ze drukte haar vingers tegen haar voorhoofd, maar liet haar hand vlak daarna terug langs haar zij zakken om hem gespannen aan te kijken. ‘Als iemand hem heeft gedood, betekent dat dan…’ 
De claxon van een auto vlakbij liet hen allebei opveren van schrik. Elijahs gedachten waren in precies dezelfde richting gegaan. Had de man iemand verteld over deze afspraak? Had hij hen verraden en was hij daarom gedood? Zijn vingers krulden zich steviger om zijn pistool heen. 
‘Zorg dat er niemand binnen kan komen,’ droeg hij Nirah op. Hoewel hij probeerde de spanning te weren uit zijn stem, kon hij een lichte trilling niet voorkomen. Hij vervloekte het dat ze geen wapen mee had genomen. Natuurlijk hield ze alleen rekening met wat hij zou vinden net in een situatie dat dat niet uitkwam. 
Met langzame passen bewoog Elijah zich de ruimte door, zorgvuldig de plas bloed en de losse spetters vermijdend. Zo snel mogelijk controleerde hij of de aanvaller zich niet nog ergens verborgen hield, wachtend op hem en Nirah. Waarschijnlijk zouden ze in dat geval al aangevallen zijn, maar hij wilde het risico niet nemen. 
‘En?’ fluisterde Nirah vanaf haar plek bij de deur toen hij de laatste nis gecontroleerd had. In het felle licht was elke gespannen lijn van haar gezicht te zien. 
‘Niets,’ antwoordde hij. Hij liet zijn pistool zakken, maar stopte het wapen niet weg, en keek met opeengeperste lippen naar het lichaam in het midden van de ruimte. ‘Maar het kan niet lang geleden zijn gebeurd, het bloed is nauwelijks opgedroogd.’ De geur ervan hing dik en zwaar in de lucht, als een verstikkende sluier. Elijah snakte naar frisse lucht, naar een ontsnapping van dit schrikbeeld en de gevolgen die het had voor hun plannen, maar zijn gezonde verstand won het van de neiging om naar buiten te stormen. 
‘Wat doen we nu?’ Nirah formuleerde de vraag die ook hardnekkig door Elijahs hoofd spookte. Een vraag waar hij geen antwoord op had. 
Radeloos haalde hij zijn schouders op. ‘Ik weet het niet.’
Nirah verliet haar plek bij de deur, waar ze een metalen ladekast voor had geschoven, en kwam tegenover hem aan de andere kant van het lichaam staan. ‘We moeten iets verzinnen. We hebben het medicijn nodig, Trevor heeft het medicijn nodig.’ Hij had haar niet eerder zo radeloos gehoord, op het randje van paniek. ‘Je moet iets bedenken.’
Elijah snoof geërgerd. ‘Ik moet iets bedenken? Jij hebt ons in deze puinhoop gebracht. Jij bent altijd degene die plannen maakt, dus -’
‘Jij kan anders maar niet stoppen met tegen mij snauwen over hoe slecht mijn laatste plan was!’ Nirah had haar stem verheven en haar vingers waren tot vuisten gebald. Een deel in hem dat hij nu absoluut niet kon gebruiken registreerde vaagjes hoe aantrekkelijk ze eruitzag als ze boos was, met vurige ogen, verhitte wangen en een wilde krul die langs haar gezicht danste. Elijah drukte het gevoel onmiddellijk weg, bedolf het onder zijn eigen woede. 
‘En ik was degene die daar een oplossing voor moest zoeken!’ Hij kneep gefrustreerd in zijn neusbrug, zoekend naar een bron van kalmte zodat hij zijn gedachten op een rijtje kon krijgen. ‘Ik weet niet wat we nu moeten doen, oké?’
Nirah schudde onbeheers haar hoofd. ‘Nee, niets oké! Trevor heeft het medicijn nodig en jij bent alleen maar bezig om mij -’ 
Een rochelende, diepe ademteug brak haar zin af. Hun beide ogen schoten naar het lichaam tussen hen in, de woedende woorden die ze vlak daarvoor wisselden plotseling vergeten. Een paar wijd opengesperde blauwe ogen staarden naar boven met een koortsachtige glans. 
‘Dat kan niet,’ fluisterde Elijah geschokt. ‘Nee, nee, nee…’ Het lijk was geen lijk. De man leefde nog, al kon het niet voor lang meer zijn. 
Elijah drukte zijn pistool in Nirahs handen en liet zich naast de man op zijn knieën zakken, de plas bloed die daar lag compleet vergetend. Hij rukte zijn eigen overhemd uit en drukte dat tegen de wonden in de het torso van de man. 
Een klamme hand klauwde naar zijn arm. 
‘Nee, laat me… Laat me met rust… Ik wil niet…’ bracht de man moeizaam uit. Spetters bloed drupten uit zijn mond.
Elijah legde zijn vingers tegen de hals van de man om zijn hartslag te beoordelen. ‘Ssst,’ suste hij. ‘Ik ben het, Elijah.’ Zijn stem klonk kalm en beheerst, geruststellend, hoewel hij zich alles behalve dat voelde vanbinnen. Het enige dat zijn routineuze handelingen dreef, was zijn ervaring met medische noodgevallen. De rest van zijn gedachten waren een puinhoop. 
De man fronste diep, staarde hem met glazige ogen aan. ‘Dokter Woods?’ Een lichtje van herkenning verscheen in zijn blik en er vlamde hoop op op zijn gezicht. Hij klemde zijn hand steviger om Elijahs onderarm. Het verraste hem hoeveel kracht de man nog in zich had. ‘Help me,’ smeekte hij. 
Tegenover hem knielde Nirah neer aan de rand van de plas bloed. ‘Kun je dat?’ vroeg ze, bijna net zo hoopvol als de man zich moest voelen. Het medicijn voor Trevor en de informatie die ze nodig hadden, waren wellicht toch niet verloren. 
Elijah kon die woorden bijna uit haar ogen lezen, maar hij kon ze niet bevestigen. Hij drukte zijn lippen op elkaar en schudde nauwelijks zichtbaar zijn hoofd naar Nirah. De man had teveel bloed verloren, zelfs een ziekenauto zou te laat komen. Maar hij was niet wreed, hij wilde diezelfde hoop niet vermorzelen bij de man, niet nu zijn leven nog hooguit een paar minuten lang was. 
‘Ik ga je helpen,’ beloofde Elijah terwijl hij terugkeek naar de man. ‘Er is een ambulance onderweg.’ De leugen voelde fout aan op zijn tong. ‘Kun je me in de tussentijd vertellen wie dit gedaan heeft?’
De lippen van de man trilden van inspanning toen hij antwoordde. ‘Ik… zag hem niet… vermomd.’ Zijn woorden kwamen er moeizaam uit, de helft van de zin onverstaanbaar door het bloed dat zijn mond in bleef lopen. 
Met zijn vrije hand nam Elijah de hand van de man vast. Hij was ijskoud. ‘Waarom? Waarom ben je aangevallen?’ Hij slikte en wisselde een blik met Nirah. ‘Wist iemand dat je ons zou zien? Heb je er met iemand over gepraat?’
Nirah leunde naar voren om het gebrabbel van de man te kunnen verstaan. 
Hij schudde zijn hoofd, wat resulteerde in een hoestbui. Elijah merkte nauwelijks dat een deel van de bloedspetters op zijn witte overhemd landden. 
‘Nee… niet gepraat. Dat zou ik nooit… wilde echt helpen.’ Een nieuwe hoestbui onderbrak zijn antwoord en een straaltje bloed begon uit zijn mondhoeken te lopen. 
Elijah kneep harder in zijn hand. ‘Waarom dan?’ drong hij aan, zich ervan bewust dat de tijd begon te dringen. 
‘...wilde weggaan… ander werk… Daar waren ze…’ Hij probeerde een hap lucht naar binnen te zuigen, maar inhaleerde in plaats daarvan vrijwel alleen maar bloed. ‘... niet blij mee.’
Elijah had geen idee wie de “ze” waren. De elite van Silurian? De werkgever van de man? Was de voorraad medicijnen zo waardevol voor ze dat mensen die ermee werkten de informatie erover mee hun graf in moesten nemen? Hij kon het zich niet voorstellen. Hoewel het niet algemeen bekend was, waren er genoeg mensen buiten dat gebouw om die wisten van het bestaan van de voorraad. 
‘Weet u waar de medicijnen zijn?’ vroeg Nirah. ‘Weet u waar ze bewaard worden?’
‘Ja… ja…’ Een stuiptrekking trok door het lichaam van de man heen en hij kokhalsde door al het bloed dat zijn keel in liep. Zijn ogen draaiden weg in hun kassen. 
Elijah liet zijn overhemd, dat hij nog steeds tegen de buik van de man gedrukt hield, voor wat het was en tikte zacht tegen zijn wang. ‘Hé, hé, blijf bij me. Nog heel even.’
‘Elijah,’ drong Nirah ongeduldig aan. 
Hij negeerde haar. ‘Het duurt niet lang meer voor er hulp komt. Focus je. Waar is de voorraad?’
De mond van de man bewoog, maar er kwamen geen woorden uit. Zijn ogen begonnen dicht te zakken.
‘Hé!’ Nirah schudde de man aan zijn schouder. De ruwe handeling liet Elijah inwendig ineenkrimpen, maar hij voelde dezelfde wanhoop als haar. Ze móesten dit antwoord uit hem krijgen. 
Zijn ogen fladderden weer open, nog glaziger dan eerder. ‘...pakhuis, rand… tweede ring. Nummer…’ 
Elijah en Nirah bogen zich beiden dichter over de man heen, koortsachtig luisterend, maar zijn mond viel stil. Zijn hoofd zakte opzij. Hij was dood.
Demish
Internationale ster



De stilte die volgde was verschrikkelijk.
Ze wachtte. Ze wachtte op een teken van leven. Een gorgelend geluid, ogen die weer open fladderden, een beweging in zijn lichaam. Ze durfde niet op te kijken naar Elijah, bang dat ze het zou missen als het toch gebeurde. Ze waren zo dichtbij. De man had alleen nog maar het nummer hoeven noemen en ze zouden de locatie van de medicijnen hebben.
Maar er kwam geen enkele reactie. Wat voor kans ze ook hadden gehad, die was nu weg.
‘Nee, nee!’ Wanhopig schudde Nirah nogmaals aan de schouder van de man. Dat had net ook geholpen. ‘Welk pakhuis? Wat is het nummer?’
‘Nirah.’
‘Kom op!’ Ze negeerde Elijah en boog zich verder over de man. Ze tikte met haar vingers tegen zijn wang. ‘Je kunt niet dood zijn. Niet nu.’
‘Nirah!’ Elijah verhief zijn stem en geschrokken trok ze zich terug van het lichaam. Haar eigen handen zaten nu ook onder het bloed, net zoals die van Elijah. Het licht van de tl-buizen vormde een kille gloed om hem heen. Zweet druppelde langs zijn hals naar beneden en hij keek haar met een ingespannen blik aan. ‘Hij is dood. Het is te laat.’
‘Het kan niet te laat zijn!’ Ze staarde ze naar de man tussen hen in. Hij had hen moeten vertellen waar ze de medicijnen konden vinden. Misschien hadden ze vandaag nog de medicijnen in handen kunnen krijgen en dan hadden ze Trevor zijn leven kunnen redden. Hoe lang zou het nu duren voordat ze het juiste pakhuis zouden vinden? Er waren er honderden. Het zou hen dagen kosten en Trevor had niet zoveel tijd.
Elijah kwam overeind en keek om zich heen, alsof hij daar de juiste woorden zou vinden om tegen haar te zeggen. Wat kon hij ook zeggen? Nirah wist dat het nu voorbij was. Hun contactpersoon was dood en daarmee was ook het leven van Trevor bepaald. Ze had haar eigen leven geriskeerd om naar de tweede ring te komen en wat had het hen opgeleverd? Niets.
Haar lichaam trilde. Nu pas merkte ze hoe koud het in het verlaten kantoorgebouw was. Langzaam kwam ze overeind. Ook haar broek zat onder het bloed. Ze vloekte binnenmonds. Hoe moest ze nu ongezien uit Silurian ontsnappen?
Elijah liep onrustig door de ruimte. Iedere spier in zijn lichaam stond strak aangespannen. Het felle licht scheen op zijn rug en Nirah zag hoe de spieren onder zijn huid bewogen toen hij met zij handen door zijn haar ging.
Rillerig blies ze haar adem uit. Ze kon zich niet laten afleiden. Ze hadden een plan nodig. Er lag hier een dood lichaam. Eentje die ze niet zomaar zouden kunnen laten liggen. Zeker niet als er camera’s in de omgeving van het gebouw hingen. Als de stadswacht hier achter zou komen, zouden ze nog veel meer verliezen.
‘We moeten een manier vinden om van het lichaam af te komen.’ Haar stem galmde in de lege ruimte. Elijah reageerde niet op haar, maar Nirah bleef hardop haar gedachten uitspreken. ‘Er moet een plek zijn waar we hem kunnen neerleggen. En er moet een andere uitgang zijn. We kunnen niet op dezelfde manier terug als dat we zijn gekomen. En we hebben andere kleren nodig.’ Zij zat onder het bloed, Elijah had geen overhemd meer. Dat zou een hoop ongewenste vragen opleveren.
Ze draaide het pistool dat Elijah haar had gegeven rond in haar hand. ‘En als we hier klaar zijn, moeten we bedenken hoe we er achter kunnen komen welk pakhuis gebruikt wordt voor de opslag. Als we in het systeem kunnen komen, kunnen we de gegevens misschien bekijken. Of we moeten iemand anders vinden die weet waar de locatie is. Er moet-’
Elijah gooide een multomap door de ruimte. Papier vloog er uit en de map zelf belandde met een knal tegen de muur. Geschrokken stapte Nirah naar achteren.
Elijah leek zijn woede nog niet kwijt te zijn, want de dozen waren zijn volgende slachtoffer. Hij trapte een stapel omver en toen dat niet voldoende was, schopte hij ze één voor één aan de kant en stampte hij ze plat.
Zonder na te denken stopte Nirah het pistool in haar achterzak en rende ze naar Elijah toe. Ze stapte over een paar geplette dozen heen en legde haar handen op zijn blote schouders.
‘Hé, Woods, je kunt je focus nu niet verliezen, oké? Ik heb je nodig. Alleen samen komen we uit deze shitzooi.’
‘Het heeft geen zin.’ Gefrustreerd duwde hij haar handen weg, maar ze gaf niet zo gemakkelijk op. Ze nam zijn gezicht vast en dwong hem haar aan te kijken.
‘Jawel, dat heeft het wel.’ Ze dwong zichzelf om kalm te blijven. Ze voelde zijn frustratie, ze snapte het maar al te goed. Maar ze zouden hier niet uit komen als één van hen zich zou laten leiden door zijn emoties. ‘Wat geen zin heeft, is alles kort en klein slaan. Ik weet dat je er van baalt dat je hem niet kon helpen, maar hij was zo goed als dood toen we hem vonden.’
‘Weet je dat? Denk je echt dat je dat weet?!’ vroeg Elijah haar. ‘Want je lijkt anders geen probleem te hebben om om te schakelen.’
‘Omdat dat de enige manier is die ik ken!’ Ze had niet stilgestaan bij de dood van Rori. Zelfs niet bij Rori. Ze kon het zich niet veroorloven om te lang na te denken over de verloren levens. Als ze dat zou doen, zouden er nog veel meer levens op het spel komen te staan.
En er waren al teveel doden gevallen.
Daynty
Internationale ster



‘Je moet geen dingen zeggen die je niet zeker weet.’ Elijah duwde haar handen weg van zijn gezicht, meer meer kracht dit keer, en beende van haar weg voor ze opnieuw naar hem kon reiken. ‘Wie zegt dat hij daadwerkelijk zo goed als dood was toen we hier binnenkwamen? Als ik het bloeden eerder had kunnen stelpen, als ik hem eerder hulp had kunnen bieden…’
‘Dan zou hij nog steeds dood zijn gegaan.’ Nirah onderbrak hem op een kille, bijna zakelijke toon. ‘Hij zou nog steeds dood zijn gegaan, want zo slecht was hij er wel aan toe. Ik hoef geen dokter te zijn om dat te kunnen zien.’
‘We hadden –’ We hadden eerder hulp kunnen regelen. Elijah brak de zin af voor deze helemaal over zijn lippen was. Ze hadden geen hulp voor hem kunnen regelen. Een ambulance laten komen of zelfs maar iemand anders inlichten zou henzelf in een onmogelijke situatie hebben gebracht. Zijn handen grepen nog een doos vast en gefrustreerd zwaaide hij hem op de grond. ‘We hadden de locatie kunnen hebben van de medicijnen,’ besloot hij uiteindelijk. ‘Als ik eerder bij hem was geweest.’
Hij hoorde Nirahs schoenen over de vloer schuiven toen ze dichterbij kwam. Hij zette zich schrap om haar handen opnieuw op zijn schouders te voelen, maar de aanraking kwam niet. ‘Dat had je vooraf niet kunnen weten. Niets hiervan is jouw schuld.’ 
Elijah klemde zijn handen om een archiefkast. Het bloed van de man kleefde nog aan zijn vingers, plakkerig en donkerrood. Het voelde niet alsof het niet zijn schuld was. Hij had een aanname gemaakt en die aanname was fout geweest, een vergissing die hen onbetaalbare informatie had gekost. Wat voor een waardeloze arts was hij als hij niet eerst controleerde hoe het met een patiënt ging? Geen aannames maken was een van de eerste dingen die de medische opleiding erin ramde bij studenten. 
‘Elijah–’ begon Maurelle.
‘Ik heb drank nodig,’ onderbrak hij haar. Hij duwde zich weg van de kast, wilde met zijn hand over zijn gezicht gaan maar bedacht zich net op tijd. Met een grauw maaide hij nog een map van een plank. ‘Verdomme.’ 
‘Kappen nu,’ snauwde Nirah. Kennelijk was ze klaar met zijn gedrag. ‘Wat we nodig hebben, is een manier om achter het nummer van het pakhuis te komen, een andere uitgang en schone kleren.’ Ze gebaarde naar het levenloze lichaam van de man. ‘Het minste dat we voor hem terug kunnen doen, is de medicijnen zien te bemachtigen, de elite een klap toebrengen.’
Elijah blies zijn adem in een diepe zucht uit, duizelig van de chaos die zich had ontrafeld vanaf het moment dat ze hier naar binnen waren gestapt. De waarheid van haar woorden gaf hem een stukje helderheid terug. Ze waren het de man verschuldigd. 
‘We kunnen niet zomaar in het systeem komen,’ zei hij, zich herinnerend dat dat een van de dingen was die ze eerder had genoemd, terwijl hij aan het ijsberen was geweest. ‘Ik heb het al eens geprobeerd vanuit het ziekenhuis, maar het lukte niet. Dat kan alleen vanuit de Torens.’ 
Hij keek met een ruk op naar Nirah, die op datzelfde moment met een sprankje hoop in haar ogen naar hem opkeek. ‘Ryszard.’ 
Elijah knikte. ‘Als hij een paar minuten bij een computer kan komen, zou hij het kunnen opzoeken.’ Het sprankje hoop werd echter al snel verdrukt door alle mogelijke obstakels. ‘Alleen het is vast beveiligd, en hij zal niet zomaar een kantoor binnen kunnen lopen. Misschien houden ze ook wel bij als er op bepaalde dingen wordt gezocht,’ mompelde hij, meer tegen zichzelf dan tegen Nirah. 
‘Ryszard is slim.’ Nirah rommelde door de laden van de archiefkasten. ‘Hij vindt wel een manier, en anders moet hij de prinses maar bespelen om toegang te krijgen tot een computer.’ 
De nonchalance waarmee Nirah het idee opperde, klonk verkeerd in Elijah zijn oren. De kroonprinses representeerde alles dat zo fout en wreed was aan Silurian, maar het was moeilijk voor hem om Zaniah zelf ook als een slecht persoon te zien. 
‘Hier.’ Nirah wierp iets zijn kant op, daarmee zijn gedachten verdringend. Hij keek naar de versleten theedoek in zijn handen. ‘Maak je daarmee schoon.’ 
Demish
Internationale ster



Het harde gedreun van de bas en de sterke smaak van alcohol hielpen niet zoveel als dat Ryszard had gehoopt. De flitsende lichten en de mensen die kort op elkaar stonden te dansen deden al evenmin hun werk. Zijn gedachten bleven maar malen. Ze gaven hem geen moment rust. Hij bleef maar denken aan zijn werk, wat hij voor een zeldzame, vrije avond achter had gelaten in de Torens. Zijn hoop was geweest dat hij, zodra hij zich in een club had bevonden, hij voor slechts een paar uur zou kunnen ontsnappen aan de druk die hem werd opgelegd vanuit elke denkbare kant.
Hij had het fout.
Zelfs na het derde glas gevuld met sterke drank dacht hij nog aan alles wat er speelde. Het was niet voldoende dat hij nu de lijfwacht was van de prinses. Nee, Nirah moest hem ook nog eens de onmogelijke taak geven om uit te zoeken waar de medicijnen voor Cipherus werden bewaard. Dat terwijl hij nauwelijks tijd had om op onderzoek uit te gaan, laat staan dat hij daadwerkelijk in de digitale omgeving kon komen. En dan was er nog Isaac, de andere rebel die Nirah in de Torens had geplaatst. Ryszard had het idee dat hij niet voorzichtig genoeg was. Zeker nu hij samen met Zaniah had ontdekt dat de koning en zijn adviseur vermoedens hadden van infiltranten.
En Zaniah… Hij haatte het om tegen haar te moeten liegen. Hij haatte het dat hij was uitgekozen om haar te beschermen. Als een rebel zou hij een hekel aan haar moeten hebben en zijn positie moeten misbruiken, maar hij kon het niet. Hij wilde het niet.
Hij zat tussen twee werelden in en hij kon aan niemand vertellen hoe hij zich voelde. Zijn gevoelens voor de prinses kon hij niet aan haar bekennen, om ontelbaar veel redenen, en als hij het met Nirah zou delen, zou ze hem meteen weghalen uit Silurian. Op dit moment was hij een groot risico in haar netwerk en hij wist maar al te goed wat Nirah deed met risico’s.
Het vierde glas met alcohol werd voor zijn neus geschoven. Ryszard leunde op de bar en omklemde het glas met zijn vingers. De sterke geur prikte in zijn neusgaten voordat hij de inhoud in één keer naar achteren werkte. Hoeveel glazen zou hij nog leeg moeten drinken voordat hij daadwerkelijk zou vergeten wat er aan de hand was?
Hij schoof het lege glas aan de kant en draaide zich weer om naar de dansende mensen. Ze zagen er allemaal zo zorgeloos uit, zelfs na de aanslag op de Torens. Dachten ze dat ze veilig waren? Hadden ze misschien het idee dat, omdat de aanslag alleen gericht was op de elite, zij zich geen zorgen hoefden te maken?
Het liefst wilde hij zich net zo zorgeloos voelen, maar hij wist dat het onmogelijk was. Misschien dat hij, na heel wat drank, in staat zou zijn om deze avond in slaap te vallen. Hij had al een lange tijd een slechte nachtrust, met als uitzondering de nacht waar hij in slaap was gevallen op de bank bij Zaniah.
Hoe langer hij op de barkruk zat, hoe meer Ryszard zich begon af te vragen waarom hij eigenlijk naar een club was gegaan. Het was niet een plek waar hij graag kwam. Hij zag er niet de lol van in, zoals velen voor hem. Drank had hij overal wel kunnen krijgen.
Diep van binnen wist hij het wel. Hij had weg gemoeten uit de Torens. Hij had niet in de buurt willen zijn van alle complotten en plannen die Nirah had gesmeed. En hij vertrouwde zichzelf niet meer in de buurt van de prinses. Hij had al zo vaak op het punt gestaan om haar meer te vertellen dan dat hij kon. Hij was veel vaker in haar vertrekken dan dat het nodig was. Straks zou er iets gebeuren waar hij spijt van zou krijgen.
Uit de zak van zijn donkere jeans haalde hij zijn telefoon. 23:09. Automatisch gingen zijn gedachten naar Zaniah, die zich ongetwijfeld aan het klaar maken was om naar bed te gaan. Hij zag al voor zich hoe ze nog voor haar hoge ramen stond te kijken naar het uitzicht van de stad, zoals ze dat wel vaker deed. Hij probeerde die ramen nog steeds zoveel mogelijk te ontwijken.
Toch kon hij niet ontkennen hoe mooi het was om haar daar te zien staan, omhuld door de dwalende lichten van de stad.
Toen hij haar die middag had verteld dat hij vrij zou zijn voor de avond en dat iemand anders zijn dienst over zou nemen, had ze hem nieuwsgierig gevraagd wat hij zou gaan doen. Waar hij naar toe zou gaan, wie hij op zou zoeken. Hij had haar enkel laten weten dat hij de stad in zou trekken, alleen. Ze wist al van zijn ouders. En ondanks dat hij Nirah met niet veel woorden had beschreven, wist ze ook van haar bestaan. Hij moest er nu echter niet aan denken om Nirah onder ogen te komen.
Hij duwde zijn telefoon weer terug in zijn zak en draaide zich om zodat hij een vijfde glas kon bestellen, hopend dat het eindelijk de harde randjes van zijn leven weg zou werken.
Daynty
Internationale ster



Deze avond slaagde het uitzicht vanachter haar ramen er niet in om haar malende gedachten tot kalmte te sommeren, hoe hard de sterren ook hun best deden om te wedijveren met de lichtjes van de stad. Zaniah wist niet hoelang ze al voor de ramen stond, een wijnglas bungelend tussen haar vingers, starend naar de wereld achter het glas zonder iets te zien. Haar gedachten lagen bij het diner waar ze even geleden eindelijk van weg had kunnen vluchten. Haar ouders waren er aanwezig geweest, evenals Williams en enkele van de meest loyale vertrouwelingen van de koning. Het diner zelf was niet wat haar dwars zat, het waren de andere, onverwachte aanwezigen die haar aandacht op bleven eisen, en de vraag wat voor gedachtenspinsel van haar vader erachter zat. Toen ze de ruimte binnen was gelopen, was ze verrast geweest te zien dat er ook enkele jongere mannen aanwezig waren geweest. Zach, die nog zichtbaar gewond was van de aanslag op het jubileumfeest, de zoon van Silurians grootste bank, en twee rijzende sterren in het leger. Een signaal naar de buitenwereld dat de koning zich niet af liet schrikken door een paar gekken met explosieven, had haar vader gezegd. Met de notulen die ze enkele dagen geleden had gelezen in haar achterhoofd, had Zaniah het idee dat dat niet de enige reden was voor de onverwachte gasten. De jongens waren stuk voor stuk van haar leeftijd en met een hoog genoege positie binnen het koninkrijk om in aanmerking te komen voor haar hand in het huwelijk. 
Hetzelfde misselijke gevoel dat haar tijdens het diner had geplaagd, nestelde zich opnieuw in haar maag. Zaniah bracht het wijnglas naar haar lippen en zuchtte vermoeid toen ze constateerde dat het leeg was. Wellicht was dat maar beter ook - het was niet haar eerste glas van de avond. Het diner was abrupt geëindigd toen generaal Winther binnen was gestormd met de mededeling dat ze belangrijk nieuws had. Nieuws dat kennelijk niet kon wachten en niet voor Zaniahs oren bestemd was. Ze had de onrust gretig aangegrepen om te ontsnappen naar haar eigen vertrekken, maar de stilte daar had niet het ontspannende effect gehad waar ze op had gehoopt. Haar tekenspullen lagen vergeten op haar bureau, nauwelijks aangeraakt voor ze onrustig weer was opgestaan en naar de ramen was gelopen.
Zaniah staarde naar het panorama van Silurian. Ergens daar, opgaand in het tapijt van lichtjes, liep Ryszard rond. Ze snakte naar zijn aanwezigheid, naar zijn kalme stem en de rust die hij bij haar teweeg bracht. Tijdens het diner waren haar ogen voortdurend naar de deur gedwaald, om keer op keer teleurgesteld weg te moeten kijken als ze zich herinnerde dat haar lijfwacht een avond vrij had. In haar hoofd speelde ze voor de zoveelste keer in de afgelopen dagen de avond af dat hij bij haar op de bank had gezeten en hij haar had een klein inkijkje had gegeven in zijn leven. Moeiteloos kon ze zich inbeelden hoe juist het had gevoeld om daar samen met hem te zitten, om haar vingers langs zijn wang te laten strijken en veel langer dan gepast was in zijn ogen te staren. 
Ze kon hem bellen. De gedachte sprong haar hoofd in voor Zaniah hem tegen kon houden. Hij had zijn telefoon bij zich en vanbinnen wist ze dat hij op zou nemen als haar naam op zijn scherm zou verschijnen, dat hij terug naar de Torens zou komen als ze daarom vroeg, zelfs als er niets aan de hand was. 
‘Dat is niet het plan, Zani,’ mompelde ze berispend tegen zichzelf. Ze moest hem juist uit haar hoofd zetten, dat was precies de reden dat ze net haar kast overhoop had getrokken opzoek naar geschikte kleding om de stad mee in te gaan.  
Zaniah zette het wijnglas op de salontafel en gleed met haar hand langs het fluweel dat haar lichaam omhulde. De hemelsblauwe stof sloot zich perfect om haar rondingen en voelde zacht aan tegen haar huid. Haar haren zaten bijeengebonden in een hoge paardenstaart, waarvan het uiteinde langs de blote huid van haar bovenrug kriebelde. 
Ze wierp een blik op de klok. Tien minuten na elf, wat betekende dat het slaapmiddel dat ze in de thee van de wachter buiten haar deur had gestopt genoeg tijd had gehad om in te werken. Nog één keer streek ze haar jurk glad, waarna ze haar vertrekken verliet. 
Demish
Internationale ster



Wat zouden Elijah en Nirah hier van vinden? 
Ryszard wist wel zeker dat Elijah zijn methode om om te gaan met de stress kon begrijpen. Nirah daarentegen zou hem echter vertellen dat het een slecht idee was om zijn zintuigen zo te belemmeren. Dat hij überhaupt de Torens niet had moeten verlaten en dat deze vrije uren juist zijn kans waren geweest om meer te weten te komen over de plek waar de medicijnen werden verborgen.
‘Jullie zijn net mijn ouders,’ mompelde hij tegen de denkbeeldige Nirah en Elijah in zijn hoofd, wat een vreemde blik van de barman opleverde. Ryszard zuchtte geërgerd. Soms voelde het echt alsof de twee het idee hadden dat ze de baas over hem konden spelen. Vooral Nirah.
Hij kneep zijn ogen dicht en drukte zijn vingers tegen zijn neusbrug. Misschien was het maar beter als hij terug zou gaan naar de Torens. Hij ging geen afleiding uit deze avond halen en de alcohol leek eerder het tegenovergestelde effect te hebben.
Hij gebaarde naar de barman dat hij de rekening wilde. Net toen hij van de kruk wilde stappen, zag hij haar. Een gracieuze verschijning die de hele ruimte leek op te luchten met haar aanwezigheid. 
Het was niet mogelijk.
Het kon niet zo zijn dat wat hij zag, echt was. Zijn ogen moesten hem bedriegen. Zijn hersenen moesten een truc met hem uithalen. Een samenwerking van slaapgebrek en alcohol had een illusie voor hem gecreëerd van de prinses in een jurk die ze niet zou mogen dragen, want het was oneerlijk wat het met hem deed.
Maar Zaniah leek zo echt te zijn als dat ze kon zijn. Ze bewoog tussen de mensen door, begroette een paar medewerkers alsof ze hier al jaren kwam. Ryszar was aan zijn barkruk genageld. Hij wist niet of hij op moest staan om weg te vluchten, of dat hij naar haar toe moest rennen om haar te vertellen dat dit simpelweg niet kon. Waar was haar bewaking? Waar was de wachter aan wie hij zijn dienst over had gedragen?
Van alle plekken die ze had kunnen kiezen, waarom was ze hier?
Nog voordat hij zich kon bedenken wat hij moest doen, vonden haar ogen hem. En op dat moment voelde het alsof de wereld stilstond.
De muziek viel weg, de dansende mensen verschenen uit zijn zicht. Het enige wat hij nog zag, was Zaniah. Hij wist niet of ze geschrokken was, of verbaasd. Hij durfde haar reactie niet eens in te schatten. Het enige wat hij wel wist, was dat haar aanwezigheid het lastig maakte voor hem om nog te functioneren. Ze zou hem vanaf de andere kant van de ruimte kunnen bespelen.
Ze hield haar hoofd schuin en bekeek hem. Ryszard draaide zijn gezicht weg en daardoor werd hij langzaam weer teruggetrokken naar de club. Het gedreun van de bas vulde weer zijn oren en de mensen kwamen weer in zijn gezichtsveld. Toch had hij alleen maar oog voor haar.
Hij kreeg het voor elkaar om zich van de kruk af te zetten, maar Zaniah was sneller dan hij. Ze stond in enkele seconden voor zijn neus, maar toen hij haar recht aankeek, zag hij het rood op haar wangen verschijnen. Alsof ze iets had willen zeggen, maar nu geen woorden meer wist te vinden.
‘Ryszard,’ zei ze uiteindelijk in een korte adem.
‘Prinses.’ Hij slikte. Hoe kon zijn keel nou zo droog aanvoelen na al het drank wat hij had gehad? ‘Je zou hier niet moeten zijn.’
‘Jij ook niet,’ wierp ze tegen.
‘Ik heb nooit gezegd waar ik mijn vrije avond door zou brengen.’ Hij had het, tot vlak voor zijn vertrek, ook niet geweten. Maar hij had Zaniah ook niet lastig willen vallen met zijn problemen. Ze had al meer dan genoeg voor hem gedaan, waaronder de lavendelolie die hij getrouw naast zijn bed hield.
Hij voelde hoe ze hem van top tot teen bekeek. Kort vloog er door zijn hoofd dat als ze slechts twee vreemdelingen waren geweest, hij haar sprankelende blik misschien op had gevat als geflirt.
Hij schudde de gedachte van zich af. ‘Waar is jouw wachter?’
Zaniah hief haar kin iets. Triomf flitste in haar ogen. ‘Thuis.’
‘Thuis?’ herhaalde Ryszard. Hij zou de wachter hier op aan moeten spreken. Het kon niet zo zijn dat de prinses verdween zonder dat iemand toezicht hield.
Ze kantelde haar hoofd, waardoor haar halen naar achteren vielen en hij zicht had op haar hals. Kort gleed zijn blik over haar huid. ‘Had je liever gehad dat hij bij me was?’
‘Ja,’ antwoordde hij, maar daarna schudde hij zijn hoofd. ‘Nee.’ Iets in hem zei dat ook dat niet het goede antwoord was. Hij wreef met zijn hand over zijn gezicht en duwde zijn haren naar achteren. ‘Wat ik bedoel is: hij zou bij jou moeten zijn. Maar niet hier.’
Plaats een reactie
Reageer
Om nieuwe berichten te laden: ingeschakeld
Eerste | Vorige | Pagina: | Volgende | Laatste